BOVENSTAANDE FOTO: Ad Spanjers

'Op De Kiem wordt vanaf de kleuterklas al goed gekeken naar de mogelijkheden van een kind en zijn/haar interesses. Mijn kind krijgt nu al alle kansen om wat extra's te doen, maar hij krijgt ook begeleiding op gebieden waarin hij juist niet zo sterk is.'

Moeder van Florian (groep 1)



Jaarplan '22-'23



Ouderbetrokkenheid 3.0.pdf
21e eeuwse vaardigheden.pdf
Bewegend Leren (2).pdf

Bewegend Leren

Bewegen is goed voor de gezondheid en voor de sociale en cognitieve ontwikkeling van kinderen. Op De Kiem hebben we een maandelijkse Buitenlesdag en plannen we beweegmomenten tijdens en tussen de lessen. Regelmatig bewegen is van essentieel belang voor de gezondheid en voor een optimale concentratie, waardoor kinderen beter in staat zijn om lesstof op te nemen.

De start van de Buitenlesdagen op De Kiem op DTV

Tien redenen voor bewegend leren


Leren in de 21ste Eeuw

Hoe bereiden we onze kinderen voor op een toekomst die we nog niet kennen? De maatschappij verandert door technologie en digitalisering van een industriële naar een kennis- en netwerksamenleving. Werk verandert, functies veranderen.

Jongeren hebben 21e eeuwse vaardigheden nodig om hierop voorbereid te zijn. Eeuwse vaardigheden, of 21st century skills, zijn competenties die leerlingen nodig hebben om succesvol deel te nemen in de maatschappij van de toekomst.

Wat zijn 21e eeuwse vaardigheden?

Het gaat om 11 competenties die weergegeven zijn in nevenstaand model. Het gaat bijvoorbeeld om vaardigheden als kritisch denken, creatief denken, probleem oplossen, ict-basisvaardigheden, informatievaardigheden, computational thinking en mediawijsheid.

De competenties worden zowel los als in samenhang verwerkt in ons lesaanbod. Een aantal concrete voorbeelden hiervan lichten we graag toe; Innovatie, Coöperatief leren en Kindgesprekken en -plannen.

Innovatie

Op De Kiem investeren we in innovatie. Leerlingen en leerkrachten worden begeleid door een leerkracht die gespecialiseerd is op dit gebied. Vanaf groep 5 begeleidt deze vakdocent de groepen en leerkrachten.

Er wordt dan specifiek aandacht besteed aan de competenties ICT-basisvaardigheden, Informatievaardigheden, Computational Thinking en Mediawijsheid. Leerlingen maken bijvoorbeeld een digitaal portfolio, een eigen website, leren programmeren, ontwerpen een mindmap en kijken kritisch en bewust naar sociale media

In de afgelopen jaren is de begeleiding verschoven van het geven van de lessen door de vakdocent naar het opleiden van de leerkrachten om deze lessen zelf te geven, tot het monitoren van het proces en initiëren van vernieuwingen in het aanbod.

Coöperatief Leren

Coöperatief leren heeft een structurele plek in ons onderwijs van groep 1 t/m 8. Coöperatief leren heet ook wel samenwerkend leren. Bij coöperatief leren gaat het om de samenwerking tussen leerlingen. Dit wordt gestimuleerd door coöperatieve werkvormen, waarbij kinderen in heterogene tweetallen of groepjes werken. De kinderen discussiëren samen over de leerstof, ze geven elkaar uitleg en informatie en vullen elkaar aan. Zij zoeken samen naar een oplossing en helpen elkaar. Door de coöperatieve werkvormen oefenen de leerlingen meerdere 21e eeuwse vaardigheden: samenwerken, communiceren, sociale vaardigheden, kritisch en creatief denken en probleem oplossen.

Kindgesprekken en kindplannen

De competentie ‘Zelfregulering’ houdt in: zelfstandig handelen en daarvoor verantwoordelijkheid nemen, rekening houdend met de eigen capaciteiten. Daarvoor is het nodig zicht te hebben op de eigen doelen, motieven en capaciteiten.

In het schooljaar 2017-2018 zijn we gestart met kindgesprekken en -plannen. Leerlingen worden betrokken bij hun eigen ontwikkeling en het stellen van doelen. Vanaf groep 6 zijn leerlingen aanwezig bij de start- en voortgangsgesprekken maar ook de jongere leerlingen worden, op hun eigen niveau, begeleid in het ontwikkelen van deze competentie.

Ervaring leert ons dat de kindgesprekken de relatie tussen leerkracht en leerling versterkt. Leerkrachten gaan vanuit een nieuwsgierige, respectvolle en inlevende grondhouding het gesprek aan met de leerling. Kinderen kunnen goed aangeven waarover ze tevreden zijn en wat ze anders willen. Door actief te luisteren, vragen te stellen en het kind aan te moedigen, maken leerkracht en leerling samen een plan van aanpak om tegemoet te komen aan de onderwijsbehoeften van het kind. Deze behoeften kunnen zowel op cognitief als sociaal-emotioneel vlak liggen.

'De vraag is niet of leerlingen een mening hebben of over informatie beschikken, maar hoe we met leerlingen kunnen communiceren om die mening te weten te komen, of de informatie te verkrijgen.' Martine Delfos (2008)

Ouderbetrokkenheid 3.0

Kinderen, ouders en school zijn gelijkwaardig. We zijn samen verantwoordelijk en we voelen ons verantwoordelijk voor elkaar. Dit betekent dat bij het regelmatig uitwisselen van de ontwikkelingen van een kind deze basis van gelijkwaardigheid zichtbaar is.

Kinderen, ouders en school werken samen met vertegenwoordigers uit de omgeving. Hiermee vergroten we de ontwikkelingsmogelijkheden van de kinderen en vergroten hun verantwoordelijkheid gericht op actief burgerschap.

Ouders en school voeren dialoog gericht op het curriculum en zijn samen verantwoordelijk voor de gelijkwaardigheid in het gesprek.

Ouderbetrokkenheid 3.0 kent een aantal basisvormen die op De Kiem zichtbaar zijn:

  • startgesprek

  • communicatieplan op maat

  • nieuw(school)jaarsreceptie