Omgevingsvergunning en

erkenning schietstand in België

Presentatie omgevingsvergunning en erkenning schietstanden (09-07-2020)

Via een eind 2019 gehouden peiling die is geïnitieerd door de OLS Federatie inzake Belgische schietstanden, hebben enkele schutterijen aangegeven problemen te ondervinden en/of vragen te hebben. Graag wil een aparte werkgroep van de OLS Federatie, namelijk Belgische Schietstanden, bekijken wat hieraan kan worden gedaan of hoe kan worden geholpen. Vanwege corona kon de bijeenkomst op 25 maart niet plaatsvinden. Een herkansing vond plaats op donderdag, 9 juli in De Stegel in Molenbeersel (Kinrooi).

Omgevingsvergunning (vroeger genaamd Milieuvergunning)

VLAREM staat voor het "Vlaams Reglement betreffende de Milieuvergunning". Het is het uitvoeringsbesluit van het Vlaamse milieuvergunningsdecreet en bestaat uit drie delen: titel I van het VLAREM (of VLAREM I), titel II van het VLAREM (VLAREM II) en VLAREM III. De drie delen kunnen samen beschouwd worden als de Vlaamse tegenhanger van de Nederlandse Wet algemene bepalingen milieuhygiëne.

De bescherming van het leefmilieu is een Vlaamse bevoegdheid. De doelstelling is het voorkomen en beperken van hinder, milieuverontreiniging en veiligheidsrisico's door hinderlijke inrichtingen. Het Omgevingsvergunningsdecreet en -besluit leggen alleen de procedures vast die met betrekking tot de omgevingsvergunning kunnen worden gevoerd. De inhoudelijke milieubepalingen zijn onder meer opgenomen in VLAREM II en III.

Erkenning schietstanden

Er bestaan twee soorten schietstanden : de occasionele en de permanente of vaste schietstand.

Voor een permanente of vaste schietstand dient naast een bouwvergunning tevens ook een aanvraag te worden gedaan voor een Milieuvergunning Vlarem II. Als beide vergunningen zijn goedgekeurd, dan pas kan men een erkenningsaanvraag indienen.

Een occasionele schietstand doorloopt een iets kortere procedure. Dit is bijvoorbeeld het geval voor een jaarlijkse schuttersbijeenkomst in een folkloristisch kader of ten voordele van een goed doel, en ook voor de zogenaamde « weideschietingen ».

De locatie van een occasionele schietstand doet niets ter zake, het is de organisator die zich moet beperken tot één keer per jaar, en dit geldt voor de vereniging als geheel, dus is het evenmin toegelaten dat eenzelfde vzw meerdere aanvragen per jaar doet op naam van telkens een andere verantwoordelijke.

Gelet op de tijdelijke en kleinschalige aard van deze activiteiten genieten ze bovendien het voordeel dat de gouverneur binnen de twee maanden (in plaats van vier) uitspraak moet doen over de aanvraag tot erkenning ervan en dat ze vrijgesteld zijn van de betaling van retributies.