Wie was Willem Back?
Wilt u dit weten klik dan hier
Start procedure oprichting Willem Backflat.
Met dank aan de heer Roel Bolman welke deze gegevens uit het West-Fries Archief heeft
opgedoken.
Door op de linken te klikken, kunt u de betreffende document inzien.
Links Dhr. Willem Back 1952
Op 16-4-2014 hadden wij een bijeenkomst inzake sluiting Liornehuis.
Dhr. Rinus Nijenhuis, zorgmanager Liornehuis kwam ons vertellen wat er
met het gebouw gaat gebeuren en wat de Omring voor ons nog kan betekenen.
Het Liornehuis gaat dicht per 1-7-2014. Verder is er nog niets bekend.
Wij kunnen in elk geval daar niet terecht voor bijeenkomsten enz.
Ook voor het eten moeten we uitwijken naar Lindendael of Avondlicht.
Eventueel is er gebruik te maken van Tafeltje Dekje.
Na de duidelijke toelichting van Dhr. Rinus Nijenhuis vertelde onze
medebewoonster Mevrouw Stins ons een verhaal over het ontstaan tot het sluiten
van het Liornehuis op zeer boeiende wijze.
(Naderhand is gebleken dat Scholtens het gebouw heeft gekocht en toestemming heeft
gekregen om er appartementen van te maken. "KAAP HOORN"
Onderstaand verhaal werd door
Mevrouw Stins voorgedragen. Zij was bewoonster vanaf het begin. Na een korte periode elders te wonen ivm ouderdom is zij aldaar overleden.
In de krant van 11 april 2014 las ik het volgende bericht: “Sluiting van het verzorgingshuis treft de hele wijk.” Naar aanleiding van dit bericht heb ik het een en ander opgeschreven en tijdens de bijeenkomst van onze flat op 16 april 2014 in het Liornehuis voorgelezen.
In januari 1970 kwam ik in de Willem Backflat wonen. Het was winter, zodat ik in het donker van en naar mijn werk ging en had nauwelijks een idee van medebewoners. Wel woonden er gezinnen met kinderen en verpleegsters. De straat zelf was het Westfriese Hof, maar dat moest men maar niet aan de leveranciers melden. Tegenover de Backflat was het Streekziekenhuis en ook een zusterhuis en opzij daarvan tot aan de Holenweg en de Provincialeweg, omringd door sloten, een tuin met ouderwetse fruitbomen. In het voorjaar stonden deze prachtig in bloei en gaven natuurlijk ook fruit. Rondom de flat en het Liornehuis, was het een kale vlakte. De Liornestraat was nog niet geasfalteerd. Toen ik daar kwam wonen, was het Liornehuis gedeeltelijk bewoond. Aan de bovenste etages werd nog gebouwd maar toch werd in juni van het jaar het tehuis opgeleverd. Er waren 7 etages en de woningen bestonden uit een woon/slaapkamer, een piepklein keukentje met een elektrisch plaatje en een douchecel/w.c. De hoekhuizen + de gehele 7e etage waren bestemd voor echtparen, dus groter. In de openingsweek werden veel bloemstukken bezorgd, het was die week heel warm, en in die tijd was van zonwering nog geen sprake. Dus die bloemen hielden het niet lang. Het gebrek aan zonwering speelde de bewoners wel parten. ‘sMorgens scheen de zon onbarmhartig aan de voorkant en ’s middags aan de straatkant. Ieder had zijn eigen voordeur en je voordeur openzetten, dat deed je niet. Het aantal bewoners was ongeveer 200. ’sMorgens was er gezamenlijk koffiedrinken. In het tehuis werd de middagmaaltijd gekookt en werd in metalen bakjes opgediend. Men ging er van uit dat je zelf de afwas deed. Als er bewerkelijke groente was, bijv. spruitjes, werden de dames gevraagd hier bij te helpen en gewapend met een schilmesje had men weer
een gezellige middag. Zover ik kan nagaan was men heel tevreden en heerste er over het algemeen een goede sfeer. Wel werd er op gehamerd zuinig met licht te zijn en geen vogels te voeren. Iedere week was er op donderdagavond ontspanning, veelal toneelopvoering. De voorstelling begon om half 8; voor een goede plaats ging men al vóór 7 uur naar beneden en zat met tot tegen half acht in het donker. Om aan het Liornehuis en de Backflat enig cachet te geven waren er inmiddels struikjes en verschillende bomen geplant en er kwam een pergola; wel op een winderige hoek. Ook was de vijver er met een fontein, die ’s avonds verlicht werd. Het eerste jaar met verschillende kleuren, rood, geel, blauw, langzaam in elkaar overvloeiend. De bewoners van het Liornehuis waren, zoals we het nu bekijken nog vrij goed. Rollators bestonden nog niet en ik zie ook geen mensen met een stok in m’n gedachte. Ik denk +/- 65 a 70 jaar. Wel hoorde ik geruchten over de financiën. De AOW + soms een klein pensioentje ging naar het tehuis en zij kregen zakgeld. Ik meen in het begin 60 gulden per maand per persoon. Mede hierdoor waren de financiële zorgen weg. Veel bewoners deden ’s morgens en ’s middags een ommetje langs een prachtig breed aangelegd voetpad of een rondje Holenweg. Eén bewoonster is na hevige sneeuwval op de Holenweg van het pad geraakt en in de sloot verdronken. Haar man was altijd aan het vissen en de vissen kwamen na de vangst in de vijver. Toen kwam de 1e keer dat het huis dicht zou gaan. Waardoor? Dat weet ik niet meer, maar dat is niet doorgegaan. In 1984 heb ik de administratie + de uitlening van de bibliotheek overgenomen. De eigen vrijwilligers konden dit niet meer doen. Alle boeken waren in een catalogus opgenomen. Per jaar mocht je voor +/- 30 gulden nieuwe boeken aanschaffen. Toen kwam de 2e keer dat de bewoners overgeplaatst werden. Successievelijk vielen meer lezers af. Er is een boekje “Over en sluiten maar’’ waar toenmalige bewoners hun verhaal schreven. Later zie ik mijn zorgvuldig bewaakte boeken als oud vuil in de hal liggen. En nu het huis naar alle waarschijnlijkheid voor de 3e keer dicht zal gaan en ik er tegenwoordig wel ga middageten heb je thans meer contact met de verzorgers dan met de bewoners en heb ik veel bewondering voor het gehele personeel. Alleen daarom al zal ik ze bij vertrek missen in onze wijk.
Mevrouw Stins
Een triest overlijdensgeval in ons gebouw.
Voor het bericht inzien klikt u hier.