Kwaad met goed vergelden

Terug naar inhoud

Kwaad met goed vergelden


Een zinsnede die nogal raar klinkt, omdat we juist gewend zijn kwaad met kwaad te vergelden... toch? Wie zou bijv. in staat zijn iemand, die zich in het verkeer misdraagt, niet hard aan te pakken? Als iemand je de bocht afsnijdt, wat is je eerste neiging? Boos worden en hem terug proberen te pakken!


Ook in het dagelijks leven komen we zulke zaken tegen, waarbij de een kwaad doet en de ander probeert met gelijke munt terug te betalen. En zo blijven we maar al te vaak steken in een vicieuze cirkel van ruzies, die alleen maar doorbroken kan worden als één van de partijen bereid is te vergeven en het weer goed te maken. Als we daartoe in staat zijn, hebben we zeker Gods zegen verdiend!


“... Degenen die boosheid bedwingen en mensen vergeven. En Allah heeft degenen die goeddoen lief.” (Koran 3:133-134)


Deze passage leert ons drie graden van reactie tegenover degenen die ons verkeerd hebben behandeld.

- Het minste dat we kunnen doen, is dat we onze boosheid bedwingen. Elke reactie die op boosheid is gebaseerd, zal onvermijdelijk buitensporig en onrechtvaardig zijn, en kan zelfs de benadeelde partij schade berokkenen.

- Verder nog dan het onderdrukken van boosheid, kunnen we degenen die ons verkeerd behandelen vergeven in plaats van hen te willen straffen, indien ze zich daardoor ten goede kunnen keren.

- Tenslotte kunnen we zelfs nog verder gaan en kwaad met goed vergelden, waarmee we hun het goede voorbeeld geven.


In de Bijbel lezen wij:

“Vergeldt niemand kwaad voor kwaad. Bezorgt hetgeen eerlijk is voor alle mensen. Indien het mogelijk is, zoveel in u is, houdt vrede met alle mensen. Wreekt uzelven niet, beminden, maar geeft den toorn plaats; want er is geschreven: Mij komt de wraak toe; Ik zal het vergelden, zegt de Heere. Indien dan uw vijand hongert, zo spijzigt hem; indien hem dorst, zo geeft hem te drinken; want dat doende, zult gij kolen vuurs op zijn hoofd hopen. Wordt van het kwade niet overwonnen, maar overwint het kwade door het goede.” (Romeinen 12:17-21)


Mahatma Gandhi: “Een oog om een oog zal de hele wereld blind maken.”

Terug naar inhoud