A Spiritual Note
Edition 814 – February 19, 2021 – Rajab 7, 1442
Respect voor ieders waardigheid
"O jullie die geloven, laat mensen geen (andere) mensen uitlachen, want misschien zijn zij beter dan hen; laat ook vrouwen geen vrouwen (uitlachen), want misschien zijn zij beter dan hen. Vit ook niet op jullie eigen mensen, en noem elkaar niet bij bijnamen. Kwalijk is een slechte naam na geloof; en wie zich niet omkeert, dat zijn de onrechtvaardigen.
O jullie die geloven, vermijd de meeste verdenkingen, want in sommige gevallen is verdenking immers een zonde; en bespied niet en laat sommigen van jullie geen kwaad spreken over anderen. Zou n van jullie graag het vlees eten van zijn dode broeder? Jullie verafschuwen het! En voldoe jullie plicht aan Allah, Allah is immers Vaakweerkerend (tot genade), Barmhartig.
O mensheid, waarlijk hebben Wij jullie geschapen uit een man en een vrouw, en jullie gemaakt tot stammen en families, opdat jullie elkaar zullen kennen. Waarlijk is voor Allah de meest edelmoedige de meest plichtsgetrouwe onder jullie. Waarlijk is Allah Wetend, Bewust." (Koran, 49:11-13)
Deze verzen handelen over sommige kwaden die veel voorkomen in de zogenaamde beschaafde wereld, en die de gemeenschap moreel doen ontaarden. Deze kwaden zien we voornamelijk aangaande rijkdom, omdat zij die in luxe en comfort leven, het tot een hobby maken om fouten in anderen te vinden en zodoende superieur te zijn in het zakenleven of in andere kwesties. Zo wordt onderlinge haat gecreerd die de onderlinge broederschap aantast.
Het principe van de grote broederschap der mensheid is vastgelegd voor de morele hervorming, via een betere onderlinge verstandhouding tussen diverse rassen en kleuren. De Koran herinnert ons eraan dat ze allen lid zijn van n familie, en dat hun onderverdeling in stamen, gemeenschappen, naties of rassen niet moet leiden tot vervreemding van elkaar, maar tot een betere onderlinge verstandhouding.
Werkelijke superioriteit van een mens of een natie over een ander is niet in kleur, rang of rijkdom, maar in morele verhevenheid. Degene die zijn energie steekt in zelfbehoud en goed zijn voor de mensheid is groot en waardig, en heeft het paradijs bereikt, wat het doel van het leven is. Zo iemand heeft God en Zijn schepping gediend en zichzelf waardig gemaakt om de zegeningen van de Almachtige te ontvangen.
Het bovenstaande bevat enkele morele regels uit het laatste Boek dat aan de mensheid is geopenbaard. Het toont de hoge morele status, waarvan Mohammed (vzmh) wenste dat zijn volgelingen die zouden nastreven. Hij wilde een atmosfeer creren van onderlinge liefde en opoffering; hij wilde een gemeenschap waarin men - in plaats van de dierlijke instincten onbeheerst te gebruiken - op basis van redelijkheid met elkaar omgaat, zich edel gedraagt en zijn plichten op waardige wijze vervult.