Een veilig schoolklimaat
Veiligheidsbeleid
Het bestuur van PRIMO en de directies van de aangesloten scholen zijn verantwoordelijk voor het schoolbeleid. Het arbobeleid maakt hier deel van uit en daarom gelden de volgende algemene uitgangspunten dus ook voor het arbobeleid:
de zorg voor veiligheid, gezondheid en welzijn van personeel en leerlingen;
het belang van een ongestoorde voortgang van het onderwijsproces;
het voldoen aan kwaliteitseisen voor het onderwijs;
PRIMO streeft naar optimale arbeidsomstandigheden voor haar personeel en leerlingen. Het arbobeleid is gericht op waarborging van de veiligheid en gezondheid van medewerkers en leerlingen en op de bevordering van hun welzijn. Om dit te bereiken, organiseert het PRIMO/de school op zo’n manier dat onaanvaardbare risico’s in principe zijn uitgesloten. Verzuim door ziekte en arbeidsongeschiktheid wordt zo veel mogelijk tegengegaan. Seksuele intimidatie, agressie, geweld, pesten en discriminatie worden actief bestreden.
Op school is de directeur verantwoordelijk voor het arbobeleid, w.o. de bedrijfshulpverlening (BHV). De Arbo-coördinator regelt de uitvoering ervan. De noodzakelijke opleiding voor BHV’ers of herhalingscursussen vinden twee-jaarlijks plaats.
De Risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E)
De Risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E) wordt uitgevoerd door de directie.
In ieder geval wordt jaarlijks een veiligheidscontrole uitgevoerd aan de hand van controlelijsten uit de Arbomeester. Conform de Arbowet 1998 stelt een school na een RI&E een Plan van aanpak op. Het Plan van aanpak wordt aan de MR voorgelegd. Aan het eind van het schooljaar wordt het Plan van aanpak geëvalueerd en aangepast voor het volgende jaar. De bevindingen worden op bestuursniveau gebundeld en voorgelegd aan de (G)MR. Op grond van de uitkomsten van de RI&E, teamvergaderingen en individuele gesprekken met teamleden wordt bepaald over welke risico’s het personeel voorlichting moet krijgen. In ieder geval wordt aandacht besteed aan:
de veiligheids- en werkinstructies voor leerkrachten en leerlingen;
werkgebonden risico’s, zoals agressie, geweld en stress;
het verzuimbeleid en bijbehorende protocollen;
de ontwikkeling van het ziekteverzuim op school;
de introductie van nieuwe medewerkers, stagiair(e)s en leerlingen.
Calamiteitenplan
De leerlingen en leerkrachten werken in een modern en veilig gebouw, dat voldoet aan alle door de brandweer opgestelde veiligheidscriteria. In het gebouw zijn diverse nooduitgangen, brandblusapparaten, alarmeringspunten en is er een alarmsignaal aanwezig. Binnen de school zijn medewerkers aangesteld als Bedrijfshulpverleners (BHV), die verantwoordelijk zijn voor de eerste hulp bij ongevallen en eventuele bluswerkzaamheden. Tweejaarlijks worden deze personeelsleden geschoold. Voor de algemene coördinatie is de directie verantwoordelijk.
Elk jaar houden wij een ontruimingsoefening, zodat de kinderen leren wat te doen bij een eventueel alarm. Als iedereen het gebouw moet verlaten, verzamelt de leerkracht zijn/haar groep op of rond het sportveld ten noorden van ons schoolgebouw. Daar houden we appèl.
In geval van calamiteiten buiten de school en algemeen alarm, worden ramen, deuren en tussendeuren gesloten en er wordt er gecommuniceerd via de Parro-app. Belt u dan a.u.b. niet naar school, de school moet namelijk bereikbaar blijven voor overheidsdiensten.
Gedrags en anti-pestprotocol
Kinderen moeten zich op school niet alleen beschermd weten te voelen tegen brand of andere ongelukken, maar ook tegen allerlei zaken die hun veiligheid bedreigen, zoals: pesten, discriminatie, agressie, geweld en seksuele intimidatie.
Op De Klinker wordt dan ook veel aandacht besteed aan een gezond, veilig en plezierig schoolklimaat.
Voortdurend worden er zaken besproken die betrekking hebben op de gedragsregels, wat preventief werkt.
Onze leerkrachten zijn alert op pestgedrag. Soms zijn zij echter afhankelijk van informatie van ouder(s)/verzorger(s) of kinderen. U kunt zich te allen tijde wenden tot de groepsleerkracht. Bovendien zijn er twee vertrouwenspersonen op school waar zowel leerkrachten, ouder(s)/verzorger(s), als kinderen terecht kunnen (zie verder). Daarnaast heeft de school een anti-pestcoördinator.
De school kent een anti-pestprotocol/gedragsprotocol . In dit protocol staat beschreven hoe iedereen met elkaar omgaat, welke stappen er ondernomen worden als het niet goed gaat en wat ouder(s)/ verzorger(s) kunnen doen om hun kind te helpen.
Voor het anti-pestprotocol/gedragsprotocol klikt u HIER.
De methode KWINK voor sociaal-emotioneel leren wordt gebruikt om o.a. het pesten in een klas te voorkomen.
Hieronder staan de gedragsregels, zoals deze op school per mei 2016 zijn afgesproken.
Onze gedragsregels/afspraken met elkaar
Afsprakenkaart sociale media/chatten
Deze afsprakenkaart is op het leerlingenportaal van de leerlingen van de groepen 5-8 te vinden. Iedereen zal zich hier dan ook aan houden. Ouder(s)/verzorger(s) worden, wanneer wij dit opmerken, bij een overtreding op de hoogte gebracht. Consequentie kan bijvoorbeeld zijn dat de telefoon niet meer mee naar school mag. We kunnen dit echter niet alleen.... controleer regelmatig de telefoon van uw zoon/dochter. Alleen samen kunnen digitaal pesten aanpakken!
Wees bewust van het feit dat veel apps sociale media op de telefoon een minimumleeftijd geldt van 13 jaar. Dit door de aanscherping van de privacy regels EU voorjaar 2018. Voor WhatsApp is zelfs de minimale leeftijd 16 jaar. Formeel kunnen wij u op dit punt wijzen en u verzoeken om uw kind geen toegang tot deze apps te geven/de apps te verwijderen.
Mediamasters
Om onze leerlingen mediawijs te maken, doen de groepen van de bovenbouw mee aan het project MediaMasters in de week van de Mediawijsheid.
De doelstelling van MediaMasters zijn:
Kritisch leren kijken naar media en snappen hoe deze werken (analyse)
Het effect (bedoeld en onbedoeld) van media ervaren begrijpen (bewustwording)
Inzicht krijgen in eigen mediagedrag (gedrag)
Praten over media, thuis en in de klas (dialoog0
Zelf media kunnen inzetten, maken en deken (creatie)
Complimenten en Klachtenregeling
Heeft u suggesties voor verbetering of bent u niet tevreden over iets? Laat het ons zo snel mogelijk weten. Samen komen we vast tot een oplossing waar iedereen zich in kan vinden. Klachten over zaken als de communicatie op school, pesten, ongewenste intimiteiten, discriminatie, agressie en geweld, enz., worden zeer serieus genomen. Wacht niet als dit gebeurt. Neem contact met ons op!
Complimenten
Als iets niet goed gaat, moeten we dat horen. We horen het ook graag als het wel goed gaat! Doen we het goed? Had uw kind plezier op school? Heeft uw kind iets moois geleerd? Wij houden van complimenten!
Een officiële klacht indienen?
Zie hiervoor de klachtenregeling op de site van PRIMO Schiedam. Klik HIER.
De vertrouwenspersonen op onze school zijn Erwin van Deventer en Rebecca Scholte. U kunt hen op school aanspreken of telefonisch bereiken via 010-4709501. Voor meer info, ook voor de kinderen, klik HIER.
De externe vertrouwenspersoon van Stichting PRIMO is Angela Groen-Vendrig, CED-Groep, Dwerggras 30, 3068 PC Rotterdam, tel.010-4071993, e- mail: a.groen@cedgroep.nl
Bevoegd gezag: dhr. Peter Jonkers, Stichting PRIMO Schiedam, Burgemeester van Lierplein 77 3134 ZB , Vlaardingen, tel. 010-4260446, info@primoschiedam.nl
Ook de rijksinspectie heeft een meldpunt voor klachtmeldingen over seksuele intimidatie, seksueel misbruik en ernstig psychisch of fysiek geweld: 0900-1113111 (lokaal tarief).
Hoewel de medezeggenschapsraad formeel niet in de procedure klachtenregeling is opgenomen, heeft zij altijd een open oor voor onderwerpen die d.m.v. een ingediende klacht met het schoolbeleid te maken hebben. U kunt de medezeggenschapsraad bereiken via secretariaatmr@klinkerschiedam.nl
Zie verder: Adressen en telefoonnummers.
Eerste hulp bij ongelukken (EHBO)
Een aantal leerkrachten is gediplomeerd bedrijfshulpverlener (BHV), waardoor zij in staat zijn bij noodsituaties adequaat te reageren.
Mocht er een ongeluk(je) met uw kind op school gebeuren, dan handelen wij als volgt:
Is het niet ernstig, dan behandelt een leerkracht of een BHV-er van de school het kind.
Is het ernstiger, dan doen wij het noodzakelijke en bellen de ouder(s)/verzorger(s) om te komen. (Van belang zijn uw juiste telefoonnummers in onze schooladministratie, geef wijzigingen dan ook altijd door!).
Bent u telefonisch niet te bereiken, dan gaan wij met uw kind naar de huisarts/huisartsenpost.
Bent u wel te bereiken, dan handelt u zelf verder alles af. Zo nodig zorgen wij voor vervoer.
Is het zeer ernstig, dan bellen we direct 1-1-2 en natuurlijk de ouder(s)/verzorger(s).
Bij ernstige ongevallen wordt door de leerkracht een ongevallenformulier ingevuld t.b.v. het bevoegd gezag.
SIgnaleren en SAmenwerken (SISA)
Met de meeste kinderen/jongeren in de stadsregio Rotterdam gaat het goed. Er is echter een categorie kinderen en jongeren van 0 tot 23 jaar dat risico’s loopt of met problemen kampt. Het is belangrijk dat die kinderen/jongeren in beeld gebracht worden en worden gehouden. Zij lopen nl. het risico van een verstoorde ontwikkeling en kunnen zo niet optimaal hun toekomst vormgeven. Kinderen hebben recht op bescherming, op een goede opvoeding en een adequate opleiding. Maar als dat in gevaar komt vraagt dat om een gezamenlijke aanpak van de organisaties die met deze jongeren te maken hebben.
SISA, een zorgvuldig afgeschermde webbased applicatie, zorgt ervoor dat betrokken hulpverleners onderling van elkaar weten dat zij betrokken zijn bij hetzelfde kind/jongere. Via SISA werken organisaties, die met jongeren/kinderen werken, nauw samen. Met elkaar vormen ze een sluitend netwerk om de kinderen/jongeren heen die risico’s lopen of problemen hebben. Door de problemen vroegtijdig te signaleren in SISA kunnen de hulpverleners met elkaar optrekken en de kinderen/jongeren en hun ouders (passend) begeleiden. Door vroegtijdig te signaleren en begeleiding te bieden kan erger worden voorkomen.
Voor iedereen die met (risico-)jeugd te maken heeft is SISA belangrijk gereedschap.
Ook De Klinker (en alle andere scholen in de stadsregio Rotterdam) kan bij zorgen in SISA een signaal afgeven.
Ouder(s)/verzorger(s) worden vooraf daarover geïnformeerd.
Meldcode Huiselijk geweld en kindermishandeling
De meldcode Huiselijk geweld en kindermishandeling helpt professionals bij vermoedens van huiselijk geweld of kindermishandeling. Aan de hand van 5 stappen bepalen professionals of ze een melding moeten doen bij Veilig Thuis en of er voldoende hulp kan worden ingezet. Iedere organisatie en zelfstandige professional ontwikkelt een eigen meldcode met daarin 5 stappen. Iedere organisatie is wettelijk verplicht om deze 5 stappen in haar meldcode op te nemen.
Meldcode De Klinker: vijf stappen
De Meldcode bestaat uit vijf stappen:
De leerkracht en/of de zorgcoordinator brengen signalen van huiselijk geweld en/of kindermishandeling in beeld;
De leerkracht en/of de zorgcoordinator hebben collegiale consultatie en zo nodig raadplegen zij het meldpunt Veilig Thuis;
De leerkracht en/of de zorgcoordinator hebben een gesprek met de leerling en/of ouder(s);
Met behulp van een afwegingskader bepalen de leerkracht en/of de zorgcoordinator of er sprake is van acute of structurele onveiligheid. Bij twijfel wordt altijd Veilig Thuis geraadpleegd;
Acute of structurele onveiligheid: dit wordt áltijd door de directeur gemeld bij Veilig Thuis. Indien mogelijk wordt door school zelf hulp verleend of georganiseerd.
Meer informatie over de meldcode vindt u op de sites van de regionale Veilig Thuis organisatie, School en Veiligheid en op: https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/huiselijk-geweld/meldcode