Ds. Gerardus Heinsius (predikant)

Gerardus (Gerhardus) (Heijns) Heinsius V.D.M. (Harlingen, 1670 - Oosterbierum, 22 april 1736), studiosus van Franeker en predikant te Oosterbierum, was een zoon van Gerard Heinsius, mr., geheimschrijver, kastelein en commissaris ter Admiraliteit van Friesland, en van Margrieta van Hardenfeld, gravin van Stenreberg.

Geboren in Harlingen in de Voorstraat waar zijn ouders wonen. Opgegroeid en gevormd in het Harlingen rond het rampjaar 1672 gedurende de Engels-Nederlandse zeeoorlogen. Studeerde na een woelige jeugd aan de Universiteit van Franeker. Keerde terug in Harlingen als theoloog rond 1692. Werd op 3 september 1694 benoemd tot predikant te Oosterbierum, in een kleine boerenplaats dicht bij Franeker en Harlingen. De predikant noemde zich V.D.M. ofwel "Bedienaar van het Goddelijke Woord", i.e. de normale omschrijving voor een dominee in de republiek. Hij huwde rond zijn benoeming met ene mevrouw Gesina N.N., mogelijk een Van Roorda, uit die omgeving. Het trouwboek heeft er geen gegevens over, maar zij ligt naast hem begraven, onder een afgesleten grafsteen. Uit dit eerste huwelijk zijn geen kinderen bekend. Er is toch een mogelijk kind gevonden, maar echt harde bewijzen ontbreken. Ene Gesina Heijnsius huwde namelijk met een zekere Nicolaas Stoebenroug, uit de omgeving van Frederik de Wendt. Gerhardus huwde daarna nogmaals met Anna Margaretha van Rinia, de steenrijke dochter van Dr. Fredericus Rinia, een advocaat aan het Hof van Friesland. De raadsheer stamde uit de Rinia's van Weidum en was de geleerde uit dat rijke boerengezin. Zo komt het dat Ds. Gerardus Heinsius de eigenaar werd van de boerderij met stemrecht nr. 47 onder Wirdum, met het vruchtbare land aan de voormalige Middelzee. Zijn vrouw komt bij de geboorte van hun dochter Anna Margaretha Heinsius, met haar, om het leven. Dit betekende een groot kerkgraf in het koor en een derde huwelijk (dat ook ontbreekt) met Janke Crans, de dochter van Klaas Crans, een bakker uit Leeuwarden, uit een bekend geslacht. Uit dit laatste huwelijk zijn wel twee kinderen volgroeid: Gerrit en Margrijtje. Alleen deze dochter, welke zich Margaretha Heinsius noemde, bleef leven. Zij huwde met Jacobus Wybrandus Odolphi, een schoolmeester, organist en procureur-fiscaal op het Nedergerecht te Wommels. Zijn gezinsleven lijkt derhalve niet bijster gelukkig. Ook zijn zoon stierf snel. Bij zijn moeder thuis op de 12-jarige leeftijd. Zijn tak sterft daarmee uit, aannemende dat het huwelijk met Van Roorda niets opleverde. Hij had nogal wat noten op zijn zang. Dit blijkt uit de nieuw gegoten Kerkklok in Oosterbierum waarop zijn naam en familiewapen voorkomt met de gehele Kerkeraad: van Haersolte, van Idsinga en van Tjeerda. Het familiewapen is de boom, waar men van oudsher recht spreekt. Een sprekend wapen; de boom gaat naar de hemel (hein= heen-gaan, en ius= oud-recht). Hij is bovendien eenmaal verkozen tot praeses op de Provinciale Synode van Leeuwarden. Ook ontving hij enkele aantekeningen wegens misdragingen. Daarbij gaat het meestal om smadelijke opmerkingen over deze of gene vanaf de preekstoel. Zijn broer Daniel Heinsius, commies, kastelein en ijkmeester ter Admiraliteit, volgde het beroep van hun vader en zijn zuster Agneta Heinsius verzorgde het ijzerwerk in Oosterbierum.

Bronnen, noten en/of referenties

·         Het Huis Heinaut

·         Naamlijst predikanten

·         Kerkklok

·         Kerkgraf