Ik werkte bij Danone, als productiearbeider, werkzaam in één van de vakbonden, het ABVV (Horval). Volgende "notities" plaatste ik op mijn Facebook-profiel:
https://www.facebook.com/notes/nico-oldenhof/danone-plant-via-de-herstrukturering-verder-te-gaan-dan-alleen-aanpassen-van-bez/10151965520714985
Danone plant via de herstrukturering VERDER te gaan dan alleen "aanpassen van bezetting aan volume"
18 september 2013 om 9:57
Bij Danone is het een combinatie van twee zaken. Een reeds lang aan de gang zijnde streven van de directie om een hogere productiviteit en rendement op te leggen, door de INTENSITEIT van een ieders werk te verhogen en de gevolgen van de economische crisis die zorgt voor een scherpe "overcapaciteit".
Zonder die crisis, zou de groei OOK afnemen, omwille van concurrentie EN omdat de aankoop van Actimel zijn grenzen heeft. MEN kan niet zomaar steeds meer Actimel gaan kopen... en drinken. Om toch nog de maximale winst te garanderen werd reeds (met SKY) de voorwaarden gecreërd om de intensiteit van het werk (bij de "overgebleven" werknemer) te verhogen. Ook was er reeds lang aan de gang zijnde LOONSTOP (die doordat het leven over het algemeen DUURDER werd) EIGENLIJK een loonDALING betekende.
Hierop kwam dan nog de scherpe TERUGVAL van verkoop door de krisis. OVERAL daalt het inkomen zo sterk dat vroegere kopers hun aankoop schrappen)
De nu aangekondigde collectieve afdanking gaat VERDER dan het "aanpassen van de bezetting aan de volumes": men wil de herstrukturering gelijk gebruiken om de bezetting MEER dan "aangepast aan de volumes" te doen dalen om TEGELIJK al die INTENSIFIERING van het werk te realiseren.... en de winst per flesje Actimel te verhogen...OOK als de volumes nog verder dalen (of eventueel weer wat zullen stijgen).
We moeten nu ook gebruik maken van de strijd tegen afdankingen om ook die bestudeerde en georganiseerde BESTAANDE "onderbezetting" (waardoor men NU al zijn of haar werk-inzet verhogen) te bestrijden. ALS we ooit afdankingen moeten aanvaarden, moet Danone vanuit de reeds vroegere gerealiseerde winsten op ons werk een rechtvaardige financiele "schadevergoeding" voor betalen EN de "resterende" werksituatie mag niet verslechteren. (Hierdoor alleen al kunnen een hoeveelheid geplande afdankingen voorkomen worden - de man-bezetting/per ton Actimel mag niet VERMINDEREN)
https://www.facebook.com/notes/nico-oldenhof/bedenking-van-een-arbeider-bedreigd-met-afdanking-wat-is-het-doel-van-de-reorgan/10151988605744985
Bedenking van een arbeider bedreigd met afdanking: “Wat is het doel van de reorganisatie bij Danone?”
29 september 2013 om 17:26
In haar mededeling zegt Danone dat de “overcapaciteit”, of de daling van de verkochte volumes “een zware impact hebben gehad op de kostenstructuur van de fabriek."
De volumes in ton verminderen van 202,323 in 2011 naar 139,753 in 2013,dus met ongeveer 30%.
En héél subtiel staat daaronder:... verhoogde de loonkost van(2011=100) met 20%.
Het plan bestaat er nu uit :”in een vermindering van het aantal werknemers om de personeelsbezetting opnieuw in overeenstemming te brengen met de actuele productievolumes en de volumes die in de toekomst verwacht worden.”
Nu stelt de directie zich borg (naar Danone-Parijs toe?) dat de toekomstige volumes ipv de nu geforcaste 125.000 ton 160,000 zullen zijn!
Als men op basis van de cijfers die Danone zelf geeft wat berekeningen maakt (1),blijkt dat ze allereerst de LOONKOST/TON (dus ONAFHANKELIJK van hoeveel volume er zal te produceren zijn) wil doen DALEN VERDER dan een “overeenstemming met de actuele en toekomstige productievolumes”.
Dit kan, volgens mij, alleen maar betekenen dat er of een bewuste toekomstige ONDERBEZETTING wordt geschapen, met de gevolgen van de werkintensiteit per werknemer en/of daaraan gekoppeld een verplichting tot meer flexibiliteit (geen verlof bij productie-piek, of een systeem van verplichte overuren of zoiets.... en verplicht verlof te nemen -bv de compensatiedagen- tijdens de seizoensgebonden productie-daling).
Wat nu opvalt dat er alleen maar gesproken wordt van kosten/ton en LOONKOST/ton maar niet van WINST/ton.
Nu zullen we nooit weten wat exact de winst/ton is maar om een orde van grootte te hebben ging ik uit van een verkoopsprijs voor Danone de distributie/groothandel van 2,75 euro/liter Actimel (In de Lidl kost Actimel Nature zo'n 4 Euro/liter)
Zo kom ik aan een orde van grootte van INKOMEN/ton van 2750 Euro.Als je dit dan stelt aan 100%, dan maken de Totale Kost/ton daar een relatief klein percentage van uit. En de LOONKOST/Ton minder dan 5%!Waarbij de (orde van geschatte grootte dus niet de EXACTE waarde –die weet ik trouwens niet) WINST/TON meer dan 90% is!
Die winst kan dan besteed worden aan: dividenden op aandelen, winst op aandelen indien ze verkocht worden, bonussen voor managers als beloning voor een geslaagde reorganisatie, .....
De overcapaciteit, waaraan het kapitalisme ZELF schuldig is, wordt zo afgewend op de werkers, waarbij door de verdere VERARMING van de werkers, de basis wordt gelegd voor weer een toekomstige overcapaciteit..... Intussen zijn WINSTEN gegarandeerd voor diezelfde kapitalisten, waarmee zij hun “loopjongens” - de topmanagers en bedrijfsleiders-, dik voor belonen!
(1) Ik ga niet uit van de echte medegedeelde cijfers omdat er afgesproken is tot een gezamelijke communicatie door de vakbonden (voorafgegaan door een communicatie van de directie) volgende week. Maar ik mag als arbeider bedreigd met afdanking toch wel mijn mening geven, zeker! Dus zie mijn berekeningen maar als mijn persoonlijke mening.....
https://www.facebook.com/notes/nico-oldenhof/voedingssector-beheerst-door-monopolies-politiek-van-europa-afgestemd-op-monopol/10150671334049985
Voedingssector beheerst door monopolies. Politiek van Europa afgestemd op monopolies
29 maart 2012 om 14:13
De voedingssector wordt “beheerst” door monopolies, hoewel er wellicht in aantal meer kleinere bedrijven, gezinsbedrijven en KMO's zijn.
De loonvorming in de sector en de werkvoorwaarden in de sector worden bepaald door de resultaten in het overleg of/en strijd in de grote bedrijven, vestigingen van monopolies.
De basisprodukten en grondstoffen in de sector worden geleverd, of aangekocht en verdeeld door monopolies ook aan en van de gezinsbedrijven en KMO's.
Van de meeste produkten geleverd door kleinere bedrijven, gezinsbedrijven en KMO's is er meestal een “gelijkaardig” produkt geproduceerd door een monopolie.
Het is de regelgeving door de EU, die werkt “in functie” van de monopolies die alles regelt inzake sociale zekerheid, pensioenen, koopkracht, hoewel het “schijnbaar” de nationale regering is die de concrete “besparings”-maatregelen oplegt.
De productiecapaciteiten zijn enorm gegroeid, de monopolievorming idem, kortom de mogelijkheden om te voorzien in gezonde voeding voor iedereen, onafhankelijk van beschikbaar inkomen om te kopen, zijn enorm gestegen.
Nog een groot deel van de mensheid hongert, voed zich onvoldoende en hun mogelijkheden om zelf te voorzien in voeding wordt ondermijnd door diezelfde monopolies.
Het kapitalisme in zijn laatste stadium van monopolievorming (wereldomvattend) kan minder en minder in de echte behoeftes voorzien. (aangezien de enige mogelijkheid, KOPEN met een beschikbaar inkomen meer en meer wordt ontnomen aan een groeiend deel van de mensheid).
Dus ook in de voedingsector, zullen de werkers de kapitalisten moeten onteigenen ende controle overnemen over hoe en wat er geproduceerd wordt, en hoe de produktie wordt VERDEELD naar behoefte (en niet meer naar koopkracht)
Op mijn weblog plaatste ik nog een artikel over een door een "hedge-fund" aan Danone OPGELEGD "besparingsplan":
Op donderdag 13 december kwam het nieuws dat Danone de komende jaren 200 miljoen Euro zo besparen.
Danone zou overwegen waar er in Europa jobs zouden moeten verdwijnen. De besparingen werden ingegeven door de teruglopende verkopen, een gevolg van de recessie. De jobs die zouden verdwijnen zouden
beperkt zijn tot management- en support-functies en gebeuren door vrijwillig vertrek.
Verder dus op Facebook:
https://www.facebook.com/notes/nico-oldenhof/voor-een-europese-beweging-voor-vakbondsvernieuwing/444975689984
Voor een Europese Beweging voor Vakbondsvernieuwing.
23 september 2010 om 10:48
Uit "De Slag om de Mijnen - het syndikale werkboek van Jan Grauwels en Luc Cieters", EPO, 1988, redactie Hugo Franssen,p. 29-30, (hier online te lezen: http://www.npdoc.be/Grauwels-Cieters/index.htm )Jan Grauwels en Luc Cieters zelf aan het woord:
"Zeker, de mijnwerkers hadden syndicale ideeën. Maar ze botsten op een muur van onbegrip, op een apparaat dat niet bewoog. De meesten gaven het op. Veel verstandige mensen werden gerecupereerd door de patroon. De patroon had nood aan een nieuw kader namellijk cheffen op lager niveau…. Zeer velen werden gerecupereerd om çhef te spelen'. De sociale verkiezingen van '71 brachten de stakingsleiders van '70 niet aan de macht. De mijnwerkers hadden uit de staking niet de les getrokken: de vakbond is van ons, we gaan hem in handen pakken. Er was alleen dat negatieve idee om de vakbondsboekjes weg te gooien. De mijnwerkers geloofden er niet meer in. Hoe moet het syndicalisme er uitzien om niet telkens in de problemen te geraken zoals in 1966 en 1970? Die vraag hebben we maar kunnen beantwoorden vanaf het midden van de jaren zeventig. In heel de beweging is ons standpunt altijd geweest dat de mijnnijverheid een toekornst heeft in het kader van een andere energiepolitiek. In 1973 organiseerden de OPEC-landen zich. Zij dwongen belangrijke toegevingen af. Ruilwaarden voor olie verhoogden met 59,9% tussen 1973 en 1976, en met 31% tussen 1979 en 1981. Velen zagen daar een nieuwe kans voor de steenkool. In 1974 begon men druk met nieuwe aanwervingen. Wij behoren bijna allemaal tot die nieuwe generatie mijnwerkers die ten gevolge van de oliecrisis in de mijnen zijn begonnen. Wij zijn de kinderen van de mijnwerkers van Zwartberg. De ervaring van Zwartberg, daar vallen we dikwijis op terug. Sommige stakingsieiders van 1986 en 1987 hebben een vader die als mijnwerker nog Zwartberg hielp bezetten. Onze generatie weet iets van energie af. Veel meer dan in 1966. Er leefden in de jaren na 1973 veel illusies over onze steenkool als andere energiebron. Andre Daemen van het ACV was daar een van de belangrijkste aanhangers van. Hij was nieuw, progressief, en hij geloofde er echt in. Al zijn tussenkomsten in het energiedebat waren doordacht en gemeend. Het is een ramp voor de christelijke arbeidersbeweging dat hij die standpunten heeft laten vallen en zich tegen de stakende arbeiders heeft opgesteld. Daemen heeft het kapitalistische systeem niet tenvolle verantwoordelijk durven stellen voor de aftakeling van de mijnnijverheid en van de mijnstreek. Dat is zeker essentieel om te begrijpen waarom hij snel capituleerde. Maar er is toch ook een tweede aspect. Heel wat ACV-ers waren vanuit een christelijke bewogenheid getroffen door die werkloosheid in Limburg. Zij waren daar echt om begaan. De vakbeweging heeft mensen gekend die de strijd niet echt plaatsten in functie van een andere maatschappij, maar die toch een aantal principes hadden waarop zij bieven staan. Debunne is daar een voorbeeld van. lk bedoel, mensen die een standpunt innamen en daar niet vanaf gingen, ook al stond dat haaks op de 'economische logica' van dat ogenblik. Daemen behoorde niet tot dat soort syndicalisten. Hij liet veel ACV-ers in de kou staan met hun bezorgdheid over de werkloosheid in Limburg. In de socialistische vakbond had je zo geen 'doordenkers'. Er was wel Willy Claes met zijn witboek en het veelbelovende energiedebatin het parlement. Aan de ene kant had je het witboek en aan de andere kant tekende Claes als minister van economische zaken de elektriciteitsconventie waarmij hij carte blanche gaf aan de kernenergie voor de volgende 30 jaar. (p.31)Aan de ene kant had je de beweging tegen de kernenergie en aan de andere kant zag je hoe de milieubeweging gekanaliseerd is naar het parlement en haar strijdkarakter verloor. In Duitsland is de antikernenergiebeweging veel strijdbaarder, veel dieper ingeplant in het volk. Gheyselinck schrijft in zijn rapport over dat verschil tussen Belgie en Duitsland. Dat extra-parlementaire, dat strijdlustige, dat is hier kapot gemaakt. Claes heeft daar verantwoordelijkheid in. De Groenen hebben hier een bravere en een meer pariementaire strategie dan de Grime in Duitsland. Kissinger was de woordvoerder van het Internationaal Energie-agentschap dat in 1977 is opgericht. Hij ontwikkelde een tegen-strategie om de OPEC klein te krijgen. Ten eerste: het petroleumverbruik beperken. Ten tweede: kernenergie ontwikkelen als overgangsenergie. Ten derde: invoer van kolen uit Zuid-Afrika. Ten vierde: petroleumontginning in niet-OPEC-landen zoals Engeland. Kissinger won. De olieprijs daalde spektakulair. Petroleumholdings als Shell en Petrofina wierpen zich nu op de steenkool. Zij zagen profijt in de goedkope Amerikaanse steenkool. Niet petroleum, maar steenkool is vandaag voor alle energie-experts de energie van de toekornst. We ontdekten dat mensen zoals Bruck en Debeys in de beheerraad van KS zetelen, en in de beheerraad van de elektriciteitsmaatschappijen die onze kolen afnemen. Allemaal verbindingen en samenhang. Wij hebben de verbanden gelegd. Dat is niet zoals bij een koekjesfabriek. Een koekje wordt niet meer gegeten, dus bak je een ander koekje, ofje sluit de fabriek. Nee, wij hebben de steenkoolproblematiek leren zien in het gehele energiekader, niet nationaal, maar internationaal. In die geest hebben wij onze steenkoolproblemen ook niet los willen zien van de algemene problemen rond de tewerkstelling. Dat was een van de moeilijkste eisen in het begin, werk voor de 75.000 werkzoekenden in Limburg. In die richting ging de inhoud van ons syndicaal werk. De discussie in de vakbond was gelanceerd. We hebben een hoogstaand eisenprogramma kunnen doen aanvaarden door het ACV en het ABVV. Andre Daemen heeft zich eens laten ontvallen dat dat een van zijn grootste flaters was van zich te laten vastpinnen op dat fameuze eisenprogramma van 1984. De mijnwerkers begrepen dat het geen slogans maar concrete eisen waren. Het is daaruit dat een beweging ontstaan is met een omvang en een diepgang... ongekend in Limburg. Tegelijk zijn we beginnen werken aan onze massabasis. De mijnwerkers zijn voor of tegen u, dat is onverbiddelijk. Veel delegees hadden schrik van de mijnwerkers. Na de stakingen van '66, '70 en '74 hidden zij zich ver van het volk. Maar wij hadden van de Boel geleerd dat je naar de mensen moet gaan. Jan Grauwels zegt tegen mij: "Jij kent heel Beringen met naam en werknummer". Dat is ongeveer zo. Maar ik probeer meer te kennen, ook de familiale toestand bijvoorbeeld."
Sukun ölmedi, öldürüldü (,Sukun is niet gestorven maar vermoord')
In 1975 sluiten de leiders van de mijnwerkersvakbonden een vreselijke CAO af met de mijndirectie. De CAO beoogt een rendementsverhoging. 3.000 kilo per man en per dag is het streefcijfer. Het absentheïsme en het ziekteverzuim moeten dus aangepakt worden. Er worden 15 maal meer straffen genoteerd dan normaal. De 'putdokters'sturen zieke mijnwerkers weer aan het werk. Sukun, een Turkse mijnwerker met een hartziekte, wordt terug onder in het stof en in de hitte gestuurd. Hij moet na korte tijd in het ziekenhuis opgenomen worden, waar hij sterft. Dinsdag 11 mei 1976. Als het nieuws van zijn dood bekend geraakt, weigert twee-derde van de ondergrondse mijnwerkers af te dalen. De waszaal wordt bezet. De Turken spelen daarbij een doorslaggevende rol. Directeur Goddeeris probeert met en een racistische reflex de solidariteit tussen de Belgen en de Turken te breken. De Belgen zouden uitbetaald worden omdat 'zij belet worden te werken'. Goddeeris mislukt. Woensdag is de staking algemeen. Er wordt een stakingscomitee opgericht. De voorzitter is… jawel, Luc Cieters! In dit comitee zijn zowel Turken als Belgen, zowel Italianen als Polen actief. Na drie dagen moet de directie de duimen leggen:
- de dokterscontrole zal fatsoenlijk gebeuren. De brutaalste verpleger wordt overgeplaatst;
- de directie zal straffen voorstellen, in plaats van op te leggen;
- gelijk loon voor gelijk werk. Alle looncategoriën zullen aangepakt worden;
- de gebrekkige woonsituatie in de logementshuizen voor gastarbeiders wordt regelmatig gecontroleerd. “
Wat kunnen we leren, volgens mij?
Grauwels en Cieters zagen hun politiek en ideologisch werk "als mijnwerker onder de mijnwerkers" vanuit het besef dat er een ander maatschappij dan de kapitialistische mogelijk was. Ze analyseerden dat héél concreet n.a.v. de energiesector en de de energiepolitiek op wereldvlak. Wellicht om in hun dagelijkse diskussies "revolutie" en "socialisme" zo CONCREET mogelijk voor te stellen omdat het dan pas mogelijk is om via hun deelname aan de klassenstrijd van de mijnwerkers het bewustzijn van hun mede-miijnwerkers zo ver mogelijk te kunnen doen ontwikkelen. Zij zochten ook, levend van de historische ervaringen van de mijnwerkers zelf, naar de mogelijkheden om de mijnwerkers zo strijdbaar en zo massaal mogelijk op zo hoog mogelijke politieke opvatttingen te organiseren. Dit wordt hen aangereikt door de mijnwerkers zelf: "het stakingscomitee" In een stakingscomitee ligt de kiem van strijdbare organisatie van de arbeiders en wat eigenlijk een vakbond moet zijn (of ooit was?) In een stakingscomitee worden onder de arbeiders vertegenwoordigers of afgevaardigden gekozen onder de bewezen meest strijdbare arbeiders met de meest massale aanhang. De "afgevaardigden"in dat stakingscomitee zijn vaak officiële vakbondsafgevaardigden afkomstig vanuit de (in België) drie bestaande vakbonden, het kunnen ook militanten zijn zelfs strijdbare naar voren geschoven arbeiders die wellicht op dat moment nog niet duidelijk bij "een"vakbond zijn. Luc Cieters was voorzitter van het stakingscomitee, maar was toen nog geen vakbondsafgevaardigde… Via een stakingscomitee kunnen de arbeiders druk uitoefenen op hun "officiële" vakbondsapparaten. Via de steun van de arbeiders via een stakingscomitee kunnen de vakbondsafgevaardigden die IN het stakingscomitee zitten, druk uitoefenen op hun hogere vakbondsinstanties. Een stakingscomitee maakt tegelijk deel uit van de "officiële" vakbondswerking, is ook niet persé gericht TEGEN de officiële vakbonden, maar kan een strijdvorm zijn voor de strijd IN de vakbonden tegen de capitulerende, matigende, of zelfs collaborerende krachten. Stel dat er een beweging op gang komt, aangezwengeld door (onderling en daarom niet persé openlijk georganiseerde) voorhoede-elementen in verschillende bedrijven van het oprichten van zo'n beweging van eerst bedrijfsgebonden, maar later onderling verbonden, stakingscomitees (of noem het bedrijfscomitees….of RADEN…). Een beweging die een aanmoediging is voor de meer radikale, strijdbare hogere vakbondsleiders, maar op concrete manier de strijd aanbindt IN de vakbonden (omdat ze er toch ergens DEEL van uitmaken) tegen de collaborerende vakbondsleiders (vaak niet verkozen maar benoemd). Stel dat zoiets ook gebeurd in de andere lidstaten van Europa (omdat de verschillende voorhoede-elementen onderling en daarom niet persé openlijk EUROPEES georganiseerd zijn én zelf ook lid van de Europese arbeidersklasse. Dan zou er een Europese Beweging van Vakbondsvernieuwing kunnen opgang komen die zou uitmonden in één Europese massa-strijdorganisatie van de Europese werkers die zich doorheen de verschillende strijdsituaties zich het perspectief stelt van : "onteigening van de onteigenaars",afbouw van het staatapparaat van de Europese monopolies en opbouw van een Socialistisch Europa waar de verenigde Europese stakingscomitees… of liever Verenigde Europese Arbeidersraden de macht overnemen. De leidende rol van een Europese voorhoede-organisatie van Europese voorhoede-arbeiders zal hierbij dan cruciaal zijn…