A Spiritual Note
Edition 836 - August 14, 2021 - Muharram 14, 1442
Oordelen over anderen
Oordelen. Iets wat we dagelijks doen. Als we iemand ziet die anders dan ons handelt, dan hebben we een oordeel klaar over die persoon. Als we iemand zien die lager is opgeleid dan ons, hebben we wederom een oordeel klaar. Als we zien dat iemand een misstap begaat, hebben we wederom een oordeel klaar. En dat oordeel ventileren we maar al te graag naar anderen toe.
Als we een bedelaar zien, of iemand die een eenvoudig beroep uitoefent, zeggen we tegen onze kinderen: “Zie je wel, als je niet je best doet op school, zal je ook worden zoals hij of zij.” BAM! Alweer een oordeel. Zonder dat we die personen hun achtergrond kennen, staan we klaar met ons oordeel en voelen we ons superieur ten opzichte van hun.
Als we horen dat iemand heeft gestolen, anderen heeft bedrogen, anderen heeft belazerd, overspel heeft gepleegd, corrupt is geweest, etc., dan staan we ook weer klaar met ons oordeel. Want wij zijn allemaal beter dan hem of haar. Ja toch?
Laten we alvast kijken wat de Bijbel hierover zegt.
In Johannes 8 lezen we een gebeurtenis betreffende een overspelige vrouw.
“De schriftgeleerden en de Farizeeën brachten een vrouw, op overspel betrapt, en zij stelden haar in het midden en zeiden tot Hem (Jezus): ‘Meester, deze vrouw is op heterdaad betrapt bij het plegen van overspel; en in de wet heeft Mozes ons bevolen zulken te stenigen; Gij dan, wat zegt Gij?’
Maar Jezus bukte neder en schreef met de vinger op de grond. Doch toen zij Hem bleven vragen, richtte Hij Zich op en zeide tot hen: ‘Wie van u zonder zonde is, werpe het eerst een steen naar haar.’”
Met andere woorden: iemand anders heeft misschien gezondigd, maar dat geeft ons geen recht om over die persoon een oordeel te vellen. Want wij hebben misschien diezelfde zonde niet begaan, maar we hebben zeker wel talloze andere zonden begaan zodat we zelf ook niet brandschoon zijn.
In de Koran lezen we over een gebeurtenis waaruit we afleiden dat we geen oordeel mogen vellen zonder de achtergronden van het geval te weten. 18:71 en verder handelen over Mozes die in zijn jongere jaren met een wijs man op reis ging, op zoek naar kennis. Op gegeven moment maakte de wijze man een boot aan het zinken, waarop Mozes zei: “Heeft u er een gat in gemaakt om zo haar inzittenden te verdrinken? U heeft waarlijk een vreselijke daad begaan.”
Dus trokken zij verder totdat, toen zij een jongen tegenkwamen, hij deze doodde. (Mozes) zei: “Heeft u een onschuldig persoon gedood, onschuldig aan de dood van een ander? U heeft zeker een gruwelijke daad begaan.”
Later kwamen Mozes en de wijze man in een stad waar ze de inwoners om voedsel vroegen, maar de inwoners weigerden hen te ontvangen. Toen kwamen ze bij een muur (die van iemand uit de stad was) die op instorten stond. De wijze man repareerde de muur en ze reisden verder. Mozes vroeg de wijze waarom hij niet om een beloning voor die daad vroeg.
“Hij (de wijze man) zei: Dit is het moment waarop onze wegen scheiden. Nu zal ik jou vertellen wat het belang is geweest van datgene waar jij geen geduld voor kon opbrengen.
Wat betreft de boot, deze behoorde toe aan arme mensen die werken op de rivier, en het was mijn bedoeling er schade aan toe te brengen, want achter hen was een koning die iedere boot met geweld in beslag nam.
En wat betreft de jongen, zijn ouders waren gelovigen en Wij vreesden dat hij hen zou betrekken bij kwade daden en ongeloof. En het was Onze bedoeling dat hun Heer aan hen in zijn plaats een betere zou geven, zuiverder en dichter bij genade.
En wat betreft de muur, hij behoorde toe aan twee weesjongens uit de stad, en eronder lag een schat die hen toebehoorde, en hun vader was een rechtschapen man geweest. Dus wilde jouw Heer dat zij hun meerderjarigheid zouden bereiken en hun schat eruit zouden nemen — een genade van jouw Heer.”
(Als de muur zou omvallen, zouden anderen met die schat ervandoor gaan.)
Dit wijst ons erop dat we vaak een daad van een ander zien waar we een oordeel over vellen, zonder het motief achter de daad te weten. Het beste is daarom om niet over alles wat we meemaken, een oordeel te vellen. Laat de gebeurtenis gewoon langs u heen gaan, observeer het, bied hulp waar nodig, maar geef geen oordeel erover als dat niet nodig is.
Oordelen over een ander gaat er vaak om dat we onszelf superieur voelen t.o.v. de ander. We hebben het in een vorige editie al gehad over arrogantie, roddelen en dergelijke zaken. Al deze zaken beginnen met een oordeel. We veroordelen iemand, we kijken op hem of haar neer, we worden arrogant en voelen ons superieur, we gaan over die persoon roddelen, enz.
Uiteraard kan een oordeel vellen in bepaalde zaken nodig zijn, bijv. een rechter die een uitspraak doet of een gedetineerde wel of niet schuldig is aan bepaalde zaken. Of bij een sollicitatiegesprek verschillende kandidaten beoordelen. Wat wij met onze boodschap bedoelen is zgn. ‘vrijetijds-oordelen’; een onnodig oordeel vellen waardoor je het slechte in jezelf losmaakt (arrogantie, roddelen, etc.). Dit soort van oordelen kunnen we het best achterwege laten. Oordelen over het gedrag van anderen, dan kunnen we het best aan God overlaten. God is de Meester van de Dag des Oordeels, zoals in hoofdstuk 1 van de Koran vermeld. Onze taak is om te vergeven, zodat ook onze fouten en zonden ons vergeven zullen worden…
“Vergeef en vergeet. Vinden jullie het niet fijn, dat Allah jullie zal vergeven? En Allah is Vergevensgezind, Barmhartig.” (Koran 24:22)
“En wanneer gij staat om te bidden, vergeeft, indien gij iets hebt tegen iemand; opdat ook uw Vader, Die in de hemelen is, ulieden uw misdaden vergeve.” (Marcus 11:25-26)
Tot slot enkele citaten over oordelen.
- Stoppen met oordelen is als een geschenk voor jezelf. Het maakt je leven moeitelozer, leuker en lichter.
- Je hoeft niet overal een mening over te hebben. Je kunt het leven meer over je heen laten komen en de wereld simpelweg observeren zonder jezelf continu af te vragen wat je ervan vindt. Geen mening hebben is prima – het brengt een gevoel van kalmte, acceptatie en tevredenheid.
- Gun anderen hun reis. Als anderen willen leven zoals ze leven, wie ben jij dan om daar over de oordelen? Ieder mens bewandelt zijn eigen pad en leert haar eigen lessen. Dat jij iets al hebt geleerd wil niet zeggen dat een ander geen recht meer heeft op die levensles.
- Minder oordelen maakt je een fijner mens. Weinig dingen zijn zo irritant als mensen die meteen hun oordeel klaar hebben. Als je minder oordeelt worden je relaties leuker, rustiger en dieper.
- Je kunt écht een luisterend oor zijn. Als je minder oordeelt kun je er écht zijn voor mensen, en hun hulp en ondersteuning verlenen. Dat zou niet mogelijk zijn als ze hun probleem aan je voorleggen en je gelijk met een oordeel klaarstaat.
- Je kent nooit het hele verhaal. Je ziet altijd maar een heel klein stukje van iemands leven. Jij zou misschien ook net zo hebben gehandeld als je in zijn / haar schoenen zou staan...