3. STARTFIETSER

De kinderen van het 2de leerjaar kunnen onder toezicht van een volwassene:

      • het fluohesje consequent dragen.
      • met de fiets aan de arm stappen.
      • opstappen en vertrekken/stoppen en afstappen.
      • rechtdoor rijden.
      • hun evenwicht houden/traag rijden.
      • slalommen.

Bij de stapmomenten werken zij reeds aan de doelen die in het derde leerjaar bereikt moeten worden.