Een belangrijk uitgangspunt is dat je observaties als coach niet direct uitmondt in conclusies of adviezen. Het gebruik van goed geformuleerde vragen helpt de coachee / pupil or trainee
om tot eigen inzichten te komen.
Zou je… versus Ik zou…
In plaats van je eigen advies te geven, vraag je de coachee naar hun ideeën en mogelijkheden.
Dit zet hen in de actiestand.
Denk je… versus Ik denk…
Het uitnodigen van reflectie helpt de coachee bij het onderzoeken van hun overtuigingen.
Vermijd hierbij het projecteren van je eigen gedachten.
Kun je… versus Je kunt…
Door vragen te stellen in plaats van mogelijkheden te benoemen,
geef je de coachee ruimte om zelf met oplossingen te komen.
Ik ervaar dat je… versus Volgens mij gebeurt er…
Bij observaties over gedrag is het belangrijk om neutraliteit te behouden.
Gebruik spiegelen om de coachee zich bewust te maken van hun acties zonder oordeel.
Ik voel dat… versus Je bent zeker…
Laat je eigen emoties achterwege
help de coachee hun eigen emoties en overtuigingen te onderzoeken.