Het Paleis op de Dam
Het Koninklijk Paleis Amsterdam is in de zeventiende eeuw ontworpen en gebouwd als stadhuis voor de gehele bestuurlijke en rechterlijke macht van Amsterdam.
Stadhuis werd te klein
Amsterdam was in de zeventiende eeuw het belangrijkste handelscentrum van de wereld. De stad kende een explosieve bevolkingsgroei. De bestuurlijke taken namen toe, het oude stadhuis bleek te klein. De beroemde Wisselbank in het stadhuis was ook niet meer berekend op zijn groeiende taak. Besloten werd een nieuw stadhuis te bouwen, groter en mooier, een handelsmetropool* als Amsterdam waardig.
oude stadhuis Amsterdam 1653
Jacob van Campen
De beroemde bouwmeester Jacob van Campen kreeg de opdracht in 1648 van de burgemeesters van Amsterdam. Hij ontwierp een voor Hollandse begrippen buitengewoon monumentaal classicistisch** gebouw, dat herinnerde aan de architectuur van de Grieken en Romeinen.
Beroemde kunstenaars
Ook in het gebouw werd de macht en het aanzien van Amsterdam tot uitdrukking gebracht. Hiervoor werden beroemde kunstenaars aangetrokken, zoals de Antwerpse beeldhouwer Artus Quellinus. In de vloer van de imposante Burgerzaal werden de werelddelen nagemaakt in Italiaans marmer. De belangrijkste vertrekken werden van schitterende schilderijen voorzien. Hiervoor gingen opdrachten naar bekende schilders als Rembrandt van Rijn, Ferdinand Bol en Govaert Flinck.
De Dam met het stadhuis in aanbouw, 1636-1667
Wereldwonder
In 1655 werd het Stadhuis in gebruik genomen, hoewel het nog niet klaar was. Amsterdammers noemden het gebouw trots hun wereldwonder. Het was volgens dichter Vondel als de kroon op de schepping.
* enorm grote stad
** een manier van kunst en bouwen die lijkt op de Griekse en Romeinse tijd
http://www.paleisamsterdam.nl/het-paleis/geschiedenis/stadhuis