Op dit schema kan je zien welke draad met welke led verbonden is. Zo zal je dus voor elk cijfers de juiste LEDs aan of uit moeten zetten. Voor het cijfer 5 moet bijvoorbeeld LED b en LED e uit, en al de andere LEDs mogen branden. DP staat voor dot-point, het punt onderaan rechts op het display kan ook branden.
De code: Eigenlijk kan je dit display gewoon als een reeks LEDs bekijken. Zover niets nieuws. Om efficiënt te werken kan je best gebruik maken van functies. Hieronder zie je de functie voor het cijfer negen. Je maakt dan functies voor alle getallen.
Dit display uit onze Arduino-box kan je zien als een verzameling gewone leds. Er bestaat ook een model met een gedeelde anode, maar ons model (5161AS) heeft een gedeelde kathode.
Boven en onder vind je telkens 5 pins aan de achterzijde. De middelste daarvan is de gemeenschappelijke kathode (cc= common cathode) voor die rij. Die zal je telkens moeten verbinden met GND.
Er zijn twee mogelijkheden om je display te schakelen. Normaal heeft elke led een weerstand van minstens 220 Ohm nodig.
Let goed op bij het schakelen en het testen van je display, want wanneer je een led met 5V verbindt zonder weerstand, dan brandt je led meteen door, waardoor je display onbruikbaar wordt!
Een tweede manier om de schakeling te maken is dat je de twee gemeenschappelijke kathodes aanluit op een gedeelde weerstand van 1000Ω voor je ze met de Ground verbindt. Hieronder zie je een voorbeeld daarvan in Tinkercad. Bij een schakeling op een Breadboard zal je merken dat de helderheid van de LEDs verandert naarmate er meer of minden LEDs branden. Bij de 8 zijn dat bijvoorbeeld zeven LEDs en bij de 1 maar twee.
Op de afbeelding hieronder zie je dat je in Tinkercad wel nog moet ingeven of je module een gedeelde anode of kathode heeft.