Over Gerard van Velsen en Floris V

Voor wie wil horen een nieu lied dat klinkt van die Graef Floris syn leven nam

Hoe edelen in een gevaarlijke wereld met risico's omgaan


Een aangename straatweg geleidt van Zandpoort, naar het, twee uren van Haarlem gelegen, dorp Velzen, het oude "Welzereburg zoo men meent", een dorp uit de hooge oudheid. Hier stond weleer het Huis te Velzen, reeds in de 11de eeuw gesticht, maar door de Gooijers en Kennemers verwoest, om zich op heer Gerard van Velzen te wreken, over den moord aan graaf Floris V gepleegd. De laatste overblijfsels van deze ruïne zijn in 1804 ter voorkoming van ongelukken grootendeels weggeruimd. Men meent, dat de kerk aldaar door Willebrord, bisschop van Utrecht, ingewijd is. In den toren vindt men nog eenen steen, waarop, zoo men zegt, de heilige Engelmond is uitgehouwen. Deze heilige zou niet ver van hier op eene ijzeren lijkkist in zee geworpen, maar ondanks de zwaarte der kist niet gezonken zijn. Men vindt hier nog eene beek, die naar dezen Engelmond den naam van Engelmondsbeek zou gekregen hebben. Het dorp in West-Friesland kent onder meer 24 buitenplaatsen en verscheidene Adelhuizen.

't Huijs van Gerrit van Velsen (fig.1)

 Overblijfselen (fig.2) van het kasteel Gerard van Velsen

Encyclopedie: Een aangename straatweg geleidt van hier over de Zandpoort, naar het, twee uren van Haarlem gelegen, dorp Velzen, het oude "Welzereburg zoo men meent", een dorp uit de hooge oudheid. Hier stond weleer het huis te Velzen, reeds in de 11de eeuw gesticht, maar door de Gooijers en Kennemers verwoest, om zich op heer Gerard van Velzen te wreken over den moord, aan graaf Floris V gepleegd. De laatste overblijfsels van deze ruïne zijn in 1804 ter voorkoming van ongelukken grootendeels weggeruimd. Men meent, dat de kerk door Willebrord, bisschop van Utrecht, ingewijd is. In den toren vindt men nog eenen steen, waarop, zoo men zegt, de heilige Engelmond is uitgehouwen. Deze heilige zou niet ver van hier op eene ijzeren burrie (lijkkist) in zee geworpen, maar ondanks de zwaarte der burrie niet gezonken zijn. Men vindt hier nog eene beek, die naar dezen Engelmond den naam van Engelmondsbeek zou gekregen hebben. Het dorp telt 1,400 inwoners en een aantal van 24 buitenplaatsen. Tuinbouw en boomvruchten maken een groot deel van het bestaan der inwoners uit. Van Velzen naar de Zandpoort teruggaande, geleidt de Slaperdijk, in 1612 ter beveiliging van Rijnland aangelegd, of de in 1825 gelegde straatweg, naar het welbekende Spaarndam. 

Bewijzen: De oudste bron noemt een lied over Gerard van Velzen en beschrijft een dramatische episode uit de middeleeuwse geschiedenis van Holland. Graaf Floris V wordt door enkele van zijn edelen gevangen genomen en tenslotte vermoord. Vermoedelijk speelden internationale politieke verwikkelingen hierbij een rol, maar volgens verschillende vroege bronnen, waaronder dit lied, was er een vrouw in het spel: Floris V zou de vrouw van Gerard van Velzen hebben verkracht en de moord was dus een persoonlijke afrekening. Onder de zogenoemde korte versie van het lied.

Familie: Floris noemt Gerard 'mijn lieve neef' en wil dat Gerards vrouw het nageslacht van Floris verwekt. Jan van Persijn lijkt deze rol te vervullen.

Ruïne 't Huys te Velsen (fig.3) in de Atlas van Schoemaker, gelegen tussen Velsen en Santpoort, na de duintop.

Het Huis te Velsen (fig.4) in de Schatkamer der Ned. oudheden, 'Op haar ssinker syde te sien'. (i.c. Sincvaalse zijde; zie F.N. Heinsius, Friese geschiedenis opnieuw, Ondervelsen, 2014).

Commentaar: We moeten er rekening mee houden dat de werkelijke geschiedenis geen enkele persoon met de naam Floris kent. De naam is verzonnen als van de muntvaluta florijn (florint, florence), geslagen vanaf 1252. Op de keerzijde de oude lelie, mogelijk van de zeelanden. Bekend zijn een kluizenaar met deze naam en een bisschop van Orange met dienzelfde naam. Redenen in overvloed om de gehele stamreeks in twijfel te trekken. Blijft over de vraag wie in de tombe in Alkmaar is weggezet?

Heilige: Een zekere Florens (ook Florentius) is bekend als heilige bij de katholieke kerk. Dien Sint-Floris werd rond 1350 geboren in Leerdam, gelegen aan de rivier de Linge in de huidige provincie Zuid-Holland. De heiligverklaring volgt i.h.a. op een brute moord. Diens medewerkers bleven na zijn dood in zijn huis werken, en wonen, dat, vanaf 1391, ook wel het Heer-Florenshuis, werd genoemd.

HET OUDE LIED:

1. Wie wil horen een nieu liet,

Hoort toe, ick salt u singen,

Hoe Geeraert van Velsen graef Floris verriet,

't Syn also wonderlijke dinghen.

2. Graef Floris tot Geraert van Velsen sprak:

'Gheraert van Velsen, ghy moet hijlicken

Al an een weeuwtgen heeft ghoets ghenoech,

En sy is also suyverlijke.'

3. 'Die schand en schieter mijn nemmermeer,'

Sprack Geraert van Velsen tot synen lantsheer,

'Eer ghy my sout brengen in sulk verdriet,

U ouwe versleten schoenen en wil ick niet.'

4. 'Gheraert van Velsen myn lieve neef,

Had ghy die woortgens wat beter beleydt,

Al had ghy by u ridders hals ghesworen,

Ghy sultse draghen ist u lief of leydt.'

5. Een korte wijl en was daer niet lang,

Geraert van Velsen ging een huysvrou trouwen.

Graef Floris schreef Geraert van Velsen eenen brief,

Dat hi tot hem komen soude.

6. Gheraert van Velsen dorst het laten niet,

Hy deed dat syn lantsheer hem riet,

Hy reed an gheen landsdouwe.

Dewijl sliep die graef al van Hollandt, 

by syne over schoone vrouwe.

7. Sy riep so luyt: 'Kraft en ghewelt,

Wat doet ghy mijn edele landsheere?

Wasser een ander op mijn ghestelt,

Ghy soudt hem met u swaert af keeren.'

8. Krijten en karmen mocht haer baten niet.

Haer eer most sy daer laten.

Doe hy syn willetgen hadde ghedaen,

Doe reed hy t' Uytert al inde baen.

9. Gheraert van Velsen had een soete lief,

Van Woerden tot eenen wyve,

Daer meenden hy me vrolik te syn,

Maer t' most den graef syn boeltgen blijven.

10. Doen Geraert van Velsen weder thuyswaert quam,

Daer hi syn liefgen plach te groeten,

'Wat isser mijn weerde vroutgen gheschiet,

Dat sy my niet en komt te moete?'

11. Geraert van Velsen op de kamer quam,

Hy vandt syn soete lief in rouwe.

'Heeft u yemant leydt ghedaen,

Segt my, wel over schoone vrouwe.'

12. 'Geraert van Velsen mijn lieve man,

Nu isset al verloren,

Te slapen aen u groene sy:

Graef Floris heeft mijn eer ghenomen.'

13. 'Dat hy u eertgen benomen heeft,

Dat is u soete lief al vergheven.

Gister was hy mijn heer, nu ben ick de syn,

Dat sal hem kosten syn leven.

14. Hy setten eenen valk op synen handt,

Of hy spatseeren soude rijden,

Hy dede een sprong van eenen haes,

Of hy graef Floris sou ontlijven.

15. 'Och Geraert van Velsen, mijn lieve neef,

Wout ghy my leven laten,

Ick salder van uwen bastertdochter,

Een gravin van Hollandt maken.'

16. 'Dat en doe ick nu noch nimmermeer.

Ken wilse gheen verrader gheven.

Ghy hebter mijn huysvrou haer eer benomen,

Dat sal u kosten u leven.

17. Dat ghy mijn broeder hebt vermoort,

Dat had ick u al vergheven.

Nu hebt ghy myn huysvrou haer eer benomen,

Dat sal u kosten u leven.'

18. Hy wurp hem een paer handscoen voor syn mont,

Op dat hy niet en soude luyden.

Hy voerde hem vant huys te Kronenburch,

Al op dat hooghe huys te Muyden.

19. Snachts omtrent de middernacht,

Omtrent ter halver nachte,

Doe lach die edele graef al van Hollandt,

Ghesloten in boeyen also vaste.

20. Smorghens doen het was schoon dach,

De heren souden daer wat eten,

Doe dacht die graef al van Hollandt:

'Rijck Godt, nu ben ick al vergheten.'

21. Sy brochten hem daer een stuk berespek,

Syn swynenspeck was onghebraden,

Doe dacht die graef al van Hollandt:

'Rijck Godt, nu ben ick al verraden.

22. En had ick een schiltknecht goet,

Die my verloste van den bloede,

Ick sou hem schencken mijn bruyne schilt,

Met mijnen yzeren hoede.'

23. Geraert van Velsen was rat ter hant.

Hy greep een becken van de want,

Hy wies graef Floris van den bloede.

'Segt my, o graef al van Hollant, 

hoe is u nu te moede?'

24. 'Hoe my nu te moede is:

En ick moet immers sterven.

Had icker een wijf met een kint,

Die ick mijn groote goet mocht erven.

25. Ick heb noch wel een soon heer Jan,

Hy is soo ver in vreemde landt,

Hy kander syn goet regieren niet:

Dus leydt myn hert in groot verdriet.

26. En daer is mijn een bastert soon,

Hy is so jonck van weken,

Al quam hy noch over hondert jaer,

Syns vaders doot sal hy wel wreken.'

27. Een korte wijl en was daer niet lang,

Gheraert van Velsen wert daer ghevangen,

Hy dochte soo dick by syner eer,

'Rijck Godt, nu moet ick immers hangen.'

28. Hangen en was hem noch niet goet genoech,

Hy moest wel sevenwerf meer lijden.

Sy deden een vat vol spijkers slaen,

Daer moest syn edeldom in zijghen.

29. Sy rolden hem daer drie daghen lanck,

Drie daghen voor den noene.

'Gheraert van Velsen, wel lieve man,

Hoe is u nu te moede?'

30. 'Hoe my nu te moede is,

Dat sal ick u wel seggen:

Ick ben noch de selfde man,

Die graef Floris syn leven nam.

Edelen jagen met valken en honden op hun prooi Floris V.

Labels: Floris V, Gerard van Velzen, Jan Persijn, ruïne Huis Van Velzen, huwelijkszaken, erfopvolging, nalatenschap, familierecht, strafrecht, Woerden, Velsen, Kronenburg, Muiden, Holland, Utrecht ('t Uytert).

Heraldiek in het lied: Het schild is bruin.

Hiërarchisch: Gerard van Velsen is de gezworen ridder van zijn landsheer graaf Floris V.

Uitleg:

1. Verraad gepleegd door Gerard van Velzen (hierna Velzen) aan graaf Floris

2. Floris wil dat Velzen gaat huwelijken met zijn [bastaard?] weduwtje?

3. Velzen zal zijn landheer niet dienen in deze; wed. is nl. afdankertje Floris. Velzen spreekt er schande van

4. Velzen is ridder (knecht), Velzen is neef Floris. Velzen is te ver gegaan, moet bakzeil halen

5. Velzen gaat trouwen, Floris schrijft brief dat hij komt

6. Floris gaat met aanstaande vrouw naar bed

7. De vrouw protesteert

8. De vrouw is verkracht en krijst aaneen stuk door

9. Velzen houdt wel van vrouw in Woerden, is wel 't boeltje [bezit] van Floris

10. Velzen komt thuis, zijn vrouw mankeert wat

11. Velzen ontdekt verkrachting Floris bij zijn vrouw

12. De vrouw wil Velzen niet meer

13. De vrouw is alles vergeven, maar Floris is niet langer heer Velzen, het is andersom, Floris gaat eraan

14. Met een valk gaat Velzen stapvoets rijden en vervolgens in galop om Floris te vermoorden 

15. Floris krijgt het door, smeekt neef Velzen om hem te laten leven door bastaarddochter neef Velzen gravin Holland te maken

16. Velzen weigert, wil eer van zijn vrouw wreken

17. Velzen heeft al een broer verloren vermoord door Floris. Dat is nu passé, maar verkrachting van zijn vrouw is nu wel echt de druppel

18. Velzen ontvoerd Floris met leren handschoen voor zijn mond van Kronenburg naar Muiden

19. In het midden van de nacht alzo geboeid gedaan

20. De volgende morgen zegt Floris zich niets te herinneren

21. Floris krijgt een feestmaal, maar voelt zich verraden

22. Floris droomt wat hij zou doen als hij gered zou worden: zijn bruine wapenschild en harnas-helm schenken

23. Floris wordt gemarteld, Velzen wast diens bloed van zijn handen en vraagt of Floris het al moe is?

24. Hij is moe en moet sterven. Hij somt zijn erfenis op: het grote goed naar vrouw met kind

25. Zijn zoon Jan is buitenlands en kan hier niet regeren, is zijn grote verdriet

26. En hij heeft een jonge bastaardzoon, al moest die honderd worden, hij zal zijn vader altijd wreken. Overlijden Floris ontbreekt

27. Enige tijd later wordt Velzen gevangen genomen

28. Velzen moet nu hangen, maar de strop is te mild. Hij zou 7 keer harder gemarteld worden in een vat volgeslagen met spijkers waar Velzen 3 dagen in ronddraait

29. Drie dagen draait Velzen rond en vraagt men rond 12 uur of hij al moe is?

30. Moe? Ik ben nog dezelfde man die graaf Floris het leven nam

Encyclopedia  A pleasant street road leads from here over the Zandpoort, to the village of Velzen, which is located two hours from Haarlem,  the old Welzereburg, as one thinks, a village from the ancient times. Here was the house in Velzen, already founded in the 11th century, but destroyed by the Gooijers and Kennemers, to avenge Mr. Gerard van Velzen about the murder, committed to Count Floris V. The last vestiges of this ruin were largely cleared away in 1804 for the prevention of accidents. It is believed that the church was consecrated by Willebrord, bishop of Utrecht. In the tower one finds another stone, on which, it is said, the holy angel mouth has been carved out. This saint would not be thrown into the sea on an iron barrel far from here, but would not have sunk in spite of the gravity of the burr. One finds here another brook, which according to this Engelmond would have received the name of Engelmondsbeek. The village has 1,400 inhabitants and a number of 24 country estates. Horticulture and tree fruit make up a large part of the population's existence. Van Velzen going back to the Zandpoort, runs the Slaperdijk, built in 1612 to protect the Rhineland, or the street road laid in 1825, to the well-known Spaarndam. 

Evidence: The oldest source mentions a song about Gerard van Velzen and describes a dramatic episode from the medieval history of Holland. Count Floris V is captured by some of his nobles and finally killed. Presumably international political complications played a role here, but according to several early sources, including this song, there was a woman in the game: Floris V would have raped the wife of Gerard van Velzen and the murder was therefore a personal settlement. Hereby the so-called short version of the old song. Remark this song. 

Comment: We must bear in mind that history does not have a person named Floris. The name is made up of the currency florin (florin, florence), minted from 1252. On the reverse side the old lily, possibly from the sea countries. Known are a hermit with this name and a bishop of Orange. Reasons in abundance to question the entire pedigree. But then, who is burried in the tomb in Alkmaar? Floris and Gerard also breed offspring with each other's wife to be sure about succession, the only way to secure heirs.

Saint: A certain Florens (also Florentius) is known as a saint at the church. He was born around 1350 in Leerdam, located on the  River Linge in the current province of South Holland. His employees continued to work and live in his home after his death, which from 1391 was called the Sir-Florenshouse. 

Family: Floris calls Gerard "my dear cousin" and wants Gerard to father Floris's offspring. Jan van Persijn seems to fulfill this role. 

Illustrations: Ruin (fig.1) and Remains (fig.2) of the house of Gerard van Velzen. The house was then owned by Jan Persijn. Crest (fig.3) Gerard van Velzen, Jan Persijn and Nijenrode van Velzen. Opponent Floris (fig.4) Florens Without Wife, Florentius 5, Florens V, from freelord Floris to loanlord Floris after the flood. Noblemen (fig.5) hunting the prey Floris by using falcons and dogs. 

Elementary: Floris V, Gerard van Velzen, Jan Persijn, ruin 't Huijs by Gerrit van Velzen, matrimonial affairs, succession, inheritance, family law, Woerden, Velsen, Kronenburg, Muiden, Holland, Utrecht (' t Uytert), Coat of arms: brown. 

Hierarchical: Gerard van Velsen is the sworn knight and nephew of his landlord's uncle? Floris V, but Gerard turns this around after the 'offense' committed by Floris to the woman. The code of honor degrades the noble rank of Floris.

Succession: back in time, life was so dangerous to them that the offspring were nowhere safe except in the enemy's wife.


© 2018 F.N. Heinsius