Wanneer een verbruiker:
op een bron wordt aangesloten met een bepaalde spanning
en er hierdoor gedurende een bepaalde tijd een stroom door de verbruiker vloeit, dan wordt er door de verbruiker elektrische energie afgenomen van de bron.
Deze energie wordt door de verbruiker omgezet in warmte, licht, mechanische of scheikundige energie, enz.
Het vermogen van de verbruiker is de energie die wordt afgenomen per seconde.
Het vermogen wordt aangeduid met P (power, puissance) en wordt uitgedrukt in Watt (W).
Het vermogen wordt aangeduid op de verbruiker en is de karakteristieke grootheid waarmee wij een bepaalde elektrische installatie kunnen berekenen.
Vermogen wordt gemeten met een wattmeter.
Eigenlijk is een wattmeter een toestel dat het meten van spanning en het meten van stroom combineert.
Beschik je niet over een wattmeter, dan kun je het vermogen kennen door afzonderlijk de spanning en de stroom te meten en daarna het vermogen te berekenen (P=U.I)
Een wattmeter vereist een specifieke aansluiting zodat zowel spanning (parallel) als de stroom (in serie) kunnen worden gemeten.
Hoe? Met een toestel of door stroom en spanning te berekenen.
Instrument Wattmeter
Meer weten over hoe een wattmeter werkt?
Surf dan naar: