XI-39 ten Cate, Gerrit H

Gerrit Hermansz ten Cate


ouders: Herman Hendriksz ten Cate en Geesje Warnaars


geboren: Almelo 3-4-1633

gedoopt:

overleden: Almelo 27-8-1678

begraven:


beroep: koopman

woonplaats / adres: Almelo


relatie: ondertrouwt Amsterdam 24-7-1660, trouwt Hengelo 15-7-1660


Aaltje Lamberts [ten Brinckhuis] (XI-40)


ouders:


geboren: Hengelo ca 1637

gedoopt:

overleden:

begraven:


beroep:

woonplaats / adres:


kinderen:

  1. Herman ten Cate, geboren: Almelo ca 1660
    overleden: Almelo tussen 1730 en 1744
    beroep: koopman
    woonplaats / adres: Almelo
    relatie: trouwt Almelo 1688
    Catharina Gerdes, geboren:
    overleden:
    beroep:
    ouders: Othmar Gerdes en NN (zuster van Christina Gerdes, vrouw van Sijbrand Abrahamsz ten Cate)
    hieruit 7 kinderen

  2. Judith ten Cate, 1662-1741, X 1682 Willem ten Cate, VOLGT X-20

  3. Lambert ten Cate, geboren: Almelo ca 1670
    overleden: Almelo voor 1732
    beroep: koopman
    woonplaats / adres: Almelo
    relatie: trouwt Almelo 12-7-1696
    Maria Schimmelpenninck, geboren: Almelo 1674
    overleden: Almelo voor 1734
    ouders: Johan Schimmelpenninck en Christina Coster
    hieruit 8 kinderen

  4. Hendrik ten Cate, geboren: Almelo ca 1670
    overleden: Almelo voor 1728
    beroep: koopman
    woonplaats / adres: Almelo
    relatie: trouwt Almelo in 1696
    Stijntjen Tielemans, geboren:
    overleden:
    ouders:
    hieruit 4 kinderen

  5. Elisabeth (Liesebeth) ten Cate, geboren: Almelo ca 1670
    overleden: Zwolle 8-3-1738
    woonplaats:
    relatie (1): ondertrouwt Zwolle 15-8-1691, trouwt Almelo 7-9-1691
    Thomas Tielemans, geboren:
    overleden: voor 1696
    beroep: koopman
    woonplaats / adres: Zwolle
    ouders:
    relatie (2): ondertrouwt Zwolle 29-2-1696, trouwt Zwolle 17-3-1696
    Berend Bavinck, geboren: ca 1670, gedoopt: (doopsgezind)
    overleden: Zwolle 1718, begraven: Zwolle 17-6-1718
    beroep: koopman, diaken bij de doopsgezinden te Zwolle
    woonplaats / adres: Zwolle
    ouders:
    hieruit 1 dochter

  6. Gezina (Geesje) ten Cate, geboren: Almelo ca 1674, gedoopt: (doopsgezind)
    begraven: Amsterdam 8-4-1741
    beroep:
    woonplaats / adres: Amsterdam (Prinsengracht t.o. de Noorderkerk, 1741)
    relatie: ondertrouwt Amsterdam 30-11-1703, trouwt Abcoude 28-12-1703
    Isaac Reesen, geboren: [Emmerich] ca 1665
    begraven: Amsterdam 2-3-1720
    beroep: koopman en arts, diaken van de Vlaamse en Waterlandse doopsgezinde gemeente
    woonplaats / adres: Amsterdam (NZ Voorburgwal, 1703; Singel t.o. de Torensluis, 1720)
    ouders: Gerhard Reessen en Agatha van Burgerhout
    hieruit 2 kinderen

  7. Jan ten Cate, geboren: Almelo ca 1676
    overleden: Almelo voor 31-1-1730
    beroep: koopman
    woonplaats / adres: Almelo
    relatie: trouwt Almelo 1709
    Aleida van Lochem, geboren: Almelo ca 1676
    overleden: Almelo na 1757
    ouders: Andries van Lochem en NN
    hieruit 5 kinderen

biografische aantekeningen


Uit de archiefbronnen blijkt dat Gerrit ten Cate in elk geval in bier heeft gehandeld. Of hij ook textielhandelaar was, zoals zoveel van zijn familieleden, blijkt niet. Een huiselijk tafereel blijkt uit de aktes uit 1676: Het ging toen niet zo goed met het gezin. Aaltje Lambers lag ziek op bed, en maar liefst vijf van de kinderen hadden last van de pokken. In dat zieltogende huisgezin was bovendien een flink conflict met de 'meid' Hendrikje Berends, die naar believen een maand het gezin verliet om bij haar moeder in te trekken.

In 1677 laat Gerrit ten Cate zich voor het gerecht vertegenwoordigen door zijn zoon, 'per filium'. Mogelijk omdat hij al ziek was?


bronnen


lit: C.L. ten Cate; De (van oorsprong doopsgezinde) familie ten C(K)ate uit Borne, Utrecht - 1986; blz. 93-97, 152, blz 272 voetnoot 161

* 1660, 24-7: Stadsarchief Amsterdam, DTB ondertrouw [684-331]: Compareerden als voren Gerrit ten Kate, van Almeloo en daer wonende, out 29 jaer, geass:te met Jan Schimmelpenningh sijn stievvader & Aaltje Lammerts van Hengelo out 23 jaer, de vader daer, in de Reestraet, geassist met -- (w.g. Gerreit ten Cate, Aeltie Lamberts), (i.m.: sij vaders consent is goet ingebragt. De geboden sijn tot Almelo en tot Hengel gegaan)

* 1660, 15-7: DTB trouwen Hengelo: "15 jul anab: Gerrit Hermsen ten Cate, jg van Almelo [met] Aaltjen Lamberts jd van Hengelo"

* 1661, 9-9: Familie ten Cate uit Borne, p. 272 [HCO, Stadsgericht Almelo 2596]: Gerryt ten Caette versocht op aenspraecke op sijn schoonvader (bedoeld wordt zijn stiefvader) Joan Thomassen Schimmelpenninck geschiet dorch Joan Lucas Steffens den tijt van 14 dagen ende nemet die saecke an toe vertreden ende defenderen als principael

* 1661, 23-9: HCO Stadsgericht Almelo: Gerrijt ten Caete exhibeert nomine patris (in de naam van zijn vader) Jan Thomassen Schimmelpenninck antwoort tegens Jan Stevens Lucassen ; wert 14 dagen tijt versocht durch sijn vader Steven Lucassen. Gerrijt ten Caette versocht alsnoch betalinge van Jan Lucassen na inholt van voor 14 dagen gedaene anspracke, bij faut van sulx verwin. Versocht dartoe angeëigent te worden. Contumax

* 1662, 17-2: Familie ten Cate uit Borne, p. 272 [HCO, Stadsgericht Almelo 2596]: Joannes ten Cate compareert mede namens zijn "broder Gerhard ten Caete"

* 1662, 14-4: Familie ten Cate uit Borne, p. 272 [HCO, Stadsgericht Almelo 2596]: Gerritt ten Caette spreeckt an Wilhelm Wildeman vor ses gld. tijn stv., hercoemende van een gecoft beest

* 1662, 3-11: Familie ten Cate uit Borne, p. 272 [HCO, Stadsgericht Almelo 2596]: Gerrit ten Caete spreekt vier verschillende wanbetalers aan ;

* 1662, 17-11: Familie ten Cate uit Borne, p. 272 [HCO, Stadsgericht Almelo 2596]: Gerrit ten Caete versocht verwin (op deze vier personen ;

* 1662, 1-12: Familie ten Cate uit Borne, p. 272 [HCO, Stadsgericht Almelo 2596]: Gert ten Caete versocht aneigeninge an Jan Jurryssen en Jan Smit Boerstaecke;

* 1666, 24-9: Familie ten Cate uit Borne, p. 272 [HCO, Stadsgericht Almelo 2597]: Gerrit ten Cate spreeckt an Garrit Douwels voor dartich gld. 123- stv. weghens verscheiden pachten. Versocht aneischinge tot betalinge of verwin. Contumax na aneyschinge;

* 1667, 25-1: Familie ten Cate uit Borne, p. 272 [HCO, Stadsgericht Almelo 2597] Garrit then Caete spreeckt an Lucas Courten volgents overgelechte reeckeninge ther summa van 25 gld. 17 stv. 4 penn. Versocht aney¬singe tot betalinge of verwin ;

* 1667, 28-1: Familie ten Cate uit Borne, p. 272 [HCO, Stadsgericht Almelo 2597] Garrit then Caete verwin geeibtineert an de panden van Fenne ther Hove ;

* 1667, 11-2: Familie ten Cate uit Borne, p. 272 [HCO, Stadsgericht Almelo 2597] Gerrit then Caete geVgent an de panden van Fenne ther Hoeve ;

* 1671, 20-2: Familie ten Cate uit Borne, p. 272 [HCO, Stadsgericht Almelo 2598]: Garret ten Caete verwin g'obtineert an de panden van Gert Jansen Buloh ;

* 1671, 29-5: Familie ten Cate uit Borne, p. 272 [HCO, Stadsgericht Almelo 2598]: Garredt ten Cate versocht verwin aen de panden van Keyser Geert. Garrit then Caete compariert heden in termino. Seght op d'anspraeck van Van der Horst, dat hy alsnoch geen schuit en bekent en hoe hy van syn Fenneke Lamberts iets hadde te pretendieren, enz. ;

* 1671, 26-6: Familie ten Cate uit Borne, p. 272 [HCO, Stadsgericht Almelo 2598]: Garrit then Caete wordt g'eygent an de panden van Keyser Geert ;

* 1671, 25-9: Familie ten Cate uit Borne, p. 272 [HCO, Stadsgericht Almelo 2598]: Garret then Caete spreeckt aen Hendr. Hoodtmaecker voor 3 gld. 9 stv. 12 penn ; Harmen Oldenborch ad 1 gld. 10 stv. Versocht an-eyschinge tot betalen. Contumax ;

* 1674, 7-9: Familie ten Cate uit Borne, p. 272 [HCO, Stadsgericht Almelo 2598]: Garrit then Caete segt met drie vervolglijcke arresten van 14 tot 14 dagen geprocedeert te hebben op die penningen, tobehorende Garrit Pouwels, procederende van sijn vercoft huys, staende onder Willem Claessens, welx then gevolge arrest anspraeck doet tot betaelinge van seven en twintich gld. 143- stv. wegens verschotene penningen ende gehaelde waeren. Verwacht daerom betalinge of bij faulte contumacie ende verwin op de penningen, cum expensis. Willem Claessen, angeëyst ende geciteert sijnde, contumax ;

* 1674, 21-9: Familie ten Cate uit Borne, p. 272 [HCO, Stadsgericht Almelo 2598]: Compareert Garrit then Caete, segt inghevolg voor 14 daghen sijn ghedane handelinghe, verwin te versoecken an die penningen onder Willem Claessen berustende ;

* 1674, 26-10: Familie ten Cate uit Borne, p. 272 [HCO, Stadsgericht Almelo 2598]: Gerrit then Caete speeckt an Hendrick Claessen ende Warner Lucas om betalinge van een halve tonne bijr, afgehaalt in nu laatstleden Bisschopstijdt ad segge drie gld. Versocht betalinge of verwin. Wordt geen schuld bekent, want die geciteerden seggen maer dienaers ende dragers gewest te sijn van 't bijr, waerom imp:tr: moet soecken die geene, die 't selve afgesproecken of op wiens crdijt 't bijr is gehaelt geworden. E contra, segt van niemants credijt anders te weten als van diegeen, die 't gehaelt hebben. Wordt van Warner gepersisteert bij sijn vorige. Gerrit ten Cathe versocht verwin. Tegens sulck een versocht verwin wordt geprotesteert. Gerrit ten Cate stelt 't an ende versoeckt om de betaelinge te becomen of dat die pant of last getoent worde van wien die betalinge sal geschieden.

* 1674, 9-11: Familie ten Cate uit Borne, p. 272 [HCO, Stadsgericht Almelo 2598]: Gerrit ten Cate versocht verwin an die panden van Warner Stevens en Hendrick Claessen, addirende, dat indien angewesen wordt wie die last gegeven heeft, om te betalen. Is dan vredig. Buijten sulx insisteert hij sijn verwin en regt.

* 1674, 23-11: Familie ten Cate uit Borne, p. 272 [HCO, Stadsgericht Almelo 2598]: Garrit then Caete spreeckt an Geert Geertsen Keyser tot betalinge van twee en twintich gld. 53- stv. wegens waer en gelt. Versocht aneysinge tot betalinge, by fault verwin. Contumax postea veertien dagen ; Gerrit then Caete versocht aneijgeninge an die panden van Hendrick Claes en Warner Stevens.

* 1676, 26-1: Familie ten Cate uit Borne, p. 272 [HCO, Stadsgericht Almelo 2598]: Garrit then Caete spreeckt an die weduwe van Evert Schomaacker om betalinge van dartich gld. 2 stv. 4 penn. bereeckende schuit ende vorders van waer. Versocht te betalen of verwin met aeneysinge ;

* 1676, 11-9: Familie ten Cate uit Borne, p. 272 [HCO, Stadsgericht Almelo 2598]: Hendrickjen Berents spreeckt an Gerrit ten Caete om betaelinge the hebben een somma van 4 1/2 daler verdient loon. Versocht betalinge of verwin. Gerrit ten Caete versocht 14 dagen.

* 1676, 25-9: Familie ten Cate uit Borne, p. 272 [HCO, Stadsgericht Almelo 2599]: Compareert Gerrit ten Cate en geeft tot antwoort op d'anspracke van sijn oude meit Hendrickjen, voor 14 dagen gedaen, an Hendrickjen voorsz niet eenen stuijver schuldich toe wesen. Redenen: omdat sij geeen vierdelen jaers bij hem heeft gewoont en is sonder redens drie mael stilswijgend wech gegaen; de tweede mael hebbe ick haer tot drie mael bodt gesonden dat sij spoude wederkomen. Ick wilde haer die cost geven, maer sulx heeft sij niet gewilt, maer sij is so een maent bij haer moer gaan sitten spinnen en niet eens in die tijdt van die meester laten verbinden. Is in die vijfde weeck wedergecomen ende één naght gebleven; is hem smorgens sonder reden weder gaen lopen, mijn vrouw sieck liggende en vijf kinderen an die pocken. Soo heeft sij ons trouloos verlaten en niet als met een maent of twee uijtgelopen en heeft niet één huijs uijtgedient. Versoecke alle schaden en costen na landtrechte. Hendrickje 14 dagen.

* 1676, 9-10: Familie ten Cate uit Borne, p. 272 [HCO, Stadsgericht Almelo 2599]: Hendrickjen, gewesen maeght van Gerrit ten Cate exhibeert replicq tegens Gerrit ten Cate, versocht als daerinne. Gerrit ten Cate versocht 14 dagen ende copiam.

* 1677, 1-10: Familie ten Cate uit Borne, p. 273 [HCO, Stadsgericht Almelo 2599]: Gerrit ten Cate spreeckt an Henr. Roelofs voor 9 gld. 11 stv. Item Geert Henrix Buloh volgens vertoonde reeckeninge voor 41 gld. 6 stv. Versoeckt verwin cum expensis ;

* 1677, 29-10: Familie ten Cate uit Borne, p. 272 [HCO, Stadsgericht Almelo 2599]: Compareerde Gerrit Buloh en seght op die anspracke die Gerrit ten Cate voor 4 weecken tegens hem heeft gedaen, dat indien d'anlegger met waerheit sulx wil bevestighen, alsdan soodanighe penn: als bij anspracke gespecificeert, wil betalen. Gerrit ten Cate versocht per filium copiam en den tijdt van 14 daegen.

* 1677, 12-11: Familie ten Cate uit Borne, p. 272 [HCO, Stadsgericht Almelo 2599]: Nadat Gerrit ten Cate sijn voor desen gedaene anspracke ende overgegeven reeckeninge contra Geert Buloh met sijn mannenwaerheit te becrachtigen henteerde, heeft op heden tegens den selven g'obtineert ende sulx nae gedaene verclaringe.

* 1678, 27-8: HCO, familiearchief Schimmelpenninck, Bieskensbijbel: bevat enkele pagina's familieaantekeningen.: 1678, den 27 Augusti is gestorffen mijn broeder Gerrijt ten Cate. De Heere verleene hem een blij opstunden.

kind 3: Lambert ten Cate

* 1697, 25-5: Stadsarchief Amsterdam, NA nots Jacob de Winter [2347, fol 309]: Compareerde voor mij, Jacob de Winter, binnen Amstelredamme residerende openbaer Notaris d'eersame Lambert ten Cate, koopman van Almelo, althans sijnde binnen deser stadt, als 't recht ende actie hebbende van de kinderen en erfgenamen van wijlen Jan ten Cate, in sijn leven mede koopman tot Almelo [Lambert ten Cate's oom], ende geliede in die qualite verkocht, getransporteert en in vollen eijgendom overgedragen te hebben mits desen aan en ten behoeve van Sr Barent Holthuijsen, koopman binnen deser stede (present en accepterende) sodanigh een schult van eenhondert en acht guldens als hem Comparant in qualite voorsz deuchdelijcken is Competerende van Lebina Koops, wed.u van Warnaer Jansz van Almelo, volgens Acte, geteeckent in Amsterdam in dato den 21e April 1692 sijnde aen de grosse van desen met mijn notariael signet geannexeert, ende hij Comparant geliede hier van al voldaan en wel betaelt te sijn, den laesten penningh metten eerstens, doende oversulcx daer van ten behoeve vande gemelte Barent Holthuijsen volkomen afstant, sonder daer op jets waer te reserveren, stellende de gemelte Holthuijsen in sijn Comparants plaetse en int volle echt van deselve schuld. omme van nu voortaen daer mede te mogen doen sijn vrije wille en geliefte, met belofte van desen Transporte tegens eenen jegelijcken te vrijen en vrij te waren als behoort, ondert verbant als na rechte (310) sonder arghlist, in Amstelredamme, desen vierentwintigsten Maij Ao XVI sevenentnegentigh, ter presentie van Jan Seligman en Hendrick Leuftinck als getuijgen hier overgestaan (w.g.: Lamb. ten Cate, Barent Holthuijsen)

kind 5:

* 1691, 15-8: vpnd: DTB Zwolle trouwen: 1691 Den 15 Aug. Thomas Tielemans j.m. alhier en Elizabeth Gerrits te kate j.d. tot Almelo Att. op Almelo den 7en 7tb. 1691: gegeven.

* 1696, 29-2: vpnd: DTB Zwolle trouwen: Beeren Bavenck j.m. Liesebet Ten Kaete wed: van Toomas Tilmal Sijn oom en van haer de Wed. Tilman. Sij moet erffuijtinge doen


kind 6: Gesina ten Cate

filiatie niet aangetoond

* 1695, 18-11: Geesken is op attestatie van Almelo op 18 sept. 1695 ingeschreven als lid van de doopsgezinde gem. te A'dam. (Bron: GA A'dam, arch. PA 565 b1, c1, blz. 135, lidmatenboeken en statistiek van de Vereenigde Vlaamsche en Waterlandse Gemeente (Het Lam en de Toren).

* 1703, 29-11: Stadsarchief Amsterdam, NA nots David Walschaart [akte 63185]: huwelijkse voorwaarden van Isaac Reessen, medicine doctor, en Gesina ten Cate, waarin o.m. vermeld is dat er geen gemeenschap van goederen zal zijn, en bij zijn vooroverlijden Gesina een uitkering aan zijn moeder moet geven.

* 1703, 30-11: Stadsarchief Amsterdam, DTB Ondertr. [704‑29]: Isaac Reesz van Embrik, (doorgehaald: coopman), medecijne docter, 38 Jaren op de NZ Voorburgwal, geassist met zijn moeder Agata van Burgerhout en Gesina ten Cate, van Almelo, 28 jaar op Cingel, ouders doodt, geassist met Christoffel Reesz.

* 1706, 1-7: Stadsarchief Amsterdam, NA nots David Walschaart [akte 63822]: testament van Isaac Reessen en Gesina ten Cate, waarin ze elkaar over en weer tot universeel erfgenaam benoemen, en wordt bepaald dat Isaacs moeder bij zijn vooroverlijden van Gesina haar legitieme portie krijgt uitgekeerd.

* 1720, 2-3: Stadsarchief Amsterdam DTB begraven Oude Kerk [1048-71]: Isaack Reesen op de Zingel, fl 8,-. [Isaac Reesen is niet vermeld in het begraafregister van de Weeskamer. Ze zijn geen eigenaren van een huis op het Singel.]

* 1721, 11-3: Stadsarchief Amsterdam, NA nots Pieter Schabaelje [6131 nr. 129]: acte van scheiding van de nalatenschap van Agata van Burgerhout. In een eerdere acte (6131 nr. 29, dd. 8-2-1721) was Jacob Reesen opgetreden, die volgens het testament van Agata van Burgerhout (dd. 10-1-1718 voor Nots. Pieter Schabaelje) samen met zijn broer Isaac aangesteld is tot voogd over de minderjarige kinderen van wijlen Christoffel Reessen. Er is in dat stuk ook nog sprake van een acte dd 8-10-1720 voor Pieter Schabaelje, maar in elk geval heeft Gesina ten Kate tot nog toe de administratie over de boedel gevoerd, en krijgen de kinderen van Christoffel 4000 gulden. In de scheidingsacte zelf staat dat Agata van B. de weduwe was van Gerard Reessen, en dat zij twee erfgenamen hebben: Jacob Reessen en Gesina ten Kate, de weduwe Isaac Reessen. De boedel is tot nog toe onder hen verdeeld, evenals huisraad, goud en zilver. De erfenis bestaat verder uit een obligatie van 13.000 ten laste van Isaac Reessen dd. 1-11-1716, plus rente ad ¦ 358:8:-; en een obligatie van ¦ 9000, ten laste van Jacob Reessen dd. 1-5-1711, met rente van ¦ 180,-. Te samen dus ¦ 22.538:8:-. Er rusten ook nog lasten, namelijk een legaat aan de dienstmaagt Jannetje van ¦ 662:2:-, een legaat aan de kinderen van Christoffel Reessen (genaamd Samuel en Gerrit Reessen) van ¦ 4200,- en de kosten van het graf gemaakt aan Isaac Reessen, uit de boedel gekocht, voor ¦ 300,-. Verder begrafeniskosten 385:9:8 en huishuur ¦ 236:3:-, totaal aan lasten ¦ 5783:19:8, zodat te verdelen valt ¦ 16.754:13:8. Ze verdelen het zo dat Jacob Reessen zijn obligatie terug krijgt, en dan ¦ 802:13:4 bijdraagt aan de lasten van de boedel, en Gesina krijgt haar obligatie terug, en draagt ¦ 4981:1:4 bij aan de lasten. Tenslotte zijn er nog twee posten waarop geen inkomsten meer verwacht worden, namelijk een obligatie dd. 1-7-1688 ten laste van Baron de Wilyk, grave van Lottum, groot 1200 rijxdaalders Cleefs geld, en nog iets. De acte is ondertekend door Jacob Reessen en Gesina ten Cate, Wed. en boedelhouster van Isaac Reessen.

* 1741, 8-4: Stadsarchief Amsterdam DTB begraven Oude Kerk [1049-52]: Gesina ten Cate, weduw Isaac Reessen, van de Princegragt over de Noorderkerck, N.Z. No 105, fl 8:-.


openstaande vragen / discussie