VZW Jong is een Gents jeugdwelzijnswerk dat de persoonlijke en maatschappelijke emancipatie en participatie van kinderen en jongeren wil bevorderen. Ze organiseren allerlei activiteiten voor diverse groepen kinderen en jongeren. Ze komen ook op voor de belangen van die kinderen en jongeren in hun contacten met andere verenigingen, voorzieningen en overheden, zodat ze op alle terreinen in de samenleving kunnen meetellen. Als jeugdwelzijnswerk heeft vzw Jong bijzondere aandacht voor de meest kwetsbare kinderen en jongeren.
VZW Jong bestaat uit verschillende deelwerkingen. Wij sloten aan bij de werking in Ledeberg, waar we vooral nauw samenwerkten met Winny (gebiedscoördinator) en Songül (kinderwerking 'Jeugdpunt Ledeberg').
VZW Jong richt zich dus hoofdzakelijk tot kinderen en jongeren, maar één keer per maand, op vrijdag, worden ook de ouders uit de buurt -met hun kinderen- uitgenodigd op een ouder-kind moment. Het is een moment waarop de ouders uit de buurt elkaar beter kunnen leren kennen en waar gezelligheid en sociaal contact centraal staan.
Tijdens zo'n ouder-kind moment worden de kinderen al spelend begeleid door medewerkers van VZW Jong en is er voor de ouders een activiteit voorzien in een aparte zaal (bv. naaien).
Gemiddeld zijn er zo'n 10 à 15 ouders per moment. Dat zijn vooral moeders, sporadisch sluit er eens een vader aan. De meeste mama's zijn van Turkse afkomst. Dus als er iets in het Nederlands gezegd wordt, tolkt Songül regelmatig naar het Turks.
In het kader van het project 'Tuupe veur Taal' wil VZW Jong meer focussen op Nederlands spreken tijdens de ouder-kind momenten. Het is de bedoeling dat wij, studenten van de NT2-opleiding, de medewerkers van VZW Jong hierbij ondersteunen en concrete ideeën uitwerken om van het ouder-kind moment een echte oefenkans Nederlands te maken. De kinderen komen mee naar het moment, maar spelen in een aparte zaal en zijn geen rechtstreekse doelgroep van het project.
Hier moeten we zeker rekening mee houden:
We willen tijdens het volgende ouder-kind moment (vrijdag 27 april) zeker al vragen naar de verwachtingen en interesses van de ouders: Wat zijn hun verwachtingen van deze oefenkansen Nederlands? Waar willen zij graag over praten?
VZW Jong wil de ouders de kans geven om meer Nederlands te praten om hen op die manier te versterken. Op lange termijn hopen ze dat dit ook effect zal hebben op de communicatie op de school van de kinderen en dat sommige ouders toch de stap naar Nederlandse les zullen durven zetten. Ze willen dus vooral spreekdurf stimuleren. Maar hoe kunnen we dat doen? Hoe kunnen we spreekdurf bij de anderstalige ouders stimuleren?
Bovendien is het heel belangrijk te voorkomen dat de Nederlandstalige ouders zouden afhaken omwille van een te sterke focus op het oefenen van Nederlands. We moeten ervoor zorgen dat het ouder-kind moment ook voor de Nederlandstalige ouders in de groep interessant blijft. Hoe kunnen we het oefenen van Nederlands ook aantrekkelijk maken voor de Nederlandstalige ouders? Welke waardevolle rol kunnen de Nederlandstalige ouders opnemen tijdens de oefenmomenten?