Standpunten

Mensen wonen graag in een stad met een zichtbaar verleden, veel openbaar groen en water. In het Parkhavengebied is dit alles aanwezig, terwijl er in de rest van Rotterdam gebrek aan is. Daarom is nieuwbouw juist op deze locatie waar geschiedenis en groen in elkaar grijpen zo schadelijk. De Stichting Groen Parkhaven verzet zich tegen het bouwplan aan de Parkhaven en heeft hiervoor de volgende argumenten.

aantasting rijksmonumenten

Op de Parkhavenstrook bevinden zich enkele van de meest belangrijke monumenten van Rotterdam. Het is als het ware één monumentaal gebied. Door de voorgestelde bebouwing verliest Euromast zijn stature, het Maastunneltracé zijn symmetrie, en het Park aan de westzijde zijn ruimtelijkheid en verbinding met het water.


De gemeentelijke Erfgoedagenda 2017-2020 zegt de bescherming van Wederopbouwmonumenten prioriteit te geven. De voorgenomen bouw van 640 appartementen in negen bouwblokken met een hoogte van 35 tot 70 meter aan de Parkhaven is hiermee volledig in tegenspraak. De Euromast en het Maastunnelcomplex, twee van de belangrijkste rijksmonumenten uit de jaren 1940-’60, komen ernstig in het gedrang. Van de stedenbouwkundig zo belangrijke zichtlijnen blijft weinig over. De geplande 70 m hoge toren op de punt bij het Drooglever Fortuynplein zal de Euromast vanuit de stad grotendeels aan het zicht onttrekken.


De ruimtelijke ligging van de Euromast – in een langgerekte groenstrook waarvan de afmetingen perfect zijn afgestemd op de hoogte van de toren - is essentieel voor de beleving van de architectonische en cultuurhistorische waarden van dit rijksmonument. Met zijn dynamische vorm, constructie van beton en staal en gerichtheid op het grote publiek, vertegenwoordigt de Euromast in optima forma de Wederopbouw-tijd. Hier voel je het optimisme en daadkracht van het na-oorlogse Rotterdam. Dit is het verhaal dat de Rotterdammers bindt aan hun stad en bezoekers interesseert voor de stad. De Euromast is bovendien al zestig jaar gezichtsbepalend voor Rotterdam. Welke zichzelf respecterende stad verbergt zijn eigen gezicht achter nietszeggende gebouwen die in willekeurig welke stad te vinden zijn?


Ook het aanzicht van de Maastunnel ter hoogte van de Parkhaven wordt door dit bouwplan aangetast. Door de muur van woningen aan één kant van het tunneltracé wordt de symmetrie van het ontwerp geweld aangedaan en zal dit stuk van het tracé beleefd worden als een diep gat. Bovendien wordt de weg hier eenzijdig beroofd van de vriendelijke groene omlijsting die in het ontwerp van de tunnel is opgenomen. En dan voorziet het plan ook nog eens in een 25 meter brede groene overkapping van het Maastunnel tracé; dat de ingang van de tunnel deel is van het rijksmonument speelt blijkbaar geen rol.


Het Park bij de Euromast – wederom een rijksmonument – liep aan de westkant oorspronkelijk door tot aan de Parkhaven. Visueel lijkt dat nog steeds zo te zijn, dankzij de uitgekiende beplanting langs het tunneltracé. Deze visuele samenhang zal wreed verstoord worden door huizenblokken. Bovendien verminken zij de unieke vorm van het Park als een aan vier zijden omdijkte groene oase. De bebouwing zal een groot deel van het jaar dominant zichtbaar zijn vanuit het Park. De windtunneleffecten, slagschaduw en afsluitende werking van de massale muur aan de westzijde zullen puur negatief zijn voor mensen, flora en fauna. Stadsparken verhogen de ecologische waarde, de veerkracht en de duurzaamheid van steden, sprak Kees Moeliker (Natuurhistorisch Museum Rotterdam) in zijn Groenrede 2019. Hij benadrukt dat er ‘niets, maar dan ook niets van bestaande parken afgeknabbeld mag worden voor woningbouw of wat dan ook.’

ondemocratisch gehalte procedure

De gemeente heeft voor het plan Parkhaven de ongebruikelijke weg van een ‘unsolicited proposal’ gekozen. In feite laat zij hiermee de regie over de burgerparticipatie over aan de vastgoedontwikkelaar, de belanghebbende partij. De burgers voelen zich van het begin af aan niet serieus genomen.


Het Bestemmingsplan Scheepvaartkwartier (2014) bepaalt dat woningbouw op de openbare groenstrook bij de Parkhaven niet mogelijk is. Desondanks hebben particuliere vastgoedontwikkelaars hun oog laten vallen op precies dit gebied. Burgemeester en Wethouders leggen hen geen strobreed in de weg. Zij worden zelfs geholpen om door middel van een versnellingsprocedure – een unsolicited proposal – de bouw zo snel mogelijk erdoor te krijgen. Vervolgens wordt het plan door de ontwikkelaar samen met de gemeente een jaar lang in het diepste geheim voorbereid.


Een experiment als het unsollicited proposal kan wellicht gehanteerd worden voor de herontwikkeling van een kleinschalige, reeds bebouwde locatie. Maar voor een locatie als de Parkhaven, even belangwekkende als complexe, is zo’n versnellingsprocedure totaal ongeschikt. Wat de gevolgen ervan zijn voor de burgerparticipatie hebben de omwonenden van de Parkhaven tot hun verdriet mogen ervaren.


Op de eerste contactavond in mei 2019 worden de omwonenden met mooie plaatjes en praatjes voor een voldongen feit gesteld. De vraag is al niet meer óf er op de Parkhavenstrook gebouwd kan worden, alleen nog maar hóe. Bij de twee volgende ‘voorlichtingsrondes’ blijkt de insteek niet wezenlijk anders. De laatste ‘voorlichtingsrondes’ hebben zelfs al het karakter van pre-sales bijeenkomsten; aanvankelijk worden hiervoor alleen potentiële kopers uitgenodigd. Dat de wethouder en de vastgoedontwikkelaar onder één hoedje spelen wordt eens te meer duidelijk als eind 2019 blijkt dat het Toetsingskader van de gemeente en het Masterplan van de ontwikkelaar gelijktijdig en in gezamenlijkheid zijn opgesteld. Het gaat hen alleen nog om de haalbaarheid van het project, het toegezegde onderzoek naar de wenselijkheid blijkt een loze belofte. Veelzeggend genoeg werd het Toetsingskader door de raad nauwelijks inhoudelijk besproken. De kaarten zijn gewoon al geschud.


De omwonenden maken gebruik van hun democratische rechten door in te spreken bij raadsvergaderingen en individuele raadsleden persoonlijk te benaderen. Zij bieden een petitie met ruim 6000 handtekeningen aan, schrijven brieven aan de raad, dienen een Burgermanifest in. En zij verdiepen zich in beleidskaders als de Erfgoedagenda, het Programma Rivierenoevers en de Gebiedsvisie Hoboken 2030. Die blijken zij vaak beter kennen dan de raadsleden zelf. De wethouder en de raad leggen echter alles naast zich neer. De procedure van een unsolicited proposal blijkt vooral geschikt om het bouwplan aan de democratische controle te onttrekken.

aantasting flora en fauna

Rotterdam gaat voor groen is tegenwoordig de kreet uit het stadhuis, maar dit geldt duidelijk niet voor de Parkhavenstrook. Hier wordt een zestig jaar oud ecosysteem vernietigd. Het vervangen van volwassen bomen door jonge aanplant getuigt niet van groenbeleid.


Bij het volbouwen van de Parkhavenstrook gaat circa 4,5 hectare groen verloren en worden tweehonderd volwassen bomen gekapt. Rotterdam heeft nu al slechts 0,8 bomen per inwoner (Delfshaven en Centrum respectievelijk 0,2 en 0,3 per inwoner), terwijl het landelijk gemiddelde staat op 4,8 bomen. Onder de bomen die moeten verdwijnen zijn zeer oude bijzondere exemplaren. De vastgoedontwikkelaars doen er luchtig over. De bomen in het gebied hebben een lage ecologische waarde en de variëteit is gering, beweren zij op basis van de Quickscan Flora en Fauna die zij hebben laten uitvoeren. Dit is vreemd; de eveneens voor hen gemaakte bomeninventarisatie vermeldt juist een grote verscheidenheid aan soorten. De ontwikkelaars beloven voor nieuwe aanplant te zorgen, voornamelijk Hollandse iepen en populieren, beide snelgroeiers. Dit betekent echter een grote verarming ten opzichte van wat er nu staat.


Volgens groendeskundigen kunnen de bestaande, veelal 60 jaar oude bomen niet vervangen worden door het plaatsen van nieuwe bomen. Bomen hebben een belangrijke functie om de luchtverontreiniging (CO2 en fijnstof) te compenseren. Hard nodig op een plek waar een drukke autoweg (de Maastunnel) loopt en waar veel schepen op de Maas passeren. Het vervangen van de luchtverversende capaciteit van een honderdjarige beuk zou het planten van ca. 1600 jonge beuken planten betekenen. Hoeveel zijn er nodig voor de 60 jaar oude bomen?


Ook voor de fauna in het gebied dreigen gevaren. De genoemde Quickscan zegt hierover onder meer het volgende:

‘Direct rondom het plangebied is habitat aangetroffen voor soorten waarvan de nesten niet jaarrond beschermd zijn. Tijdelijke schadelijke effecten door uitvoering van de werkzaamheden op bezette nesten van niet jaarrond beschermde soorten zijn onder andere te voorkomen (in gebruik zijnde vogelnesten mogen in principe nooit worden verstoord) door onder andere buiten het broedseizoen te werken (buiten grofweg de periode 15 maart – 15 augustus). ‘


In het Toetsingskader van de gemeente is hierover niets terug te vinden.

strijdigheid met college-doelstellingen

De gemeente heeft als beleid meer groen en een betere verbinding van de stad met het water. Woningbouw aan de Parkhaven gaat hier dwars tegen in.


Wie het bouwplan voor de Parkhaven toetst aan de verschillende gemeentelijke beleidsdoelstellingen en adviezen kan niet anders dan de gemeente inconsistent beleid verwijten. Allereerst is daar natuurlijk het Bestemmingsplan Scheepvaartkwartier dat stelt dat bebouwing op de Parkhavenstrook niet mogelijk is. Dit bestemmingsplan is zes jaar geleden ‘onherroepelijk’ vastgesteld; het heeft dus een officiële status. De burger mag ervan uitgaan dat het Bestemmingsplan een streep zet door de oudere (niet officiële) Gebiedsvisie Hoboken 2030 waarin de Parkhavenstrook nog gezien wordt als ‘een toplocatie voor wonen, werken en recreatieve functies.’ Maar de burger komt bedrogen uit. Het masterplan van de vastgoedontwikkelaars verwijst geregeld naar de Gebiedsvisie Hoboken uit 2009, het bestemmingsplan van 2014 blijft uit beeld. Een dergelijke onbegrijpelijke contradictie in het gemeentelijk beleid ondergraaft het vertrouwen van de burgers in het beleid van het stadsbestuur.

Hieronder volgen enkele fragmenten uit gemeentelijke documenten, ter onderstreping van ons standpunt over het onstandvastig gemeentebeleid ten aanzien van het Park en de Parkhavenstrook. Hoe is de bouw van 650 woningen in 4,5 hectare openbaar groen te rijmen met uitspraken als:


Programma Rivieroevers 2019-2022 en Bijlage I (pagina 30)

‘De gemeente gaat zich de komende jaren inzetten voor betere wandel- en fietsroutes, meer parken en groene plekken en betere vaarverbindingen. Ook moet er meer te beleven zijn aan het water.’ […] Bij Het Park is de opgave van een andere orde: hier gaat het om het verzachten van de harde ruimtelijke scheiding tussen park, infrastructuur en kade/water.’


Masterplan Het Park 2011

‘Uit een studie van bureau West 8 in 2002 is eerder al gebleken dat hoge bebouwing in de Parkhavenstrook zeer negatieve ruimtelijke effecten heeft voor de omgeving, in het bijzonder voor Het Park. De visie op Rotterdam-Hoboken onderschrijft dit.’

[…]

‘Hoewel woonbebouwing in de Parkhavenstrook zou zorgen voor meer dagelijkse parkbezoekers, is voor de toekomstige ontwikkeling van Het Park, is een groen-en recreatief programma in de Parkhavenstrook zowel ruimtelijk als functioneel veel gunstiger. Ruimtelijk omdat de Parkhavenstrook het laatste restant is van de landschappelijke ruimte aan de westzijde van Het Park.’

[…]

‘Bij intensivering van het centrumgebied met woonbebouwing is vergroting van het Parkareaal aan de rivier met hoogwaardige en flexibele groene ruimte te prefereren boven verdichting.’

Actieplan Rotterdam gaat voor groen, 2019

‘De gemeente is eigenaar van veel openbare ruimte in de stad. Hier liggen dus kansen voor vergroening. Vergroening is een van de speerpunten van de Visie Openbare Ruimte die op dit moment wordt afgerond.


Het afgelopen jaar hebben bezorgde burgers de gemeente regelmatig geschreven over dit soort onbegrijpelijke tegenstrijdigheden. Hun brieven bleven onbeantwoord. Ook op het terrein van burgerparticipatie handelt het gemeentebeleid niet consistent. Neem bijvoorbeeld de ambitie burgers te betrekken bij de bescherming van gebouwd erfgoed zoals verwoord in de Erfgoedagenda 2017-2020:

‘Opzetten van een werkwijze om met bewoners te bepalen welke cultuurhistorische waarden voor hen van belang zijn en geborgd zouden kunnen worden in het bestemmingsplan.’


Door voor de bebouwing van de Parkhavenstrook de procedure van een unsolicited proposal te kiezen heeft de gemeente de burgers geheel buiten spel gezet.

hittestress

De hittestress in Rotterdam tijdens warme zomerdagen is slecht voor de gezondheid van de bewoners, vooral die in het centrum. Het is de plicht van de gemeente de groene Parkhavenstrook vanwege haar afkoelende werking te behouden.


Uit de diverse analyses en metingen die in opdracht van de gemeente zijn gemaakt blijkt dat Rotterdam, net als andere grote steden in de wereld, tijdens warme, windstille zomerdagen te maken heeft met een zogenaamd stedelijk hitte eiland effect. Dit is het fenomeen dat de temperatuur in stedelijk gebied hoger is dan in het omliggende buitengebied. De combinatie van veel gebouwen en weinig groen werkt dit in de hand. Het temperatuurverschil kan oplopen tot wel 8 graden C.

Hoge omgevingstemperaturen benadelen de gezondheid en het welbevinden van stadsbewoners. Zij zijn echter gunstig voor ziekteverwekkende virussen en bacteriën. Bovendien kunnen hoge temperaturen de vorming van smog en de blootstelling aan fijnstof bevorderen. Dit alles wordt versterkt door de voortdurende verdichting van de stad en maakt dat Rotterdammers in de toekomst steeds meer hinder zullen ondervinden van overmatige warmte (hittestress). Het Centrum en Delfshaven behoren tot de wijken waar dit effect zich het sterkst voordoet.

In het onderdeel 'verdieping' is de hittekaart van Rotterdam opgenomen. Hier valt duidelijk van te herleiden dat het koelste plekje van het centrum verloren gaat als er woningen aan de Parkhaven worden gebouwd.

Gras, bomen en ander groen spelen een cruciale rol bij het tegengaan een hitte-eiland en bijbehorende hittestress. Juist in een periode waarin door de globale klimaatverandering de temperatuur steeds meer stijgt. Dat merken we nu al in Nederland, ook in Rottterdam. Als de gemeente haar ambitie klimaatbestendig te worden en de gezondheid van haar burgers te waarborgen serieus neemt is zij verplicht de groene Parkhavenstrook niet te verstenen. Groene daken en geveltuinen op particuliere woningen kunnen het verlies van dit openbare gebied met geen mogelijkheid compenseren.

De gemeente Rotterdam kan hier een voorbeeld aan de gemeente Tilburg nemen. Sinds 2008 heerst er binnen deze gemeente veel weerstand tegen de ongebreidelde bomenkap. In juli 2018, tien jaar nadat de acties hieromtrent begonnen, werd in Tilburg de hoogste temperatuur gemeten van alle binnensteden in West-Europa. De gemeente Tilburg heeft daarom in 2020 besloten 1,1 miljoen uit te trekken voor de vergroening van de binnenstad. Met als redenatie dat groen in de binnenstad voor schaduw en verdamping van grondwater zorgt, wat ook bijdraagt aan verkoeling. Bovendien vangt het groen fijnstof af en zorgt het voor meer biodiversiteit. Wethouder Jacobs (GroenLinks): ,,Hierdoor warmt de stad minder op tijdens warme dagen en krijgt overvloedige regenval minder kans meer om schade aan te richten. Daarnaast zorgt al het nieuwe groen voor een nog aantrekkelijkere binnenstad."


Bron: Kennisportaal ruimtelijke adaptatie, Hittestress in Rotterdam, 2011 https://ruimtelijkeadaptatie.nl Algemeen Dagblad, https://www.ad.nl/wonen/de-warmste-binnenstad-van-west-europa-snakt-naar-groen-tilburg-investeert-1-1-miljoen-euro~a551ee09/

framing

De gemeente en de vastgoedontwikkelaars creëren bewust een negatief beeld van de Parkhaven en stellen vervolgens dat woningbouw de enige oplossing zou zijn.


Sinds de vastgoedontwikkelaars hun oog hebben laten vallen op de Parkhavenstrook bedienen zij zich graag van negatief taalgebruik over de huidige toestand van deze locatie. Het zou een moeilijk toegankelijk en desolaat stuk groen zijn. De projectleidster van de gemeente doet er nog een schepje bovenop en spreekt over een gevaarlijk gebied, met relatief veel auto inbraken. Men verzwijgt dat er jaarlijks honderdduizenden bezoekers naar dit stukje Rotterdam komen. Dat zowel de Euromast als de Chinese boot tot ’s avonds laat geopend zijn. In combinatie met het dag en nacht doorgaande gebruik van de Maastunnel door fietsers en voetgangers is er niet bepaald sprake van een uitgestorven stukje Rotterdam.

Over de nieuwbouw melden de gemeente en de ontwikkelaars niets dan goed. Als wij hen moeten geloven wordt de Parkhavenstrook pas aantrekkelijk als het bouwplan is gerealiseerd.

Wij vinden dat men zich door dit soort framing niet moet laten misleiden. Daarom bieden wij hieronder aan de hand van enkele voorbeelden ons weerwoord.


We hadden zelf nog geen plan voor dit gebied, maar ik ben blij met dit initiatief (Wethouder Kurvers in Politiek010)

  • Los van de duidelijke tekst in het bestemmingsplan (geen bebouwing op de Parkhavenstrook) liggen er sinds 2010 uitgewerkte plannen voor het opknappen van de kades.


De voetgangersbrug is lastig toegankelijk voor fietsers (projectontwikkelaar Overbeek op RTV Rijnmond)

  • Het is dan ook een voetgangersbrug. Maar de ontwikkelaar verzwijgt dat de bestaande fietspaden zullen verdwijnen dat hij dit probleem met een rare slinger over een brug wil oplossen. Per saldo dus een verslechtering, want Park en Parkkade zijn nu verbonden met voet- en fietspaden, en bovendien is er 100 meter van de Euromast boven de tunnel een flink stuk groen waar je ook gewoon overheen kunt lopen.


De hoogte van de gebouwen wordt afgestemd op de hoogte van de bomen in het Park (idem)

  • De gebouwen worden tweemaal zo hoog als de bomen.


Het Park blijft intact, evenals het zicht op de Euromast (idem)

  • Het Park zal onherroepelijk ecologische schade oplopen. De beleving negatief ervan zal negatief worden beïnvloed door de bouw van een stenen muur van 10 tot 19 étages hoog. De werkelijkheid is ook dat de Euromast vanaf het Drooglever Fortuynplein (de entrée naar het monument) onzichtbaar wordt.


Het woonprogramma omvat 20 procent sociaal

  • De betrokken woningbouwcorporatie heeft echter bedongen dat die 20 procent ‘om de hoek’ op het Coolhaveneiland gecompenseerd gaat worden. Per saldo dus nul sociale huisvesting.


Als je uitzicht verandert, dan kun je daar wel of niet blij van worden (projectleidster van de gemeente op Rijnmond.nl)

  • Zulke uitspraken bagatelliseren de oprechte zorgen van een grote groep Rotterdammers, die natuurlijk merendeels niet eens uitzicht op de Parkhavenstrook hebben.


Bouwen, bouwen, bouwen … (Wethouder Kurvers)

  • Zeker, er moeten woningen gebouwd worden, maar dan toch voornamelijk voor het midden- en sociale segment. Gevraagd naar de reden waarom dat juist moet gebeuren in een groenstrook in het centrum antwoordt de wethouder dat dit een ‘toplocatie’ is om te wonen. Dit zegt genoeg, toplocaties zijn voor de happy few. Wat de wethouder verzwijgt is dat het hier gaat om een van de laatste locaties in de stad die in bezit zijn van de gemeente. Er zijn dus geen tijdrovende onteigeningsprocedures nodig, de grond kan direct verkocht worden.

noodzaak tot Herbezinning a.g.v. 1,5-meter maatschappij

De corona crisis maakt ons pijnlijk bewust van de noodzaak van openbare groene ruimtes in de stad. We kunnen niet zonder meer doorgaan met de verdichting van de stad ten koste van groen zoals aan de Parkhaven.


Nederland is na 15 maart 2020 door toedoen van het corona virus in een totaal nieuwe leefsituatie terecht gekomen. We moeten afstand houden van elkaar en dat zal voorlopig nog wel zo blijven. Want ook al zal de huidige pandemie overwonnen worden, dit corona virus is zeker niet de laatste waardoor de wereldbevolking in gevaar komt. ‘We moeten ons voorbereiden op het nieuwe normaal van de anderhalvemetersamenleving’, aldus premier Rutte in zijn persconferentie van die dag.


Wat betekent deze maatregel eigenlijk voor het bouwprogramma van onze stad?

VVD wethouder Kurvers laat in het Algemeen Dagblad van 12 april jl. weten dat de gemeente met de nodige voorzorgsmaatregelen alles op alles zet om de bouw in Rotterdam overeind te houden: ‘Want dat is onze economische motor.’ Maar zal de wethouder daarbij lering zal trekken uit de woorden van zijn partijgenoot Rutte? Het ‘nieuwe normaal’ zal toch consequenties hebben voor de verdichting van de binnenstad die momenteel hoogtij viert. Want evengoed als bouwen is de gezondheid van de bewoners de motor van onze economie. Hiervan maakt deze corona crisis maakt ons pijnlijk bewust.


Stichting Groen Parkhaven wil natuurlijk ook niet dat bouwvakkers hun banen verliezen en Rotterdammers langer op huizen moeten wachten. Tegelijkertijd pleiten wij voor bezinning op het ‘nieuwe normaal’. Wij achten het verantwoord om het adagium ‘verdichting van de binnenstad’ zo rücksichtslos aan te hangen dat zelfs hectares groen hiervoor worden opgeofferd.


Bouwen doen wij ook voor toekomstige generaties. Met de juiste stedenbouwkundige maatregelen kan voorkomen worden dat een nieuwe corona aanval uitloopt op een pandemie zoals we die nu meemaken. Dit betekent kort gezegd meer ruimte creëren, tussen woonblokken, in winkelgebieden, op fiets- en wandelpaden en niet te vergeten in parken. Als stadsgroen ooit zijn nut bewijst dan is het wel in de nieuwe anderhalve meter afstand samenleving.

aantasting gezondheid

Het kappen van bomen en het bouwen van woningen zal de luchtvervuiling aan de Parkhaven verder doen verslechteren. Dat is slecht voor de nieuwe bewoners, maar ook voor de vele bezoekers aan dit gebied.


De toegangswegen naar de Maastunnel behoren tot de meest vervuilde en ongezonde plekken van Nederland. Het intensieve autoverkeer veroorzaakt zeer ernstige lokale luchtverontreining, bovenop de reeds aanwezige hoge 'achtergrondwaarden' door vervuiling van scheepvaart en (haven)industrie. In het tunneltracé overschrijdt de uitstoot van stikstof en fijnstof regelmatig de Nederlandse en Europese normen. Dit leidt herhaaldelijk tot protesten van bewoners en milieuorganisaties, die zich zorgen maken om de volksgezondheid.


De voorgenomen bouwplannen zullen op verschillende manieren bijdragen aan een verslechtering van de luchtkwaliteit en zodoende de volksgezondheid aantasten. Dit komt allereerst door de toename van verkeer, als gevolg van de verdichting. De bewoners van de nieuwe woningen zullen zich verplaatsen, grotendeels met de auto. Dit betekent nog meer uitstoot van stikstof, fijnstof en roet in de reeds zeer vervuilde aanvoerwegen rondom de Maastunnel. Hierdoor zal niet alleen de luchtverontreiniging aan het Maastunneltracé als geheel toenemen, maar vooral ook de vervuiling voor de beoogde bewoners.


Stichting Groen Parkhaven is zeer verontrust over de gezondheid van de toekomstige bewoners. Vooral de geplande gebouwen naast de uitmonding van de tunnel zullen te maken krijgen met een extreem slechte luchtkwaliteit. Sinds de recente renovatie van de Maastunnel worden de uitlaatgassen middels 'langsventilatie' via de monding naar buiten geblazen: precies waar de bebouwing is gepland. De bewoners zullen zeer slechte lucht ademen. Dit wordt versterkt doordat de nieuwe bebouwing een 'muur' vormt, waardoor de luchtverontreining niet verdund wordt door de wind, maar blijft hangen. Zeer frappant: de sociale huurwoningen zijn geprojecteerd op de plek waar de slechtste lucht te verwachten is.


De toekomstige bewoners hebben statistisch een hogere kans op hart- en vaatziekten en (ernstige) longaandoeningen. Wonen in een gebied met veel luchtverontreiniging is zeer ongezond, zo blijkt uit o.a. onderzoek van Prof. Van Schayk (Maastricht) en een artikel in The Lancet. Als gevolg van alleen al stifstofdioxide is het gezondheidsrisico in Rotterdam soms 3 keer hoger dan in bijvoorbeeld Groningen en Drenthe. Vooral ouderen en kinderen zijn extra gevoelig. Kinderen die wonen in de buurt van drukke wegen hebben vaker last van hun luchtwegen en een 5 keer grotere kans op zwakke longen.


Als de plannen van wethouder Judith Bokhove (mobiliteit) doorgaan, wordt het probleem verplaatst. Bokhove lanceerde een plan voor een elektrische busverbinding door de Maastunnel. Hiervoor zou één rijstrook per tunnelbuis gereserveerd worden, waardoor het autoverkeer (op fossiele brandstof) zou afnemen. Het is nog maar zeer de vraag of dit politiek haalbaar is, en op welke termijn dit plan kan worden gerealiseerd. Mocht dit gestalte krijgen, dan is het echter een illusie dat het totale autoverkeer (en dus vervuiling) in de directe omgeving zal afnemen: het verkeer (en de vervuiling) zal enkele honderden meters verplaatst worden, en door opstroping en filevorming zal de uitstoot per saldo toenemen.

Aantasting binnenstedelijke recreatiemogelijkheden

De recreatiemogelijkheden die de Parkhavenstrook als publieke ruimte nu biedt gaan door woningbouw verloren. De vastgoedontwikkelaars willen vrijetijdsvoorzieningen in de woonblokken en de invulling hiervan aan de markt overlaten. De Stichting Groen Parkhaven zegt: in het nieuwe normaal is de toekomst aan de publieke groene ruimte.


Het is hier al een aantal malen gezegd maar het kan niet genoeg benadrukt worden: de Parkhavenstrook is een publieke ruimte met de bestemming Groen en Recreatie. Door in te stemmen met de bouwplannen van de vastgoedontwikkelaars trekt de gemeente hier doodleuk een streep door.


Wat gaat er al niet verloren als de Parkhavenstrook wordt volgebouwd?

Allereerst de rust die neerdaalt op de bezoeker die vanuit de drukke stad dit gebied betreedt. Van de nabijheid van het verkeer is al gauw niets meer te merken. Voorts de mooie geleidelijke overgang van de Parkkade, naar het gazon over het tunneltracé, en vandaar naar de bosrand van het Park. Deze wandeling, destijds door de ontwerpers bedacht, zal door de muur van woningen verstoord worden. Net als de verrassende gewaarwording om komend vanuit het Park ineens het water te zien glinsteren. Straks zal de wandelaar zich via smalle tussenstraten naar het Park of naar de kade moeten begeven.


Weg is straks ook vrijheid om op de Parkhavenstrook te vertoeven. Een woonwijk met hoge huizenblokken voelt niet als een publieke ruimte en nodigt niet uit tot recreëren. Je gaat er niet zitten picknicken of trainen onder het oog van de bewoners. Al helemaal geen ruimte zal er meer zijn voor het Abseilen van de Euromast. Nu is dit een geliefde plek voor liefhebbers van deze sport uit binnen- en buitenland. Voor toeristen verdwijnt het indrukwekkende vrije zicht op de Euromast; het verhaal over de herleving van Rotterdam na het bombardement zal niet half zoveel indruk maken.


Naar verluid kan Midgetgolf Parkhaven, Rotterdams oudste toeristenattractie, in de Parkhaven blijven, maar moet zij wel van plaats verschuiven om plaats te maken voor de nieuwe woonblokken. De kans is groot dat de midgetgolfbaan en het bijbehorend terras dan in de schaduw komen te liggen. Te verwachten is ook dat de nieuwe bewoners zullen klagen over geluidsoverlast van deze druk bezochte attractie.


Genoegens als rust, ruimte en vrijheid komen niet voor in het programma van het Toetsingskader Parkhaven. Ter verlevendiging van de plinten van de woonblokken denken de ontwikkelaars aan nieuwe horeca en kleinschalige commerciële vrijetijdsvoorzieningen zoals een sportschool, een escape room, kleine rollerskatebaan en workshopruimtes. ‘Het is bij uitstek aan de markt om met vernieuwende concepten te komen’, zo staat er te lezen.


De Stichting Groen Parkhaven is van mening dat de Parkhaven gevrijwaard dient te worden van marktdenken. De waarde van dit gebied is niet in geld uit te drukken. Het is de publieke binnenstedelijke groene ruimte die de toekomst heeft.

onjuist refereren aan Gebiedsvisie Hoboken 2030

De vastgoedontwikkelaars stellen dat de Gebiedsvisie Hoboken 2030 een vrijbrief geeft voor het volbouwen van de Parkhavenstrook. Die gebiedsvisie uit 2009 is echter nooit vastgesteld door de gemeenteraad. Dat is het Bestemmingsplan Scheepvaartkwartier uit 2014 wèl. Het bestemmingsplan maakt bebouwing op de Parkhavenstrook expliciet niet mogelijk.


Wij vestigen hier nogmaals apart de aandacht op de onbegrijpelijke tegenstrijdigheid in de handelswijze van de gemeente, namelijk dat zij bebouwing van de Parkhaven verwelkomt op basis van de Gebiedsvisie Hoboken 2030, en voorbijgaat aan het later vastgestelde Bestemmingsplan Scheepvaartkwartier dat bebouwing verbiedt.


De Gebiedsvisie Hoboken 2030 is een convenant uit 2009, een afspraak tussen het College van B &W, vastgoedontwikkelaars, winkeliers, bewoners, educatieve en culturele instellingen en zorg- en welzijnsorganisaties. Het convenant is door het College voor kennisgeving aan de gemeenteraad aangeboden, maar daar echter nooit inhoudelijk behandeld laat staan vastgesteld. Dit in tegenstelling tot het Bestemmingsplan Scheepvaartkwartier dat in 2014 ‘onherroepelijk’ werd vastgelegd. Het continue refereren aan deze Gebiedsvisie door gemeente en vastgoedontwikkelaars is daardoor misleidend.


Overigens is in de Gebiedsvisie Hoboken 2030 onder meer opgenomen dat het bestaande, aantrekkelijk vormgegeven groen voor de stad verder versterkt moet worden, als ook dat de aanwezigheid van kwaliteitsgroen met zichtlijnen naar het Park en Lloydkwartier gegarandeerd dient te zijn. De nabijheid van water en groen moet ervaarbaar blijven. Langs de kades zouden aantrekkelijke groene verblijfplaatsen gecreëerd moeten worden.


Om dit streven te realiseren is echt geen woningbouw op de Parkhavenstrook nodig. En al helemaal niet in die orde van grootte als nu wordt voorgesteld. Massale woningbouw is trouwens ook in Gebiedsvisie taboe: ‘indien bebouwing wordt overwogen dan dient de sfeer van het huidige Scheepvaartkwartier als inspiratiebron en referentiekader. Geen hoogbouw zoals op bijvoorbeeld de Wilhelminapier.’

Verkeersaantrekkende werking

De bewoning van het Scheepvaartkwartier wordt nu al fors uitgebreid met ongeveer duizend woningen en appartementen (De Zalmhaven 485, Van Vollenhovenstraat 220 en Little C circa 300 en 10.000 m2 aan diverse (plint) faciliteiten en werkruimten). Dat zal de verkeersdruk evenredig doen toenemen, terwijl de bereikbaarheid van de wijk voor bewoners, kantoorgebruikers en toeristen nu al niet overhoudt. Nog eens 640 appartementen aan de Parkhaven zullen de bestaande verkeersproblemen verder vergroten.


Door de nieuwbouw die de laatste jaren in het Scheepvaartkwartier plaatsvindt is de verkeersdrukte in de wijk sterk toegenomen. In 2019 werden 220 appartementen in de Van Vollenhovenstraat opgeleverd en in 2022 komen er nog 485 bij aan de Gedempte Zalmhaven. Met ook nog eens ca. 300 appartementen en 10.000 m2 aan (plint) faciliteiten en werkruimten aan de Coolhaven en 640 aan de Parkhaven erbij zullen de verkeersproblemen alleen maar groter worden. Daarbij komt dat het Scheepvaartkwartier steeds aantrekkelijker wordt voor toeristen (nu al meer dan 700.000) die met auto’s dan wel met touringcars de wijk inrijden voor een bezoek aan toeristische attracties als de Euromast, Splashbus en Pannenkoekenboot. En dan te bedenken dat het Scheepvaartkwartier maar twee ontsluitingwegen heeft.


Bij het aan de Parkhaven grenzende Drooglever Fortuynplein, nu reeds overbelast, zal de verkeersdrukte niet meer te overzien zijn zodra daar de wijk LittleC wordt opgeleverd; dit betekent ruim 300 appartementen erbij. De hulpdiensten van Erasmus MC worden er ook niet minder op. Wat het niet beter maakt is dat de gerenoveerde Maastunnel voorzien is van een file vermijdingssysteem en hoogtebegrenzing waardoor er bij toepassing van deze systemen terugslag van verkeer plaatsvindt. Terwijl het tunneltracé nu al het meest vervuilende ongezonde stuk Rotterdamse binnenstad is.


De gemeente denkt het verkeersprobleem en de luchtvervuiling in het Parkhavengebied het hoofd te kunnen bieden door in te zetten op duurzame mobiliteit: langzaam verkeer, electrische auto’s, deelfietsen en –scooters. Op basis hiervan gaat het Toetsingskader Parkhaven ervan uit dat de parkeerbehoefte zo klein mogelijk is. Er komt niet voor elk appartement een ondergrondse parkeerplaats. Dit lijkt ons voorlopig allemaal nog toekomstmuziek. Bezitters van dure appartementen willen een eigen parkeerplaats; bezoekers die met elektrische auto’s komen hebben oplaadplekken nodig; leveranciers van de horeca hebben ruimte nodig; touringcars moeten hun passagiers voor de Euromast kunnen afzetten en daarna een parkeerplaats zoeken. Kortom, verkeersluw zal het bij de Parkhaven en omgeving niet worden.

Te rooskleurige visualisaties

De door de vastgoedontwikkelaar getoonde beelden van de toekomstige situatie van de Parkhaven geven geen eerlijk beeld.


Hoe de gebouwen aan de Parkhaven er precies uit gaan zien valt nog niet te zeggen, maar één ding is wel duidelijk: op de visualisaties die tot nu zijn gepresenteerd kunnen we niet afgaan. Deze gefotoshopte glossy beelden lijken vooral bedoeld om potentiële kopers te lokken. Zij geven de toekomstige situatie weer ofwel vanuit grote hoogte in een avondlijke sfeer met knusse verlichting, ofwel vanuit de Müllerpier met bomen van een hoogte die pas over zestig jaar bereikt zal zijn. Al te rooskleurig is ook de impressie van de gebouwen vanuit het Park in de winter; het is alsof je daar door een glazen muur heenkijkt. Iets soortgelijks doet zich voor op de aanblik vanaf de Parkkade. Hier moet je door een gordijn van groen kijken om iets van de gebouwen te zien. Het is allemaal te mooi om waar te zijn. Het wachten is dus op eerlijke beelden die tonen hoe deze hoogbouw zich vanaf het maaiveld aan de voetganger zal voordoen. Die eerlijk laten zien hoe gering de afstand is tussen de bouwblokken onderling, en tussen de bouwblokken en de Euromast. En die dus eerlijk vertellen hoe weinig er voor bezoekers over blijft van het genot van openbaar groen.