Was er een God vóór de oerknal (2016)
Michelangelo 1475 - 1564
Door: Ap Cloosterman
Op 68 jarige leeftijd ben ik met pensioen gegaan. Tijdens mijn werkzame leven is er weinig tijd geweest voor speciale hobby’s. Intussen is het al weer 11 jaar geleden, dat ik begonnen ben met een studie kosmologie en klimaatverandering. Bijna dagelijks houd ik mij nu bezig met het verzamelen van informatie en het maken en geven van lezingen over deze onderwerpen. Zie: https://sites.google.com/site/apcloosterman/
Kosmologie is een wetenschap welke zich bezig houdt met het ontstaan en de ontwikkeling van het Heelal.
Over het ontstaan van het Heelal tast de wetenschap op vele punten nog in het duister. Natuurlijk zijn er over het ontstaan van het Heelal diverse theorieën, maar het proces van het ontstaan is dermate ingenieus, dat dit door het menselijke brein nauwelijks is te vatten.
Ongeveer 75% van de wereldbevolking gelooft in een of meerdere Goden.
De grootste geloofsgemeenschappen als percentage van de totale wereldbevolking (7 miljard):
Christendom 31 %
Islam 23 %
Hindoeïsme 12,7 %
Boeddhisme 5,6 %
Jodendom 2,0 %
Een toenemend aantal Christenen is geen lid meer van een bepaalde kerk, maar gelooft nog wel in een God.
Het aantal Islamieten groeit sterk door een gemiddeld veel grotere gezinsuitbreiding.
Een grote meerderheid van de wereldbevolking (+/- 75%) gelooft in een God en daarmee dus ook in een Schepper van “Hemel en Aarde”.
Het ontstaan van het Heelal (Universum) is gebaseerd op de theorie (1931) van de Belgische Jezuïet pater George Lemaître
Kosmoloog pater Lemaître (1894 – 1996).
Volgens deze theorie - welke inmiddels de instemming heeft van een grote meerderheid van de wetenschap - was de energie, waaruit het Heelal is ontstaan, samengebald in een extreem hete pit van 10³² ºC. Deze pit wordt ook wel oeratoom of singulariteit genoemd.
Over het ontstaan van dit oeratoom lopen de meningen uiteen.
De Amerikaanse kosmoloog Alan Guth is de grondlegger van de zgn. inflatietheorie en die houdt in, dat uit “niets” “iets” kan ontstaan. Hij gaat er vanuit dat er in het begin een medium van twee soorten vacuüm heeft bestaan, namelijk een positief en een negatief vacuüm. Dit medium stortte in elkaar, waarbij enorm veel energie vrij kwam en samensmolt tot het oeratoom.
Alan Guth, Inflatie theorie (1981).
Andere wetenschappers (o.a. Andrei Linde) zijn van mening, dat het oeratoom is ontstaan in een reeds bestaand Heelal.
Andei Linde, een Russisch-Amerikaans fysicus. Theorie: Chaotische inflatie (1983).
Als deze theorie juist is dan zouden er meerdere Heelallen kunnen bestaan en is er sprake van een Multiversum. Blijft overigens de vraag hoe dan het eerste Heelal is ontstaan.
Het is mogelijk, dat het oeratoom een zwart gat is geweest in een ander Heelal.
Een zwart gat bevat een enorme hoeveelheid massa met een extreem grote zwaartekracht. Door deze grote zwaartekracht wordt alle massa uit de omgeving (zelfs hele sterren) naar binnen gezogen. De zwaartekracht is zo groot, dat licht niet kan ontsnappen.
Onze Melkweg met zo’n 200 miljard sterren bevat in het middelpunt een zwart gat, Sagittarius A, met een massa van 3,7 miljoen keer de massa van onze Zon.
De massa van onze Zon (een doodgewone ster) is 1,9891 x 10^30 kg.
Een ster wordt ingezogen door een zwart gat. Rö-straling ontsnapt.
Roger Penrose zegt uit satelliet waarnemingen het bewijs gevonden te hebben, dat er vóór de Oerknal reeds een Universum was en na het vergaan van dit Universum er weer een nieuw Universum is ontstaan.
Roger Penrose (1931), Brits wis- en natuurkundige.
Ongeveer 13,7 miljard jaar geleden is dit energierijke oeratoom als een waterdruppel uiteen gespat. Overigens was dit geen explosie zoals het woord oerknal zou doen vermoeden, maar een uitdijing (inflatie).
De Speciale Relativiteitstheorie (1905) van Albert Einstein beschrijft o.a. de massa-energierelatie, hetgeen betekent dat massa en energie equivalent zijn en in elkaar kunnen overgaan volgens de formule
E = m. c^2
waarbij E = energie
m = massa
c = lichtsnelheid = 300.000 km/sec.
Albert Einstein (1879 – 1955). Speciale Relativiteitstheorie (1905).
De snelheid van de uitdijing was onvoorstelbaar groot en tijdens deze volumevergroting werd energie omgezet in materie, eerst in de vorm van allerlei elementaire deeltjes (elektronen en quarks), waaruit in tweede instantie de waterstofkern of te wel het proton is ontstaan. Uit deze waterstofkern zijn later alle andere elementen (Helium, Koolstof, Zuurstof, Stikstof, etc.) gevormd. Deze waterstofkern was precies het goede LEGO steentje waarmee verder gebouwd kon worden. Als het ontwerp ook maar iets anders was geweest, dan was er nooit materie en leven ontstaan, zoals wij dat nu kennen.
Je kunt je dus afvragen of dit zonder regie spontaan kon plaatsvinden.
Uit de elementen Waterstof en Helium zijn tussen de ½ en 1 miljard jaar later de eerste sterren en sterrenstelsels ontstaan
(prof. dr. G.Nelemans RU Nijmegen).
De uitdijing van dit oeratoom vraagt om ruimte. Wij mensen denken zelden of nooit na over het begrip ruimte. Wij aanvaarden het als iets vanzelfsprekend en we maken er zonder nadenken gebruik van. Al zolang wij het Heelal kennen bestaat er ruimte, waarin sterren en planeten zich kunnen ophouden. De vraag is, was deze ruimte er al vóór de Oerknal?
Het is heel goed mogelijk, dat er niets was en dus ook geen ruimte en dat de ruimte dus ook verpakt zat in het oeratoom.
Blijft de vraag of de ruimte oneindig is of dat het gebruik van de ruimte beperkt is binnen de schil van de buitenste sterrenstelsels. Daar buiten zou dan niets zijn. Maar wat is niets?
Hoe je het ook wendt of keert: er moet een begin geweest zijn, hetzij met de geboorte van het oeratoom of met een singulariteit of zwart gat in een reeds bestaand Heelal.
Ons Heelal dijt na 13,7 miljard jaar nog steeds uit en dat betekent dat de bestaande 200 miljard sterrenstelsels met ieder 100 à 400 miljard sterren steeds verder uit elkaar gedreven worden. In het buitengebied “niets” moet dus steeds nieuwe ruimte worden gecreëerd.
Het menselijk brein kan dit eenvoudigweg niet bevatten.
Maar laten we terugkeren naar het allereerste begin, dus toen er echt “niets” was.
Als er sprake is van een Schepper, dan moet Hij zich toch ergens ophouden en dat zou betekenen, dat er wel degelijk “Iets” geweest moet zijn. De vraag die zich dan weer voordoet is, heeft dit “Iets” dan altijd al bestaan. Als eenvoudige sterveling heb je geen enkele voorstelling hoe de Schepper er uitziet en of Hij ook altijd al bestaan heeft.
Aan de wereldberoemde kosmoloog prof. dr. Stephen Hawking werd tijdens een college gevraagd: “Wat was er vóór de Oerknal?” Zijn antwoord was: “Twee zalen verderop bevindt zich de faculteit Theologie. Vraag het daar maar eens”.
De lichamelijk zwaar gehandicapte Stephen Hawking (1942)
Ik verwonder mij elke dag opnieuw over de veelheid van prachtige en interessante informatie, die ons ter beschikking komt en zichtbaar wordt door beelden. Het is nauwelijks onder woorden te brengen wat er zich in ons Heelal afspeelt en afgespeeld heeft. De processen die plaatsvinden zijn van een onmetelijke genialiteit en daar moet toch een regisseur aan gewerkt hebben.
Albert Einstein, die leefde in de tijd dat het drukken van boeken nog met loden letters gebeurde, bracht zijn verwondering en respect voor het ontstaan van het Heelal als volgt onder woorden:
Het ontstaan en de ontwikkeling van het Heelal is een buitengewoon groot wonder.
Waarnemingen van alle natuurlijke en bovennatuurlijke verschijnselen rondom ons heen vormen een keiharde garantie van een subliem doordacht ontwerp en uitvoering.
Een vriend van mij opperde de gedachte dat de Schepper te vereenzelvigen is met het oeratoom. Op zich geen slecht idee, omdat de wonderbaarlijke processen dan de ontwerper zelf betreft. Bovendien volgt hier automatisch uit, dat er respect moet zijn voor de ontwerper waarin wij verblijven, voor mensen, dieren en de natuur (milieu).
Van de andere kant komen er Bijbelse teksten in het gedrang, zoals bijvoorbeeld dat de mens geschapen is naar het evenbeeld van God.
Over het ontstaan van ons Zonnestelsel zijn onder de wetenschappers nauwelijks verschillen van mening.
Onze Zon met haar planeten zijn ontstaan uit de resten van een geëxplodeerde supernova. Deze resten vormden een enorme moleculaire wolk, welke voor 98% uit waterstof, helium en lithium bestond.
De overige 2 % bestond uit zwaardere elementen.
Door een schokgolf vanuit de ruimte stortte deze wolk in onder invloed van zijn eigen zwaartekracht. Dit instorten veroorzaakte een draaiing (cycloon). In het binnenste van de wolk met de lichtere elementen liep de temperatuur en druk enorm op, waardoor kernfusie plaats vond en er een gloeiende bol ontstond: onze Zon.
De zwaardere elementen werden naar de buitenkant geslingerd en door samenklontering ontstonden hieruit de planeten.
Zelfs een minuscuul onderdeel van het Heelal, onze planeet Aarde, is een verbazingwekkende creatie:
Op een afstand van 150 miljoen km van de Zon (dit is ook een ster) draait de Aarde haar baan en deze afstand is precies goed voor de mogelijkheid van leven (planten, dieren en mensen).
De Aarde heeft precies de juiste massa om de atmosfeer (lucht) vast te houden.
De Aarde voorziet ons van voedsel en de atmosfeer bevat voldoende zuurstof voor onze ademhaling.
Onze atmosfeer bevat kooldioxide (CO2) en dat staat bekend als de kwade genius (broeikasgas), welke verantwoordelijk zou zijn voor de opwarming van de Aarde. Het tegendeel is waar.
Zonder broeikasgas zou de gemiddelde temperatuur van de Aarde geen +15⁰C zijn, maar -18⁰C zijn.
Zonder CO2 zou er geen plantaardig leven mogelijk zijn en dus ook geen dierlijk en menselijk leven!
Waterdamp en een CO2 gehalte van 250 – 280 ppm (parts per million) zorgen voor een leefbare temperatuur van de Aarde.
Het huidige CO2 gehalte van onze atmosfeer ligt rond de 400 ppm (=0,04%), maar deze verhoging heeft nauwelijks invloed gehad op de temperatuur van de Aarde: Een stijgend gehalte van CO2 in onze atmosfeer van boven de 280 ppm veroorzaakt nauwelijks een sterker broeikasgas effect.
Zie: http://climategate.nl/2016/02/05/hoe-werkt-co2-nu-precies/
De gevaarlijke straling van de zonnewind wordt door het aardmagnetisme afgebogen en in een atmosfeer van zuurstof en stikstof onschadelijk gemaakt (= poollicht).
Overigens zorgt deze “nadelige en gevaarlijke” zonnewind er ook voor, dat de zeer gevaarlijke interstellaire straling rondom ons zonnestelsel wordt afgebogen.
De schuine stand van de Aarde t.o.v. de Zon zorgt er voor dat we seizoenen (winter, lente, zomer, herfst) kennen.
De begeleidende Maan zorgt samen met de Zon voor eb en vloed, waardoor voedingsstoffen via de oceanen kunnen worden aangevoerd.
De Maan zorgt voor stabiliteit van de Aarde, zodat deze niet als een dronkenman rondtolt.
In 1859 publiceerde Charles Darwin zijn boek “On the Origin of Species by means of natural selection”. Hij beschreef in dit boek de evolutie van soorten: Vanuit een eencellig organisme zijn alle andere soorten voortgekomen.
Als mens kun je dit proces misschien volgen, maar het proces op zich is een Godswonder.
Intelligent Design: God heeft het leven geschapen, maar het leven ontwikkelt zich volgens de principes van de evolutietheorie.
Fylogenetisch stamboom: een schema, dat de evolutionaire geschiedenis van biologische soorten weergeeft.
Charles Darwin 1809 - 1882
Op de Aarde is leven mogelijk en het uiterlijk en de pracht van dit leven getuigt van bovennatuurlijke genialiteit.
De mogelijkheid van voortplanting is een wonder. Een geboorte ontroert ieder mens.
Wie er oog voor heeft kan genieten van de intense schoonheid van de Natuur.
Dit alles kan toch niet zo maar uit zichzelf zijn ontstaan.
Maar toch blijven er vele vragen over, welke tot twijfel kunnen leiden, zoals
Waarom moet het Heelal zo gigantisch groot zijn?
Waarom is het Heelal 13,7 miljard jaar geleden ontstaan en niet eerder of later?
Waarom is de Zon en de Aarde pas 4,5 miljard geleden ontstaan en loopt homo sapiens pas 200.000 jaar op de Aarde rond?
Waarom is bij de creatie van de mens ook zoveel slechtheid en criminaliteit ingebouwd?
Waarom moeten zo veel mensen pijn lijden en ongelukkig zijn?
Waarom vernietigt de mens zijn leefomgeving (bijv. ontbossing, uitroeiing van bepaalde diersoorten, giflozingen, etc.)?
Waarom openbaart de Schepper zich niet zichtbaar, zodat er eenduidigheid in Geloof en in Goed en Kwaad kan ontstaan?
Het oog van de meester……
Is er leven na de dood en waar zou dat dan zijn?
Kosmologen hebben nog geen hiernamaals waargenomen.
Waarom is de mens dikwijls onverdraagzaam? Dit gedrag leidt tot ruzies en zelfs tot oorlogen waardoor mensen in ellende en armoede moeten leven of in het ergste geval de dood worden ingejaagd.
Waarom is de mens zo hebzuchtig waardoor een groot deel van de wereldbevolking in armoede en hongersnood moet leven?
Waarom zijn er zo veel mensen, die het verschil tussen “mijn en dijn” niet naleven?
Waarom zijn er zo veel mensen, die voor eigen zinnelijk genot anderen in het verdriet storten?
Waarom laat de Schepper het toe, dat er in Zijn naam mensen worden vermoord en verkracht? (IS Jihadisten)
Al deze vragen leiden tot twijfel over het bestaan van een Schepper.
Blijft over: “Geloven”
en geloven is vertrouwen hebben in de waarheid van iets.
Hoewel wetenschappelijk het bestaan van een Schepper niet is bewezen kan men door louter waarnemingen en studie van het Heelal tot de overtuiging komen van het bestaan van een Schepper.
Augustus 2016