Dit project was alweer mijn laatste grote project in het 2e schooljaar en ik zat in het groepje met Storm en Annabelle. Ikzelf was voor dit project de leider.
Onze opdrachtgever voor deze opdracht van Seed Valley. Seed Valley is hét internationale centrum voor plantenveredeling en zaadtechnologie. Het is de thuisplaats voor tientallen innovatieve bedrijven die hoogwaardige rassen en nieuwe technologie ontwikkelen voor de groenten- en sierbloementeelt. Hier wordt de genetische programmatuur ontwikkeld, die bepaalt hoe groente smaakt, welke kleur een bloem heeft en of een plant resistent is tegen ziektes en plagen. Hier werken specialisten voortdurend aan tuinbouwgewassen die hoger opbrengst geven en optimaal groeien onder specifieke klimaatomstandigheden. Vanuit Seed Valley wordt plantaardig uitgangsmateriaal en bijbehorende technologie geëxporteerd naar klanten over de hele wereld.
Omdat Seed Valley ook onderzoek doet naar het groeien van gewassen in specifieke klimaatomstandigheden, heeft ze voor ons een leuke opdracht bedacht.
Door de groeiende wereldpopulatie, klimaatveranderingen en uitputting van landbouwgrond komt het leven op Aarde onder druk. In een uiterst geval kan het zijn dat de mens op gegeven moment zal moeten uitwijken een andere planeet, bijvoorbeeld Mars. Planten spelen een centrale rol in onze wereld: ze zorgen o.a. voor zuurstof, bouwmaterialen en voedsel. De omstandigheden andere planeten zijn echter dusdanig anders dat de teelt van gewassen ook anders aangepakt zal moeten worden. Vragen die daarbij gesteld kunnen worden:
De opdrachtgever wil dat we één van de uitdagende omstandigheden op Mars uitkiezen en dat hiervoor een modificatie of oplossing bedenken, waardoor de groenten toch geteeld kunnen worden onder deze omstandigheden. Deze oplossing moeten we testen op effectiviteit. Daarvan moeten we een onderzoeksrapport maken met de resultaten.
Als uitdagende omstandigheid op Mars kozen we met ons groepje voor water. Water is namelijk nodig voor planten om te groeien en je kunt niet oneindig veel water meenemen van de aarde. Je moet het water dus gebruiken dat op Mars aanwezig is. Gelukkig heeft Mars ijskappen en deze kunnen gebruikt worden om water vanaf te halen. Er is alleen een groot probleem met dat water en dat is dat er veel roest in het water kan zitten. Dus wij hebben als eerste onderzocht wat het effect van deze roest is op planten.
Daarvoor hebben we een onderzoekje gedaan. We hebben 2 bakjes genomen met daarin zaadjes van de tuinkers. In het ene bakje zat gewoon water en in het andere hebben we roest aan het water toegevoegd. Uit dit onderzoekje bleek dat in het bakje met roestwater meer plantjes doodgegaan zijn dan in het bakje met gewoon water.
Uit verder onderzoek bleek dat roest hetzelfde effect heeft als zout: het verhoogt het aantal mineralen in het water waardoor de plant moeilijker het water opneemt. Vervolgens gingen we kijken welke planten op de aarde goed in zout water kunnen overleven. Dat blijken de zeewieren te zijn. Zeewieren maken een soort cel aan waardoor ze ondanks het zout in het water toch het water kunnen opnemen. Helaas zijn er twee problemen met de zeewieren.
Na wat doordenken, kwamen we op het idee van genetische manipulatie. We willen het DNA van een plantensoort, bijvoorbeeld tomaten, zo aanpassen dat het wel kan groeien met roestwater. Dit kan bijvoorbeeld gedaan worden door cellen uit de zeewieren te gebruiken of iets uit te vinden dat de planten zelf mineraal afstotend cellen maakt.
Aan het begin van dit schooljaar heb ik een competentiemonitor ingevuld. Voor dit project heb ik deze opnieuw ingevuld om te kijken of er al wijzigingen zijn (zie persoonlijk ontwikkelingsplan op dit portfolio). Voor dit project heb ik twee nieuwe leerdoelen uit deze competentiemonitor gekozen waar ik mij verder in wil ontwikkelen. Omdat ik leider was van ons groepje, heb ik voor doelen gekozen die bij leiderschap horen.
Leerdoel 1: Stelt concrete doelen, prioriteiten en acties op basis van - realistische – schattingen van tijd, capaciteit en middelen (valt onder de competentie plannen en organiseren)
Voor dit leerdoel heb ik 2 meetbare resultaten opgesteld, namelijk:
Ik heb een planning gemaakt en deze voldeed in eerste instantie. Echter aan het einde van het project maakte ik steeds minder gebruik van de planning en ging meer per les opdrachten geven. Dit bleek beter te werken, omdat het heel onvoorspelbaar was (moeilijk te schatten) hoe lang we over een bepaalde opdracht zouden doen. Dit kwam ook doordat niet iedereen elke les aanwezig was en opdrachten daardoor niet of veel te laat uitgevoerd werden.
Leerdoel 2: Geeft complimenten waar dat maar enigszins op zijn plaats is (valt onder competentie motiveren)
Voor dit leerdoel heb ik 3 meetbare resultaten opgesteld, namelijk:
Tijdens het project heb ik als leider aan mijn team genoten meerdere complimenten gegeven, afhankelijk van de hoeveelheid en kwaliteit van het werk dat ze geleverd hebben. Ik heb dat zelf bijgehouden. Helaas is het niet meer gelukt om het aan het einde aan mijn team genoten te vragen en op dit punt te evalueren.