Onze zorgwerking bestaat uit 4 verschillende fases. Bij elke fase voorzien wij concrete acties en een planmatige aanpak. Deze planmatige aanpak ziet er als volgt uit:
Brede basiszorg voor alle leerlingen houdt in dat elke klasleerkracht de zorg krijgt om kwaliteitsvol onderwijs te kunnen voorzien en optimale ontwikkelingskansen te bieden aan alle leerlingen. Deze basiszorg ondersteunt de dagelijkse klaswerking. Hierbij staat vooral preventie centraal: beter voorkomen dan genezen.
Om deze brede basiszorg goed te kunnen uitbouwen werken wij aan de zorgbreedte via verschillende punten.
Ten eerste doen we dit door rekening te houden met de verschillen tussen de kinderen, zowel op het vlak van interesse als op het vlak van hun mogelijkheden.
In de kleuterschool gaan we hier enerzijds gerichte activiteiten voor doen zodat we zicht krijgen op de verschillen in ontwikkeling. Anderzijds door het aanbod van materiaal aan te passen naargelang de mogelijkheden, de sociale vaardigheden aan te scherpen aan de hand van de maandpuntjes in de klas en te differentiëren door te werken in verschillende groepjes. In de lagere school zal er meer ondersteuning geboden worden door gebruik te maken van verlengde instructie, oefenmateriaal op maat en het aanbieden van gedifferentieerd huiswerk zodat het kind kan oefenen volgens eigen mogelijkheden en tempo.
Ten tweede gaan we rekening houden met het eigen traject van elk kind om tot de totale ontwikkeling te komen. Hierbij zijn observatiefiches in de kleuterschool een ideale tool om dit traject nauwgezet te kunnen volgen. Zo wordt er ook rekening gehouden met het eigen werktempo binnen bepaalde grenzen. Kinderen in de lagere school met een trager werktempo krijgen een aangepast aanbod van oefeningen. Ook worden er tutors binnen de klas aangemoedigd om te helpen bij het werk van klasgenoten en bieden we hoekenwerk / gedifferentieerde taken aan.
Ten derde ondersteunen we de ontwikkeling van zelfstandigheid van elk kind. Elk kind kan zo zijn eigen weg ontdekken. Kleuters worden dagelijks gestimuleerd door de juf om zelfredzaam te kunnen handelen (jassen aan/uit, toiletbezoek, …), ze krijgen kansen voor zelfsturing (opruimen, keuzespel, …) en worden extra getraind bij het uitwerken van verschillende opdrachten. In de lagere school wordt hier ook intensief aan gewerkt door middel van de mogelijkheid tot het individueel uitvoeren van taken, het benutten van ICT om extra oefenkansen aan te bieden en verschillende werkvormen in de klas. Er worden ook kansen gecreëerd om kinderen hun verantwoordelijkheid te laten opnemen.
Vervolgens betrekken we de totaliteit van het kind (competenties, betrokkenheid en welbevinden) bij ganse onderwijsaanbod om de eigen talenten te laten ontwikkelen. Enkele voorbeelden daarbij is de positieve ingesteldheid die voorop staat, het aanbieden van voldoende variatie en door aan talenten tegemoet te komen. Ook worden er vanaf het eerste leerjaar kindcontacten georganiseerd.
Daarnaast handelen we vanuit een positieve, ontmoetende leerkrachtenstijl. Dit houdt in dat we kinderen respecteren en waarderen in hun eigenheid, actief luisteren en kijken naar de kinderen en kinderen zichzelf laten zijn. We willen bereikbaar zijn voor elk kind en zoveel mogelijk aandacht hebben voor persoonlijke interesses en talenten. Kinderen moeten alle kansen krijgen en dat proberen we dan ook optimaal te bereiken.
Als leerkracht is het dan ook noodzakelijk om waardering op te brengen voor ook de eigen culturele en sociale achtergrond bij kinderen. Iedereen wordt evenwaardig behandeld en we respecteren het unieke van elk kind.
Tenslotte proberen we door een duidelijke, eerlijke rapportering aandacht te hebben voor het totale kind. Deze rapportering komt ook tot stand tot goede observatie. We volgen de ontwikkeling van elk kind systematisch op en kijken breed door heel wat informatie te verzamelen. Er is ook voldoende overleg met het zorgteam om deze informatie te kunnen delen. Er worden ook oudercontacten georganiseerd om deze informatie te kunnen delen. Bij problemen zullen de ouders altijd verwittigd worden en waar nodig zal er een extra oudercontact plaatsvinden. Naast deze observaties en rapportering voorzien wij ook plaats voor een zelfevaluatie door de kinderen.
Wanneer brede basiszorg niet volstaat, verhogen we onze zorg. In eerste instantie proberen we dit op de klasvloer te doen. We streven naar werkvormen waarbij alle zorgkinderen optimale kansen krijgen.
Ouders als ervaringsdeskundigen worden nauw betrokken bij dit proces. Ook het CLB ondersteunt hierin: ze coachen het leerkrachtenteam en ondersteunen bij het bieden van die zorg. Vanuit het overleg en het opvolgen van de evolutie kunnen dan verschillende zorginitiatieven genomen worden: klasinterne zorg, klasoverschrijdende zorg, externe zorg, speciale begeleiding, ...
Wanneer de genomen zorginitiatieven niet voldoen wordt er vanuit overleg met alle betrokkenen gezocht naar bijkomende ondersteuning voor de verdere begeleiding van de leerling. We richten ons hier op de specifieke onderwijsnoden van de zorgkinderen.
Hier wordt een nog meer gericht individueel traject uitgestippeld waar doelen op maat worden vooropgesteld. Vanuit gezamenlijk overleg (Multi Disciplinair Overleg) met de klastitularis, de zorgcoördinator, CLB-medewerker, ouders, therapeuten, ondersteuningsnetwerk, … worden de moeilijkheden in kaart gebracht. Er wordt gezocht naar de best passende en haalbare zorgweg en bewaken de draagkracht van elkeen.
Wanneer de gewijzigde noden, redelijke aanpassingen uit de verschillende fasen niet volstaan om de leerling verder deel te laten nemen in het gemeenschappelijk curriculum. Dan kan de school aan het CLB vragen om een verslag op te maken dat toegang geeft tot het buitengewoon onderwijs. Ook is er de mogelijkheid om in samenspraak met de ouders en de school te kiezen voor een individueel aangepast curriculum. Hierdoor wordt de school zelf een school op maat.