Voormezele 7/8 februari 1945

Halifax Mk.III LW394  (425 Sqn RCAF) 

Geschiedenis

Halifax LW394 KW-Z was samen met meer dan 200 andere vliegtuigen betrokken bij het nachtelijk bombardement van Wanne-Eickel in het Duitse Ruhrgebied. Het steeg samen met 17 andere bommenwerpers van het 425e Squadron op in het Engelse graafschapYorkshire en liet zijn bommen omstreeks zes uur in de morgen los.

Zeven leden van de bemanning zien we op de foto hiernaast staan, v.l.n.r.:

F/Sgt A.A. ALGER   Rear Gunner  (RCAF)

P/O Ray F. DANIELS   Navigator (RCAF)

F/O William M. MARK   piloot (RCAF)

F/Sgt William H. KETCHAM   Wireless Operator (RCAF)

F/O E.J. WOTHERSPOON  Bomb Aimer (RCAF)

Sgt. J.J. "Paddy" WHYTE   Flight Engineer (RAAF)

P/O A.C. McLEAN  Mid-upper Gunner (RCAF)

Voor de missie naar Wanne-Eickel kwam daar F/Sgt Howard A. "Sandy" SANDERSON als Mid-under Gunner (RCAF) bij (foto rechts). Net toen de achtkoppige bemanning haar terugreis aanvatte, werd een van de vier motoren van het toestel door luchtafweergeschut in brand geschoten (zie aquarel Guido Van Bost hieronder).

Lange tijd werd gehoopt dat ze toch Engeland zouden halen, maar boven de streek van Ieper begon de bommenwerper zo erg te schudden dat de piloot het bevel gaf te springen.

Dat was tussen zeven en halfzeven, bij het aanbreken van de dag. Alle acht de bemanningsleden konden het toestel tijdig verlaten, dat langs de Kalleputstraat (in het veld van landbouwer Frans Vandenbroucke) op een paar honderd meter van de kerk van Voormezele crashte. Mid-under Gunner Sandy Sanderson (foto rechts), kwam neer bij de Palingbeek in Zillebeke. Twee anderen raakten de begane grond in Houtem. Aangezien de streek in februari reeds geruime tijd bevrijd was, moesten ze niet meer vrezen voor aankomende Duitsers. Op 7 maart 1944, dus zowat een maand na de crash, vloog piloot William MARK reeds opnieuw op een missie naar het Duitse Hemmingstedt. Er zouden er voor hem nog tien meer volgen vóór het einde van de oorlog.

Opgraving

Na twee zondagen in augustus 2000 vergeefs speurwerk, zelfs met metaaldetectoren, op de door ooggetuigen aangeduide crashplaats begon de hoop op het vinden van een inslagpunt van de viermotorige (!) Halifax weg te ebben. We hadden hierbij slechts vijf kleine stukjes plexiglas en één stukje elektrische leiding aangetroffen en dit alles met het blote oog! Op de bloedhete  zondagnamiddag 3 september 2000 ondernamen we een ultieme poging met het trekken van vier 30 meter lange en 1 meter diepe sleuven, waarbij we  van oost naar west opschoven. Niet één wrakstukje dat naar een gecrasht vliegtuig verwees kwam echter naar boven!

Aanwijzingen van Voormezelenaars die in 1945 op de crashplaats hadden gestaan, hielpen evenmin.

Sommigen van de ploeg maakten al aanstalten om naar huis te vertrekken als we aan een wanhopige laatste vijfde sleuf begonnen.

In de laatste tien meter van die sleuf schraapte de kraanbak dan plots een vijftal groene vlekken van geoxideerd aluminium aan. Vier uur later lag de crashsite vol wrakstukken, waaronder drie van de vier Hercules-motoren en de twee hoofdwielen.

Een .303 MG voor en na reiniging.

Publicaties

DECUYPERE Dirk, The Loss and Recovery of Halifax LW394, Geluwe, 2001.

Foto's

Wim Huyghe reinigt de propellernaaf. Die is nu te zien in het FAS-museum in  Wevelgem.

Carburator

In de garage van Guy Desmyter krijgt één van de geborgen Halifax-motoren een eerste beurt.

Uit deze haak viel één van de bommen die in februari 1945 op Wanne-Eickel neerkwamen.

Australiër John Whyte, zoon van "Paddy" Whyte (flight engineer van Halifax LW394), komt een schoongemaakte motor bekijken in het atelier van Wim Huyghe.

Zuurstofmasker met microfoon.