De Eeuwigdurende kalender

DE EEUWIGDURENDE KALENDER van Jean Meeus

Door André

Beschrijving:

De eeuwigdurende kalender bestaat uit drie schijven die concentrisch over elkaar draaien.

De drie schijven werden verdeeld in 28 gelijke overeenkomstige cirkelsectoren.

De buitenste schijf bestaat uit twee ringen die beide door de cirkelsectoren worden ingedeeld in 28 tegenover elkaar liggende vakjes. In de vakjes van de buitenste ring staan de dagen van de week (4 X 7 = 28) vier keer herhaald in volgorde. In de tegenoverliggende vakjes van de binnenste ring staan de laatste twee cijfers (eenheden en tientallen) van de jaartallen. Dus van 0 tot 99 maar niet in volgorde doch elk in zijn specifiek vakje.

Op de middelste schijf staan in de 28 vakjes de eerste twee cijfers van de jaartallen (honderdtallen en duizentallen) en in één vakje staat een sterretje.

De binnenste schijf is verdeeld in twee helften gescheiden door twee zwartgemaakte cirkelsectoren. In de eerste helft staan de maanden in de tweede helft staan de dagen van de maand.

Gebruik:

Men vormt het jaartal door de middelste (hondertallen en duizendtallen) en de buitenste schijf (eenheden en tientallen) zo te draaien dat het jaartal wordt gevormd (bv. 1998).

Men draait de binnenste schijf zo dat de maand t.o.v. het vakje van de middelste schijf met het sterretje komt te liggen (bv. september). In geval van een schrikkeljaar bezige men voor de maanden januari en februari deze maanden die tussen haakjes staan aangeduid.

De cirkelsector van de dag van de maand duidt dan op de buitenste ring van de buitenste schijf de dag van de week aan (bv. 7 september 1998 was en maandag).

Voor de jaren 1500 gebruikt men 15a voor de jaren die voor het begin van de gregoriaanse kalender vallen en 15b voor de jaren die er daarna komen.