XII-71 Willink, Hendrik

Hendrik Willink


ouders: Jan Willink en Judith Busschers


geboren: 1592

gedoopt:

overleden: 1659

begraven:


beroep: koopman

woonplaats / adres:


relatie: trouwt 1613


Elisabeth Hardes


ouders: [Abraham] Hardes en NN


geboren: ca 1595

gedoopt:

overleden: na 1657

begraven:


beroep:

woonplaats / adres:


kinderen:

  1. Henrica Willink, 1614-1681, X 1644 Herman Eppenhoff, VOLGT XI-36 = XII-88

  2. Maria Willink, geboren: 1615
    overleden: 1651
    beroep:
    woonplaats / adres:
    relatie: trouwt voor 11-6-1645
    Lambert Hendriksz ten Cate, geboren: ca. 1617
    overleden: voor 18-8-1656
    beroep:
    woonplaats / adres: Borne, Deventer
    ouders: Hendrik Gerritsz ten Cate (= XII-1) en Hendrikje Jans (XII-2)
    Hij hertrouwt Deventer 1652 Geertje Coops.
    > Hieruit tien kinderen

  3. David Willink, geboren: 1617
    overleden: 1669, begraven: Amsterdam 17-12-1669
    beroep: zeemleerverkoper
    woonplaats / adres: Amsterdam
    relatie (1): ondertrouwt Amsterdam 21-2-1642
    Saartje Klaasz Wijnhout, geboren: Steenwijk ca 1618
    overleden:, begraven: Amsterdam 11-3-1643
    beroep:
    woonplaats / adres:
    ouders: Klaas Wijnhout en ?
    relatie (2): ondertrouwt Amsterdam 12-1-1645
    Hillegonda van Dijk, geboren: Amsterdam ca 1624
    overleden:, begraven: Amsterdam 11-2-1683
    beroep:
    woonplaats / adres:
    ouders:
    > Hieruit zestien kinderen

  4. Jan Willink, geboren: 1619
    overleden: 1659
    beroep:
    woonplaats / adres:
    relatie: trouwt 1642
    Aaltje Klaasz Wijnhout, geboren:
    overleden:
    beroep:
    woonplaats / adres:
    ouders:

    1. Hieruit drie kinderen waaronder
      Sara Willink, geboren: Deventer ca 1648
      overleden:
      beroep:
      woonplaats / adres: Amsterdam
      relatie: ondertrouwt Amsterdam 22-1-1688 haar neef
      Hendrik Eppenhoff, geboren: Winterswijk 1653
      overleden: 1722
      beroep: koopman
      woonplaats / adres:
      ouders: Herman Eppenhoff en Henrica Willink

  5. Stijntje Willink, geboren: 1621
    overleden: 1632

  6. Trijntje Willink, geboren: 1623
    overleden: 1629

  7. Ananias Willink, geboren: 1625
    overleden: 1627

  8. Magteld Willink, geboren: 1627
    overleden: 1627

  9. Machtelt Willink, 1629-1681, X 1651 Willem Walijen, VOLGT XI-48

  10. Ananias Willink, geboren: 1632
    overleden: [na 6-5-1680] 1681
    beroep:
    woonplaats / adres:
    relatie: trouwt Burgsteinfurt 6-6-1658
    Christina Eppenhoff, geboren:
    overleden:, begraven: Amsterdam 19-11-1716
    beroep:
    woonplaats / adres:
    ouders:
    > Hieruit zes kinderen

  11. Judith Willink, geboren: 1635
    overleden: Almelo 1679
    beroep:
    woonplaats / adres:relatie: trouwt Almelo 1654
    Jan ten Cate, geboren: Almelo 1635
    overleden: Almelo 12-11-1691
    beroep: koopman
    woonplaats / adres: Almelo
    ouders: Herman ten Cate (= XII-77) en Geesken Warnaars (XII-78)
    > Hieruit acht kinderen, volgens het Stam-boek der Willingen.

biografische aantekeningen


Hij is de zoon van Jan Willink, die te Groenlo naast het stadhuis woonde en die, in 1636, één dag vóór zijn vrouw, Judith Busschers, aan de pest overleed en met haar op dezelfde dag in de Grote Kerk te Groenlo onder een dubbele zerk begraven werd. (Bron: F.C. Fleischer, De Doopsgezinde Gemeente te Winterswijk, gedenkschrift ter gelegenheid van het tweehonderdjarig bestaan van haar kerkgebouw opgesteld, uitgave door de doopsgez. gem. te Winterswijk - 1911)

Hendrik Willink en zijn vrouw Elisabeth Hardes komen vanaf 1624 met grote regelmaat voor in de Voluntaire Protocollen van het oud rechterlijk archief van Bredevoort, waar Winterswijk toe behoort. Het is waarschijnlijk dat hij niet veel eerder dan 1624 uit Groenlo naar Winterswijk zal zijn verhuisd. Waarschijnlijk woonde zijn vrouw daar al: in elk geval wonen ook haar broers in het dorp. Willink koopt in Winterswijk in de loop der jaren veel gronden en landgoederen op, soms samen met zijn zwagers Jan Hardes en Abraham Hardes, maar meestal zelfstandig. Tot zijn aankopen behoren, behalve een huis en hof op stand in de Kattenstraat te Winterswijk (1629), de landgoederen Pijpers (buurtschap Miste, 1624), Benninck (buurtschap Miste, 1633), Herverdinck (buurtschap Cathen, 1636), Menger (buurtschap Henxel, 1637), Hijink (buurtschap Corle, 1640), 1/3 van Gielinck, Möller en Menninck (buurtschap Corle, 1641), Lutke Koesinck (buurtschap Henxel, 1649) en Hietbrink (buurtschap Corle, 1653).

Deze enorme aankopen, gevoegd bij het feit dat Willink ook met grote regelmaat geld uitleent, maken duidelijk dat hij tot de meest notabele inwoners van Winterswijk moet hebben behoord.

Hendrik Willink komt in de registers enkele malen per jaar voor. Na 1657 tref ik hem niet meer aan, hoewel de registers t/m 1663 getranscribeerd zijn. Het Stam-boek der Willingen schrijft dat hij in 1659 is overleden.

Het erve en goed Hijink werd in 1699 door Barend Costers, mede namens zijn zoon Gerrit Costers, verkocht. Barend Costers was de man van Judith ten Cate, dochter van Jan ten Cate X Judith Willink en dus kleindochter van Hendrik Willink.


bronnen


Stam-boek der Willingen (P. Beets, 1767).

Bronnen voor Hendrik Willink: zie de bijlage hieronder


kind 1: Henrica Willink

filiatie: aangenomen o.g.v. Stam-boek der Willingen

* 1654, 18-12: ORA Bredevoort (1654, fol. 114v): Erschenen Adolph Holtman die bekande voor sich Grietgen Berntsen van Echten sijner huijssfrouwen, daervan genoechsame Volmacht beloofte bij te brengen, und sijne erven, voor eene welbetaelde Summa geldes, rechtes steden ewigen ende onwederroeplicken Erffkoops avergelaten und verkofft te hebben an Herman Eppenhoff Henrica Willinck eheluijden ende haeren erven, den Boeinck goorden voor Wenterswick mitt eener sijdt langs den gemeinen Wegh, mitt der ander an Henrick Waliens (ende) Laerbergs groenlandt und Geese Meijnen goordene respective gelegen, voor doorslecht(igh) kummerfrij, deses erfflick gecediert ende uijtgegaen, daerop mit hant, halm ende monde vertegen, waerschap, verner ende beter verschrijvongh ende vestnis gelaefft nae Landtrechte, bij veronderpandongh aller sijner geriede ende ongeriede goederen, hebbende offt krijgende, in wiens Heeren Landen die gelegen, giene uijtgesondert, om sich daeran casu evictionis te verhaelen, sonder exception ende argelist.


kind 2: Maria Willink

filiatie: aangenomen o.g.v. Stam-boek der Willingen


kind 3: David Willink

filiatie: aangenomen o.g.v. Stam-boek der Willingen

* 1642, 21-2: Stadsarchief Amsterdam, DTB ondertrouw [676-159 - Pui]: David Willing van Wenterswijck, out 25 Jaeren, vertoont acte notarieel vande vaders gsent, woon inde Warmoestraet, en Saertie Claes, van Steenwijck, out 24 jaer, geen ouders hebbende, geassisteert met Maijke Senepart haer nichte , woont op de Keijsersgracht (w.g. David Willinck, Sara Claes)

* 1643, 11-3: Stadsarchief Amsterdam DTB begraven Ousde Kerk [1046-18v]: Saerten Klaes huijsvrou van Davidt Willingh, komt uijt de Warmoesstraet, fl 10:3:0.

* 1643, 11-3: Stadsarchief Amsterdam, Weeskamer begraafregister Oude Kerk: Saertje Claes in de Warmoestraete bij Heijntjen Hoeckstege, den 11 dito - 1 [kind]. in marge: daer niet bekent alsoo niet gedaen. In marge: 25 novemb 1644 bewijs gedaen.

* 1644, 25-11: Stadsarchief Amsterdam, 5073 Weeskamer, Inbrengregister 26, fol. 185v: David Willinghs doet bewijs aan zijn dochter Sara, 1 jaar oud, dochter van Sara Claes, voor moeders erfdeel fl 6000,- en alle kleren van wol, linnen, ringen, goud, zilverwerk etc. ende 't behaagde Albert Claesz, de oom, en en Samuel van der Geere, de oudoom. Verder veel tekst over hoe deze fl 6000,- wordt belegd, te beginnen op 6-1-1645. De laatste aantekening is van 15-11-1668.

* 1645, 12-1: Stadsarchief Amsterdam, DTB ondertrouw [678-34 - Pui]: David Willinck van Winterswijk , seemleervercoper, wed:r van Sara Claes, wonende inde Warmoestraet, en Hillegont van Dijck, van A., out 21 jaer, geassist met Jorden Jansz van Dijck, haer vader, wonende op de Herengracht. (i.m.: hij heeft bewijs den 6 Januari 1645 ter weesca:er gedaen) (w.g. David Willinck en Hillegonda van Dijck)

* 1661, 10-9: ORA Bredevoort [1661, fol. 34]: Erschenen Harmen Eppenhoff ende Wilhelm Waeliens wonende tot Wenterswijck als Volmachtigers van David Willinck ende Hilgonde van Dijck Eehluiden vermogens volmacht voor Burgemeestere ende regierdens der Stadt Amsterdam onder des selfs Stedesegel in groene Wassche ende die signature van Hr. Van de Poll den 7. Julij Aº 1661 tot navolgen ende acte gepasseert in den gerichte gesien ende gelesen, ende bekanden voor haer, haer principalen ende haeren Erven, wegens verstreckte penningen deuchdelijck schuldich te sijn an Jan Schimmelpenninck ende des selfs huisvrou ende haren erven, een Capitael van vijventwintich hondert Caroli gld. om te interessen jaerlijckx ende alle jaer tegens vier van’t hondert waer van het eerste jaer renthe sal sal verschijnen den 10. Septembris des jaers 1662 ende voorts jaerlijckx ende alle jaer, ende sulckx so lange tot dat eene van beide parthien het Capitael sal komen op te seggen een vierendeel Jaers voor den Verschijn dach nootsaeckelijck sal moeten de offacie gedaen worden ende tot nacomingh van t gene voorss. ende tot verseeckeringe van ’t capitael met de interesse van dien verbinden comparanten voor haer ende harer principalen derselven erven haers constituenten erve ende goedt, genoemt het Lutteke Koesinck gelegen in den Ampt Bredevoordt onder het dorp Wenterswijck in de Buirschap Hencksele, om in val van noot ende onverhoopte misbetalinge sich daeran met parate ende reele executie cost- ende schadeloos te mogen verhalen, sonder enige exceptie ende argelist.


kind 4: Jan Willink

filiatie: aangenomen o.g.v. Stam-boek der Willingen


kind 5 t/m 8: jong overleden

filiatie: aangenomen o.g.v. Stam-boek der Willingen


kind 10: Ananias Willink

Filiatie: in de marge van de (in de bijlage genoemde) akte van 31-12-1625 staat dat Ananias Willink, zoon en mede-erfgenaam van Hendrik Willink en Liesbeth Hardes op 6-5-1680 verklaart dat een schuld is afgelost. Hetzelfde staat in de marge van een akte van 11-2-1653. Waarmee de filiatie bewezen is.

* 1661, 16-10: ORA Bredevoort (1661 fol. 39v): Erschenen Herman Eppenhoff die bekande kracht generale Volmacht den 19.den Augusti deeses onderbenoembden Jahrs op hem Comparant gerichtelick binnen Bredefoort gepassiert mede in conformite der opgerichtede coopzedul onder d’handt van vercooper Ananias Willinck gesigniert, nahmens hem Vercooper ende sijnen erven voor eene welbetaelde summa geldes avergelaeten ende vercofft te hebben aen Berendt Heijroes(?) Delcken Hesselinck haere naekomlingen ende erven des vercooperen toebehoorende maete, genoembt die Kallinckamps maete int’ Kerspel Wenterswick Burschap Ratum in sijn kennlicken bepaelinge gelegen voor allodiael ende kummervrij nergents meede als gemeijne Heeren ende landes lasten beswart. Deeses in maeten voors. gecediert ende uijtgegaen, darop mitt handt ende monde vertegen, gelaevende mits deesen vercooper ende sijne Erven wahr ende wahrschap, oock verner ende beter verschrijvinge nae landtrechte te præstieren, bij veronderpandongh aller sijner vercooperen (Fol. 40) cooperen beweglijcke ende onbeweglijcke goederen, mits deesen hijrvoor speciaelick verhijpothesirende een stuck landes die Wibbelbeecke in Pelckwijck gelegen, genoembt, hem vercooper eijgendoomlick toestendigh, dieselve alle in cas van onverhoopte evictie sich daran te verhaelen, allen heeren Judicatuiren richtern ende Gerichten, in specie den Hove van Gelderlandt vrijwillig submittierende. Sonder exception ende argelist.

* 1663, 19-1: ORA Bredevoort (1663, fol. 4): Erschenen Ananias Willinck die bekande voor sich, sijn huijsvrouw de rato cavierende, ende sijnen Erven voor eene welbetaelde summa geldes steden ende onwederroeplicken Erffcoops overgelaeten ende vercofft te hebben aen Jan Hardes ende sijnene Erven een stuck landes ongevehr vijfftehalff a vijff schepel gesaeij op den Langen Esch aen den Pelckwijck mett beijden zijden tuschen Coopers landt gelegen, schietende mett den eenen eijnde aen Boesenmaethe, met den anderen halff aent Veldt ende halff aen Cooperen landt, voor doorslechtigh kummmervrij, nergents meede als gemeijne Landtslasten beswaert. Deeses voors. gecediert ende uijtgegaen, daerop mit handt ende monde renuntieerende; gelaevende vercooper deesen Coop te willen wachten ende wahren gelijck hij sulx nae rechten ende Landtrechten schuldig onder hijpothecatie aller sijner goederen, in specie t’halve goet Gielinck notoirlick int’ Kerspel Wenterswick gelegen, om sich daeran in cas van onvermoedtlicken evictie ten genoegen te verhaelen, sonder bedrogh, arg offte list.

* 1664, 4-10: vereniginghetmuseum.nl: ORA Bredevoort [toegang 0136, invnr 125, fol. 143v]: Doctor Hengel volmachtiger van Ananias Willinck, sprack an met rechte Gerrit Eckerveldt, vermoge des praesenten voochts Hermen van Basten sijn relatie op huiden geciteert, ende sulckx voor die somma van hondert negenensestich guldens vier stuivers ende een oorth wegen bij gemelten Eckervelt gekofte ende bij denselven ontfangene waere. Gesint voldoeninge ende des gedaechdens erschijnis, sin secus, badt tegens den ongehoorsaemen proclama ’t erkennen. ’t Gerichte erkent proclama. Den dienaer relateert van gedaene roepen. Proclamatus non comparuit.

* 1664, 18-10: vereniginghetmuseum.nl: ORA Bredevoort [toegang 0136, invnr 125, fol. 160]: Doctor Hengel volmachtiger van Anania Willinck, versochte datt Gerrit Eckervelt op sijne junchst begangene contumacie sijn beter recht op huiden sal hebben intebrengen, ende sijnen ongehoorsaemheit nae landtrecht te purgeren, bij onstentenis van dien badt gemelte Eckervelt der anspraeck vellich ’t erklaeren. Non comparuit.

* 1664, 1-11: vereniginghetmuseum.nl: ORA Bredevoort [toegang 0136, invnr 125, fol. 171]: Doctor Hengel volmachtiger van Anania Willinck, heeft kraft gerichtelijcken verwins in contumaciam anpeindinge gedaen an die gerede ende ongerede goederen van Gerhart Eckervelt ende in specie oock an desselfs behuisinge om te hebben betaelinge die somma van 169 guldens 4 stuiver ¼ (171v) versoeckende dat gemelten Eckervelt hiervan die weete moge worden gedecerneert. Obtinuit. (ingevoegd: Hiervan Hermen van Basten die wette den 5e juny 1665 an Gerrit Eckervelt insinueert)

* 1665, 13-6: vereniginghetmuseum.nl: ORA Bredevoort [toegang 0136, invnr 126, fol. 110v]: Dr. Hengel, volmachtiger van Anania Willinck, heeft kraft gedaene anpeindinge, en daervan geinsinueerde wette, luit protocols, d' opbaedinge an 't gerede, ende voorts an 't huis van Gerrit Eckervelt d' eerste, twede ende derde opbaedinge gedaen, en daervan tegens denselven een weete gebeden. Obtinuit. Dr. Hengel nomine proprio, repeteert sijne tegens d' heer obercommissaris Groenewolt voor desen realiter exhibeerde declaratie van kosten, versoeckende nochmaels dat parthij advers ten fine van diminutie, die copie moge verveerdicht worden. Similiter in die declaratie van naekosten.

* 1665, 26-8: vereniginghetmuseum.nl: ORA Bredevoort [toegang 0136, invnr 126, fol. 123v]: Dr. Hengel, volmachtiger van Anania Willinck, heeft kraft gerichtelijcken verwins, bij vervolch van executie, op huiden naer anpeindinge, eerster, twede ende darde opbaedinge, immissie versocht hebben in desselven huis, mits daervan die wette nae behooren mooge worden decerneert. Obtinuit.

* 1665, 7-11: vereniginghetmuseum.nl: ORA Bredevoort [toegang 0136, invnr 126, fol. 137]: Dr. Hengel, volmachtiger van Anania Willinck, repeteert tegens Garrit Eckerfelt kraft gerichtelijken doorgaenden verwins sijne per viam executivam gedaene aenpeindunge eerste, 2e ende 3e opbaedinge gevolgde immissie ende daervan vermoegens prothocol geexploijteerde wetten ende wol demneegst tot wijder vervolgh de 1e, 2e, 3e ruijminge des huijses van Garrit Eckerfelt gebeeden hebben. Fiat quod petitur.

* 1666, 19-6: vereniginghetmuseum.nl: ORA Bredevoort [toegang 0136, invnr 126, fol. 152v]: Dr Hengel, volmachtiger van Anania Willinck, repeteerde in saecken tegens Gerrit Eckervelt sijne gerichtelijck erholden verwin {folio 153 recto} daerop gevolchde anpeindinge, eerste, twede, darde opbadinge, immissie, eerste, twede ende derde ruiminge, an het huis van gemelte Eckervelt gedaen, ende ’t elckens geinsinueert ende alsoo onangesien verscheiden beloften noch ter tijt geene betalinge off voldoeninge is gevolcht, soo versocht volmachtiger dat met wercklijcke distractie des verwonnen huises mooge vervaeren, terminus daertoe angestelt, die biljetten verveerdicht ende publiceert worden. Terminus distractionis op huiden over ses weecken, zijnde den 31e julij deses jaers 1666.

* 1676, 25-4: C.L. ten Cate: de kinderen van Lambert Hendriksz ten Cate: Jan Lambertsz ten Cate en zijn vrouw Geesje Jansdr Peese verkopen huis en pakhuis, naast de stal die toebehoort aan Ten Cate en Annanias Willink, in de Rijkmanstraat aan Gerrit Berends van Delden

* 1685, 3-11: 'Renunciatiën der stad Deventer': Stijntje Eppenhoff, weduwe wijlen Annanias Willink, verkoopt als gemachtigde van Hendrik Lambertsz ten Cate te Amsterdam, voor hem en haarzelf, het erf met stal in de Rijkmanstraat te Deventer, naast het pakhuis van Jan ten Cate, aan muntmeester Petrus Sluysken.

* 1710, 25-3: Stadsarchief Amsterdam, NA nots Pieter van der Meulen [akte KLAB07070000058.jpg]: huwelijksvoorwaarden tussen Dirk Hagen en Anna Bleeker, minderjarige dochter. Toch heeft zij al een 'behuwdvader', namelijk Hendrik Willink, en een 'behuwd grootmoeder', namelijk Christina Eppenhoff, weduwe van Ananias Willink

* 1716, 19-11: Stadsarchief Amsterdam, DTB begraven Nieuwe Kerk [1057-170]: Christina Eppenhoff, weduwe Ananias Willink, Houttuijn, fl 8:-.


kind 11: Judith Willink

filiatie: aangenomen o.g.v. Stam-boek der Willingen

lit: W.E.M. ten Cate: 'De Almelose tak van de (van oorsprong doopsgezinde) familie ten Cate uit Borne', (Maasland 1991) p. 23; C.L. ten Cate: "De (van oorsprong doopsgezinde) familie Ten Cate uit Borne" (Utrecht 1986) p. 93-97 en 270-273.

* 1657, 21-9: HCO Zwolle, Stadsgericht Almelo [2596]: Jan ten Caethe arrest gedaen op die huyrpenningen, staende onder Borgemeister Peter Bartscherer wegen Olde Wevers

* 1658, 25-10: HCO Zwolle, Stadsgericht Almelo [2596]: Jan ten Kaette spreckt aen Swenneken Gosens voor 3 gld., hercomende van linnende waeren

* 1659, 27-4: HCO Zwolle, Stadsgericht Almelo [2596]: Erschennen die E. Geert Warnars ende de E. Joan ten Caete als gekorene ende ge ... mombaren, geconsentieret dartoe wesende (onleesbaar) over de kinderen van Joan Warnaers (deze voogdijschap betrof dus familie van moederszijde)

* 1659, 20-6: HCO Zwolle, Stadsgericht Almelo [2596]: Jan ten Katte spreckt aen, enz.

* 1659, 4-7: HCO Zwolle, Stadsgericht Almelo [2596]: Jan ten Katte spreckt aen, enz.

* 1659, 12-9: HCO Zwolle, Stadsgericht Almelo [2596]: Jan ten Katte spreckt aen, enz.

* 1659, 20-9: HCO Zwolle, Stadsgericht Almelo [2596]: Jan ten Katte spreckt aen, enz.

* 1659, 26-9: HCO Zwolle, Stadsgericht Almelo [2596]: Jan ten Caete spreeckt aen Joan Bolte vor 37 gld. 7i stv. van gecoffte lijnnenwade, vor kosten und schaden cum expensis. Contumax

* 1659, 10-10: HCO Zwolle, Stadsgericht Almelo [2596]: Jan ten Caete spreeckt aen Hendrick Dunckemans vor 107 gld. 8 stv. volgens obligatie, enz.

* 1659, 24-10: HCO Zwolle, Stadsgericht Almelo [2596]: Jan ten Katte verlengt de termijn tegen Hendrick Dunckemans

* 1659, 7-11: HCO Zwolle, Stadsgericht Almelo [2596]: Jan ten Caete doet aneijschinge tegen Hendrick Dunckemans

* 1659, 21-11: HCO Zwolle, Stadsgericht Almelo [2596]: Jan ten Caete spreckt aen Anna Beckers voor door de sonne Gerrijt gehaelet, vor 86 gld. 4i stv., mede vor schaden toe rechte

* 1660, 17-1: HCO Zwolle, Stadsgericht Almelo [2596]: Joan ten Katte wegen den Moller in Den Ham ... (verder onleesbaar)

* 1660, 6-2: HCO Zwolle, Stadsgericht Almelo [2596]: Jan ten Katte versocht wegen den moller (molenaar) in Den Ham an Gerryt Kuiper's panden

* 1660, 7-5: HCO Zwolle, Stadsgericht Almelo [2596]: Jan ten Caeten spreckt an Gerrit Lambers Kuiper voor die summa van 22 gld. 9 stv., enz.

* 1660, 28-5: HCO Zwolle, Stadsgericht Almelo [2596]: Joan ten Katte versocht aeneijschinge tegens Gerryt Lambers Kuiper

* 1660, 2-7: HCO Zwolle, Stadsgericht Almelo [2596]: Jan ten Katte wegen sijn swager Gert Mollers om in rechte niet vercortet te werden tegen Gerryt Wineham (?), voor so verre syn deurgaende recht in alles als vorgemelt erholden [het kan niet worden uitgemaakt op welke wijze deze "zwager" familie van hem is : via zijn vrouw of via de Schimmelpenninck's ?]

* 1660, 11-10: HCO Zwolle, Stadsgericht Almelo [2596]: Jan ten Caete spreckt aen Joan Prinsen voor 7 gld. 13 stv. ende schaden toe rechte. Versocht 14 dagen

* 1661, 14-1: HCO Zwolle, Stadsgericht Almelo [2596]: Jan ten Caete spreckt an Gerryt Becker voor 86 gld. 41 stv. (met vervolgens nog een tweede persoon voor 29 gld. 144 stv.)

* 1661, 21-1: HCO Zwolle, Stadsgericht Almelo [2596]: Jan ten Cate spreekt vier schuldenaren na elkaar aan

* 1661, 28-1: HCO Zwolle, Stadsgericht Almelo [2596]: Jan ten Caete doet aneischinge tegens Jan van Golden ende Gerryt Kuiper

* 1662, 13-1: HCO Zwolle, Stadsgericht Almelo [2596]: Jan ten Katte per procutator Manegolt doet anspracke an Gerryt Lamberts Kuijper ad 22 gld. 9 stv., met schaden toe rechte. Contumax

* 1662, 27-1: HCO Zwolle, Stadsgericht Almelo [2596]: Jan ten Katte versocht aneischinge tegen Gerryt Kuiper's panden

* 1662, 14-4: HCO Zwolle, Stadsgericht Almelo [2596]: Dr. Manegolt versocht hem competerende de serviti salary solutio (o.a. wegens Johan ten Caete) drie vacatiën. Non comparuit

* 1662, 23-6: HCO Zwolle, Stadsgericht Almelo [2596]: Jan ten Kaete doet anspracke an Jan Bolte voor de somma van 26-11-0, soe den 27 Apr. 1662 met hem bereeckent. Bolte per uxore (via zijn echtgenote) versocht 14 daegen

* 1662, 22-9: HCO Zwolle, Stadsgericht Almelo [2596]: Jan ten Caete spreeckt an Hendr. Cuypers voor vyff gld. 131 stv. volgens affreeckeninge, enz. Jan ten Caete versocht aneygeninge an de panden van Jan Bolte

* 1666, 24-9: HCO Zwolle, Stadsgericht Almelo [2597]: De burghemeesteren, sich getransporteert hebbende op versoeck van Jan ten Caete achter 't huijs van Jan ten Caete en Wolter Blouwel, in praesentie van Jurryen Overstege uit naem van Blouwel, ter fine om in oghenschien te nemen hoeveel voet den post, daer 't afdack op rust achter de keuken van Blouwel voorsz staet van 't huijs of huijsstijl van Jan ten Cate. Is bevonden bij 't gerichte ende door den timmerman Derck Vos met de rije afgemeten, dat de post of stijl, daer 't afdack achter 't huijs voorschr op rust, staet an de gruppe ende drie voot min een vijrdel van den tweden huijsstijl van Jan ten Caete also dat de druppe van 't afdack viel op de gront van Wolter Blouwel ende niet binnen na de gruppe.

* 1666, 29-10: HCO Zwolle, Stadsgericht Almelo [2597]: Jan ten Caete spreeckt an Gaspar Hendrix voor 18 gld. 2/ stv. bereeckende schult ; Bernt Eskes voor negen en vijftich gld. 10 stv. van laecken en stoffen ; Wolter Ounckelman neghen gld. 13 stv. weegens een swart laecken cleet. Versocht aneyschinge tot betalinge of verwin. Omnes angeëyst sed etiam oes contumax

* 1667, 17-6: HCO Zwolle, Stadsgericht Almelo [2597]: Jan then Caete spreeckt an Wolter Ounckelman voor 9 gld. 13 stv. heercomende van een swart laackens cleet, ao. 1662 in April gelevert. Versocht betalinge of verwin

* 1667, 8-7: HCO Zwolle, Stadsgericht Almelo [2597]: Jan then Caete geëijgent an die panden van Alofs Wolter

* 1667, 14-9: HCO Zwolle, Stadsgericht Almelo [2597]: Jan then Caete geëijgent an die panden van Harmen Willarts

* 1667, 28-10: HCO Zwolle, Stadsgericht Almelo [2597]: Jan then Caete geëijgendt an die panden van Hendrick Nijlandt

* 1667, 10-11: HCO Zwolle, Stadsgericht Almelo [2597]: Johan then Caete spreeckt an de weduwe Berent Eskes voor negen ende veertich gld. ende versoeckt aneischinge om betalen of verwin. 14 Dagen. Idem Johan then Caete spreeckt an Roolf Hendrix voor 5 gld. 131 stv., enz.

* 1667, 2-12: HCO Zwolle, Stadsgericht Almelo [2597]: Jan then Caete verwin geindineert an die panden van de weduwe van Berent Eskes

* 1668, 20-1: HCO Zwolle, Stadsgericht Almelo [2597]: Jan then Caete bespreeckt de erfgen. van zall. Mr. Willem Steenmetseler voor 24 car.gld. 4 stv. volgents overgeleverde reeckeninge op den 27 Maert 1667 van wegens winckel- ende gehaelde waeren. Versocht aneijschinge om betalen. Angeëijst. Contumax

* 1668, 3-2: HCO Zwolle, Stadsgericht Almelo [2597]: Jan ten Caete geëijgent an de panden van de erfgen. van wijlen Steenmetselar

* 1668, 5-6: HCO Zwolle, Stadsgericht Almelo [2597]: Johan Schimmelpenninck, schoenvader van Jan then Caete, coeper ende eijgenaer van seecker huijsplaets ende getimmer staende en geleghen in de jurisdictie van dese stadt tusschen de huijseren van Mr Wolter Blouwel, borger tot Deventer, ende Berendt Cnoep, sijnde ther hande gestelt seeckere Acte van Inleijdonghe op deselve behuisinghe in dato den 27 Apr. 1668 door Jurrich Aversteghe qqa. gedaen, doet mits desen daerthegens uitleijdinghe nae Landtrechte, met versoeck dat dhetselve mach worden voor gebuer g'enregistreert ende geïnsinueert aen Jurrich Averstege voornt: Voorts contenderende in cas van vervolch van dese proceduijre tot reële burgstelling pro litium expensis et indicatum solvi, om sich daer an bij uitslach van sacke cost ende schadeloos te moghen verhalen.

* 1670, 24-10: HCO Zwolle, Stadsgericht Almelo [2598]: Jan ten Cathe spreeckt an Keijser Gerrit om betalinge van 13 gld 9 stv weghens gelevert laecken ende touwhuir. Versocht betalinge of verwin. Wordt 14 dagen versocht.

* 1671, 30-6: Het geslacht Warnaars p 118: Wij Burghemeesteren, Schepen en Raedt der Stad Almelo certificeeren cracht desen dat vor ons sijn erschenen die Eer. Geesken Warners wedewe Schimmelpenninck g'adsisteert met haer gecoren ende togelatenen momber in deesen Johan Palthe, voor haer selven, alsmede compareerden Jan Tijlleman met sijn huijsvrouw Judith, Harmen Schimmelpenninck ende Jan Schimmelpenninck elck voor sich ende samentlijck, lijden becanden in een stedijgen ende vasten erfcoop erflijck vercoft te hebben an die Ed. Johan ten Caete ende Judith Willinck eheluyden haer eygendoomlijcke huis geleghen alhijr in Almelo, etc.

* 1691, 12-11: HCO, familiearchief Schimmelpenninck, Bieskensbijbel: 1691 den 12 novemb is gestorffen mijn broeder Jan ten Cate. De Heere verleene hem een blijde opstand.

etcetara (zie boek van C.L. ten Cate)


openstaande vragen / discussie