8 juli 2024 Tilburg
In 1864 werd Vincent als elfjarig jongetje naar een kostschool in Zevenbergen gestuurd. Hier werd les gegeven aan een kleine groep leerlingen afkomstig uit Nederlands hervormde families. In augustus 1866 verliet hij alweer om onduidelijke redenen de kostschool.
Op 15 september 1866 liet hij zich inschrijven in het bevolkingsregister van Tilburg.
En daar gaan we vandaag wandelen. We rijden met de auto naar Tilburg. Het is redelijk rustig op de weg, tsja, het is vakantie.
Eenmaal in Tilburg parkeren we de auto in de wijk Jeruzalem.
Van hier uit lopen we naar de brug over het toegangskanaal dat naar de Piushaven leidt. Via het Havenpad komen we op een wandelpad dat langs het kanaal loopt. We passeren enkele schepen die langs de kade liggen. We lopen over een leuk pad, dat deels uit houten vlonders bestaat. Bij het Wilhelminakanaal volgen we het pad naar links en gaan even later over een brug naar rechts. We verlaten hier de stad en komen in het buitengebied. We volgen de kanaaldijk naar rechts en houden bij de Kommerstraat links aan. Links van ons ligt het landschapspark de Moerenburg. We zien een poortje waar een paadje loopt. We vragen ons af of we dit paadje moeten nemen of het weggetje volgen. We kiezen voor de eerste optie en wandelen naar een stalen monument dat de locatie markeert waar eeuwenlang huize Moerenburg stond.
Dit riante stenen woonhuis werd in het begin van de 14e eeuw gebouwd en fungeerde ook als boerderij. In 1384 werd het verkocht aan de abdij van Tongerlo en werd het een pastorie. In de 18e eeuw werd het huis uiteindelijk gesloopt. Het stalen skelet dat er nu staat laat toch veel aan de verbeelding over.
We lopen verder langs de Korvelse Waterloop, een sloot. Beide oevers zijn voorzien van damwandplaten, tussen deze platen zijn stalen profielen aangebracht. Schijnbaar om de oevers tegen instorting te beschermen. We steken een bruggetje over, passeren enkele bankjes en komen op een verhard weggetje waar we rechtsaf gaan. We lopen in de richting van de Baars, een druk “kruispunt” van snelwegen. Via enkele viaducten lopen we onder de snelweg en toeritten door en komen in een rustiger omgeving. We volgen rustige paden door een mooi landschap. Bij een T-kruising houden we rechts aan.
We zien een bankje en gaan pauzeren. We eten een broodje, en drinken een kop warme koffie. Vanochtend extra gezet door Tiny. Dit is genieten, in een fraaie omgeving. Je kunt je niet voorstellen dat de autosnelwegen hier dicht in de buurt liggen. Verder lopend gaan we bij de volgende T-kruising weer linksaf waarna we bij een smal bruggetje over een beek komen.
Het oogt avontuurlijk, dus gaat Tiny voorop om deze “barrière” te nemen. Wat natuurlijk geen probleem is ( maar wel leuk). Aan de overzijde volgen we het pad verder.
Via een rustig verhard weggetje komen we bij het historische café Mie Pieters in Heukelom. Maria Pieters was een kasteleinsvrouw, afkomstig uit Leende. In de 19e eeuw kon men in haar café een vismaaltijd nuttigen voor 15 of 30 cent. In dit gebied - de Helleputten - werd destijds veel gevist. Overigens: het café had destijds de “romantische” naam “Jagers en Vissers Lust”. Maria Pieters bleef altijd ongehuwd, ze overleed in 1936.
Helaas, het café is op maandag gesloten......
Wij volgen het weggetje naar rechts. Bij een kruispunt zien we een bankje met tafel, waar we even pauzeren. Een meneer komt een praatje maken en vraagt tevens of we misschien de weg zoeken. Nee, dat zeker niet, maar de paaltjes met de knooppunten zijn niet altijd duidelijk te zien. Gele pijlen zoals in Spanje zijn altijd duidelijk. Daar weet hij alles van, hij liep ook de camino naar Santiago de Compostela.
Wij volgen het pad rechtdoor en begeven ons in de Oisterwijkse Bossen. Na zo’n 10 minuten gaat de route rechtsaf.
We komen op een zandvlakte, midden in het bos. Het is de Pierenberg, een zandverstuiving. We zien veel kinderen spelen op deze wonderbaarlijke plek. Logisch! Na een rondje rondom de zandvlakte gelopen te hebben komen we weer op het oorspronkelijke pad. We nemen vervolgens het eerstvolgende weggetje naar rechts. Dit verlaten we ook alweer gauw; de route leidt ons naar het Galgeven.
Onze eerste reactie is : “Wauw!”. Prachtig, zou Vincent hier ook geweest zijn? We weten het niet, maar ongetwijfeld zou hij ook genoten hebben van deze plek. We wandelen rondom het ven, dat ongeveer 16 hectare groot is. Tiny ziet dat er nog een klein ven naast het grote ligt, enigszins verscholen achter grote rododendrons.
Dit ven is bijna geheel bedekt met waterlelies. Op een enkele plek is het pad drassig, en moeten we voorzichtig zijn. Voordat we het ven verlaten kijken we nog even om. Dit is echt een plek om tot rust te komen. Maar we moeten verder over een slingerend pad door het bos. Totdat we bij een doorgaande weg komen die we oversteken. Aan de overzijde gaan we naar rechts. Dit is de Tilburgse Weg, die even later Eindhovense Weg heet. We passeren een bijzonder gebouw: De Rendierhoeve.
Boven de poort van dit gebouw prijkt het hoofd van een rendier. De historie gaat terug naar 1903 toen Franse zusters van de orde der Cisterciënzers hier hun toevlucht zochten. Het waren slotzusters, en moesten van de buitenwereld afgeschermd worden. Achter de poort werd daarom een noodklooster gebouwd en rondom het complex een hoge muur gemetseld. De Trappistinnen noemden het klooster Notre Dame du Perpétuel Secours ( OLV van Eeuwigdurende Bijstand). Na 10 jaar konden de zusters weer terugkeren naar Frankrijk. Het complex is tegenwoordig particulier bezit. Er zijn plannen om het geheel een nieuwe herbestemming te geven en open te stellen voor bezoekers. Een mooi initiatief!
Wij volgen de Eindhovense Weg die even verder een knik naar links maakt. We staan nu voor een klooster dat grote bekendheid geniet: de Abdij Onze Lieve Vrouw van Koningshoeven.
De abdij ontstond in 1880. Het trappistenbier dat er gebrouwen wordt is de grootste bron van inkomsten voor de broeders.
We houden er een korte pauze en drinken koffie/thee. Én eten er een Brabants worstenbroodje. Het is hier goed toeven, de paters hebben het goed geregeld!
Vanuit de abdij gaat de route verder door het veld in de richting van de bekende uitkijktoren. Echter tot bij die toren komen we niet, kort voor een viaduct gaat de route linksaf. We besluiten de route te volgen en niet naar de uitkijktoren te gaan. Even later lopen we onder de snelweg A58 door en volgen we het Wilhelminakanaal. Achter het viaduct met de Meijerijbaan moeten we rechtsaf. Deze laan volgen we ca. 400 mtr., waarna we een knik rechtsom maken en via de Meierijbaan terug lopen en via het viaduct over het kanaal lopen. Toch een beetje omslachtig denken we, want er loopt een heer voor ons die we voorheen gepasseerd hebben. En die heer loopt echt niet hard! Het laatste stuk terug naar de haven is rommelig, maar we komen er wel. De route eindigt bij de Piushaven. Maar wij hebben weinig sporen van Vincent gevonden. Dus lopen we door naar het Sint Annaplein waar Vincent in de kost ging bij Jan en Adriana Hannik.
Hier aangekomen zien we inderdaad aan de gevel een grote gevelsteen met een afbeelding van de schilder. Ook staat er een mooi “bèngske” bekleed met mozaïektegeltjes, en een 2-tal spades ( Vincent maakte in Tilburg een tekening van een man leunend op een spade).
Vanuit dit pleintje wandelen we naar de Rijks-HBS Koning Willem II. Dit was een voormalig paleis.
Vincent studeerde hier tussen zijn 13e en 15e jaar, en kreeg hier ook tekenlessen. Hij haalde goede resultaten. Toch brak hij zijn studie af, in maart 1868 ging hij weer naar huis, naar Zundert.
Er wordt gewerkt op het plein voor het gebouw, dus blijven we niet lang. We lopen terug naar de auto en rijden naar huis. Het was een lange, en ook vermoeiende dag.
Thuis praten we nog even na over de wandeling. Zeker, het was een bijzonder mooie tocht, maar onderweg weinig ( of niks) tastbaars over Vincent. Alleen in de stad het logeeradres en de school. Beide plekken zijn niet opgenomen in de route, ze worden alleen vermeld. Jammer.
Meer foto's:
Lees verder Helvoirt