Jules Boeyé begon rond 1905 de brouwerij in de Amerstraat en noemde ze 'Victoria'. Net zoals bij Het Drossaarde zorgde een stoomketel hier voor de aandrijving.
Zoals vele stadsgenoten vluchtte de brouwer bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog naar Engeland. Tijdens de oorlog werd de hele brouwerij leeggeplunderd omdat er grote hoeveelheden koper aanwezig waren. Terug in Aarschot overleed Jules begin 1919. Zijn weduwe, Richilde De Rijck, hertrouwde met Evrard Valvekens. Evrard had al samen met zijn broer een brouwerij 'Valvekens' in Rillaar. Evrard hernam het brouwen in de Amerstraat in 1921 en veranderde de naam in 'Brouwerij Valvekens'. Bij de vierkante schouw van de brouwerij stond er een drijfkrachtinstallatie met stoomketel en een kleine monocylinder stoommachine. De overbrenging gebeurde door drijfassen en -riemen.
Volgende bieren werden er in de loop der jaren gebrouwen: Aarschotsch, Aarschotse Bruine, Aerschotsche Bruine, Bruine Diesters en Triple-Gueuze
In 1966 werd de brouwerij verkocht, maar een jaar later stopte men er met brouwen. In 1972 werden de gebouwen ontmanteld om uiteindelijk begin jaren '80 afgebroken te worden.
Bron: Het vorig leven van de Aarschotse Bruine, Hertogelijke Aarschotse Kring voor Heemkunde, 09/12