The Good-Morrow

Oorspronkelijk gedicht:

THE GOOD-MORROW by John Donne

In een notendop

"The Good-Morrow" is geschreven vanuit het perspectief van een ontwakende minnaar. Het beschrijft de gedachten van de minnaar als hij wakker wordt naast zijn partner. Hij reflecteert op de zinnelijke liefde en de spirituele liefde en realiseert zich dat spirituele liefde het liefdespaar verlost van zijn angsten en de noodzaak om avontuur te zoeken. Het gedicht verwijst naar bijbelse en andere katholieke teksten, zoals naar de legende van de zeven slapers en apostel Paulus' beschrijving van de goddelijke liefde en agape.


I WONDER by my troth, what thou and I

Did, till we loved ? were we not wean'd till then ?

But suck'd on country pleasures, childishly ?

Or snorted we in the Seven Sleepers' den ?

'Twas so ; but this, all pleasures fancies be ;

If ever any beauty I did see,

Which I desired, and got, 'twas but a dream of thee.

And now good-morrow to our waking souls,

Which watch not one another out of fear ;

For love all love of other sights controls,

And makes one little room an everywhere.

Let sea-discoverers to new worlds have gone ;

Let maps to other, worlds on worlds have shown ;

Let us possess one world ; each hath one, and is one.

My face in thine eye, thine in mine appears,

And true plain hearts do in the faces rest ;

Where can we find two better hemispheres

Without sharp north, without declining west ?

Whatever dies, was not mix'd equally ;

If our two loves be one, or thou and I

Love so alike that none can slacken, none can die.

THE GOOD-MORROW - Vertaling door Jules Grandgagnage

(I WONDER by my troth, what thou and I Did, till we loved ?)

De Ochtendgroet

Ik vraag me eerlijk af wat wij ooit deden

voor we ons in liefde vonden, behalve zuigen

aan de moederborst of onze kinderlijke lusten botvieren?

Of snurken in de zevenslapersgrot?

Zo was het. Maar was dit plezier niet ingebeeld?

De schoonheid die ik toen begeerde, en tot de mijne maakte,

was slechts een vage schim van jou.

Deze goede morgen doet ook onze zielen ontwaken

die elkaar niet langer angstig moeten gadeslaan;

Want liefde weerhoudt ons om nog verder te zoeken

En maakt onze kleine kamer wereldwijd.

Laat anderen oceanen en nieuwe werelden ontdekken,

Laat ze maar kaarten maken van steeds meer werelden

En laat ons één wereld bezitten, ieder één, en samen één.

Mijn gelaat in jouw ogen, en het jouwe in die van mij

Waar oprechte harten zich in spiegelen

Waar vinden we twee betere hemisferen

zonder scherp noorden en heengaand westen?

Wat sterft was nooit juist gemengd;

Met twee liefdes zo vervlochten dat geen een verzwakt,

Sterf noch jij, noch ik.