בס''ד

De andere wang

De andere wang toekeren 

Matteüs 5: 39: ''Ik zeg u echter dat u geen weerstand moet bieden aan de boze; maar wie u op de rechterwang slaat, keer hem ook de andere toe''.

Ik merk dat de uitspraak van Yeshua onder veel christenen wordt geïnterpreteerd als ware het een oproep tot pacifisme; ofwel om maar met iedereen vrede te hebben.

Begrijpen we Yeshua goed vanuit de traditionele christelijke visie, of moeten we hem vanuit een Joods gedachtegoed begrijpen?

Saillant punt is dat wij in de oude Joodse geschriften een context kunnen vinden. In de Talmoed vinden wij bijv. deze uitspraak: ''als iemand een ander een pets geeft, dan moet hij hem een sela betalen''. Een sela in die tijd was een aantal munten (zuz).

In die tijd was het slaan met de rug van je hand op iemands wang een teken dat je de ander ten schande maakte. Het was een belediging!

- m. Bava Qama 8.6: ''Als hij hem een mep geeft, moet hij 200 zuz betalen. Als hij hem slaat met de rug van zijn hand moet hij hem 400 zuz betalen.''

Een belediging is en was in die tijd heel erg:

- b. Bava Metsia 58b: ''Een ieder die zijn naaste in het openbaar doet verbleken (door hem te schande te maken) is als wie bloed vergiet''.

Als de volgelingen van Yeshua de leer van Yeshua zouden verkondigen, dan zou dat niet geaccepteerd worden door de meerderheid van de Farizeeën. De discipelen zouden dus vaak beledigd worden. In die gevallen moet dus worden afgezien van het recht op schadevergoeding. De volgelingen van Yeshua moeten dus niet bij iedere belediging hun gelijk gaan halen door die 400 zuz op te eisen. Daarmee zou de verspreiding van het Evangelie vertraagd worden.

Het zou ook kunnen dat Yeshua mikt op creatief gedrag, een niet-vanzelfsprekend handelen bij Zijn toehoorders. Als je onrechtvaardig behandeld wordt, moet je niet met gelijke munt terugbetalen, maar de kringloop van vergelding doorbreken met een onverwachte zet (citaat uit een document, zie onderaan deze pagina).

Zoals we zien slaat dit dus niet op algeheel pacifisme, maar meer op een specifieke situatie in de tijd van de Tweede Tempelperiode.