Componenten, schakelingen en beveiliging.
Een eenvoudige elektrische stroomkring bestaat uit een bron, een geleider en een verbruiker.
Een elektrische stroomkring kan schematisch worden weergegeven met symbolen.
Hier staan twee weergaven van dezelfde elektrische stroomkring.
Een batterij is een spanningsbron
Een geïsoleerde koperdraad is een geleider
Een lamp is een verbruiker
Elektrische energie kan worden omgezet in andere vormen van energie. In de onderstaande tabel vind je enkele voorbeelden:
Een stroomkring is altijd een gesloten keten of circuit.
Een stroomkring kan onderbroken worden door middel van een schakelaar.
Zodra de kring onderbroken is, is er nergens in de kring nog stroom!
In de praktijk worden de begrippen bron, stroombron en spanningsbron door elkaar gebruikt.
In deze leeromgeving wordt de term spanningsbron gebruikt.
Er wordt verder altijd gewerkt met spanningsbronnen die een constante spanning geven, dit noemt men gelijkspanning.
Een bron zorgt ervoor dat er een blijvend onevenwicht is tussen het aantal vrije elektronen van de beide polen van de bron.
Bij een batterij wordt dit onevenwicht in stand gehouden door een scheikundige werking.
De figuur is een voorstelling van een elektrische kring, deze bestaat steeds uit een elektrische bron, een verbruiker, de geleiders, een schakelelement en de beveiliging.
(a) De elektrische bron
Men noemt een elektrische bron, elk toestel dat in staat is een elektrische stroom te leveren.
Op de figuur is de elektrische bron een droge batterij.
De vrije uiteinden van het element langs waar de stroom in - en uitgaat, zijn de polen.
Tussen de polen kan men een constante of een regelbare spanning hebben.
Andere elektrische bronnen zijn: loodaccu (autobatterij), dynamo en alternator.
b) De verbruiker (b)
Een verbruiker is elk toestel dat een elektrisch verschijnsel verwekt wanneer het met de polen van een elektrische bron verbonden wordt.
Op de figuur is de verbruiker een lampje.
Andere verbruikers zijn bijvoorbeeld: weerstand, motor en alle huishoudtoestellen.
(c) De geleiders
De verbruiker wordt met de elektrische bron verbonden door middel van twee of meer geïsoleerde geleiders.
(d) Het schakelelement
Een schakelelement wordt in één of alle leiding(en) geplaatst en dient om de elektrische stroom door te laten of te onderbreken.
Geïsoleerd gedeelte dat het bedieningselement (drukknop, schakelaar, hefboom….) en het schakelelement verbinden zodanig dat aanraking met het elektrisch gedeelte voorkomen wordt.
Bedieningselement zoals drukknop, schakelaar, hefboom, draaiknop enz.
Scharnierpunt van het schakelelement.
Schakel element uitgevoerd in geleidend materiaal.
(e) De beveiliging
De beveiliging bestaat uit smeltveiligheden of automatische veiligheden die meestal in alle leidingen geplaatst worden.
Wanneer de stroomsterkte te hoog wordt, dan zullen de smeltveiligheden doorsmelten of de automaten afslaan, en zo de stroom onderbreken.
Een elektrische kring bestaat uit:
Een spanningsbron.
Een beveiliging.
Een schakelelement.
Een verbruiker.
Geleiders.