Aan het einde van deze les moeten de leerlingen in staat zijn om:
De verschillende transformaties te herkennen;
De symbolische notatie van een gegeven transformatie te begrijpen en te gebruiken bij het uitvoeren van transformaties op objecten in het vlak;
Om een gegeven transformatie symbolisch weer te geven met de juiste notatie.
(in de les)
Verwerkingsopdrachten 1 - 2
Signaaloefeningen 1 - 2
Maak de onderstaande test tot je ze foutloos kunt! Als de test is ingevuld kun je je fouten verbeteren. Je kan de test meermaals opnieuw maken ter voorbereiding van de toets op het einde van de module.