Taalposters

TAALPOSTER made in D!KH -2012-2013de!Kunsthumaniora project 2e trimester TAALPOSTER 3AO-4AO-5TAO-6TAO 09 januari t/m 25 februari 2013 Vanuit het vak: Nederlands, Beeldende Vorming en Toegepaste Beeldende Vorming Onderwerp: TAALPOSTER met Taaltips Doel: verzorg 3 publicaties van 3 verschillende taaltips uit de lijst met 14 taaltips 1. grootte = een zelfstandig naamwoord :bv.De grootte van het plein. grote = een bijvoeglijk naamwoord :bv. De grote olifant. 2. lijden = pijn hebben, ellende kennen : bv.De patiënt lijdt veel pijn. leiden = de baas zijn : bv. De leraar leidt de klas met strenge hand. 3. vegetarisch en vegetariër= Ik eet vegetarisch want ik ben een vegetariër. 4. Paranoïde mensen lijden aan achtervolgingswaan of paranoia. 5. men= persoonlijk voornaamwoord (de mensen) ‘ Men zegt dat liefde blind is’. mijn ( bezittelijk voornaamwoord ) = m’n ‘Waar zijn m’n spullen?’ 6. HET moment > DIT/DAT moment 7. een mooi CADEAU / mooie CADEAUS 8. creëren (vervoegen) ik creëer, jij creëert, wij creëren ik creëerde, wij creëerden ik heb gecreëerd de gecreëerde omzet 9. Sinterklaas maar sinterklaasfeest Kerstmis maar kerstvakantie, kerstbal, kerstboom Pasen maar paasvakantie, paasei 10. Aaneenschrijven van samenstellingen, uitzondering: samenstellingen met eigennaam Langetermijnplanning Koen Wautersfan Naaktmodeltekenen Rode Kruispost

KLIK HIERONDER VOOR MEER BEELDMATERIAAL

https://www.flickr.com/photos/deborawouters/sets/72157638613663473

de!Kunsthumaniora project 2e trimester TAALPOSTER

3AO-4AO-5TAO-6TAO/09 januari t/m 25 februari 2013

Vanuit het vak: Nederlands, Beeldende Vorming en Toegepaste Beeldende Vorming

Onderwerp: TAALPOSTER met Taaltips

Doel: verzorg 3 publicaties van 3 verschillende taaltips uit de lijst met 14 taaltips

1. grootte = een zelfstandig naamwoord :bv.De grootte van het plein.

grote = een bijvoeglijk naamwoord :bv. De grote olifant.

2. lijden = pijn hebben, ellende kennen : bv.De patiënt lijdt veel pijn.

leiden = de baas zijn : bv. De leraar leidt de klas met strenge hand.

3. vegetarisch en vegetariër= Ik eet vegetarisch want ik ben een vegetariër.

4. Paranoïde mensen lijden aan achtervolgingswaan of paranoia.

5. men= persoonlijk voornaamwoord (de mensen) ‘ Men zegt dat liefde blind is’.

mijn ( bezittelijk voornaamwoord ) = m’n ‘Waar zijn m’n spullen?’

6. HET moment > DIT/DAT moment

7. een mooi CADEAU / mooie CADEAUS

8. creëren (vervoegen) ik creëer, jij creëert, wij creëren ik creëerde, wij creëerden ik heb gecreëerd de gecreëerde omzet

9. Sinterklaas maar sinterklaasfeest

Kerstmis maar kerstvakantie, kerstbal, kerstboom

Pasen maar paasvakantie, paasei

10. Aaneenschrijven van samenstellingen, uitzondering: samenstellingen met eigennaam

Langetermijnplanning Koen Wautersfan

Naaktmodeltekenen Rode Kruispost

ontwerpen van taalposter 3:

" Gebruik het juiste lidwoord: DE agenda

HET woordenboek

HET schrift"

ontwerpen van taalposter 4:

"Meervoud: kopie --> kopieën

datum --> data of datums "

ontwerpen van taalposter 5:

" Het racket WAARMEE hij tennist. (zaak)

De vriend MET WIE hij tennist." (persoon)

ontwerpen van taalposter 6:

" Het tweede lesuur begint om 20 over 9."

ontwerpen van taalposter 1:

Hoe heet je?

Ik heet Alexander,

maar noem mij maar Lex.


HETEN versus NOEMEN


ontwerpen van taalposter 2:

Hij slaagt er niet in de bal over

het net te slaan.


Wellicht slaat hij niet hard genoeg.

SLAGEN versus SLAAN