Waarom ik doe wat ik doe

Post date: 16-dec-2015

Ik ben Klaas, 45 jaar en vader van 2 kinderen, een zoon van 13 en een dochter van 9.

Ik ben begin 2009, na 14 jaar huwelijk, gescheiden.

Eind maart 2009 werd ik opeens uit het niks geconfronteerd met een valse beschuldiging en zag ik de kinderen van de een op de andere dag niet meer.

Het circus begon gelijk te draaien, een aangifte, de Raad voor de Kinderbescherming en jeugdzorg kwamen in beeld. Al was er niks bewezen, in de ogen van jeugdzorg was ik al veroordeeld. Ik mocht de kinderen niet meer zien.

Bij het eerste kort geding in juli 2009 bepaalde de rechter dat er wel omgang met mijn zoon kon plaatsvinden. Mijn ex werkte daar niet aan mee. Toen er een dwangsom volgde negeerde ze die gewoon.

Ondertussen was ik op Hyves begonnen met 'vaders rechten'. Ik was benieuwd of er meer vaders waren die dit mee maakten. Er waren er inderdaad meer en eigenlijk hebben ze me er doorheen gesleept. In oktober 2009 werd ik verhoord en vlak voor kerst kreeg ik bericht dat de zaak geseponeerd was. Mijn ex begon een zogenaamde artikel 12 procedure. Ondertussen was de RvdK begonnen met een zogenaamd omgangsonderzoek. Ik was opgelucht en verwachtte snel omgang te krijgen. Helaas werkt het in Nederland iets anders. Precies op mijn verjaardag kreeg ik de uitspraak in de artikel 12 procedure en opnieuw werd de zaak geseponeerd.

In mei 2010 kreeg ik een brief van de RvdK dat het omgangsonderzoek werd gestopt. Gezien de opvoedomstandigheden bij mijn ex werd dit omgezet in een opvoedonderzoek met de mogelijkheid tot een kinderbeschermingsmaatregel. Tot het onderzoek werd afgesloten werd de omgang opgeschort. Dat was opnieuw een klap in mijn gezicht. Ik had mijn kinderen toen al ruim een jaar niet meer gezien of gehoord.

Het werd september 2010 en de eerste OTS werd uitgesproken. De kinderen hadden hulp nodig en er werd een gezinsopname voor mijn ex en de kinderen bij Yulius geadviseerd. Omgang werd gedurende de gezinsopname ontzegd.

Ik had de verwachting dat na de gezinsopname alles wel goed zou komen. In de tussentijd ging ik ook door met de lotgenotengroep op Hyves. Ik had ook gewoon een baan maar had wel veel last van stress door alle rechtszaken en het niet gehoord worden door jeugdzorg.

In mei 2011 begon men met de gezinsopname en daaruit bleek dat er flinke problemen waren, zowel bij mijn ex als bij de kinderen. Hechtings-problematiek en het verleden van mijn ex waren de oorzaken van de problemen. Uit deze eerste opname kwam dus aan het licht dat ik niet de oorzaak was van de problemen. Na de gezinsopname volgde er nog een opname van de kinderen. Het was ondertussen oktober 2011. Eerder, in september werd de OTS verlengd. Tussen alles door liep ook nog de rechtszaak rondom de omgang.

Bij een tussenbeschikking in 2012 werd een bijzonder curator aangesteld. Deze moest onderzoeken of er omgang mogelijk was tussen kinderen en vader. In september 2012 werd de OTS opnieuw verlengd en in januari 2013 januari kwam opnieuw een uitspraak van de rechtbank over de omgang. De bijzonder curator adviseerde geen omgang terwijl bureau jeugdzorg positief adviseerde. Na de gezinsopname bij Yulius veranderde de houding van BJZ ten opzichte van moeder. Moeder stelde zich opeens zeer negatief op ten opzichte van BJZ. De rechtbank vond dat er omgang moest plaats vinden via het omgangshuis. Moeder stemde in de rechtbank toe, eenmaal buiten was ze opeens tegen en ging in beroep. Tegen elke OTS ging ze in hoger beroep.

In 2012 ben ik overgegaan van Hyves naar facebook en begon daar de groep 'vaders en moeders rechten' omdat er ook moeders waren die hun kinderen jaren niet zagen. Ook wilde ik meer dan hulp bieden via sociaal media. Ik wilde ouders echt persoonlijk helpen. In de loop van 2013 kwam ik in contact met anderen die hetzelfde wilden. Er moest een andere benadering komen tussen ouders en jeugdzorg, dat was mijn passie.

Op 23 september 2013 werden mijn kinderen met spoed uit huis geplaatst. De rechter had een onderzoek bij het Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en Psychologie, NIFP, gelast. In januari 2014 werd er begonnen met dit onderzoek. Uit het onderzoek, wat in augustus klaar was, kwam naar voren dat mijn ex een narcistische persoonlijkheidsstoornis had en kenmerken van paranoïde en psychopathie.

Eind oktober 2014 kwam eindelijk de hoger beroep uitspraak over de omgang. Na bijna 5 jaar geen enkel contact werd door de rechtbank de omgang opgestart. Op 12 november 2014 zag ik voor de eerste keer mijn dochter weer, 2 weken later eindelijk mijn zoon. BJZ adviseerde in maart 2015 een gezinsopname bij Horizon in Harreveld. Dit is een opname van 12 Weken. Op 14 Juli 2015 zijn we begonnen en eind augustus, na 5 weken, mochten we naar huis. Het ging heel goed tussen mij en mijn zoon. Sindsdien woont hij weer thuis, mijn dochter verblijft nog in een pleeggezin.

Alles wat ik in de afgelopen jaren heb meegemaakt zet ik nu in om andere ouders te helpen. Dit doe ik samen met anderen die ook hun kennis en ervaring inzetten. We zijn niet tegen jeugdzorg maar voor een betere jeugdzorg. Ook mijn ervaring omtrent complexe scheiding en omgang zet ik in om andere ouders te helpen.

Alles draait om de kinderen.

Alle namen in dit artikel zijn uit privacy overwegingen gefingeerd.

Met dank aan Richard van Halen voor het beschikbaar stellen van de casus.