OOSTEROM

Staatscourant 20 Februari 1947

Dossier No. 788.

Rol No. 435.

EXTRACT-UITSPRAAK

Tribunaal voor het arrondissement Utrecht

Bij uitspraak van genoemd Tribunaal (1ste kamer) van 27 September 1946 is de beschuldigde Bernardus Oosterom, geboren te IJsselstein 18 Augustus 1894, van beroep architectingenieur, wonende te Utrecht, thans gedetineerd in kamp Rhijnauwen, schuldig verklaard; en zijn hem, op grond van de betrekkelijke artikelen, als bijzondere maatregelen opgelegd:

1. interneering, waarbij in overweging wordt gegeven den tijdsduur hiervan te beperken tot den tijd, door beschuldigde tot op heden in vóór-interneering doorgebracht, zoodat beschuldigde onmiddellijk in vrijheid kan worden gesteld;

2. ontzetting van het recht van kiezen en verkiesbaarheid bij krachtens wettelijk voorschrift uitgeschreven verkiezingen;

3. ontzetting van het recht van het bekleeden van ambten;

4. verbeurdverklaring van het vermogen van beschuldigde, beperkt tot een bedrag van f 1000 (één duizend gulden); bepaalt, dat de gemeenschap van goederen, waarin beschuldigde is gehuwd met Hendrika Cornelia Norbert, zonder beroep, wonende te Utrecht, wordt ontbonden; verstaat, dat het beheer over het vermogen van beschuldigd, kan worden beëindigd drie maanden na de tenuitvoerlegging van den opgelegden maatregel van verbeurdverklaring van het vermogen van beschuldigde.

Fiat executie verleend op 6 December 1946 door de Hooge Autoriteit, bedoeld

in art. 4 K.B. van 23 december 1944, Stbl. E 153

(w.g.) Verdam