Les 4: Virtuele bodemboring en terreinonderzoek

Wat zal je leren?

  • Wat is een bodemboring?

  • Hoe voer ik een (virtuele) bodemboring uit?

  • Wat zijn ontginningen?

  • Waar vind ik ontginningen terug in het landschap?

  • [Magje] Welke gevolgen hebben ontginningen voor het landschap?

Virtuele bodemboring

Wat is een bodemboring? Hoe voer ik een (virtuele) bodemboring uit?

Op een terrein kan je een bodemboring uitvoeren om de verticale doorsnede van de bodem (zie figuur 2.1) te bestuderen. Op die manier kan je bekijken welke gesteenten voorkomen in de bodem.

Voor een bodemboring heb je enkele materialen nodig: een grondboor (ongeveer 1m) en een goot. Bekijk het beeldfragment om de verschillende stappen van een bodemboring op terrein te ontdekken.

In het volgend document worden de verschillende stappen bij een bodemboring nog eens herhaald. De stappen bij een bodemboring en nog enkele tips vind je ook terug bij info M op p. 98 (Zone 1). Oefen dit in via een digitale oefening door op de link te klikken.

De bodemboring.docx

Afstandsonderwijs maakt het niet mogelijk om een bodemboring uit te voeren op terrein. Via een GIS-viewer is het wel mogelijk om een virtuele bodemboring uit te voeren.

Opdracht 1: Voer een virtuele bodemboring uit voor de volgende plaatsen:

  • Dessel;

  • Bredene;

  • Borgloon;

  • Tielt-Winge.

Bekijk ook telkens het voorbeeldprofiel van de bodemboring. Noteer de resultaten in de werkbundel 'Virtuele bodemboring'. In de kijkwijzer 'Hoe doe ik een virtuele bodemboring?' vind je een stappenplan hoe je aan de slag moet met de GIS-viewer.

Opdracht 2: Duid de plaatsen aan op de kaart 'Gesteenten in België' in de werkbundel 'Virtuele bodemboring'. Je kan nu controleren of de waarneming bij de virtuele bodemboring overeenkomen met de gegevens op de kaart.

Virtueel terreinonderzoek

Wat zijn ontginningen? Waar vind ik ontginningen terug in het landschap?

Alle gebouwen in jouw omgeving zijn gemaakt van verschillende bouwmaterialen. Sommige bouwmaterialen zijn afkomstig van gesteenten uit de ondergrond. Om de gesteenten uit de ondergrond naar boven te halen (= ontginnen), moet men op sommige plaatsen diep graven. Die ontginningsplaatsen noemen we 'groeven'.

Opdracht 1: Ga voor de volgende 2 plaatsen na welke gesteenten worden ontgonnen:

  • Dessel;

  • Beerse.

Je gebruikt hiervoor de GIS-viewer via bovenstaande knop. Bekijk ter ondersteuning de instructievideo of de kijkwijzer 'GIS-viewer: ontginningen in Vlaanderen'. Noteer de resultaten in de werkbundel.

Opdracht 2: Je gaat nu een virtueel terreinonderzoek uitvoeren in Dessel en in Beerse. Je gaat hierbij te werk door middel van de OVUR-methode (Oriënteren, Voorbereiden, Uitvoeren, Reflecteren). Bekijk hieronder de instructievideo.

  • In Zone 1 vind je een uitgewerkt voorbeeld terug van een terreinonderzoek. Bekijk goed de OVUR-methode en hoe deze wordt toegepast.

  • Voer een virtueel terreinonderzoek uit in Dessel. Gebruik hiervoor de werkbundel 'Virtueel terreinonderzoek'.

  • Voer een virtueel terreinonderzoek uit in Beerse. Gebruik hiervoor de werkbundel 'Virtueel terreinonderzoek'.

Om de leerstof van hoofdstuk 4 'Virtuele bodemboring en terreinonderzoek' te herhalen doe je een quiz. Ga naar de quiz door op bovenstaande titel 'Quiz hoofdstuk 4' te klikken.

[Magje] Welke gevolgen hebben ontginningen voor het landschap?

In het landschap vind je vandaag nog steeds sporen terug van oude groeven. Dat ging vaak ten koste van landbouwgronden, groene gebieden, enzovoort. Uiteindelijk blijven er 'littekens' in het landschap achter. Onderstaande foto's maken duidelijk welke gevolgen ontginningen hebben voor het landschap.

Gelukkig zijn er ook heel wat oude groeven die omgevormd worden tot recreatiegebieden of tot waardevolle natuurgebieden. Sommige groeven worden ook opgevuld met stortmateriaal. In de Kempen vind je enkele voorbeelden terug.

Zilvermeer Mol

Het provinciaal recreatiedomein Zilvermeer te Mol was vroeger een grote zandgroeve.

Lommelse Sahara

De Lommelse Sahara is een beschermd natuurgebied, in het midden ligt een meer en rondom vindt men naaldbossen. Dit meer ontstond door zandwinning tussen 1920 en 1925.

Begrippenlijst

Bodemboring

= een boring maken in de bodem aan de hand van een grondboor. Door middel van een bodemboring kan je bestuderen welke gesteenten in de bodem voorkomen.

Terreinonderzoek

= een onderzoek op het terrein, ook wel veldonderzoek genaamd.

Groeve

= een ontginningsplaats. In die (open) kuil worden gesteenten uit de ondergrond ontgonnen.