Van Torenhof over Blekkaard tot Park Atlantis

In de 19de eeuw was de Heide, het gebied tussen Klemskerke en de Noordzee, een eenzame en verlaten streek, met slechts enkele boerderijen, zandpostjes en vissershuisjes achter de duinengordel. Vreemden waren er niet welkom en werden met argwaan bekeken. Het was een gure streek en wie er verzeild raakte werd algauw verjaagd en moest noodgedwongen omkeer maken.

boerderij Het Torenhof

De grote boerderij ‘Het Torenhof’ lag midden op de Heide. In die tijd behoorde het landgoed en aanpalende percelen, gelegen aan de rand van de tweeduizend jaar oude duinen, aan de familie P. Vandaele. Het zijn de oudste duinen en polders van de Belgische kust.


Camping ‘Het Torenhof’

Na WO II en de opkomst van de socialistische partij werd het Torenhof in 1948 aangekocht door Nic Bal in opdracht van De Vrienden van de Arbeidersjeugd. De ziekenbond en ziekenzorgkassen werden opgericht en mede door de invoering van de betaalde vakanties voor de arbeiders was er nood aan opvang aan de kust (wettelijke 10 dagen verlof sinds 1936).

Het Torenhof werd omgebouwd tot camping, met kantine, was- en slaapgelegenheden in tenten opgesteld rond het woonhuis. De eerste gasten waren kampeerders, deels met zelfgemaakte tenten of tenten uit legerdepots. Ze kwamen met de trein, tram of met bussen.

In de jaren 1950 werd het salon van het Torenhof omgebouwd tot receptie en café met een aantrekkelijk interieur. Er werden plaatsen voorzien voor de begeleidende monitoren, maar algauw bleek er nood aan meer accommodatie. Het oorspronkelijk woonerf met de prachtige toren bleef nog een tijd staan, maar de stallingen links en rechts van het huis werden gesloopt voor het bouwen van kamers. Achter het woonhuis richtte men een bijkomend gebouw op met keukens en een restaurant, het geheel vormde een Y-vormig gebouw. Dit laatste werd later de Okido. In de tuin werden er speelplaatsen en een prachtige minigolf aangelegd.

vakantiecentrum Het Torenhof Klemskerke-Vosseslag-De Haan
vakantiecentrum Het Torenhof Klemskerke-Vosseslag-De Haan


De Blekkaard

Tijdens de zomervakantie kwamen horden toeristen met bussen naar Klemskerke, naar het nieuwe vakantiecentrum. Allereerst waren het de arbeiders en hun familie, leden van het ziekenfonds of van de BSP, later konden er ook andere verlofgangers terecht. De slaapruimtes waren voorbehouden voor de volwassenen en de tenten voor de kinderen en groepen. De begeleiders verbleven in zaaltjes en jeugdgroepen in grote tenten. Wasgelegenheid was er in douches in een zijgebouw.


Grootste vakantiecentrum uit de omgeving

De Blekkaard, zo werd het genoemd, kon met 400 appartementen de toestroom van toeristen opvangen. De metaalarbeiders uit het Luikse en arbeidersfamilies uit het kolenrevier van de Borinage waren de talrijkste gasten in de zomer, maar vanaf september waren de contingenten gepensioneerden aan de beurt. Het was het grootste vakantiecentrum uit de omgeving.

In 1958 werd er werk gemaakt van een nieuwe toegang tot de Blekkaert en het Torenhof. Een futuristisch gebouw werd opgetrokken, een constructie in sierlijke spantenbouw gemaakt in de kunstwerkstede De Coene uit Kortrijk. De spantenbouw van De Coene vertegenwoordigde de toenmalige avant-gardistische architectuur. Een heel nieuwe techniek zonder beton naar een ontwerp van architect Jean Dupuis.

Dit paviljoen stond vermoedelijk op de Feira International de Bogota en diende er als Belgisch Paviljoen op de wereldtentoonstelling in 1956. Het werd nadien overgeplaatst naar de Blekkaard alwaar het dienst deed als onthaal, restaurant, bar, zelfbedieningswinkel, kegelbaan, cinema, wasserette en ontspanningsruimte enz.. Ernaast kwamen tennisvelden. De keukens bevonden zich ondergronds evenals de cinemazaal.

Het eerste zwembad dat in 1966 gebouwd werd met zijn prachtige glazen koepel was een juweeltje. De uitgegraven aarde werd aangevoerd op de boorden van het Dankaertzwin om de overstroming van het terrein bij hoge waterstand in de kreek onmogelijk te maken.

zwembad van De Blekkaard Klemskerke De Haan

Dan verdween de eerste evenementenzaal om plaats te maken voor een enorm ruime zaal, met dans en theaterruimte naast een grotere bar. Er was veel ambiance in de zomer, zelfs Willy Somers trad er geregeld op en vulde de avonden met toeristen en bewoners uit de omringende dorpen.

Voor de weinige winkels en cafés op de Vosseslag was het hoogconjunctuur. Het café bij uitstek was Café Venus. ‘Café voor allen’ stond er te lezen in de Mispelburgstraat, de verzamelplaats voor de socialisten met het hijsen van de Rode Vaan en de Belgische Driekleur.

In die tijd was de tewerkstelling op D’Heie verzekerd, 71 mensen vonden er werk in het Torenhof en de Blekkaard, weliswaar enkel in het seizoen tussen juni en september. Het in 1959 officieel geopend vernieuwd park verzekerde de horeca op D' Heie fortuin, vooral de café Venus van Michel en Lisette, maar ook de Pat à Pouf van Wilfried Maricou, de Mispelburg van Brysse en het Volkshuis leefden mee.

De jaren 1960 en 70 waren superjaren voor het toerisme op de Vosseslag waar ondertussen al verscheidene campings aangelegd waren.


Super Blekkaard

Het duurde dan ook niet meer lang tot er weer gebouwd werd. In de jaren 1970 werden er twee woontorens gebouwd, een ongezien concept in België, complete appartementen ingebouwd in zeshoekige blokken en opeengestapeld tot een bijenkoek met torens voor de trappen en de liften. Te zien van ver buiten Klemskerke. Architecten waren terug Jaminon en Dubois.

Tussen de twee blokken een verbindingsstuk met restaurant en bar. Onder het geheel een doorgang met vijver en aangelegd park. Het hoevetje met het nr. 27 in de Violierenlaan, behoorde ooit toe aan Charles Joncheere-Depecker en werd de toegang naar deze blokken. Het was lange tijd ontvangstcentrum. Het werd later gesloopt. Het geheel kreeg de naam van ‘Super Blekkaard’.


Park Atlantis

Vanaf de tachtiger jaren ging het snel bergaf, de toelagen van de staat werden afgeschaft, er werd door de eigenaar niet meer geïnvesteerd en de toeristen bleven weg, mede door de opkomst van tweede verblijven waar iedereen eigenaar was en naar zee kon komen op elk tijdstip van het jaar.

De SP had hoge schulden en wilde het park liever kwijt en ook grote problemen in het bestuur lagen aan de oorsprong van deze ondergang. In 1984 was er leegstand. Mangé van de SP verkocht het park in 1985 aan Jean Claude Van Biervliet, hotelier, vastgoedmakelaar en gewezen casinobaas uit Oostende, die er nieuw leven in blies en het vanaf nu ‘Park Atlantis’ noemde. Hij vond er een chaotisch geheel en liet al onmiddellijk 4 gebouwen slopen, de gelijkgrondse studio’s en de oude boerderij Torenhof.

Hij investeerde in alle appartementen en verhuurde de nutsgebouwen. Rond de 330 appartementen wist hij aan de man te brengen met de belofte hun investering in 10 jaar terug te winnen.


Failliet

Op 31 december 1994 verkocht Van Biervliet het Park Atlantis aan de groep Gerard Van Berkum uit Nederland, maar ook deze Nederlanders slaagden er niet in het park opnieuw rendabel te maken. Op 2 mei 1997 werd Park Atlantis failliet verklaard voor het Hof van Beroep in Gent.

Uiteindelijk werden de gebouwen met de nutsvoorzieningen in het magisch jaar 2000 gesloten en staan ze te verloederen. Ook het subtropisch zwembad kost enorm veel onderhoud zodat de mede-eigenaars die deze kosten moeten dragen weigeren te betalen, met als gevolg dat alle gebouwen staan te verkommeren.

Een zakenkantoor uit De Haan heeft het beheer voor de eigenaars op zich genomen en werkt daartoe in twee inderhaast opgestelde containers. Het restaurant en de bar worden in de oude keuken en eetzaal van het Torenhof ondergebracht en krijgt de naam Okido. Dit was het enige gebouw dat van het Torenhof overgebleven was.

Op de betonplaat werd er een hangaar geplaatst en ingericht als speelplaats voor de kinderen bij slecht weer. Het bedrijf werkt verder met tal van moeilijkheden. Of de vakantiegasten tevreden zijn is de vraag. In alle geval was het seizoen 2001 nog goed verhuurd en in januari 2002 verdwenen de twee containers en werd er een betonconstructie opgetrokken naast de verloederde polyvalente zaal en als nieuwe receptie en winkel in gebruik genomen.


Gesloopt

Het vroegere moderne spantengebouw werd na het seizoen van 2002 gesloopt. Op die plaats kwamen er nieuwe tennispleinen. De resterende kamers en appartementen werden eveneens verkocht zodat er nu meer dan 350 eigenaars in het park een tweede verblijf bezitten. Er werd verder verhuurd en door de mede-eigenaars fel geïnvesteerd om het park en de omgeving op te knappen, wat hen behoorlijk lukt.

Er werden oude serres gesloopt in 2014 en parkings aangelegd, bomen gerooid en speelpleintjes ontworpen. Op regelmatige vergaderingen in het oude onthaalgebouw wordt de verdere evolutie besproken en uitgevoerd.

In juli 2017 werden de laatste accommodaties gesloopt, eerst de Okido en daarna het zwembad en de polyvalente zaal, een gebouw dat eigenlijk onverwoestbaar was en een erfstuk van bekende Belgische architecten.

Tekst: Ignace Vanden Bulcke

Dit artikel verscheen in een uitgebreidere versie in ons tijdschrift

Park Atlantis anno 2016