In 2002 ging een overleg van start tussen een groep Noordzeestaten over de toenemende overstromingsrisico’s langsheen de kustlijnen als een gevolg van de klimaatwijzigingen en de ruimtelijke ontwikkelingen. Hieruit vloeiden nieuwe inzichten voort over risicobeheer in kustregio's. Daarop besloot de Afdeling Kust van de Vlaamse Gemeenschap om werk te gaan maken van een Geïntegreerd Kustveiligheidsplan, geïntegreerd in de zin dat naast de veiligheid – die uiteraard op de eerste plaats komt – de wisselwerking met andere factoren wordt onderzocht, zoals de omgeving, landschap en erfgoed, fauna en flora, en de mens. In 2007 werd een grootschalige studie opgestart waarbij naast de eigen diensten ook het Waterbouwkundig Laboratorium (Antwerpen), het Maritiem Instituut (RUG), het studiebureau Arcadis e.a. werden ingeschakeld. Parallel hieraan werd een grondige veiligheidstoets van de gehele kust ondernomen.
Kaart 1 - Veiligheidslijn Vlaamse kust
Deze foto geeft duidelijk het verschil weer bij storm tussen de westhoekzone en de badzone van De Panne
Het hoofddoel van het kustveiligheidsbeleid is het veilig stellen van de eerste zeewering, de meest zeewaartse kustbescherming; zie kaart hiernaast. ‘Hold the Line’ is het devies. Dus wordt primair naar het waterniveau gekeken
Het plan neemt als tijdshorizon 2050, zodat de verwachte zeespiegelstijging tot dat jaar wordt meegenomen. Hiervoor wordt 30 cm ingecalculeerd, afgeleid van de 59 cm die het IPCC (Intergovernmental Panel on Climate Change) voor 2100 als bovengrens heeft voorop gesteld.
Maar het zijn vooral de stormen die het veiligheidsniveau gaan bepalen, als de belangrijkste natuurlijke bedreiging in de Noordzeeregio. Bij een storm met een retourperiode van 1.000 jaar wordt een stijging van het zeewater tot TAW + 7m verwacht, en een golfhoogte van ruim 5 m bij NNW-wind. Bij een retourperiode van 4.000 jaar wordt dit TAW + 8m.
Even ter vergelijking, om deze cijfers te duiden: het hoogwaterpeil bij gemiddeld springtij bedraagt voor Oostende TAW + 4,69m; wanneer het zeewaterpeil stijgt naar TAW + 5,60m gaat van de bevoegde kustdiensten een stormvloedwaarschuwing uit. En de zeedijk van De Panne ligt op TAW + 9,30m, terwijl de Westhoekdijk TAW + 7,00 m haalt.
Bij de veiligheidstoets werd vastgesteld dat in de badzones Oostende en De Haan-Wenduine én in de vier kusthavens bij zeer zware stormen die het waterpeil tot TAW + 8m zouden opstuwen, bressen in de zeewering kunnen ontstaan die tot uitgestrekte overstromingen in het achterland zouden leiden.
Bovenstaande vaststellingen hebben tot twee normen geleid waarop het Vlaamse kustveiligheidsbeleid zal worden gestoeld. Terzelfdertijd werd de veiligheidslijn, die ten allen prijze moet gehouden worden, als volgt gedefiniëerd: het is een ononderbroken lijn van grens tot grens, die samenvalt met de meest zeewaartse grens bij bewoonde zones, of met de hoogtelijn van 7m of 8m TAW, naargelang de maatgevende storm, bij onbewoonde zones en duingebieden.
Wat zijn nu die normen?
1. Bij stormen met een terugkeerperiode van 1.000 jaar mogen slechts minimale problemen optreden. In de praktijk houdt dit in dat het piekoverslagdebiet bij harde zeeweringen onder de 1 liter/m/s moet blijven, en dat erosie of afslag aan dijk of duin de dichtstbije bewoning niet mag bereiken.
2. Het risico op grote schade en op slachtoffers moet ten allen tijde worden beperkt. Gezien het risico op toenemende slachtofferaantallen toeneemt bij minder frequent voorkomende stormen, en als een gevolg van de vaststellingen hierboven wordt deze norm in de praktijk vertaald naar de controle op potentiële bresvorming bij 8m TAW. Dit peil wordt aldus als een bovengrens ingevoerd, waarbij het merendeel van de risico's als ingedekt mag worden beschouwd.
De uitgevoerde veiligheidstoets werd aan de hand van beide normen geanalyseerd, en zo ontstond een lijst van aandachtszones, waar iets zou moeten gebeuren, gaande van verdere controle tot daadwerkelijk ingrijpen. De gevaarlijkste punten werden inmiddels reeds aangepakt, nog voor de studie was afgerond. Zo werd in Oostende ter hoogte van het Heldenplein een noodstrand aangelegd, en werd in De Haan het strand aanzienlijk verbreed. Daarnaast werden de werken gestart voor de beveiliging van de Oostendse haven. Na deze urgente ingrepen is de huidige veiligheidssituatie zodanig dat 2/3 van onze kust de vooropgestelde normen haalt; het overige 1/3 met inbegrip van de havens is slechts beveiligd tot een storm met een retourperiode van 100 jaar. Ter vergelijking: de storm uit 1953 die Oostende deed onderstromen en de ramp in het Deltagebeid veroorzaakte, had een retourperiode van 1 op 250. Dit geeft meteen het programma aan van het Masterplan, dat nog dit jaar in uitvoering moet gaan.
We hebben reeds herhaaldelijk gewezen (zie artikels De storm ... en daarna ? en Golven en zeeweringstechniek) op het gevaar van overtoppende golven, die een zeewaterpeil met ettelijke meters kunnen overstijgen. In die zones waar de golven de kust vrij kunnen benaderen zullen daarom waar mogelijk voorzieningen dienen getroffen om de golven van de veiligheidslijn weg te houden. Een typisch voorbeeld van hoe dit kan vormt het brede strand van De Panne, waar de golven die voor de vloedlijn uitlopen hun energie aan het zachthellende zand overdragen om uiteindelijk gewoon stil te vallen. Zie de foto en de bijhorende schetsen hiernaast.
Na een diepgaande studie van de vele mogelijke maatregelen werden volgende methodes weerhouden. De effectieve keuze voor de diverse aandachtszones moet nog gebeuren.
Deze aanpak, waarbij de zogenaamde ‘zachte’ maatregelen (zandsuppletie) sterk doorwegen, heeft het voordeel dat op die manier het natuurlijke karakter van de kust wordt versterkt. Naar de toekomst toe kunnen deze maatregelen flexibel worden toegepast t.o.v. de reële zeespiegelstijging. De fijne details van deze werkmethode zullen in een volgend artikel nader worden bekeken.
Het plan zoals hierboven geschetst ligt sinds september 2009 voor als een plan-MER (milieu effecten rapport), en zou ten laatste in juni 2010 – binnenkort dus – zijn beslag moeten krijgen. Parallel hieraan loopt een MKBA (maatschappelijke kosten-baten analyse) op basis waarvan het in diezelfde periode tot definitieve keuzes zou moeten komen wat betreft de uit te voeren werken. In het kader van deze MKBA werd een aanvankelijk budget uitgewerkt dat € 300 miljoen beloopt, naast een jaarbudget voor onderhoud van de zeeweringen dat op € 20 miljoen wordt begroot.
Boven: Kaart 2 - Aandachtszones veiligheid Westkust
Onder: Kaart 3 - Aandachtszones De Panne
En wat houdt dit alles in petto voor onze Westkust ?
Op kaart 2 worden de secties aangegeven waar ten aanzien van de vooropgestelde normen een probleem zou kunnen opduiken. De gebruikte kleurcode geeft al de ernst aan:
1) oranje: bij de 8m TAW storm ontstaat een bres met overstroming naar het achterland als gevolg;
2) rood: de veiligheid bij een 1.000-jarige storm is niet verzekerd;
3) blauw: beoordeling is onzeker; verder onderzoek nodig
Oranje problemen komen aan de Westkust niet voor, behalve in de haven van Nieuwpoort. Rode problemen zijn er in De Panne, St Idesbald en Koksijde.
De Panne (kaart 3):
Sectie 8: de verst gelegen appartementsgebouwen, en sommige huisjes van het Vissersdorp liggen achter één beperkte duinenrij. Bij de 1.000-jarige storm kan de duinafslag – afhankelijk van de duur van de storm – de voet van deze gebouwen bereiken. Bij de 8m TAW storm moet hier zelfs voor bressen gevreesd worden in deze duinenrij, zonder gevaar evenwel voor het hinterland dank zij de breedte van het achterliggende duinengebied. Zie nevenstaande foto en bijhorende kaart 4.
Boven: Muurtjes op de zeedijk, hier uitgevoerd als zitbanken
Onder: Zandschermen, ook in De Panne sinds afgelopen winter
In feite wordt hier bevestigd waar we reeds herhaaldelijk op wezen (zie De Westhoekdijk ... zin en onzin); de dijk die ooit werd gebouwd om deze gebouwen te beschermen, is te laag en heeft mede daardoor het probleem verergerd door de ontzanding van het voorliggende strand in de hand te werken. Bij de toetsing in het kader van het kustveiligheidsplan werd dit gelukkig onderkend.
maatregel: twee alternatieven:
· duinsuppletie: het volume van de voorste duinenrij aan zeezijde vergroten over een lengte van 200 m om te voorkomen dat de erosie tot de gebouwen zou reiken, en om bresvorming te verhinderen.
· Strandsuppletie: een zandbuffer op het strand aanbrengen over een lengte van 600 m.
In feite wordt op die manier een hoogstrand gevormd voor de duinvoetversterking, een oplossing waar we hier reeds herhaaldelijk voor hebben gepleit.
Secties 13 en 15 tot 18: voor de gebouwen ligt een promenade, geen zeewerende dijk. Het strand is evenwel zodanig breed dat geen afslag tot aan de veiligheidslijn moet worden gevreesd. Bij de 1.000 jarige storm wordt enkel gevreesd voor relatief hoge overslagdebieten. Sectie 14 voldoet wel op dat punt omdat daar de Witte Berg ligt.
maatregel: ook hier zijn twee alternatieven mogelijk
· Strandsuppletie hoog strand: over 1 km een volume zand op het hoog strand, in feite een berm aanbrengen om de lijn van strandafslag verder van de gebouwen te brengen
· Bouw van een laag muurtje tot 10,3m TAW op de promenade, en geen verdere strandsuppletie toepassen. Het muurtje kan op de bestaande en toekomstige garages worden gefundeerd.
Kaart 4 - Situatie aan de Westhoek; zie ook foto erboven. Hier is duidelijk te zien hoe de zone voor de Westhoekdijk steeds verder aan het ontzanden is
Kaarten 5 en 6 - Nieuwpoortse haven
St Idesbald:
Secties 21 tot 25: ook hier is er een promenade voor de gebouwen, geen dijk, die wel hoger ligt dan in De Panne. Overslag is hier dan ook niet het probleem, wel erosie. Het beperkte hoog strand kan bij de 1.000 jarige storm zodanig afslaan dat de erosie tot bij de gebouwen kan komen.
maatregel: opnieuw twee alternatieven
· Zoals in De Panne wordt ook hier over 1,5 km op het hoog strand een berm aangebracht om de lijn van strandafslag verder naar zee te dringen
· Deze berm kan door een keerwandje vervangen worden, voor de promenade in het strand aan te brengen, en voldoende diep gefundeerd.
Koksijde:
Secties 26 en 31: er is een harde zeewering aanwezig die bresvorming uitsluit. Wel zullen bij de 1.000 jarige storm te hoge overslagdebieten optreden.
maatregel: terug twee alternatieven
· zandsuppletie op het laag strand om dit te vergroten, in combinatie met een verdere suppletie op het hoog strand
· Alle suppletie, buiten het reguliere onderhoud, kan hier vervangen worden door een laag muurtje op de zeewering
Sectie 39 (St André strand): de geasfalteerde toegangsweg ligt te laag, waardoor hier bij de 1.000 jarige storm een hoog debiet de weg zal binnen dringen.
maatregel: spreekt voor zich, de toegangsweg moet over een verhoogde berm worden geleid
De haven van Nieuwpoort (kaarten 5 en 6)
Deze haven biedt een resem problemen die op bijgaande kaart 5 zijn samengebracht. Laat het duidelijk zijn dat deze problemen ook voor “ons” hinterland van belang zijn. Als Adinkerke ooit zou onder water lopen, zal dit water langs Nieuwpoort binnendringen, niet doorheen de Pannese duinen.
In feite zijn er twee mogelijkheden, ofwel ga je het hele havengebied omringen met muurtjes tot op het gewenste veiligheidsniveau, en ook alle sluisdeuren, ofwel ga je op de kustlijn in de vaargeul een beweegbare stormvloedkering bouwen (kaart 6). De keuze is bijzonder budgetgevoelig, daar de kostprijs van zo’n kering de orde van groote van een zeesluis benadert, maar uiteraard een veel vriendelijker oplossing uitmaakt voor de gebruikers van het havengebied.
Uit wat voorafgaat blijkt het al bij al nog mee te vallen voor de Westkust. De grote problemen liggen verder naar het oosten, waar zo goed als geen duin meer over is. Uiteraard zal ooit, als de zeespiegel blijft stijgen, onze gehele kust steeds verder onder druk komen. Daar wordt reeds over nagedacht. Onder andere door de Vlaamse baggeraars, die in juli 2009 plan “Vlaamse baaien 2100” voorstelden. Hierbij gaan ze verder op de weg die door het Kustveiligheidsplan wordt ingeslagen, maar breiden de zandsuppleties verder uit naar de Vlaamse Banken, zodat voor onze kust natuurlijke eilanden ontstaan, reuze golfbrekers. In feite draaien ze op die manier de klok terug naar het prille Holoceen, 10.000 jaar geleden, toen na de laatste Ijstijd de zee ging stijgen en onze kustlijn veel noordelijker lag. Maar dat is verre toekomst
De Panne, 12 maart 2010
auteur Noël Hoste
naar een idee van Noel Hoste en Jose Decoussemaeker