Op deze bladzijde kun je per dag de doelen en de lessen vinden die je voor spelling maakt. Per dag wordt het programma aangevuld.
Wat heb je nodig?
Het spelling werkboek, deze heb je mee naar huis gekregen.
Een potlood
Klaar?
In het spelling werkboek staan bladzijden die je extra kunt maken. Houd er rekening mee dat dit extra werk is voor de hele week.
Nakijken
Doel: We kennen de regels van Molen, Pauw, Specht, Meeuw
Wat heb je nodig?
Werkblad wat je hebt meegekregen. Voor en achterkant.
potlood
Uitleg:
Opdracht : Schrijf de woorden op. Maak woorden met AU en OU. Een Vierkantje is de AU en een rondje is de OU.
Opdracht : Schrijf steeds 2 rijmwoorden op met het gegeven woord.
Opdracht : Invul puzzel. Lees de omschrijving bij de zinnen en schrijf het juiste woord op. Elke letter in 1 hokje.
Opdracht : Vul het goede woord in de zin. Kies uit duw-nieuw-sluw-schaduw-sneeuw.
Maakwerk:
Maak de opdrachten op het werkblad en neem maandag mee naar school. Daar kijken we het gemaakte werk na.
Les 12
Doel: We leren de regel van Molen.
Wat heb je nodig?
Werkboek blz 64+65
potlood
Uitleg:
Les 11, het dictee, hebben we in de klas gedaan. Nu ga je de opdrachten maken van les 12.
Opdracht 1: Schrijf de woorden met een lange klank aan het eind van een klankgroep onder de tekst.
Opdracht 2: Maak de woorden langer (boom-bomen).
Opdracht 3: Schrijf de woorden op. Gebruik de -specht- woorden.
Opdracht 4: Vul het goede woord in. Het zijn de -pauw-woorden
Maakwerk:
Maak de opdrachten in je spelling werkboek op blz 64 en 65 en neem je werkboek mee naar school. Daar kijken we het gemaakte werk na.
Doel: We leren de regel van Molen.
Wat heb je nodig?
Werkboek blz 62 en 63
potlood
Uitleg:
Opdracht 1: Je hoort een (OO), je schrijft een (O), je schrijft BONEN.
Opdracht 2: Maak woorden vanuit het kasteel. Steeds uit elk vak een klank of klankgroepje. Je maakt 6 woorden.
Opdracht 3: Schrijf de woorden op. Lees de zin tot de punt. Er staan 6 woorden.
Opdracht 4: Maak de puzzel en schrijf de woorden op. Het zijn er 6.
Opdracht 5: Extra opdracht. Verander de zin met dezelfde woorden.
Maakwerk:
Maak de opdrachten in je spelling werkboek op blz 62 en 63 en neem je werkboek mee naar school. Daar kijken we het gemaakte werk na.
Doel: We oefenen de regel van Molen.
Wat heb je nodig?
Werkboek blz 60 en 61
potlood
schrift
Uitleg:
Je gaat 10 woorden zoeken met de regel van Molen. Je schrijft ze op in je schrift. Daarna maak je bij elk woord een zin. Denk aan de hoofdletter en een punt aan het einde van de zin.
Maakwerk:
Maak de opdrachten in je schrift en mee naar school. Daar kijken we het gemaakte werk na.
Doel: We leren de regel van Molen.
Wat heb je nodig?
Werkboek blz 62 en 63
potlood
Uitleg:
Opdracht 1: Je hoort een (OO), je schrijft een (O), je schrijft BONEN.
Opdracht 2: Maak woorden vanuit het kasteel. Steeds uit elk vak een klank of klankgroepje. Je maakt 6 woorden.
Opdracht 3: Schrijf de woorden op. Lees de zin tot de punt. Er staan 6 woorden.
Opdracht 4: Maak de puzzel en schrijf de woorden op. Het zijn er 6.
Opdracht 5: Extra opdracht. Verander de zin met dezelfde woorden.
Maakwerk:
Maak de opdrachten in je spelling werkboek op blz 62 en 63 en neem je werkboek mee naar school. Daar kijken we het gemaakte werk na.
Doel: We leren de regel van Molen.
Wat heb je nodig?
Werkboek blz 60 en 61
potlood
Uitleg:
Opdracht 1: Lees het verhaaltje en onderstreep de woorden met een lange klank aan het eind van een klankgroep. Het zijn 12 woorden.
Opdracht 2: Schrijf de woorden op die je bij opdracht 1 hebt onderstreept.
Opdracht 3: Welke klank hoor je bij bomen. De (oo) je schrijft de (o) en daarna schrijf je het hele woord op ( bomen).
Opdracht 4: Schrijf de meervouden van de woorden op. Dus 1 oog wordt ogen.
Maakwerk:
Maak de opdrachten in je spelling werkboek op blz 60 en 61 en neem je werkboek mee naar school. Daar kijken we het gemaakte werk na.
Doel: We leren de regel van Molen
Wat heb je nodig?
Werkbladen van open lettergreep (molen)
potlood
kleurpotloden
Uitleg:
Maak de opdrachten
Maakwerk:
Maak de opdrachten op het werkblad en neem dit mee naar school
Doel: We leren de regel van Molen.
Wat heb je nodig?
Werkboek blz 60 en 61
potlood
Uitleg:
Opdracht 1: Lees het verhaaltje en onderstreep de woorden met een lange klank aan het eind van een klankgroep. Het zijn 12 woorden.
Opdracht 2: Schrijf de woorden op die je bij opdracht 1 hebt onderstreept.
Opdracht 3: Welke klank hoor je bij bomen. De (oo) je schrijft de (o) en daarna schrijf je het hele woord op ( bomen).
Opdracht 4: Schrijf de meervouden van de woorden op. Dus 1 oog wordt ogen.
Maakwerk:
Maak de opdrachten in je spelling werkboek op blz 60 en 61 en neem je werkboek mee naar school. Daar kijken we het gemaakte werk na.
Doel: Ik kan de specht- spellingsregel gebruiken.
Wat heb je nodig?
(Meegekregen) spellingwerkblad
Maakwerk:
Vrijdag zijn we vergeten om de werkbladen mee te geven. Daarom staat het werkblad hieronder. Je mag alleen de antwoorden inleveren of het werkblad thuis printen en maken.
We maken opdracht A3, A4, A5 en A6
Opdracht A3: Maak woorden met acht, echt, icht met de letters uit de kom. Bijvoorbeeld: zacht
Opdracht A4: Zet de juiste woorden bij het plaatje. Hoor je acht, echt, icht, ocht en ucht, dan schrijf je -cht. Hoor je dit niet dan schrijf je -gt.
Opdracht A5: Schrijf de woorden met een korte klank (a,e) bij Bas en de woorden met een lange klank bij Kees (aa,ee).
Opdracht A6: Twee woorden horen bij elkaar, schrijf ze bij elkaar.
Klaar?
Neem de antwoorden de volgende lesdag mee naar school.
Doel: We kennen de regel van Meeuw
Wat heb je nodig?
Werkbladen uw/eeuw/ieuw
potlood
kleurpotloden
Uitleg:
Maak de opdrachten
Maakwerk:
Maak de opdrachten op de twee werkbladen en neem dit vrijdag mee naar school
Doel: We kennen de regel van Pauw
Wat heb je nodig?
Werkblad au en ou
potlood
kleurpotloden
Uitleg:
Maak de opdrachten
Maakwerk:
Maak de opdrachten op het werkblad en neem dit donderdag of vrijdag mee naar school
Doel: We kennen de regel van Meeuw
Wat heb je nodig?
Werkbladen uw/eeuw/ieuw
potlood
kleurpotloden
Uitleg:
Maak de opdrachten
Maakwerk:
Maak de opdrachten op de twee werkbladen en neem dit donderdag mee naar school
Doel: We kennen de regel van Meeuw
Wat heb je nodig?
Werkboek spelling
Taalschrift
potlood
Uitleg:
Zoek op bladzijde 40 t/m 45, 10 woorden met de regel van Meeuw.
Schrijf deze op in je schrift
Maak van al die 10 worden ieder een zin met dat woord er in
Kleur de 10 woorden
Maakwerk:
Maak je werk in je taalschrift en neem dit morgen mee naar school