Examentips
Voorbereiding op de examens
Cursusmateriaal
Controleer of je voor elk vak al het materiaal (bv. extra oefenbundel, extra theorie …) hebt en of alles ingevuld is.
Controleer of alles in de juiste volgorde zit.
Controleer of je alle (foto’s van) taken en toetsen hebt. Misschien stelt je leerkracht gelijkaardige vragen op het examen.
Bekijk of je alles goed begrijpt. Misschien zijn er nog leerstofonderdelen waar je extra uitleg voor nodig hebt.
Maak voor elk vak een overzicht van wat je moet kennen en kunnen.
Maak eventueel een lijstje met vragen die je nog aan de leerkracht wil stellen.
Probeer de vragen die de leerkracht zal stellen, te voorspellen.
Gebruik je toetsen en testen om je leerstof in te studeren. Ga na waar het fout liep.
Controleer jezelf of laat je overhoren, om te zien of je de leerstof kent. Als je de leerstof niet begrijpt, kan je nog steeds uitleg vragen aan je vakleraar of aan een klasgenoot.
Planning
Maak een lijstje met de vakken die je moeilijk vindt en de leerstof die je zeker wil herhalen voor de examens.
Plan deze vakken eerst in.
Verdeel je leerstof in stukken.
Zorg voor een realistische planning.
Vraag indien nodig hulp bij het maken van je planning. Je kan hiervoor terecht bij je leerkrachten of de interne leerlingenbegeleiding.
Voorzie ook zeker tijd in je planning die je nodig hebt voor last minute opdrachten, extra oefeningen …
Studeren
Studieplek
Zorg voor een rustige plek om te studeren.
Ruim je studieplek op:
alles wat zorgt voor afleiding (bv. smartphone, computer, rommel ...) verwijder je;
je legt enkel datgene klaar dat je nodig hebt om te studeren.
Verlucht regelmatig je studieplek. Verse zuurstof zorgt voor een goede concentratie.
Een gezonde geest in een gezond lichaam
Begin de dag met een evenwichtig ontbijt.
Eet minstens drie (gezonde) maaltijden per dag. Vettig voedsel verteert traag en zorgt ervoor dat je je niet goed kunt concentreren.
Drink voldoende water.
Probeer als ontspanning te bewegen en naar buiten te gaan:
lezen, computeren of tv-kijken kunnen – net als studeren – je ogen vermoeien en zijn dus niet echt geschikt om het studeren te onderbreken.
Ga op tijd slapen.
Algemene studietips
Vragen stellen bij de leerstof die je later gaat beantwoorden:
titels omzetten naar vragen;
kennisvragen: wie, wat, waar, wanneer;
begripsvragen: hoe, waarom, geef voorbeelden;
inzichtsvragen: wat zijn de gelijkenissen/verschillen, wat is het verband tussen ...
Samenvattingen maken:
kernwoorden aanduiden in je cursus;
visuele schema’s/mindmaps maken waarbij je de verbanden tussen de kernwoorden aanduidt;
deel de leerstof op in stukjes.
Maak begrippenlijsten met moeilijke woorden.
Maak oefeningen opnieuw:
verbeter oefeningen die je in de klas maakt met kleur zodat je meteen ziet welke oefeningen je moeilijk vond;
zoek naar voorbeelden bij bepaalde leerstofonderdelen.
Herhaal regelmatig.
De dag van het examen
Zorg dat je:
voldoende uitgerust bent;
alle materiaal bij je hebt: schrijfgerief, tablet, atlas …;
weet in welk lokaal je examen hebt en hoe laat je aanwezig moet zijn.
Het examen zelf
Blijf steeds rustig.
Lees aandachtig je vragen:
markeer eventueel belangrijke woorden in de vraag;
indien de vraag bestaat uit meerdere delen, geef dan elk deel een nummer.
Raak niet meteen in paniek wanneer je iets niet weet. Ga verder met de volgende vraag en keer later terug naar de vraag.
Zaken die je moeilijk kon onthouden, maar nog weet bij het begin van het examen, schrijf je best op van zodra je je kladblad hebt gekregen.
Noteer eventueel eerst enkele sleutelwoorden op je kladblad vooraleer je je antwoord helemaal uitschrijft.
Schrijf duidelijk leesbaar en let op je taal.
Houd de tijd in het oog.
Lees de vragen en je antwoorden na vooraleer je je examen afgeeft.