Oostvleteren 22 maart 1944

Lightning P-38 #42-68069 - 1Lt W. Jackson (364 FGP)

Geschiedenis

Op 22 maart 1944 gingen een kleine 700 Amerikaanse B-17's en B-24's van de 8ste Air Force vliegtuigfabrieken bombarderen in Oranienburg en Basdorf, dat is dicht in de buurt van Berlijn. Ze werden geëscorteerd door meer dan 800 gevechtsvliegtuigen van de 8e en 9e Air Force (125 P-38's, 496 P-47's en 196 P-51's). Doordat er boven de doelwitten 80 tot 100% bewolking was, werden de oorspronkelijke doelwitten niet gebombardeerd, maar wel het secondary target BERLIJN en diverse targets of opportunity.

Het toestel van 1Lt William JACKSON (foto rechts) behoorde tot één van de vier squadrons van de 364e Fighter Group, nl. het 385e Fighter Squadron. Het 364e moest vooral bescherming geven aan de bommenwerpers nadat ze hun bommen op Berlijn gelost hadden en de terugweg aanvingen, meer specifiek tussen de Oost-Duitse steden Havelberg en Nienburg.

Havelberg ligt niet zo ver van Berlijn, wat dus betekent dat de P-38 al heel wat brandstof verbruikt had. Tijdens het verlaten van bezet gebied, boven Hoek van Holland (bij Rotterdam), bestookten P-38's van het 364e enkele schepen. We weten nog niet of het om flakschepen ging, we weten ook nog niet of William Jackson hieraan deelnam, maar dat hij tijdens deze actie getroffen werd, behoort tot de mogelijkheden. Een andere mogelijkheid is dat hij met brandstoftekort te kampen kreeg.

Hij was trouwens niet de enige van het 385e Squadron die van deze missie niet terugkeerde. William Jackson vloog achter zijn flight leader, Captain Roy Smith, toen ze - door een vluchtgenoot - beiden voor het laatst werden gezien ten zuiden van Walcheren.

Smith voerde een noodlanding uit en werd krijgsgevangen gemaakt. William Jackson's toestel (P-38J-10 (#42-68069) crashte in de Broeken langs de Veurnestraat in Oostvleteren. Jackson kon zijn toestel tijdig verlaten, maar liet toch het leven. Duitse rapporten laten vermoeden dat hij bij een vluchtpoging als krijgsgevangene neergeschoten werd.

Twee dagen na de crash werd hij begraven in Koksijde. De Commonwealth War Graves Commission bevestigde dit laatste, en voegde eraan toe dat hij daar nog begraven lag in 1947. In de jaren nadien werd hij gerepatrieerd. William Jackson kreeg zijn definitieve rustplaats op het Acacia Park Cemetery, Beverly Hills, Oakland County, Michigan (USA).

Opgraving

Omdat de inslagkrater van het toestel nog altijd zichtbaar was, hadden we in de dagen voor de opgraving met de metaaldetector talrijke sporen gevonden van deze crash. We hadden intussen ook vernomen dat er ten tijde van de oorlog in Korea (1950-1953) reeds diverse stukken van het wrak met een kraan waren weggehaald.

Dit laatste ontmoedigde ons niet en op 1 augustus 2004 stonden we met de Groep Huyghe-Decuypere klaar om naar de "restanten" van Lightning Lockheed P-38 #42-68069 te zoeken. Het impactpunt van de crash was dus duidelijk gekend, waardoor kraanman Doom een heel beperkte en perfecte werkcirkel kon trekken en laag na laag zorgvuldig kon uitdiepen.

Beetje per beetje kwamen delen van het wrak naar boven, waarvan de motorblokfragmenten en een super charger wel de kroonstukken waren. Het waren trouwens vooral onderdelen van de motor die teruggevonden werden, evenals één van de banden van de hoofdwielen. Ondanks het feit dat er inderdaad een aanzienlijk deel van het vliegtuigwrak als "prijzig" schroot werd verkocht tijdens de periode van de Korea-oorlog, konden we toch nog enkele stukken redden en conserveren als luchtvaarterfgoed.

Foto's

Jozef Durnez reinigt één van de wrakstukken van Jackson's P-38.

Fragment van één van Jackson's P-38 motorblokken: één van de vele blinkende resultaten van groepslid Jozef Durnez.

Ook deze motorkleppen zijn gegarandeerd geconserveerd.