Geschreven ergens in 1992 of 1993 voor mijn toenmalige webpagina's, nog vóór er blogs of watdanook bestonden ... integraal overgenomen zoals ik het bijna 30 jaar geleden heb geschreven.
Tot vervelens toe heb ik al een heleboel verhalen over het leger aan vrienden en zo verteld. Maar ik vind het nog altijd leuk om er blijven te over vertellen, vooral omdat ik leger eigenlijk geweldig leuk vond.
Effe wat achtergrond: aanvankelijk was ik van plan, om net zoals bijna alle andere computerwetenschappers, ergens een postje vast te krijgen op de technische diensten van de landmacht. Ik had er echter nooit veel moeite voor gedaan om via via iets geregeld te krijgen. Op het CRS (Centrum Recrutering en Selectie) wist men mij dan te vertellen dat voor dat jaar hun quota bereikt was, en dat ze wel iets konden regelen voor een paar maand nadien. Dat vond ik dan weer te lang. De selectie-officier zei toen (dat was al de selectie voor Kandidaat Reserve Officiers): "goed, wat wil je dan wel, een of andere administratieve functie?". In een flits ging er door mij heen dat ik 13 maand op een of andere stomme muffe dienst zou belanden. Dus zei ik: "Nee, ik wil naar een gevechtseenheid. Stormfusiliers" (voor paracommando was ik wat te weinig sportief ...). Zo komt het dus dat ik in oktober 1990 voor 5 maand vertrokken ben naar de Infanterieschool in Arlon (in de volksmond: opleiding KRO stormfusilier), en daarna peletonscommandant pantserinfanterie bij het 1ste Regiment Grenadiers in Soest (Duitsland) geworden ben voor 8 maand. Een keuze die ik mij achteraf nooit beklaagd heb...
Op stap met 1 Sgt. Vermeersch
Tegen het einde van de opleiding in Arlon, toen we al wat meer gemeodelijker met het opleidingskader mochten en konden omspringen, was er een avondje uit gepland in Arlon (in Arlon was het een grote gunst als we 's avonds de kazerne eens uitmochten). Chef Vermeersch (bijgenaamd Joe Kaki) had het plan opgevat om ons te vergezellen. Nu, over Joe Kaki deden de wildste verhalen de ronde. Een van de verhalen was dat hij uit de GVP (~special forces van het Belgisch Leger) zou gezet zijn wegens het liften bij een dropping. Dat verhaal is nooit bevestigd. Wat wel waar is, is dat Joe een 'fighter' was. Hij was gewoon geobsedeerd door het leger. Soms liep hij door gangen in desert camoeflage, of ging hij actief in de achtervolging bij droppings e.d. Anyway, na een paar uren bier te hebben verzet, ging hij ons eens een echt café tonen. Helaas, het bewuste café was gesloten. Echter, daarnaast was een bouwwerf, en blijkbaar was er een opening gemaakt in de keldermuur van het café. Wij dus naar binnen (onder aanvoerder Joe), naar het cafe boven, een heleboel flesjes in een paar vuilniszakken gestoken, en terug naar buiten. Ondertussen was het al wel bijna middernacht (we moesten om middernacht binnen zijn, maar Joe verzekerde ons dat hij het wel zou regelen met de Officier van Wacht, en zei ons dat we nog maar wat door moesten gaan (and that's an order!)). Later hebben we nog een broodautomaat gekraakt (legerbottin ertegen) vooraleer we terug naar de kazerne afzakten (3 uur of zo). Wij dan terug naar onze kamers onder de bewoordingen van Joe: "En als morgen uw karweien niet in orde zijn, kunt ge dit weekend hierblijven... ;-)".
Zware dropping ...
In Arlon hadden we dus wel elke week een dropping. Ik kende wel droppings van bij de jeugdbeweging, maar als het leger over een dropping spreekt, dan bedoelen we wel iets helemaal anders! Een dropping gebeurde meestal 's nachts, al dan niet in volle gevechtsuitrusting, je moest een aantal controlepunten aandoen, en zo snel mogelijk ("Bij deze oefening is het niet verboden van te lopen!") op je eindpunt geraken. Daarbij kwamen dan nog allerhande bepalingen dat je niet langs hoofdwegen of spoorwegen mocht lopen, en dat werd ook actief gecontroleerd door het opleidingskader dat met jeeps patrouilleerde. Werd je 'gepakt', dan werd je enkele kilometers teruggevoerd. Kortom, zo'n dropping was een zenuwslopende oefening van begin tot einde.
Goed, op een bepaald moment kregen we maandagnamiddag een pre-order dat onze gevechtsuitrusting volledig moest klaargemaakt worden, en dat er inspectie zou volgen. Nu, dat was zeer vreemd, want normaal worden zulke dingen enkel gedaan voor 'grote' oefeningen, en er stond helemaal niets op het programma voor deze week. Ongeveer om 16 uur volgt dan een eerste briefing: er komt een redelijk grote dropping. Aaaarrgg! Algehele paniek. We worden verdeeld in verschillende secties, die elk op verschillende punten gedropt worden, en uiteindelijk naar een eindpunt moeten geraken.
Enfin, een paar uur later zitten ik met de sectie waar ik deel van uitmaak klaar achteraan in een legertruck. We weten dat de truck niet zal stoppen, maar enkel zal claxoneren als we eruit moeten.... plots de claxon.... GO GO GO, de sectieleider springt eruit (uit een rijdende truck dus, superspannend, dit simuleerde een helikopterdropping ;-)), iedereen volgt. Ik ben nog maar pas uit de truck gesprongen, of we moeten al beginnen lopen naar het dichtsbijzijnde bos om in dekking te gaan. Immers, we weten dat enkele minuten nadien de eerste jeeps aankomen om de omgeving uit te kammen, en wie gepakt wordt.... ! Anyway, direct stelling ingenomen in het bos, zodat de sectieleider de envelop kan opscheuren en de opdracht ontcijferen. Enkele minuten later weten we het eerste controlepunt zich bevindt, en we zijn op weg. Het laatse controlepunt bevindt zich ergens een bos, en we moeten dat halen voor 2 uur Bravo Time. Om kwart voor twee komen daar aan, als eerste patrouille. We zien de truck staan die ons terug naar de kazerne zal voeren, we verkeren al in een licht euforische stemming ... tot de luitenant ter plaatse zegt dat we drie kwartier te laat zijn. ???? We zijn een kwartier te vroeg ... shit .... wacht eens, we zitten natuurlijk in Alfa Time, en Bravo Time loopt een uur voor op Alfa Time!!! Damn, damn, damn. "Zeer jammer, en vermits dit een oefening is onder 'echte' omstandigheden, is de truck dus eigenlijk al weg. Tot morgen, om 6 uur in de kazerne!" De truck rijdt weg, wij blijven achter, vloekend. De kazerne is ongeveer 25 kilometer verder, en we hebben maar 4 uur om dat te doen. Bovendien is iedereen vermoeid...
Sfeerfoto van dropping in Arlon (ik links op de foto)
Sfeerfoto van dropping in Arlon (ik midden). Let op de geïmproviseerde wintercamouflage.
Ondertussen zijn de twee andere patrouilles ook aangekomen (ook vloekend en tierend natuurlijk). Ok, effe krijgsraad houden. Vermits we in volle gevechtsuitrusting zijn (en dus tenten en zo bij hebben), wordt het plan geopperd om hier ter plaatse bivak op te slaan, en morgen overdag naar de kazerne terug te keren. Maar er zijn er een paar die dat niet zien zitten, schrik hebben dat we dan nog zwaarder gestraft worden, en die kost wat kost willen vertrekken, zelfs alleen. Goed, we vertrekken dus, richting een grote baan. Plots een ijselijke schreeuw. Een van de minder geoefende KRO-makkers was ten val gekomen en had blijkbaar zijn been gebroken. Midden in een bos! We hijsen hem in een grondzeil, en droegen hem zo verder. Ondertussen hadden we een grote baan bereikt, en we hadden het lumineuze idee om een auto te laten stoppen, die ons dan naar een telefooncel zou brengen. De eerste auto reed ons gewoon voorbij. Tja, hoe zoudt ge zelf zijn als ge om halfdrie 's nachts, een paar volledig bewapende, onder de modder en camaouflage zittende soldaten op de baan teken ziet doen om te stoppen. Maar bij de volgende auto was het prijs (misschien hielp het ook wel dat we met een MAG-mitrailleur over de baan waren gaan staan om het verkeer tegen te houden). Ok, een van ons mee naar de eerstbijzijnde telefooncel, om de kazerne op te bellen en te vragen een van de chauffeurs van wacht te sturen. Ondertussen hadden we met de anderen al een houten cafetaria, die deel uitmaakte van een speeltuin, gekraakt om daarin te gaan slapen.
Na ongeveer 3 kwartier komt de kamion toe, het gebroken been erop, en ineens een licht: he, waarom gaan we eigenlijk allemaal niet met de kamion naar de kazerne? Ok, wij dus allemaal de kamion op. De chauffeur aarzelde eerst, maar vermits wij op dat ogenblik al onze sergeantsstrepen hadden, gaf hij gauw toe. Allemaal de kamion op dus, en we zien onszelf al in een warm bed liggen. Maar dat was buiten 1Sgt Vermeersch gerekend. Die had er blijkbaar lucht van gekregen dat we chauffeur van wacht hadden opgebeld. Ongeveer 5 km voor de kazerne moet de truck stoppen voor een wegblokkade van een paar jeeps. Allemaal eruit, uitgekafferd, met als resultaat dat we te voet verder mochten (dat veel nog mee want we dachten dat we 20 km terug gingen gevoerd worden). Die laatste kilometers waren een echte hel, en uiteindelijk kwamen we met onze patrouille om halfzeven 's morgens in de kazerne toe. En dan gaat het weer net zoals in de film "Om 8 uur inspectie, allemaal geschoren en in kraaknet uniform..." De laatste patrouille, die niet mee was met de truck, kwam toe om 10 uur 's morgens...
Laatste week in Arlon
De laatste week in Arlon waren eigenlijk 2 weken. Immers, in het laatste weekend vonden de finale testen plaats, wat ondermeer een dropping van twee dagen inhield, gedurende dewelke we dan verschillende proeven moesten doen (orders geven e.d.). 's Avonds werden we in teams van vier gedropt (gebruikelijk scenario: verkenningspatrouille in vijandelijk gebied, vermijd de wegen, je weet niet waar je bent, ...). Bon, om ons toch een beetje te orienteren beginnen we een weg af te lopen naar het dichtsbijzijnde huis: een café! Ondertussen rijpt een plan: één van ons had zijn wagen buiten de kazerne laten staan. We zijn hier wel 20km van de kazerne, maar als we een local ervan kunnen overtuigen om hem naar de kazerne te voeren zodat hij de wagen te gaan ophalen, zijn we van een nachtelijke mars van ettelijke kilometers bespaard. Ok, het plan wordt in werking gesteld in het gevolg was dat we onze evaluatieoefening per wagen hebben afgelegd i.p.v. te voet door bos en hei...
Regiment Grenadiers zonder Officier van Wacht!
In Soest ben ik dus terechtgekomen bij het 1ste Regiment Grenadiers. Nu, de Grenadiers zijn een regiment dat eigenlijk bol staat van de traditie. Ze zijn opgericht in de eerste jaren na de onafhankelijkheid van België;, hebben nog steeds hun vaandel uit die tijd, hebben o.a. Leopold 2, Albert 1 en Leopold 3 in hun rangen gekend als peletonscommandanten en/of compagniecommandanten, hebben op sommige punten een eigen drill enz... In een bepaalde week kwamen er 4 nieuwe KRO's uit Arlon toe. Om die gasten een beetje te ontvangen maken die een soort van initiatie mee, waarop ik dus ook aanwezig was. De volgende morgen was ik echter opgaande officier van wacht, dus veel geslapen had ik niet. Goed, de morgen dat ik moet afgelost worden (de tweede nacht dat ik dus eigenlijk niet geslapen had) komt de nieuwe officier niet opdagen. In principe mag je je post niet verlaten totdat je een vervanger gevonden hebt, maar ik had die dag een hinderlaag-oefening op het terrein, waarvoor ik bevelvoerend officier was. Die oefening moest voor een deel nog voorbereid worden (materiaal en zo), en dus moest ik mijn post wel verlaten, zeggende aan de adjudant van week dat hij zo snel mogelijk aan de S1 (Officier die zich met personeel bezig houdt) moest melden dat er een probleem was. Ik ben dan vertrokken op oefening. Toen ik echter 's avonds terugkwam in de bar officieren, komt de S1 naar me toe, en roept bijna hysterisch: "GIJ HEBT HET REGIMENT GRENADIERS ZONDER OFFICIER VAN WACHT GEZET!!!!". Ooops, voor het eerst in weet ik hoeveel jaar sinds de oprichting van België was het roemruchte regiment zonder officier van wacht. Wel, zo liet hij het toch uitschijnen....
Als KRO Luitenant bij 1ste Regiment Grenadiers, in Kwartier Steenstraete in Soest (D). Ik 2de van rechts, eerste rij.
Zwarte September en Rode Oktober
Bij de Grenadiers was ik peletonscommandant van het 1ste peleton in de eerste compagnie (in de voetsporen van onze koningen ...). Onze compagniecommandant, kapitein Brigé; kon wel heel eigenaardig doen. Nu ja, dat is niet te verbazen voor iemand die zijn carriere begonnen is als soldaat milicien, en via onderofficier aan de KMS begonnen is, en zo officier geworden is. Ik vond Brigé best te genieten (andere peletonscommandanten konden minder goed met hem over de baan). Alhoewel, hij had zijn quirks. Doorgaans namen we het niet helemaal te nauw met alle strikte reglementeringen volgens het boekje. Maar op een bepaald moment werd het blijkbaar toch te gortig (ik denk dat een paar miliciens een wc hadden afgebroken of zo), en we schakelden over naar het regime van 'zwarte september'. Dit wilde zeggen dat alles in de compagnie via het boekje ging, no exceptions. En dat was zwaar, heel zwaar. Jammer genoeg heb ik nooit een stapje verder meegemaakt, 'rode oktober', waarin hij de compagnie als zijnde in oorlogstoestand beschouwde.
Officiële uitnodiging voor de Regimentsfeesten.
Detail van mijn rekening in de Bar van de Officieren.