(DVM) Inventarisatie feiten en normen m.b.t inschakelen vrijwilligers in risicovolle gezinnen (OTS)

Post date: 14-apr-2015

Met dank aan mr Lodewijk H.W.M. Koenen van Stichting De Vijfde Macht

Geachte .......

Bijgaand een inventarisatie, die u kunt gebruiken bij uw reacties op de toenemende kritiek over opgemeld project.

Beoogd wordt dit stuk en de dialoog als middel te zien voor een gewenste werkelijkheid, zoals die dient te zijn.

Als wens en norm niet samenvallen, is er een probleem, dat goed moet worden bekeken en opgelost.

Ik hoop dat de harmonie in de dialoog leidend kan zijn, net naast het belang van de kinderen, als goede tweede.

Vanwege de urgentie en urgency stuur ik dit stuk ook (o.a.) naar de 3 Rijksinspecties en de 2e Kamerfracties.

Graag in afwachting, desalniettemin, van uw korte inhoudelijke reactie op het stuk, alsmede of er reden is tot enige actie uwerzijds om voorzienbare/vaststaande risico's op schade/leed bij jeugdigen en ouders door het project te verminderen.

VG,

Stichting De Vijfde Macht

mr Lodewijk H.W.M. Koenen Tel: .......

INVENTARISATIE FEITEN EN NORMEN INZETTEN VRIJWILLIGERS DOOR (VOORHEEN BUREAU JEUGDZORG, THANS) JEUGDBESCHERMING INSTELLINGEN IN RISICOVOLLE MULTIPROBLEEM GEZINNEN NA OPLEGGING OTS, TEVENS HOUDENDE BEOORDELING DAARVAN (CONCLUSIES)

Haarlem, 8 april 2015

Onderstaande inventarisatie van feiten en normen bevat de bouwstenen voor het noodzakelijke inzicht ter beoordeling of het inzetten van vrijwilligers in de jeugdbescherming (na oplegging van een OTS) voor/door het verrichten van bepaalde (welke) taken in risicovolle multiprobleem gezinnen door Jeugdbescherming instellingen voorzienbaar/vaststelbaar leidt tot (a) onverantwoorde risico’s op fysieke/psychische schade en leed bij kwetsbare kinderen/ouders (b) schending van kwaliteits- en rechtsnormen (onrechtmatig handelen), waaronder de norm van verantwoorde werktoedeling.

Inhoud:

-I: Feiten

-II: Normatieve kaders

-III: Beoordeling werkelijkheid (conclusies)

-Bijlage: website citaten betreffende Humanitas pilot Kind Veilig Thuis (Wel Thuis)

Aan de hand van de feiten die blijken m.b.t. vrijwilligers van Humanitas wordt het probleem (c.q. aandachtspunt, zorgpunt, mistand) geschetst. Van Montfoort verzorgt de vierdaagse training voor vrijwilligers, die daarna geacht worden voldoende kennis/kunde te hebben om binnen risicovolle multiprobleem gezinnen taken te kunnen verrichten. Vraag is of dit ook taken zijn die voorheen door professionals binnen een lopende OTS verricht werden, of het taken zijn ter uitvoering van het OTS-plan.

Bij het slagen van de pilots Kind Veilig Thuis (Wel Thuis) is het de bedoeling dit landelijk uit te rollen. De Provicie Zuid-Holland heeft voor 2014 subsidie verstrekt voor de pilot Veilig Thuis (subsidiebeschikking DOS-2013-0011051 Bureau Drechtsteden Jeugdzorg – transitie pilotprojecten art 50 lid 1 sub 1). Ook in Noord-Brabant is provinciale subsidie verstrekt. Voor 2015 wordt het project door Drechtsteden mede gefinancierd. Ook in andere steden/regio’s is sprake van inzet van vrijwilligers in jeugdbeschermingzaken.

Deze inventarisatie is op 8 april 2015 tevens gestuurd naar de 3 Rijksinspecties (Inspectie VenJ, IJZ, IGZ), teneinde een onderzoek te (doen) starten naar (a) welke taken in werkelijkheid (reeds) door vrijwilligers, welke taken (nog slechts) door professionals met eindverantwoordelijkheid worden uitgevoerd, (b) welk toezicht er feitelijk wordt uitgeoefend, te onderscheiden van de juridische eindverantwoordelijkheid, (c) overige relevante feiten, te betrekken bij de normatieve beoordeling van deze werkelijkheid.

Deze notitie wordt tevens toegezonden aan Humanitas, Van Montfoort (http://www.vanmontfoort.nl/), de betrokken Jeugdbescherming instellingen en aan de 2^e Kamerfracties, ter informatie, oordeels- en besluitvorming, maar vooral gericht op tijdige actie, ter voorkoming van voorzienbare schades/leed. Ook de Kinderombudsman heeft zich n.a.v. de tragische babydood in Rotterdam op 21 januari 2015 kritisch geuit over vrijwilligers in de jeugdbescherming, en is voorstander van het opstellen van criteria hiervoor.

I: FEITEN INZETTEN VRIJWILLIGERS VAN HUMANITAS DOOR (VOORGEEN BUREAU JEUGDZORG) JEUGDBESCHERMING INSTELLINGEN IN RISICOVOLLE MULTIPROBLEEM GEZINNEN NA OPLEGGING OTS

Hieronder staan de relevante constateringen (geciteerde feiten) m.b.t. pilot/project Kind Veilig Thuis (Wel Thuis), welke gezien de geldende normenkaders voor Stichting De Vijfde Macht, in onderling verband beschouwd, reden geven om tot het oordeel te komen dat mogelijk sprake is van een misstand door het inzetten van vrijwilligers in de jeugdbescherming.

Onderstaand betreft alle 100% citaten uit websites van/over Humanitas over de volgende onderwerpen:

A: Ernst context/complexiteit problematiek

B: Taken vrijwilliger (o.a.)

C: Kennis/kunde (eisen) vrijwilliger

D: Taken professional/coördinator pilot/project Kind Veilig Thuis (Wel Thuis)

E: Doel Kind Veilig Thuis (Wel Thuis)

A: Ernst context/complexiteit problematiek:

- A1: De pilot Veilig Thuis richt zich op Multi-probleem gezinnen waarbij de veiligheid van het kind in het geding is. Deze gezinnen bestaan uit minimaal één ouder en één kinddat langdurig kampt met een combinatie van sociaal-economische en psychosociale problemen. Het gaat om gezinnen waarin naast problemen met de kinderen ook andere problemen spelen waarvoor hulp nodig is. De problemen zijn vaak chronisch en spelen al generaties lang. (http://www.humanitas.nl/afdeling/gorinchem/themas/opvoeden/kind-veilig-thuis/?searchterm=kind%20veilig%20thuis)

-A2: Bij deze gezinnen is vaak sprake van ernstige opvoed- en opgroeiproblemen die al langere tijd bestaan. Bij deze gezinnen lukt het meestal niet om de problemen zelf, of met lichte hulp te overwinnen. Het gaat vaak om langdurige problemen in het hele gezinssysteem.

(https://nl.linkedin.com/pub/patricia-olthof/77/679/335 / Patricia Olthof werkt voor Humanitas )

-A3: gezinnen waarin het kind of de kinderen gevaar lopen voor hun veiligheid (http://humanitasdrechtsteden.nl/kind-veilig-thuis)

-A4: Kinderen die vaak al veel ingrijpende en traumatiserende gebeurtenissen hebben meegemaakt (...). (http://www.humanitas.nl/afdeling/s-hertogenbosch/nieuws/archief-2014/humanitas-start-met-nieuw-programma-kind-veilig-thuis/?searchterm=kind%20veilig%20thuis)

gezinnen waarin de thuissituatie een bedreiging vormt voor de ontwikkeling van het kind of de kinderen. (http://www.humanitas.nl/afdeling/s-hertogenbosch/nieuws/archief-2014/humanitas-start-met-nieuw-programma-kind-veilig-thuis/?searchterm=kind%20veilig%20thuis)

B: Taken vrijwilliger (o.a.):

-B1: De taken van de vrijwilliger in deze gezinnen is om de stabiliteit en continuïteit in het gezin te waarborgen (...) en een rolmodel binnen het gezin te vervullen. (http://humanitasdrechtsteden.nl/kind-veilig-thuis)

-B2: De vrijwilliger krijgt een taak in het bewaken en bevorderen van de veiligheid (...). (http://www.humanitas.nl/afdeling/s-hertogenbosch/nieuws/archief-2014/humanitas-start-met-nieuw-programma-kind-veilig-thuis/?searchterm=kind%20veilig%20thuis)

-B3: Je krijgt de taak de veiligheid te bewaken en te bevorderen (...). (http://www.humanitas.nl/afdeling/s-hertogenbosch/vrijwilliger-worden/vrijwilligers-kind-veilig-thuis)

-B4: Je helpt het gezin om een veilige thuisbasis te creëren voor de kinderen

(http://humanitasleeuwarden.nl/home/projecten/opvoeden/wel-thuis/)

-B5: Als vrijwilliger bij Wel Thuis (...) Signaleer je zorgelijke en soms ‘onveilige’ momenten en situaties die je bespreekbaar maakt met de ouders. (http://humanitasleeuwarden.nl/home/projecten/opvoeden/wel-thuis/)

-B6: Door steun te bieden op die punten waar het gezin steun bij wil, kan de vrijwilliger stimuleren dat de gezinsleden hun eigen oplossingen bedenken en realiseren, (http://www.humanitas.nl/afdeling/gorinchem/vacatures/vrijwilliger-kind-veilig-thuis)

-B7: steun bij de opvoeding bieden. (...). (http://www.humanitas.nl/afdeling/s-hertogenbosch/nieuws/archief-2014/humanitas-start-met-nieuw-programma-kind-veilig-thuis/?searchterm=kind%20veilig%20thuis)

-B8: Als vrijwilliger bij Kind Veilig Thuis…. (...) signaleer je onveilige momenten en situaties die je bespreekbaar maakt met de ouders (http://www.humanitas.nl/afdeling/s-hertogenbosch/vrijwilliger-worden/vrijwilligers-kind-veilig-thuis)

-B9: Wat doet de vrijwilliger? (...) Bespreekbaar maken van knelpunten (http://www.humanitas.nl/afdeling/almerezeewolde/activiteiten/wel-thuis)

-B10: De professional maakt samen met het gezin een plan om een OTS-maatregel, dan wel uithuisplaatsing, te voorkomen. De vrijwilliger zoekt samen met het gezin naar oplossingen en mogelijkheden om dit plan vorm te geven, maar rapporteert niet aan de professional. (http://www.humanitas.nl/afdeling/s-hertogenbosch/nieuws/archief-2014/humanitas-start-met-nieuw-programma-kind-veilig-thuis/?searchterm=kind%20veilig%20thuis

-B11: Centraal in deze pilot staat dat de ouders primair (...) zelf hun problemen oplossen, samen met het eigen netwerk en/ of een vrijwilliger. Hierdoor kan (...) ondersteuning op maat worden geboden. (https://nl-nl.facebook.com/speelleerdoen/posts/566504080150390 / Judith Koerhuis is op zoek naar een nieuwe collega! Projectcoördinator Wel Thuis)

C: Kennis/kunde (eisen) vrijwilliger:

- C1: door opleiding of ervaring heeft u kennis en inzicht verworven op het gebied van opvoeding, ontwikkeling van kinderen en ouderschap (http://www.humanitas.nl/afdeling/gorinchem/vacatures/vrijwilliger-kind-veilig-thuis)

-C2: Je hebt door ervaring of door scholing voldoende kennis over het opvoeden van kinderen (http://www.humanitas.nl/afdeling/s-hertogenbosch/vrijwilliger-worden/vrijwilligers-kind-veilig-thuis)

-C3: Wat we vragen (...) Ervaring in het werken met en kennis over opvoeden van kinderen

(http://www.humanitas.nl/afdeling/almerezeewolde/activiteiten/wel-thuis)

D: Taken professional/coördinator pilot/project Kind Veilig Thuis (Wel Thuis):

-D2: de professional ondersteunt de vrijwilliger het gezin om weer een veilig en geborgen eenheid te worden. (https://nl.linkedin.com/pub/patricia-olthof/77/679/335 / Patricia Olthof werkt voor Humanitas )

-D2: monitoren van de kwaliteit van de ondersteuning aan de gezinnen door de vrijwilligers. (..) Kunnen acteren in het spanningsveld van jeugdbescherming/vrijwilliger https://nl-nl.facebook.com/speelleerdoen/posts/566504080150390 / Judith Koerhuis is op zoek naar een nieuwe collega! Projectcoördinator Wel Thuis)

-D3: Voeren intake- en evaluatiegesprekken met gezinnen (https://nl-nl.facebook.com/speelleerdoen/posts/566504080150390) / Judith Koerhuis is op zoek naar een nieuwe collega! Projectcoördinator Wel Thuis)

E: Doel Kind Veilig Thuis (Wel Thuis):

-E1: Humanitas Wel Thuis wil door een andere aanpak het toenemende beroep op de voorzieningen jeugdzorg van kinderen die (bijna) een jeugdbeschermingsmaatregel hebben, terugdringen. (https://nl-nl.facebook.com/speelleerdoen/posts/566504080150390)/ Judith Koerhuis is op zoek naar een nieuwe collega! Projectcoördinator Wel Thuis)

-E2: Doel Humanitas WEL THUIS Doel is dat de veiligheid van het kind in het gezin geborgd is

(http://www.humanitas.nl/afdeling/almerezeewolde/activiteiten/wel-thuis)

II: NORMATIEVE KADERS INZETTEN VRIJWILLIGERS VAN HUMANITAS DOOR (VOORGEEN BJZ) JEUGDBESCHERMING INSTELLINGEN IN RISICOVOLLE MULTIPROBLEEM GEZINNEN NA OPLEGGING OTS

-Normen 1: Humanitas Vrijwilligersbeleid 2013, Sterke vrijwilligers, update januari 2015

-Normen 1a: Humanitas handreiking maatjescontract 2007

-Normen 1b: Mulock Houwer-lezing, Adri van Montfoort, 2012

-Normen 2: Kwaliteitskader Jeugd, 1 december 2014 (norm van verantwoorde werktoedeling)

-Normen 3: Normenkader JB-JR (normen geldend voor gecertificeerde zorginstellingen)

-Normen 4: Toezichtkader Verantwoorde Hulp voor jeugd – Inspectie Jeugdzorg (IJZ)

-Normen 5: Jeugdwet / MvT Jeugdwet

-Normen 5a: Besluit Jeugdwet / Toelichting Besluit Jeugdwet

-Normen 6: CAO Jeugdzorg 2014 - 2015 Bijlage I. Functieboek

(http://www.fcb.nl/download/jeugdzorg/cao/CAO%202014-2015/I%20functieboek%20nieuw.pdf)

Normen 1: Humanitas Vrijwilligersbeleid 2013, Sterke vrijwilligers , update januari 2015

-N1.1) Pagina 6/7: 1.3 Vrijwilligerswerk staat voorop De jaarplannen van de plaatselijke afdelingen geven aan welke activiteiten de vereniging wil organiseren en uitvoeren. Het ‘kunnen organiseren en uitvoeren met vrijwilligers’ is een allesbepalende factor bij de overweging om bepaalde activiteiten wel of niet op het programma te zetten. Als uitvoering door vrijwilligers niet mogelijk is, moet van een activiteit worden afgezien. 1.4 Niet alles kan met vrijwilligers: de grenzen van het werk Ook vrijwilligerswerk kent uiteraard grenzen die niet overschreden moeten worden. Bekend is dat juist mensen die zich vrijwillig voor een zaak willen inzetten soms ‘grenzeloos’ kunnen zijn in de tijd die zij bereid zijn te investeren. Daarom wil Humanitas per activiteit zo duidelijk mogelijk aangeven wat er van haar vrijwilligers wordt gevraagd. Dit wordt om te beginnen aangegeven in de ‘Handreikingen’, die voor de meest voorkomende activiteiten ontwikkeld zijn. Deze worden regelmatig getoetst op bruikbaarheid. Dat is noodzakelijk omdat er in de samenleving een tendens is om de grenzen van het vrijwilligerswerk geleidelijk verder op te schuiven. Zo leven er verwachtingen om vrijwilligers te kunnen inzetten op terreinen die tot nu toe zijn voorbehouden aan beroepskrachten. Daarnaast heeft het Hoofdbestuur een uitgangspuntennotitie vastgesteld over ’De grenzen van het vrijwilligerswerk van Humanitas’, zie bijlage 10. (...)(http://www.humanitas.nl/over-humanitas/humanitas-uitgaven/vrijwilligersbeleid)

-N1.2) Pagina 7: Deze ontwikkeling doet een toenemend beroep op mantelzorg en vrijwilligerswerk. Het stelt ook steeds hogere eisen aan de kwaliteit en leveringszekerheid van vrijwilligerswerk. Al met al stuurt dit het vrijwilligerswerk steeds meer in de richting van vereisten die voorheen alleen het beroepswerk in zorg en welzijn betroffen.

(http://www.humanitas.nl/over-humanitas/humanitas-uitgaven/vrijwilligersbeleid)

-N1.3) Pagina 8: Humanitas-vrijwilligers zijn geen hulpverleners, therapeuten of schuldhulpverleners. Zij handelen van mens tot mens. Zij kunnen wel verwijzen naar deze vormen van hulp. Bij hulpvragen die buiten het bereik ons vrijwilligerswerk liggen - of komen te liggen – verwijzen we altijd door;

(http://www.humanitas.nl/over-humanitas/humanitas-uitgaven/vrijwilligersbeleid)

-N1.4) Pagina 70: Bijlage 10. Grenzen aan het vrijwilligerswerk van Humanitas (...) Inleiding Er komen veel nieuwe (hulp)vragen op Humanitas af, samenhangend met recente of nog komende aanpassingen in regelgeving en/of praktijk (AWBZ en WMO). Dan is duidelijkheid gewenst waar Humanitas voor staat: wat ze wel en wat ze niet tot haar taken rekent en wat ze bijgevolg vraagt van haar vrijwilligers. Dit is niet alleen belangrijk vanuit het oogpunt van profilering en positionering van de organisatie, maar ook ter bescherming van de vrijwilligers. Een duidelijke visie op de grenzen van ons werk geeft de afdeling houvast in de contacten met gemeentelijke overheden en lokale samenwerkingspartners en biedt de vrijwilliger helderheid in zijn contacten met deelnemers. Daarom deze voorzet met het doel de contouren van ons werk nader te definiëren. Hierbij is gebruik gemaakt van ervaringen in verschillende programma’s, teksten uit handreikingen en van verschillende onderzoeken waar vrijwilligers van Humanitas aan meewerkten. (...) Werkterreinen en werkwijzen “Grenzen” hebben betrekking op de terreinen waarop de organisatie actief is en op de handelswijzen die de organisatie en haar vrijwilligers nastreven. Ze worden gesteld door: 1. · de organisatie domeingrenzen: waar houdt Humanitas zich wel en niet mee bezig? · operationele grenzen: wat mag je wel en niet van de vrijwilliger verwachten? (http://www.humanitas.nl/over-humanitas/humanitas-uitgaven/vrijwilligersbeleid)

-N1.5) Pagina 71: Grenzen van het werk van de organisatie De werkzaamheden van Humanitas begeven zich in hoofdzaak op het gebied van: (...) Deelnemen aan de maatschappij:· het ondersteunen van mensen om deel te kunnen (blijven) nemen aan reguliere activiteiten in de samenleving. (...) Zorg: · In de sfeer van zorg beperkt de ondersteuning door vrijwilligers zich tot de zogenoemde ‘gebruikelijke’ zorg (informele zorg). Dat is die zorg die ook geboden wordt/kan worden door naasten, verwanten of buren. (...) Wat hoort niet tot het werk van Humanitas? Beroepsmatige zorg:· ‘Beroepsmatige zorg’ behoort uitdrukkelijk niet tot het werkterrein van vrijwilligers van Humanitas. Deze zijn voorbehouden aan specifiek daarvoor opgeleide en (BIG-) geregistreerde beroepskrachten. (http://www.humanitas.nl/over-humanitas/humanitas-uitgaven/vrijwilligersbeleid)

-N1.6) Pagina 78: Maatjesprojecten jongeren (kinderen en jongeren tussen de 5 en 23 jaar) (...) Contra-indicaties zijn: (...) · jongeren met zware psychociale problemen; Deze jongeren moeten ondersteund of behandeld worden door professionele beroepskrachten en niet door vrijwilligers. En verder: · Vrijwilligers zijn er niet voor de ouders en lossen hun problemen niet op. ·Wanneer vrijwilligers zware problemen signaleren geven zij dit door aan de coördinator, die kan doorverwijzen naar professionele hulp. (http://www.humanitas.nl/over-humanitas/humanitas-uitgaven/vrijwilligersbeleid)

-N1.7) Pagina 84: Bijlage 13. Gedragscode Vrijwilligers die met minderjarigen werken Omgangsregels en gewenst gedrag (januari 2015) (...) 3. Vrijwilligers zijn geen hulpverleners en stellen zich niet als zodanig op naar ouders en jongeren. (http://www.humanitas.nl/over-humanitas/humanitas-uitgaven/vrijwilligersbeleid)

Normen 1a: Humanitas handreiking maatjescontract 2007

-N1a.1) Pagina 22: 3.2.5 Richtlijnen opstellen voor de vrijwilligers Het is voor de vrijwilligers belangrijk om te weten wat er wel en niet van hen wordt verwacht. Stel daarom richtlijnen op voor het geven van laagdrempelige ondersteuning. Beschrijf hierin bijvoorbeeld: • (...) • Wat zijn de grenzen aan de vrijwillige dienstverlening? Wanneer moet er worden doorverwezen naar professionele hulpverlening?

(http://www.gemeenteloket.minszw.nl/binaries/content/assets/Inburgering/2013-01-23/hsndreiking-maatjescontract-smal-en-bree.pdf)

-N1a.2) Pagina B7: Bijlage 7 – Voorbeeld van richtlijnen voor vrijwilligers Voorbeeld Regels en richtlijnen voor vrijwilligers De vrijwilliger verricht uitsluitend aanvullend ondersteunende werkzaamheden, d.w.z. dat deze werkzaamheden niet behoren tot het werk, dat betaalde beroepskrachten of professionele hulpverleners doen of in het recente verleden hebben gedaan.

http://www.gemeenteloket.minszw.nl/binaries/content/assets/Inburgering/2013-01-23/hsndreiking-maatjescontract-smal-en-bree.pdf

Normen 1b: Mulock Houwer-lezing, Adri van Montfoort, 2012

-N1b.1) Mulock Houwer-lezing, Adri van Montfoort, 2012- Kinderbescherming: de terugkeer van de burger, pagina 18: Voorstel 6 Herstel de vrijwilliger als gezinsvoogd in ere. Hiermee bedoel ik niet het ‘vrijwillig patronaat’ maar een officiële ondertoezichtstelling die mede of geheel wordt uitgevoerd door vrijwilligers. Ook hiertegen zijn de bezwaren gemakkelijk te bedenken: bureau jeugdzorg is verantwoordelijk voor de uitvoering van de maatregel. Hoe kan de instelling dat waarmaken met vrijwilligers? De zaken zijn te zwaar voor vrijwilligers. De vrijwilligers zijn niet geschoold in de Deltamethode. Enzovoorts. Deze en andere bezwaren zijn reden om stapsgewijs te handelen. Ik denk niet aan een grootscheepse operatie. Zoals eerder gezegd, is een verschuiving van een paar procent van het werk reeds betekenisvol omdat er meer burgers betrokken worden, er nieuwe input van ideeën, opvattingen en oplossingen komen.

Normen 2: Kwaliteitskader Jeugd, 1 december 2014 (norm van verantwoorde werktoedeling)

-N2.1.1) Kwaliteitskader Jeugd, pagina 9/35 tabel/schema: Indicatoren inzet geregistreerde vakbekwame professional HBO/HBO+/WO-/WO+ functie (inclusief MBO-geregistreerden in BIG-register, artikel 3): (...) Uitvoering  Uitvoeren hulpverleningsplan*, behandelplan en plan van aanpak voor jeugdbescherming en –reclassering. Kwaliteitskader Jeugd, pagina 38: Een niet-geregistreerde professional kan alleen een bijdrage leveren aan het opstellen en het uitvoeren van het hulpverleningsplan als er sprake is van een veilige en voorspelbare situatie. Daarbij kan hij alleen taken, verantwoordelijkheden en activiteiten uitvoeren als hij daarvoor bekwaam is en als die staan opgenomen bij de professional gerelateerde indicatoren ten behoeve van niet-geregistreerden. Indien er sprake is van een risicovolle, onveilige omgeving, en/of een complexe problematiek waarbij de achterliggende oorzaak onbekend is, kan alleen een geregistreerde het hulpverleningsplan opstellen en uitvoeren.

(http://www.jeugdzorgnederland.nl/contents/documents/kwaliteitskader-jeugd-def-jan-2015.pdf)

-N2.1.2) Kwaliteitskader Jeugd, pagina 42: Taak geregistreerde professionals: (...)  Uitvoeren van een maatregel jeugdbescherming / jeugdreclassering.

(http://www.jeugdzorgnederland.nl/contents/documents/kwaliteitskader-jeugd-def-jan-2015.pdf)

-N2.1.3) Werktoedeling verbod Kwaliteitskader Jeugd, pagina 43: Onder geen beding mag een niet-geregistreerde taken, verantwoordelijkheden en activiteiten uitvoeren die uitsluitend zijn toebedeeld aan geregistreerden. Een niet-geregistreerde mist daarvoor de benodigde vakbekwaamheid. Hij beschikt niet over de vereiste competenties, vaardigheden en/of kennis.

(http://www.jeugdzorgnederland.nl/contents/documents/kwaliteitskader-jeugd-def-jan-2015.pdf)

-N2.1.4) Betoog DVM: N2.1.1 (uitvoering OTS-plan is taak voorbehouden aan geregistreerden) impliceert in combinatie met N2.2 (verbod tot werktoedeling van taken van geregistreerden aan anderen dan geregistreerden) dat verboden is op grond van het Kwaliteitskader Jeugd toedeling aan vrijwilligers van taken, die inhouden uitvoering van het OTS-plan.

-N2.2) Kwaliteitskader Jeugd, pagina 34: Als de situatie rond de cliënt risicovol of levensbedreigend is, dan zal een niet-geregistreerde nooit zelfstandig ingezet kunnen worden.

(http://www.jeugdzorgnederland.nl/contents/documents/kwaliteitskader-jeugd-def-jan-2015.pdf)

-N2.3) Kwaliteitskader Jeugd, pagina 35: De professionals die worden ingezet (niet-geregistreerd of geregistreerd) moeten te allen tijde vakbekwame professionals zijn. Geregistreerde en niet-geregistreerde professionals moeten voldoende toegerust zijn voor de taak waarmee ze belast worden. Ze moeten beschikken over de voor de werkzaamheden benodigde competenties, kennis en vaardigheden.

(http://www.jeugdzorgnederland.nl/contents/documents/kwaliteitskader-jeugd-def-jan-2015.pdf)

-N2.4) Kwaliteitskader Jeugd, pagina 37: Vraag 3 Als er géén sprake is van een veilige, voorspelbare situatie kan de niet-geregistreerde professional dan nog steeds taken, verantwoordelijkheden, activiteiten zelfstandig uitvoeren? In dat geval is de inzet van een niet geregistreerde mogelijk, naast een geregistreerde vakbekwame professional. Daarbij gelden twee randvoorwaarden: (1) De geregistreerde professional moet zicht hebben op de situatie en voldaan moet zijn aan een aantal randvoorwaarden én (2) alleen de niet-geregistreerde zal alleen belast kunnen worden met taken, verantwoordelijkheden en activiteiten die vermeld staan bij de professional gerelateerde indicatoren van een niet-geregistreerde professional.

(http://www.jeugdzorgnederland.nl/contents/documents/kwaliteitskader-jeugd-def-jan-2015.pdf)

-N2.5) Kwaliteitskader Jeugd, pagina 44: Gezamenlijk hebben niet-geregistreerde en geregistreerde ook aan een aantal randvoorwaarden te voldoen, namelijk: (...) • Professionals die in combinatie met of onder verantwoordelijkheid van een geregistreerde werken, maken duidelijke afspraken over de verdeling van taken en verantwoordelijkheden met betrekking tot de zorg, hulp en ondersteuning aan de jeugdige • Afspraken over de aard en inrichting van de werkzaamheden en over ieders betrokkenheid worden schriftelijk vastgelegd • Overdracht van taken en verantwoordelijkheden vindt expliciet plaats.

-N2.6.1) Kwaliteitskader Jeugd, pagina 63: “Q20: In jeugdhulporganisaties worden regelmatig taken uitgevoerd door vrijwilligers. Hoe is dit geregeld in het kader van de norm van de verantwoorde werktoedeling? A20: De Jeugdwet stimuleert de inzet van de sociale omgeving rond de jeugdige en zijn ouders. Voor leden uit het sociale netwerk is de norm van de verantwoordelijke werktoedeling niet van toepassing. Deze norm geldt alleen voor de inzet van professionele hulpverleners.” (http://www.jeugdzorgnederland.nl/contents/documents/kwaliteitskader-jeugd-def-jan-2015.pdf)

-N2.6.2) Betoog DVM: Een evident apert onjuiste lezing/interpretatie/conclusie van Q20/A20 is dat het laten uitvoeren in opdracht van zorginstellingen/zorgaanbieders van taken door vrijwilligers altijd okay is, dat daarvoor de norm van verantwoorde werktoedeling niet zou gelden. Argumentatie: (1^e) Die norm beoogt te realiseren dat taken (niet) verricht worden door personen die daarvoor (niet) voldoende vakbekwaam zijn, teneinde verantwoorde hulp en kwaliteit te verzekeren. (2^e) Het is uiteraard evident apert onjuist, dat voor het inzetten van vrijwilligers niet deze vakbekwaamheideis geldt. (3e^e ) De inhoud van antwoord (A20) is welbeschouwd dat als door jeugdigen/ouders uit hun eigen sociale netwerk mensen (vrijwilligers) (zelf) worden ingeschakeld, daarvoor de norm niet geldt. Dit is een verwarrend antwoord, omdat de vraag betreft inschakeling door jeugdhulporganisaties. (Welbeschouwd is met A20 het antwoord op Q20 niet gegeven.) (4^e) Een positief antwoord op Q20 lezen in A20 is daarnaast onjuist, omdat dat een ontkenning zou zijn van alle andere regels en verboden in het Kwaliteitskader (hierboven) en in de andere normenkaders vermeld, waaronder de norm van verantwoorde hulp: als werktoedeling aan een persoon de zekerheid of een risico tot onverantwoorde hulp creëert (deze zekerheid of kwade kans doet ontstaan), is elk besluit tot werktoedeling aan die persoon (wie dat dan ook is, geregistreerde/niet geregistreerde professional of vrijwilliger) verboden en onrechtmatig.

Normen 3: Normenkader JB-JR (normen geldend voor gecertificeerde zorginstellingen)

-N3.1) Pagina 4: Kwaliteit bij het uitvoeren van opgelegde maatregelen voor jeugdigen, en waar van toepassing het gezin, wordt van cruciaal belang geacht.

(http://www.voordejeugd.nl/actueel/nieuwsberichten/1452-definitieve-versie-normenkader-jb-jr-openbaar)

-N3.2) Pagina 7: 2.2 resultaten Artikel 4.1.1 (lid 1 en 2) van de Jeugdwet luidt als volgt: ‘De jeugdhulpaanbieder en de gecertificeerde instelling verlenen verantwoorde hulp, waaronder hulp van goed niveau wordt verstaan, die in ieder geval veilig, doeltreffend, doelmatig en cliëntgericht wordt verleend en die is afgestemd op de reële behoefte van de jeugdige of ouder.’ ‘De jeugdhulpaanbieder en de gecertificeerde instelling organiseren zich op zodanige wijze, voorzien zich kwalitatief en kwantitatief zodanig van personeel en materieel en dragen zorg voor een zodanige verantwoordelijkheidstoedeling, dat een en ander leidt of redelijkerwijs moet leiden tot verantwoorde hulp.’ Uit deze wettekst is af te leiden welke resultaten een gecertificeerde organisatie gevraagd wordt na te streven.

(http://www.voordejeugd.nl/actueel/nieuwsberichten/1452-definitieve-versie-normenkader-jb-jr-openbaar)

-N3.3) Pagina 8: 2.3 opbouw normenkader Uit vooronderzoek in de aanloop naar het opstellen van dit normenkader bleek dat er grote overeenstemming bij betrokken organisaties is over de volgende stellingname: De competenties van de professional in combinatie met de methodieken en interventies die worden gehanteerd zijn cruciaal voor het realiseren van de doelstellingen en resultaten.

(http://www.voordejeugd.nl/actueel/nieuwsberichten/1452-definitieve-versie-normenkader-jb-jr-openbaar)

-N3.4) Pagina 8. De rol en de inzet van de professional in combinatie met toepassing van de gehanteerde methodiek zijn bepalend voor de kwaliteit van de dienstverlening. Om die reden is ervoor gekozen ‘de professional’ en ‘de methode’ in aparte categorieën met normen op te nemen in dit normenkader.

(http://www.voordejeugd.nl/actueel/nieuwsberichten/1452-definitieve-versie-normenkader-jb-jr-openbaar)

-N3.5.1) Pagina 8: 2.3.2 Methoden Onder methoden wordt verstaan: de uitgewerkte, specifieke denk- en werkwijzen die worden gehanteerd om resultaten van jeugdbescherming en jeugdreclassering te bereiken. In de uitvoering van jeugdbescherming en jeugdreclassering moet methodisch worden gewerkt met methoden die geschikt zijn voor de doelstellingen en de taken van JB en/of JR. Een uitgewerkte methode bevat een beschrijving van onder andere handelingen, werkwijzen en afspraken in de aanpak. Daarbij worden ook keuzes gemaakt voor de inzet van technieken voor specifieke situaties en behandelingen of interventies.

(http://www.voordejeugd.nl/actueel/nieuwsberichten/1452-definitieve-versie-normenkader-jb-jr-openbaar)

-N3.5.2) Pagina 11: Operationele eisen en indicatoren Een aantal eisen is specifieker, inhoudelijker of meer gericht op meetbaar resultaat. Voor het aansluiten bij de specifieke doelen van dit normenkader wordt het door betrokken organisaties belangrijk gevonden deze in dit normenkader op te nemen. In deze kolom staan de meest concrete en operationele indicatoren en eisen vermeld, die een organisatie ten minste op het onderwerp moet kunnen laten zien.

(http://www.voordejeugd.nl/actueel/nieuwsberichten/1452-definitieve-versie-normenkader-jb-jr-openbaar)

-N3.6.1) Pagina 13: Certificatieiesen en –beoordeling uitvoerende organisaties jeugdbescherming en/of jeugdreclassering

-N3.6.2) Pagina 13-15: Certificatieiesen en –beoordeling uitvoerende organisaties jeugdbescherming en/of jeugdreclassering

-N3.6.3) Pagina 17: Certificatieiesen en –beoordeling uitvoerende organisaties jeugdbescherming en/of jeugdreclassering

-N3.6.4) Pagina 18: Certificatieiesen en –beoordeling uitvoerende organisaties jeugdbescherming en/of jeugdreclassering

-N3.7) Pagina 26: 5. Definities van veel gebruikte begrippen in dit toetsingskader Eis Behoefte of verwachting die is geformuleerd en verplicht is gesteld voor een uitvoerende organisatie van jeugdbescherming en/of jeugdreclassering. Indicator Een meetbaar fenomeen dat een signalerende functie heeft en een aanwijzing geeft over de mate van (proces-)kwaliteit. Methode Een uitgewerkte, specifieke denk- en werkwijze die wordt gehanteerd om resultaten in jeugdbescherming en jeugdreclassering te bereiken Normenkader Een overzicht van de normen gericht op het borgen van kwaliteit van de uitvoering van jeugdbescherming en jeugdreclassering, met daarin de eisen waaraan minimaal moet worden voldaan door een uitvoerende organisatie van jeugdbescherming en/of jeugdreclassering. Operationele eis Uitwerking van een norm en bijbehorende eis(en) in concrete praktijkeisen en meetbare indicatoren, waaraan ten minste moet worden voldaan.

Normen 4: Toezichtkader Verantwoorde Hulp voor jeugd – Inspectie Jeugdzorg (IJZ)

-N4.1) Pagina 3: Met de publicatie van het Toetsingskader Verantwoorde hulp voor jeugd wil de Inspectie Jeugdzorg bijdragen aan verdere transparantie van haar werkzaamheden. Daarbij vindt zij het van groot belang dat zowel gemeenten als jeugdhulpaanbieders bij de inhoudelijke vormgeving van hun afspraken en werkzaamheden rekening kunnen houden met de criteria die voor het verlenen van verantwoorde zorg worden gehanteerd.

(https://www.inspectiejeugdzorg.nl/documenten/Toetsingskader%20Verantwoorde%20hulp%20voor%20jeugd.pdf)

-N4.2) Pagina 4: 2. VEILIGHEID Kinderen worden beschermd tegen gevaren die hun ontwikkeling bedreigen. 2.1 Professionals houden goed zicht op de veiligheid van kinderen. Verwachtingen: • Professionals hebben een actueel beeld van de veiligheid van kinderen. (...) 2.2 Professionals beperken de veiligheidsrisico’s voor kinderen. (...) • Professionals bewaken de gemaakte afspraken over het beperken van de veiligheidsrisico’s. (...) 2.3 Professionals zorgen ervoor dat acuut onveilige situaties voor kinderen worden opgeheven. (...) • Professionals zijn toegerust om met acuut onveilige situaties voor kinderen om te kunnen gaan.

(https://www.inspectiejeugdzorg.nl/documenten/Toetsingskader%20Verantwoorde%20hulp%20voor%20jeugd.pdf)

-N4.3) Pagina 6: 5. ORGANISATIE De instelling voorziet in de voorwaarden om verantwoorde hulp te leveren 5.2 De instelling zet gekwalificeerde professionals in. Verwachtingen: • De instelling zorgt voor een verantwoorde werktoedeling. • De instelling zet professionals in die aantoonbaar zijn geschoold voor de functie die zij uitoefenen. (https://www.inspectiejeugdzorg.nl/documenten/Toetsingskader%20Verantwoorde%20hulp%20voor%20jeugd.pdf)

-N4.4) Pagina 6: 5. ORGANISATIE De instelling voorziet in de voorwaarden om verantwoorde hulp te leveren 5.3 De instelling handelt conform de wet om haar doelen te bereiken.

https://www.inspectiejeugdzorg.nl/documenten/Toetsingskader%20Verantwoorde%20hulp%20voor%20jeugd.pdf)

Normen 5: Jeugdwet / Parlementaire geschiedenis

-N5.1) MvT Jeugdwet: Pagina 145:Zo brengt de wettelijke eis van het leveren van verantwoorde hulp met zich mee dat gemeenten alleen vrijwilligers mogen inzetten voor vormen van jeugdhulp waarvoor aannemelijk te maken is dat deze zonder kwaliteitsverlies door hen kunnen worden verleend.

-N5.2) TK 33684, Jeugdwet, nr. 45, 9 oktober 2013 Nota naar aanleiding van het verslag, pagina 31: De leden van de SP-fractie willen weten in hoeverre vrijwilligers zorgtaken kunnen overnemen van professionals, met als voorwaarde dat de kwaliteit van hulpverlening hierdoor niet geschaad wordt. Kan de regering voorbeelden aangeven welke taken de regering hiermee beoogt? Wil de regering garanderen dat vrijwilligers, maar ook werklozen, nooit worden ingezet voor taken die behoren bij professionele zorgverleners? De wet stelt vast aan welke eisen de jeugdhulp (inclusief de verantwoor-delijkheidstoedeling aan medewerkers) moet voldoen. De inspectie ziet erop toe of aan die eisen wordt voldaan. Het door de beroepsgroepen en de brancheorganisaties op te stellen kwaliteitskader zal duidelijk maken in welk geval werkzaamheden kunnen worden verricht door anderen (waaronder vrijwilligers) dan geregistreerde jeugdprofessionals of BIG-geregistreerde beroepsbeoefenaren.In de praktijk zullen vrijwilligers en buurtgenoten vooral een rol kunnen vervullen bij ondersteunende activiteiten, voorlichting en uitwisseling van ervaringen (buurtvaders, «moeders helpen moeders»).

-N5.3) TK 33684, Jeugdwet, nr. 10, 2 oktober 2013 Nota naar aanleiding van het verslag, pagina 87/88 Vrijwilligers De leden van de PvdA-fractie vragen hoe de inzet van vrijwilligers en buurtgenoten gezien moet worden, hoe deze inzet ingevuld wordt en of vrijwilligers en buurtgenoten naast preventie ook jeugdhulp blijven aanbieden (zoals Homestart) of dat ze moeten voldoen aan onmogelijke eisen.De leden van de SP vragen zich af voor welke vormen van zorg vrijwilligers worden ingezet. En zij vragen zich af hoe er gecontroleerd wordt op de kwaliteit van zorg. Ook willen zij de garantie van de regering krijgen dat geen werklozen en vrijwilligers worden ingezet voor professionele jeugdhulptaken. Zij willen daar een uitgebreide toelichting op ontvangen. De regering is groot voorstander van de inzet van vrijwilligers en buurtgenoten bij de ondersteuning van gezinnen. Dat bevordert de «eigen kracht» bij het vinden van oplossingen in eigen kring. Het is zeker niet de bedoeling dat zij moeten voldoen aan de eisen die aan professionals worden gesteld. Waar sprake is van door professionals aangeboden jeugdhulp geldt de norm van de verantwoorde werktoedeling. Die houdt in dat aanbieders van jeugdhulp en de uitvoerders van kinderbeschermingsmaatregelen en jeugdreclassering taken in principe laten uitvoeren door of onder verantwoordelijkheid van een geregistreerde professional tenzij zij aannemelijk kunnen maken dat de kwaliteit van de hulpverlening niet nadelig wordt beïnvloed indien deze door een ander dan door een geregistreerde professional wordt uitgevoerd. Deze norm geldt ten aanzien van alle personen die door het college worden ingezet om jeugdhulp te verlenen. Het door de beroepsgroepen en de brancheorgani-saties op te stellen kwaliteitskader zal duidelijk maken in welk geval werkzaamheden kunnen worden verricht door anderen (waaronder vrijwilligers) dan geregistreerde professionals. (...) In de praktijk zullen vrijwilligers en buurtgenoten vooral een rol vervullen bij ondersteunende activiteiten, voorlichting, uitwisseling van ervaringen (buurtvaders, «moeders helpen moeders»).

Normen 5a: Besluit Jeugdwet / Toelichting Besluit Jeugdwet

-N5a.1) Artikel 5.1.1, lid 2 Besluit Jeugdwet: “In afwijking van het eerste lid kan de jeugdhulpaanbieder, de gecertificeerde instelling of het college anderen dan geregistreerde professionals met de uitvoering van taken belasten indien hij of zij aannemelijk kan maken dat de kwaliteit van de uit te voeren taak daardoor niet nadelig wordt beïnvloed.”

-N5a.2) Toelichting Besluit Jeugdwet, Staatsblad Jeugdwet 2014, 441, Pagina 44: “Door voor de organisaties in het jeugddomein verplicht te stellen dat zij voldoen aan de norm van de verantwoorde werktoedeling, komt op hen de verplichting te rusten over de werktoedeling weloverwogen te beslissen en over die beslissing verantwoording af te leggen (...) De bewijslast rust dus op de organisaties; zij zullen aan moeten geven waarom wordt afgeweken van de hoofdnorm en dat deze afwijking niet gepaard gaat met kwaliteitsverlies.”

Normen 6: CAO Jeugdzorg 2014 - 2015 Bijlage I. Functieboek (Jeugdzorgwerker A)

-N6.1) Pagina 12 : Binnen welke kaders ben ik werkzaam? (Context) De Jeugdzorgwerker A kenmerkt zich door het verrichten van werkzaamheden vanuit een orthopedagogisch kader in een systeemgerichte context. De werkzaamheden worden in ambulante setting verricht en de Jeugdzorgwerker A is richting gevend in het behandelproces. De Jeugdzorgwerker A komt regelmatig in complexe crisis- of gezinssituaties waarbij sprake is van (dreigende) uithuisplaatsing of meerzijdige partijdigheid. De bevoegdheden hebben grote impact op het gezin/ systeem en gevolgen voor de lange termijn, zoals uithuisplaatsing en ondertoezichtstelling. De Jeugdzorgwerker A pleegt zelf interventies in het gezin/ systeem en/of voert de regie ten aanzien van de inzet van de juiste specialisten voor de hulpverlening aan het gehele gezin/ systeem. Dit heeft uiteindelijk tot doel het gezin/ systeem als geheel te versterken.

-N6.2) Pagina 12: Wat moet ik bereiken? (Resultaten) Wat kan ik doen om de doelen te bereiken? (Activiteiten) 1 Multidisciplinair plan van aanpak opstellen 2 Multidisciplinair plan van aanpak realiseren en regie voeren: • Ondersteunt het gezin/ systeem bij de uitvoering van het multidisciplinair plan van aanpak door inzet van (specialistische) interventies en methoden in het gezin (...) • Creëert een netwerk rondom het gezin/ systeem, zodat zij verder kunnen wanneer de zorg ophoudt. • Bemiddelt in crisissituaties (binnen het gezin/ systeem en / of met betrokken partijen), waarbij sprake is van meerzijdige partijdigheid

-N6.3) Pagina 13 : Welke kennis heb ik nodig om de resultaten te behalen? • Hbo werk- en denkniveau. • Kennis van en inzicht in het hulpaanbod en de hulpverleningsmethodieken. • (...) • Kennis van het gezin en het mogelijk disfunctioneren hierbinnen.

III: BEOORDELING WERKELIJKHEID (CONCLUSIES)

Bovenstaande inventarisatie van feiten en normen bevat de bouwstenen voor het noodzakelijke inzicht ter beoordeling of het inzetten van vrijwilligers in de jeugdbescherming (na oplegging van een OTS) voor/door het verrichten van bepaalde (welke) taken in risicovolle multiprobleem gezinnen door Jeugdbescherming instellingen leidt tot (a) onverantwoorde risico’s op fysieke/psychische schade en leed bij kwetsbare kinderen/ouders (b) schending van kwaliteits- en rechtsnormen (onrechtmatig handelen), waaronder de norm van verantwoorde werktoedeling.

Verwey-Jonker Verantwoorde vrijwilligerszorg Een verkennende studie naar de behoefte aan normen, 2008:

-Pagina 26: 4.2 Motieven voor richtlijnontwikkeling De organisaties hebben in de loop van deze eerste fase verschillende motieven genoemd om wel aan richtlijnontwikkeling te doen. Hieronder presenteren we de belangrijkste. (...) b. De behoefte aan richtlijnen ontstaat ook in de begrenzing van de inzet van vrijwilligers in relatie tot de beroepsmatige zorg. Daar waar tekorten in de zorg ontstaan is er een instrumentele reflex van gemeenten en instellingen om de inzet van vrijwilligers te overwegen. Vrijwilligersorganisaties zien zichzelf niet als vervanger van professionele zorg (...) Met lede ogen zien ze aan hoe sommige gemeenten afdelingen benaderen om bijvoorbeeld in de overbruggingsperiode tussen aanvraag en toekenning van huishoudelijke hulp vrijwillige zorg te bieden. Ook zorginstellingen kunnen vrijwilligers onder druk zetten om werkzaamheden te verrichten waar ze niet voor gekozen hebben, zoals schoonmaakwerkzaamheden. Richtlijnen kunnen voor afdelingen van vrijwilligersorganisaties, zorginstellingen en gemeenten handvatten bieden om dit te voorkomen.

-Pagina 29: 3. Verhouding tot de beroepsmatige zorg • Werkverdeling tussen vrijwillige en beroepsmatige zorg; opsomming bevoegdheden en afbakening verantwoordelijkheden.

Conclusies:

-1: De feiten (I) beoordeeld aan de hand van de normen (II) geven reden tot zorg over de werkelijkheid.

-2: Daar waar beroepsmatige taken geheel/gedeeltelijk worden verricht/overgenomen door vrijwilligers, is dat volgens vele normen normatief onjuist, verboden en onrechtmatig. Onderzocht dient te worden of hiervan sprake is in de werkelijkheid, indien dat zo is, dient dat te stoppen.

-3: Afbakening tussen de taken die vrijwilligers respectievelijk professionals verrichten is normatief geboden. Onderzocht dient te worden of deze afbakening bestaat, op papier en in werkelijkheid van alledag; indien dat niet zo, moet dat terstond worden geregeld, met regelmatig toezicht of beide groepen zich daaraan houden.

-4: Toezicht door alle actoren in het veld, politiek, bestuur, alsmede opstelling van richtlijnen, en nadere concrete criteria/randvoorwaarden voor het (wel/niet) inzetten van vrijwilligers, met inachtneming van de bestaande kwaliteits- en juridische normenkaders

Stichting De Vijfde Macht heeft procesbevoegdheid t.a.v. de collectieve belangen, die in casu het geding zijn. Dat wordt hier nadrukkelijk gesteld, omdat de wieken van de onwil, de onwetendheid en het onzuiver denken soms te traag draaien. Om die reden is deze stichting op 10 oktober 2014 opgericht, naast het informeren en opereren buiten rechte. Uit liefde voor de jeugdigen en hun ouders/verzorgers.

Stichting De Vijfde Macht (mr. L.H.W.M. Koenen), 8 april 2015 Contact: L.Koenen14@hotmail.nl / tel: 023 – 20 20 737

Bijlage: website citaten betreffende Humanitas pilot Kind Veilig Thuis (Wel Thuis)

Kind Veilig Thuis breidt uit met veertien nieuwe vrijwilligers

maandag 30 mrt 2015

DRECHTSTEDEN - Begin 2014 is Humanitas samen met Bureau Jeugdzorg (thans: Jeugdbescherming west), Horizon en William Schrikker Groep, gestart met het project Kind Veilig Thuis. Momenteel zijn er binnen dit project negen gezinnen waarbij een vrijwilliger van Humanitas actief is. De bedoeling is om dit in 2015 uit te breiden naar 20 tot 25 gezinnen.

Daarom zijn er de afgelopen maand maar liefst veertien nieuwe vrijwilligers getraind. In een vierdaagse training zijn zij optimaal toegerust om binnen complexe gezinssituaties hun werk te kunnen doen.

Vrijdag 10 april is de laatste trainingsdag en om 16.00 uur ontvangen de vrijwilligers in het gebouw van Jeugdbescherming west in Dordrecht (Johan de Wittstraat 40b) hun certificaat. Wethouder Michiel van der Vlies, als coördinerend wethouder Jeugd van de regio Zuid-Holland Zuid, zal hierbij aanwezig zijn en het belang van dit project benadrukken in de transitie van de jeugdzorg. De samenwerkende gemeenten hebben daarom dit project ook voor 2015 gesubsidieerd.

Kind Veilig Thuis

Bij Kind Veilig Thuis worden vrijwilligers ingezet in gezinnen die een maatregel opgelegd hebben gekregen van de kinderrechter. De vrijwilliger werkt binnen de gestelde kaders aan versterking van de gezinsstructuur en de uitbreiding van het gezinsnetwerk en als rolmodel, met als doel dat de ouders zelf weer de regie krijgen.

Jeugdbescherming blijft eindverantwoordelijk voor de veiligheid van het kind of de kinderen. Uitgangspunt is dat de ouders primair verantwoordelijk zijn voor de opvoeding van hun kinderen en zelf hun problemen oplossen, samen met het eigen netwerk of met vrijwilligers uit de omgeving.

De verwachting is dat hierdoor minder zware hulpverlening nodig zal zijn en minder of kortere jeugdbeschermingsmaatregelen zoals ondertoezichtstelling en uithuisplaatsing.

Het werkgebied van het project is de Hoeksche Waard, de Drechtsteden en de Alblasserwaard/ Vijfheerenlanden.

Over Humanitas Drechtsteden

Humanitas Drechtsteden is een afdeling van de landelijke vereniging Humanitas. De afdeling richt zijn activiteiten op Dordrecht, Sliedrecht, Zwijndrecht, Papendrecht, Alblasserdam en Hendrik Ido Ambacht. Het is een organisatie van vrijwilligers. De inzet is een samenleving waarin iedereen meetelt, waarin we verantwoordelijkheid nemen voor elkaar, waarin we elkaar helpen als hulp nodig is. Humanitas Drechtsteden doet dat door projecten en activiteiten te ontwikkelen en uit te voeren, door mensen die willen helpen (vrijwilligers) te koppelen aan mensen die tijdelijk wel een steuntje in de rug kunnen gebruiken.

(DVM) Inventarisatie feiten/normen inzetten vrijwilligers bij jeugdbescherming taken in risicovolle multiprobleem gezinnen na oplegging ots, tevens houdende beoordeling daarvan – 8 april 2015