Mr. Gerard Heinsius (commissaris)

Gerard (Gerardus, Gerrit) Heijnsz. van (der) Bijllandt Heijnsius (Leeuwarden, 28 aug. 1636 - Harlingen, 8 dec. 1702), mr., geheimschrijver, kastelein en commissaris ter Admiraliteit van Friesland, was een zoon van Hendrick Gerrits van Bijllandt Heinsius, Heer van Juwersma, vrijheer, en van Catrijn van Stinstra. Had een volle broer Jan Heinsius en een halfbroer Cornelis Heinsius.

Geboren in de Klokslag van Leeuwarden op Doyem state. Met zijn stiefmoeder Aleide van Hemert verkocht hij in 1661 Juwersma state. Hij is opgeleid tot Mr. (mogelijk bij rector Olphardus Belida) wanneer hij in 1672 lidmaat wordt in Harlingen, wonende op de Voorstraat. Hij huwde in 1666 met Margrieta van Hardenfeld uit het graafschap Stenréberg, een dochter van Daniël von Hardenfeld, geb. Graf. von Sterneberg, uit het Fürstentum Minden (Oost-Friesland). Gerard en Margrieta kregen vier kinderen groot: Gerardus, Catharina, Daniël en Agneta. Werkte gedurende de Engelse zeeoorlogen voor de Hanzeatische Steden met de Friese resident Lieuwe van Aitzema als de klerk ter secretarie die omstreeks april 1670 te Harlingen woonde om met de klerk Jan Persijn geheime documenten te kopiëren voor de Gedeputeerde Staten van Friesland. Met name gedeputeerde Epo van Bootsma werd als de 'dief' van de gekopieerde stukken aangewezen. Die kopiestukken werden vermoedelijk gebruikt door Engeland en Duitsland. Werd in 1677 nog eens verhoord door commissaris Petrus Schotanus en vroedsman Bavius Schultetus (Gerecht Franeker, fol.168). Ontving in 1682 een gebruikelijke geldsom van de Ontvanger Generaal van 46-14 "ter saecke van de verteringe door de heeren Aylva en Sixma tot sijne huijse gedaen". Dit betekent dat hij als admiraal-commissaris zulks overleg regisseerde bij hem thuis. In 1687 heeft hij met zijn vrouw een testament-notering bij de Fideï-commissie in Amsterdam. Werden in 1688 geregistreerd bij akte samen met Aafke en Hillegonda Sanstra,  erfgenamen van Jacob Sanstra, de equipagemr. ter Admiraliteit (Gerecht Harlingen, fol.258). De weduwe van de commissaris Gerard Heijnsius heeft in 1706 nog een afrekening van een aanzienlijke wijnschuld, mogelijk een zakelijke restschuld waar de Admiraliteit na zijn dood mee bleef zitten. De weduwe is in 1718 nog een bedrag van ƒ33 schuldig aan Bauke Agricola, als voogd over Belike van Vierssen, klaarblijkelijk dan de schuldeiseres. Zijn laatste publieke optreden was in Amsterdam in december 1702 met de familie Van Eeghen bij de huwelijksvoorwaarden, waar hij zijn dochter Agneta Heinsius assisteerde, welke huwde met Jan van Eeghen, adelborst en boekhouder bij de VOC. Ook de moeder Geertruida Hartjes van Jan van Eeghen was daarbij aanwezig. Zijn jongste zoon Daniël Heinsius volgde hem op als commies, kastelein, en ijkmeester bij de Admiraliteit. De oudste zoon Gerardus Heinsius studeerde theologie in Franeker en werd de predikant van Oosterbierum. Catharina Heinsius huwde met Everhardus van Drogenham, de bakenmeester van de provincie Friesland. Gerard Heinsius begon rond het rampjaar 1672 en was actief met de voornaamste voormannen uit zijn tijd.

Bronnen, noten en/of referenties

·         Het Huis Heinaut

·         Testament Fidei-commissie

·         Ontvanger Generaal

Label: Admiraliteit: Friese Familie: Friese Biografie

© 2022 F.N. Heinsius