Achtergrond

Van groep 8 naar de brugklas

Ieder jaar maken in Nederland ongeveer 190.000 leerlingen de overstap van primair onderwijs (PO) naar voortgezet onderwijs (VO). Na acht jaar in een kleine en veilige leeromgeving te hebben gezeten gaat de overgang van de basisschool naar de middelbare school gepaard met grote veranderingen. Van de oudste in groep 8 naar brugpieper op de middelbare school en van zorgeloos buiten spelen in de middag naar vooral (veel) huiswerk maken. Veel leerlingen geven aan de overgang als groot te ervaren. Zo ook op het Spinoza Lyceum te Amsterdam, daltonschool voor gymnasium, atheneum, havo en mavo. Uit een jaarlijks terugkerende tevredenheidsenquête onder brugklasleerlingen blijkt dat gemiddeld 52% van de brugklasleerlingen de overgang naar het Spinoza Lyceum als erg groot ervaart. Waarbij het percentage sinds 2010 gestegen is van 49% naar 59% in 2015. Ook vanuit de Inspectie van het onderwijs wordt gemeld dat er signalen zijn die aangeven dat de aansluiting van PO naar VO minder goed verloopt dan voorheen. Zo blijkt onder andere dat voor één op de zeven leerlingen geldt dat zij na een jaar of twee voortgezet onderwijs in een lagere onderwijssoort zitten dan waar zij in het voortgezet onderwijs begonnen zijn (Inspectie van het onderwijs, 2006). Het belang van een soepele overgang komt aan de orde in een studie uitgevoerd door Onderwijs Cultuur en Wetenschap (Bosch & Konerman & de Wit & Rutten & Amsing, 2008). Volgens dit onderzoek zijn de overgangen binnen ons huidige onderwijssysteem veelal statisch te noemen en kunnen ze het kind frustreren in zijn ontwikkeling.

Maar wat maakt de overgang dan zo statisch en groot en hoe ervaren leerlingen deze overgang? Zijn er verschillen in de ervaring tussen jongens en meisjes, tussen leerlingen met een niveauverschil en tussen leerlingen met en zonder dalton achtergrond? Deze en andere vragen hebben we onderzocht in ons onderzoek: De overgang van de basisschool naar het Spinoza Lyceum (Croes&Terpstra, 2016).

Factoren die een rol kunnen spelen

Wanneer er gekeken wordt naar de overgang van groep 8 naar de brugklas is er sprake van een aantal algemene veranderingen die voor alle leerlingen gelden. Hierbij kan gedacht worden aan: 1) ander onderwijstype (dalton, openbaar, montessori, etc.), 2) de schoolomgeving (nieuw gebouw, lokalen, meer docenten etc.), 3) de schoolorganisatie (schoolregels, vakken, roosters, mentoren etc.), 4) nieuwe klasgenoten (erbij willen horen), 5) toetsen en resultaten, en 6) extra activiteiten zoals kamp en excursies (Severs, 2003). Naast deze algemene veranderingen kan er een aantal kind afhankelijke factoren meespelen die de overgang bemoeilijken, zoals bij (hoog)begaafde leerlingen die de basisschool puur op geheugen halen, zonder leerstrategieën te leren. Een gebrek aan studievaardigheden kan bij de overgang zorgen voor problemen. Leerlingen moeten op de middelbare school vaker zelfstandig werken, informatie verzamelen, sorteren en presenteren, zij moeten kunnen plannen en, vaker dan op de basisschool, grote hoeveelheden stof in één keer tot zich nemen (Vogelenzang, 2012 en Leverink, 2006). Een ander punt van aandacht is de sociaal emotionele verandering. De leerling ervaart niet alleen qua leerstof een knip in de schoolloopbaan, maar ook op praktisch, lichamelijk en sociaal vlak. De aandacht van de leerling ligt op deze leeftijd met name op het sociale vlak. Leren heeft niet de prioriteit terwijl er in de brugklas al veel zelfstandigheid van de leerling gevraagd wordt. Ook hebben leerlingen op deze leeftijd vaak moeite met plannen en organiseren, waardoor het goed noteren en maken van werk niet altijd even makkelijk is en ze hier begeleiding bij nodig hebben (Schuurmans, 2014). Daarnaast is de ene leerling er mentaal al volledig aan toe om de overstap te maken, terwijl de ander er tegenop ziet en angstig is het nieuwe avontuur aan te gaan (Heffels, 2006). Kortom, er zijn verschillende factoren die een rol kunnen spelen bij de overgang van de basisschool naar de middelbare school. Maar wat maakt de overgang van de basisschool naar het Spinoza Lyceum nu vooral zo groot?

Om antwoord te krijgen op deze vraag hebben we leerlingen en ouders (brugklas en tweede klas), leerkrachten groep 8 en brugklasdocenten van het Spinoza Lyceum bevraagd in enquêtes, groepsgesprekken en gezamenlijke bijeenkomsten. De belangrijkste uitkomst van dit onderzoek is dat zowel leerlingen, ouders, leerkrachten groep 8, en brugklasdocenten aangeven dat de hoeveelheid maak- en leerwerk en het plannen hiervan zorgt voor het ervaren van een grote overgang. We noemen dit in ons onderzoek de factor huiswerk. Leerlingen (63%), ouders (56%) en leerkrachten (84%) geven aan dat brugklasleerlingen gemiddeld 9 weken nodig hebben om te wennen aan de factor huiswerk. Echter 37% van de leerlingen geeft aan langer dan negen weken nodig te hebben om hieraan te wennen. Opmerkelijk is dat deze uitkomst voor zowel jongens als voor meisjes geldt, maar er wel een verschil is in het schoolniveau. Uit ons onderzoek komt naar voren dat met name vwo leerlingen de overgang als ‘erg groot’ ervaren t.o.v. havo en mavo leerlingen. Hoewel zowel leerkrachten groep 8 als docenten aangeven dat de factor huiswerk de overgang van PO naar het Spinoza Lyceum groot maakt voor een leerling, is er op de basisschool kennelijk onvoldoende sprake van een anticiperende rol, en op het Spinoza Lyceum onvoldoende sprake van een adaptieve rol. Dit blijkt ook uit de suggesties die leerlingen en ouders hebben gegeven aan het PO en het Spinoza Lyceum om te komen tot een betere aansluiting. 40% van die suggesties gaan over de voorbereiding op - en de begeleiding van de factor huiswerk.

De factor huiswerk dus als grote boosdoener. Maar dan? In ons onderzoek werden naast de factor huiswerk ook het aanleren van studievaardigheden en het uitwisselen van informatie genoemd als factoren die kunnen zorgen voor een minder statische overgang. De vraag rees hoe al deze resultaten te bundelen in een bruikbaar instrument dat bij zou kunnen dragen aan het soepel(er) laten landen van brugklasleerlingen? We besloten de gegevens uit dit onderzoek te verwerken in een checklist voor PO en voor VO. Een praktisch instrument dus dat aansluit bij de in de literatuur genoemde organische overgang. Volgens Bosch et al (2008) is de ideale overgang van PO naar VO een dynamische overgang waar sprake is van een wederzijdse aanpassing: het PO heeft daarin een anticiperende rol, ze bereidt het kind voor op wat gaat komen. Het VO heeft een adaptieve rol waarbij ze uitgaat van wat een leerling op de basisschool heeft meegekregen (zie figuur 1).

Figuur 1.’ De overgang van het primair naar het voortgezet onderwijs’ (Bosch et al, 2008)

De checklist kan zowel PO als VO scholen helpen om zichtbaar te maken wat er al gebeurt en wat er eventueel nog meer gedaan zou kunnen worden om de overgang zo organisch mogelijk te maken.

Check de checklist

Een checklist dus, maar hoe bepaal je wat er op de checklist komt? We hebben de checklist in drie fases opgezet en na iedere fase gevraagd om feedback van leerkrachten groep 8 en brugklasdocenten. In fase 1 hebben we op grond van de analyse van twee open vragen uit onze enquête de checklist ingedeeld in vier thema’s. De thema’s die het vaakst werden genoemd door de respondenten waren: (huis)werk, studievaardigheden, informatieoverdracht en dalton. Deze thema’s hebben we gecheckt tijdens ronde tafel gesprekken met ouders, leerlingen, brugklasmentoren, leerkrachten groep 8 en directieleden van zowel het Spinoza Lyceum als van verschillende basisscholen. Uit deze gesprekken kwam naar voren dat de thema's voor zowel PO als VO herkenbaar waren maar wel op andere manieren ingevuld konden worden. Daarom hebben we besloten een aparte checklist te maken voor PO en VO, ingedeeld volgens dezelfde vier thema’s. Deze eerste versie van de checklist hebben we gecontroleerd op bruikbaarheid en inhoud door hem te bespreken met 12 leerkrachten groep 8 uit heel het land.

De feedback van deze leerkrachten hebben we gebruikt voor de tweede versie van de checklist. Het niveau van het vak Engels, het verschil in vakjargon en de hoeveelheid huiswerk werden door deze leerkrachten groep 8 genoemd als herkenbare knelpunten. Maar vooral werd duidelijk dat we over en weer nauwelijks op de hoogte zijn van wat er speelt en dat informatieoverdracht en uitwisseling belangrijke onderdelen zijn bij het zorgen voor een soepele overgang. Ook hebben we de analyse van de interviews onder brugklasleerlingen m.b.t. de overgang van PO naar VO gebruikt voor onze tweede versie. We hebben zowel leerlingen die aangaven geen moeite te hebben met de overgang als leerlingen die aangaven wel moeite te hebben met de overgang gevraagd naar tips en tops voor het PO m.b.t. de voorbereiding op het Spinoza en naar tips en tops voor het Spinoza Lyceum m.b.t. de begeleiding in de brugklas. De interviews onderbouwden voor een groot deel wat we al in de checklist hadden opgenomen. Als tips voor zowel het PO als het VO werden het opbouwen van de hoeveelheid maak- en leerwerk, het leren plannen en het leren omgaan met een agenda genoemd. Maar wat ook genoemd werd was het grote niveauverschil tussen groep 8 en de brugklas voor met name vwo leerlingen en de behoefte van leerlingen aan structuur en duidelijkheid in de brugklas.

Omdat we de checklist zo volledig mogelijk willen aanbieden zijn alle gemaakte opmerkingen opgenomen maar wel keer op keer gecontroleerd door de verschillende expertgroepen (leerkrachten groep 8, brugklasdocenten Spinoza Lyceum) op belang en bruikbaarheid. Om de checklist zo bruikbaar mogelijk te maken hebben we de genoemde punten (van alle partijen) op volgorde van prioriteit gezet. Onderwerpen die volgens ons onderzoek vaker genoemd werden kwamen bovenaan de lijst met genoemde punten. Een aantal opmerkingen is door de expertgroepen geherformuleerd. Verder is een aantal onderwerpen samengenomen om de checklist overzichtelijk te maken. Uiteindelijk zijn we zo tot onze derde en definitieve versie van deze checklist gekomen met als hoofdthema’s: 1) voorbereiding/begeleiding op het VO, 2) informatieoverdracht en uitwisseling en 3) dalton. Ieder hoofdthema is onderverdeeld in subthema’s en de subthema’s zijn weer onderverdeeld in verschillende punten.

Download via deze link de checklist.

Hoezo huiswerk?

In het eerste hoofdthema van onze checklist (voorbereiding op het PO / begeleiding op het VO) ligt de nadruk op de factor huiswerk. Je kunt je natuurlijk afvragen of de nadruk op huiswerk zoals opgenomen in onze checklist de juiste is om te komen tot een meer organische overgang. Er worden regelmatig discussies gevoerd over en onderzoeken gedaan naar het nut van huiswerk. Uit de literatuur blijkt dat huiswerk het grootste effect heeft op het onthouden en begrijpen van de lesstof, en daarmee de toetsresultaten, als het voldoet aan een aantal voorwaarden, namelijk dat 1) er een duidelijk doel is (zoals het introduceren van een nieuw onderwerp, kennis te oefenen en routine krijgen, informatie uit te werken of kennis uitdiepen), en 2) het doel reëel is (de leerling moet het af kunnen krijgen, niet te makkelijk zijn, maar ook niet te moeilijk zodat het wel voldoende uitdaging biedt) (Marzano & Pickering 2007). Echter, te veel tijd aan huiswerk besteden bevordert de schoolprestaties niet. Het hoogste rendement van het effect van huiswerk wordt behaald wanneer een leerling 8 tot 10 uur per week aan het huiswerk zit. Bij meer dan 10 uur per week neemt het rendement af (Cooper 2001; Trautwein 2007).

Ondanks de discussie over het nut van huiswerk is het geven van huiswerk op dit moment op de meeste VO scholen in Nederland een vast onderdeel van het onderwijsprogramma. Uit ons onderzoek, waarin de verschillende partijen konden kiezen uit alle mogelijke factoren die een rol kunnen spelen bij de overgang van PO naar VO, werd de factor huiswerk als belangrijkste factor genoemd. Hoewel 93% van de ondervraagde docenten van het Spinoza Lyceum vindt dat een brugklasleerling niet langer dan 2 uur per dag aan zijn huiswerk zou moeten besteden, blijkt uit onze enquête onder deze leerlingen dat 47% langer dan twee uur per dag aan zijn huiswerk zit waaronder 10% zelfs langer dan drie uur per dag. Dat huiswerk een belangrijke rol speelt in ons huidige onderwijssysteem kunnen we niet ontkennen. Dat er in deze context gekeken wordt naar een meer doorlopende lijn m.b.t. de factor huiswerk is belangrijk voor het ervaren van een organische overgang van PO naar VO. Dit verklaart waarom huiswerk op onze checklist een prominente rol speelt.

Aan de slag

We hebben nu een instrument dat ingezet kan worden om de overgang van groep 8 naar de brugklas soepeler te laten verlopen. Het Spinoza Lyceum heeft een aantal stappen gezet om de hoeveelheid maak- en leerwerk in de eerste 9 weken te beperken en de hoeveelheid toetsen langzaam op te bouwen. Ook organiseren ze een jaarlijks terugkerende ‘Zachte Landing’ bijeenkomst waar leerkrachten groep 8 en brugklasmentoren informatie uitwisselen over lesinhoud en onderwijskundige thema’s. We hopen uiteraard dat met behulp van de checklist leraren van PO en VO nog beter in staat zijn om hun leerlingen zo goed mogelijk voor te bereiden en te begeleiden bij de overgang van groep 8 naar de brugklas.

Literatuurlijst

Bosch & Konerman & de Wit & Rutten & Amsing (2008) Passende overgang, een verkenning naar de stand van zaken rond de overgang tussen primair en voortgezet onderwijs. ‘s-Hertogenbosch: KPC groep.

Cooper, H. a. V., J. C. (2001). "Using Research to Answer Practical Questions About Homework."Education psychologist 36(3): 11.

Croes & Terpstra (2016) De overgang van de basisschool naar het Spinoza Lyceum. Amsterdam.

Inspectie van Onderwijs (1999) De aansluiting basisonderwijs voortgezet onderwijs. Utrecht: Inspectie van het Onderwijs.

Inspectie van Onderwijs (2010). Aansluiting voortgezet onderwijs op het basisonderwijs. Utrecht: Inspectie van het Onderwijs.

Marzano, R. J. a. P., D.J. (2007). "The Case For and Against Homework." Educational leadership

64(6): 6.

Trautwein, U. (2007). "The homework-achievement relation reconsidered: Differentiating homework time, homework frequency, and homework effort." Learning and instruction 17(3): 372-388.