lesje beleggen

Van kleingeld tot trackers:

een lesje beleggen voor beginners

Geen nieuws: geld op een spaarrekening zetten levert niets op. Dus dan maar beleggen? Dat is gemakkelijker gezegd dan gedaan. Waar moet je als leek beginnen?

Misha Melita 27 september 2018, 09:05

©Gijs Kast

Voor sommigen is het een hobby, anderen duizelt het al als begrippen als rendement, index en fonds ter sprake ­komen en moeten niets hebben van beleggen. Aan beleggen kleeft nog altijd een imago van speculerende mannen in pakken die een onbegrijpelijk jargon gebruiken.


Gelukkig zijn er ­tegenwoordig genoeg manieren waarop je als ­­gewone sterveling ook je geld kunt investeren in aandelen zonder dat je constant de AEX en MSCI hoeft te volgen. De wat? Precies.


Wie het idee heeft opgevat te gaan beleggen, vindt online talloze aanbieders van cursussen, advies en tussenpersonen die je tegen vergoeding graag op weg helpen. Want de aandelenmarkt is een complexe wereld en je kunt niet ­zomaar een obligatie of aandeel kopen om het eens uit te proberen.


Bij de bank moet je in elk geval een beleggingsrekening openen om te kunnen handelen en tussenpersonen, brokers, kopen de aandelen op de markt namens jou. Dat gaat niet meer zoals je het ooit in films zag: via zich elkaar verdringende mannen in pak voor grote schermen met verspringende cijfers. Alles gebeurt online en de keuze is enorm.


Sportschoolabonnement

"Wij zeggen altijd: het is net als met autorijden en zwemmen, je moet eerst lessen volgen voordat je het kunt. Zo is het met beleggen ook," zegt Sam van Manen van het Beleggingsinstituut dat trainingen en workshops organiseert voor beginnende beleggers. Zomaar beginnen is volgens Van Manen niet slim. "Je kunt natuurlijk een paar lucky shots hebben, maar dat hou je niet lang vol."


Het begrijpen van de aandelenmarkt en een goede portefeuille - je verzameling van aandelen - opbouwen is lastig. "Ik denk dat meer dan 90 procent van de Nederlandse ­beleggers, die zelf beleggen, een slecht verdeelde portefeuille hebben," zegt Tom Arends, oprichter van beleggingsapp Peaks.

Het is net als met autorijden of zwemmen, je moet eerst lessen volgen voordat je het kunt

Arends vergelijkt beginnen met beleggen met het ­nemen van een sportschoolabonnement. "Je begint vaak heel ­enthousiast, je koopt een hip sportpakje en je gaat drie keer per week naar de sportschool. Maar al snel wil je toch je vrienden vaker zien, of misschien heb je kinderen die aandacht opeisen en dan vergeet je dat abonnement."


Ook veel beleggers beginnen enthousiast, kijken elke dag hoe de cijfers ervoor staan, kopen nieuwe aandelen, verkopen, maar verliezen al gauw hun aandacht en lopen zo meer risico dan nodig, zegt Arends.


Voor beginners kan het daarom slim zijn om niet zelf te beleggen, maar dat door iemand anders te laten doen. Ook dan is er genoeg keuze. De meeste banken bieden verschillende beleggingsfondsen aan, waar je voor een bedrag per maand je geld kunt laten beleggen.


Arends: "Ik werkte bij een grote bank, en daar kon je kiezen uit 25.000 verschillende obligaties, aandelen en fondsen, dat is natuurlijk best ingewikkeld."


Om de keuze iets eenvoudiger te maken, hebben de meeste banken groepjes gemaakt van die aandelen en obligaties die je kunt aankopen via een fonds, waarbij de fondsen zijn gerangschikt op risico en rendement. Instapbedragen zijn vaak laag, zo kun je vaak al met een bedrag van 100 euro per maand het beleggen uitproberen.


Vast bedrag per maand

Behalve bij gewone beleggingsfondsen kun je ook beleggen in zogeheten trackers, legt Errol Keyner, adjunct­directeur van beleggersvereniging VEB uit. "Een tracker volgt een index, een verzameling aandelen van een ­bepaalde markt. Je kunt een tracker kopen van de AEX, maar dat is een kleine markt. Slimmer is het om een tracker te kopen van een bredere wereldmarkt, zoals de MSCI."

Beginnende beleggers raadt Keyner aan een vast ­bedrag per maand te investeren in een tracker. "Als het iets minder gaat met de markt, en jij hebt een vast bedrag van 200 euro per maand ingesteld, dan koopt de tracker voor jou dus meer aandelen. Bij een gestegen markt is de prijs per aandeel hoger en kun je dus weer minder kopen."


Trackers koop je via een broker, die daarvoor transactiekosten rekent. Bovendien betaal je vermogensbeheerkosten, net als bij een beleggingsfonds. Keyner: "Die zijn meestal lager. Bij een beleggingsfonds rekenen ze vaak 1 procent, maar bij trackers 0,5 procent of zelfs minder, en dat scheelt enorm op het uiteindelijke rendement."


Wie toch de kriebels krijgt van brokers en fondsen kan bij de bank te rade gaan en advies vragen over beleggen en sparen, waarbij het risico laag is en de bank een deel van het geld belegt.


Wisselgeld

Er zijn ook nieuwe initiatieven, zoals Peaks. Daarbij zet je eenvoudig in een app geld opzij, waarmee Peaks vervolgens de markt op gaat. De app werkt vergelijkbaar met het aankopen van een fonds: je kiest hoeveel risico je wilt ­lopen, bij Peaks is dat onderverdeeld in 'mild', 'pittig', 'scherp' en 'heet'.

Peaks biedt ook de mogelijkheid om met wisselgeld te beleggen: de app rondt het bedrag van je aankopen af en het wisselgeld wordt belegd. "Als je alleen je wisselgeld zou beleggen, komt dat voor de meeste mensen neer op

30 tot 50 euro per maand," zegt Arends.


Je kunt ook eenmalig inleggen of een vast maandbedrag instellen. Net als bij een bank of een broker betaal je voor de app: een euro per maand tot 2500 euro, daarboven geldt een tarief van 0,5% per jaar. Een laagdrempelige manier van beleggen, maar relatief duur, zegt Keyner. "Het gemak komt met een prijs."


Risico

De bank voor je laten beleggen of een innovatieve service als Peaks kunnen interessante oplossingen zijn voor mensen met een spaarrekening waarvan ze de rente de afgelopen jaren alleen maar hebben zien dalen. Bij de meeste spaar­rekeningen krijg je nog niet eens 0,5 procent, terwijl Peaks bij het pakket met het minste risico een rendement verwacht van 2,6 procent per jaar.


Als je 50 euro per maand opzijlegt en het rendement is 2,5 procent, heb je over tien jaar iets meer dan 6500 euro, tegenover 6000 euro als je elke maand 50 euro in een spaarpot had gestopt. Het zijn juist die kleine beetjes die uiteindelijk optellen.


Natuurlijk is er ook bij deze manier van beleggen een risico. Mochten de banken omvallen en er weer een crisis uitbreken, dan kan het zijn dat je een deel van je geïnvesteerde geld niet meer terugziet. Beleg daarom alleen met geld dat je kunt missen en niet met het geld dat je opzij hebt ­gezet voor het geval de wasmachine kapotgaat.


Ook is het aan te raden meteen voor een langere periode in te leggen, dan haal je er het meeste uit, en kan je rendement ook weer rendement opleveren. In beleggingstermen: kies een brede beleggingshorizon. "Ik zou zeggen: een horizon van tien tot twintig jaar," zegt Keyner. Arends: "Het is een kwestie van lang volhouden."