VI-27 Pieter Plantenga

Pieter Plantenga (= PARENTEEL PLANTENGA II.b)


ouders: Johannes Plantenga en Wytske Pieters Broersma


geboren Oudwoude (Kollumerland c.a.) 23-02-1815

gedoopt:

overleden: Wageningen 28-4-1892

begraven:


beroep: directeur (1842), likeurstoker (1847, '67, ‘68, ‘70, '71), gemeenteraadslid (1880, ’81, ‘85)

woonplaats / adres: Wageningen (1839-1892), Hoogstraat 360 (1843-1854), Vijzelstraat (1857-


gehuwd 1e: Trouwt Wageningen 02-12-1842


Jeanne Louise Byrde (= VI-28)


ouders: George David Samuel Antonie Byrde en Jeanne Catherine Bovay


geboren: Lausanne (Zwitserland) 26-5-1814

gedoopt:

overleden: Wageningen 20-10-1843 (kraambed)

begraven:


beroep:

woonplaats / adres:


gehuwd 2e Vlaardinger-Ambacht 7-11-1845


Jacoba Antoinette Camphuis


ouders: Herman Izaak Camphuis en Gerritje van Veen


geboren: Wageningen 3-3-1815 [of 18-9-1816??]

gedoopt:

overleden: Wageningen 28-9-1900

begraven:


beroep:

woonplaats / adres:


Kinderen uit het eerste huwelijk:


Kinderen uit het tweede huwelijk:

    1. Wijtske Plantenga, geb. Wageningen 21-1-1847, VOLGT PARENTEEL PLANTENGA III.c

    2. Gerardina Petronella Plantenga, geb. Wageningen 6-9-1848, overl. Hierden (Harderwijk) 16-3-1872, X Wageningen 14-04-1870 Herman Alexander de Baas, geb. Leiden ca. 1837, overleden: Wageningen 30-12-1875, predikant, zn.v. Alexander Johannes de Baas (kleermaker) en Johanna Maria Hengelberg

      1. Jacoba Antoinette de Baas, geboren: Hierden 6-3-1871
        overleden: Hilversum 1-8-1926
        beroep:
        relatie: trouwt Wageningen 16-8-1897 haar neef
        Pieter van der Wielen, geboren: Leeuwarden 7-4-1872
        overleden:
        beroep: apotheker
        woonplaats / adres:
        ouders: IJbe van der Wielen en Wijtske Plantenga
        hij hertrouwt 1927 C.A. Huber

    3. Maria Elisabeth Plantenga, geb. Wageningen 18-7-1850, overl. Utrecht 24-9-1926, X Wageningen 25-05-1871 Pierre Jaques Smit, geb. Leiden ca. 1839, overleden: Utrecht 25-7-1915, conrector, zn.v. Johannes Smit (commissionair) en Anne Pierrot Mangnez

      1. Maria Elisabeth Smit, geboren: Zetten 26-3-1872, X Kampen 12-10-1897 Bernard Cornelis Ootmar

      2. Pieter Smit, geboren: Zetten 17-3-1877

    1. Johannes Gerrit Cornelis Plantenga, geb. Wageningen 17-5-1852, majoor der genie, overl. Wageningen 12-5-1912, X Carolina Maria da Paula Roessner, ovl. voor 1900, XX (met dispensatie) Wageningen 07-02-1900 Johanna Rijnanda van Coeverden, geb. Wageningen ca. 1858, dr.v. Barend Reessen van Coeverden en Elisabeth Jacoba Boot, weduwe van Herman Isaac Geurt Plantenga (Johannes’ broer)

      1. Emma Elisabeth Plantenga, geboren: Wageningen 7-6-1877

    1. Herman Izaak Geurt Plantenga, geb. Wageningen 12-3-1854, VOLGT PARENTEEL PLANTENGA III.d

    2. Anna Elisabeth Plantenga, geb. ca. Wageningen 1856, overleden Utrecht 11-4-1929, X Wageningen 14-09-1885 Hendrik Gerardus Wilhelmus Plantenga, geb. Katwijk ca. 1858, officier gezondheid, zn.v. Klaas Plantenga (medicinae doctor) en Anna Margaretha Catharina Rooseboom

    3. Jacoba Petronella Plantenga, geb. Wageningen 9-9-1857, ovl. Zeist 11-9-1940, VOLGT PARENTEEL PLANTENGA III.e

    4. Jetske Waltje Jacoba Clasina Plantenga, geboren Wageningen 28-8-1859, overl. Wageningen 11-4-1860

Opregte Haarlemsche Courant 10-2-1846: schipbreuk en dood van drie familieleden op het ondergelopen land.

advertentie voor kruiken van Plantenga, ten behoeve van kruikenbier

Biografische aantekeningen


In 1846 is deze familie in groot verdriet gedompeld. Twee broers van Jacoba Antoinette Camphuis, en het kleine broertje van Pieter Plantenga verdronken begin februari na een schipbreuk op ondergelopen land. Zij waren met een 'rank bootje' het overgelopen land buiten Wageningen opgevaren, met nog drie anderen, waarvan er ook een omkwam. Bij Heusden en in de Ooijpolder was de Maas buiten haar oevers getreden, de dijken bij Zutphen waren overstroomd en Friesland stond bijna geheel onder water: dankzij de aanhoudende regen en de westenwind kon het water niet weggepompt worden. Ook in het buitenland was er veel wateroverlast.

De twee gebroeders Camphuis, die bij Wageningen verdronken, waren ruim een maand tevoren, op 28 december, juist gered van het barkschip De Twee Cornelissen, dat op de terugweg van Batavia (vertrek eind september 1845) naar Amsterdam in Eastbourne aan de grond liep en dreigde te vergaan. Voor de spectaculaire reddingsoperatie werden de redders uit Brighton in mei 1846 begiftigd met bronzen, zilveren en gouden erepenningen door de Nederlandse vice-consul. In de Utrechtse provinciale courant van 5-1-1846 staat het volgende relaas:

Men heeft het treurig berigt ontvangen der stranding van den Oostindievaarder de Twee Cornelissen, kapt. H. D. van Wijk, aan de heeren gebr. Hartsen te Amsterdam toebehoorende , in 1832 gebouwd en 326 Javalasten metende. Daaromtrent leest men in den Times van l.l. Woensdag het volgende berigt, gedagteekend Lewes den 29. Dec. : Gisteren morgen omstreeks 1 ure, gedurende enen hevigen storm en bergen hooge zee, strandde op de kust van Pevensey een Nederlandsclie Oostindievaarder, de naam onbekend. Het gelukte aan 18 man der equipage, uit 32 of 33 personen bestaande , met hunne eigene boot behouden te landen , en uit hunne opgave bleek , dat het schip , met eene kostbare lading koffij, suiker en indigo, van Batavia naar Amsterdam bestemd was. Men was meest beducht voor het lot van den gezagvoerder van het schip, die aan zijne verpligting getrouw, met den tweeden stuurman en 12 of 13 man van het scheepsvolk aan boord bleef; doch niet voor des Zondags in den voormiddag kon hun eenige hulp worden toegebragt. Hun toestand gedurende dien schrikwekkenden nacht, op zulk eene plek, met eenen storm uit het zuidwesten , terwijl de golven onophoudelijk het schip overdekten , was allerijsselijkst. In den voormiddag van Zondag echter stak eene te Pevensey tehuis behoorende pleizierboot, Rebecca genaamd, door twee loodsen, Pierce en Wood, alsmede de kustwachters Oliver , Warnell en Fleming, bemand, tot redding der ongelukkigen af. Door de hevigheid van den wind en de gestadig over het vaartuig golvende zee was het hun echter onmogelijk den kapitein en de overgeblevenen van het Volk in te nemen , doch zij lagen met onverschrokken volharding bij , naar eene gunstige gelegenheid wachtende. Deze daagde evenwel niet spoedig op, tot dat de reddingsboot van Eastbourne ongeveer ten elf ure aankwam, om bijstand te bieden. Na lang verwijl werd de kapitein met zijne manschap aan boord der boot opgenomen , enkel met uitzondering van één man, die tegen het want gesleurd en wiens redding onmogelijk was; men denkt, dat hij reeds den geest gegeven had, toen de reddingsboot het schip bereikte. De arme schipbreukelingen , behouden , geland , werden door twee spoorwegaannemers op de lijn van Lewes en Hastings van het noodige voorzien; de beambten aan het kustwachters-station boden mede alle mogelijke hulp.


Jacoba Antoinette Camphuis, Pieter's tweede vrouw, is de zuster Geurt Camphuis (X S.H. Bijrde), Pieters zwager. Het ligt voor de hand dat Pieter Plantenga, bv als leerling apotheker in de winkel van Geurt Kamphuis, zijn toekomstige vrouw Jeanne Louise Bijrde heeft ontmoet, en daarna ook zijn tweede vrouw.

Pieter is de stichter van de slijterij Fa. P. Plantenga en zoon, die in elk geval tot 1930 in Wageningen heeft bestaan.


In de ‘Anton Zeven’ inventaris van het Wageningse kadaster etc staat Pieter Plantenga op huisnr. 360 aan de Hoogstraat (in deel 4b), als fabrikant in likeuren en sigaren, gehuwd met Jacoba Antoinetta Camphuis, geboren Wageningen 1816, met als kinderen: Jennij Louise Plantenga, geb. Wag. 20-10-1843, Wijtske Plantenga, geb. Wag. 21-1-1847, Gerardina Petronella Plantenga, geb. Wag. 1848, Maria Elisabeth Plantenga, geb. Wag. 18-7-1850, Johannes Gerrit Cornelis Plantenga, geb. Wag. 17-5-1852, Herman Izaak Gerrit Plantenga, geb. Wag. 12-3-185, Anna Elisabeth Plantenga, geb. Wag. 30-10-1855, Jacoba Petronella Plantenga, geb. Wag. 9-9-1857, Jetske Waltje Plantenga, geb. Wag. 28-8-1859. In 1900 voert de wed. Herman Izaak Geurt Plantenga nog steeds op de Vijzelstraat de Slijterij Plantenga. In 1930 is G. van de Weerdt eigenaar van de Fa. P. Plantenga en zn., slijterij. Pieter Plantenga is aantoonbaar vanaf 1839 in Wageningen.

In deel 4B van dezelfde 'Anton Zeven' staat ook dat Pieter Plantenga in 1848 een schuur liet bouwen bij Vijzelstraat 4 en 6. Bij dit perceel, Vijzelstraat 4 en 6, staat geregistreerd in 1863 en 1868 Pieter Plantenga, in 1891 Heiman Izaak Geurt Plantenga, in 1899 de weduwe Heiman Izaak Geurt Plantenga (en dan staat er cryptisch > Geurt Troost > Mw wed. Baronesse van Coeverden > winkel van Mw Plantenga.). Maar in 1930 staat er: Vijzelstraat 4 en 6: G. van de Weerdt Jr: Fa. P. Plantenga & Zn, likeurstokers en wijnhandelaars, tel. 83. In 1937: Vijzelstraat 4 en 6, winkel G.D. van de Weerdt, wijnhandelaar en likeurstoker.

Ook laat Pieter Plantenga tussen 1859 en 1863 een pakhuis bouwen, dat nog in 1909 "pakhuis van de heer Plantenga" heet.

Kruikenbier

Van aanvang af is de stenen kruik voor bierbottelaars een aantrekkelijk alternatief voor de glazen fles. Stenen bierkruiken worden vervaardigd in bedrijven in het Duitse Westerwald, die zich ook bezighouden met het maken van jenever- en mineraalwaterkruiken. Blijkens een advertentie in het Algemeen Handelsblad van 18 april 1848 heeft ook een fabriek in Wageningen, eigendom van de heren Dirk Adriaan Sandbrink (1815-1893) en Pieter Plantenga (1815-1892), zich enige tijd bezig gehouden met het vervaardigen van stenen bierkruiken. Toch is de bulk van de op de Nederlandse markt verhandelde bierkruiken ongetwijfeld afkomstig geweest uit Duitsland. Vermoedelijk zijn deze steinzeugkrügen of steinzeugflaschen in aanschaf goedkoper geweest dan glazen flessen. De prijs is redelijk constant. In 1835 moet voor 100 stenen bierkruiken ƒ 5,25 worden betaald en in 1867 wordt voor dezelfde hoeveelheid een prijs gevraagd van ƒ 5,50. Er bestaat ook een zeer levendige handel in tweedehands kruiken. Mogelijk worden ook lege jenever- en mineraalwaterkruiken door bierbottelaars opgekocht en hergebruikt als bierkruiken, ook al hebben deze kruiken een wat ander model dan bierkruiken. Bierkruiken worden over het algemeen gesloten met een kurk. Wat bij warm weer regelmatig voorkomt is dat kurken uit de kruik springen door nagisting van het bier.[bron: http://peterzwaal.nl/kruikenbier/#_ednref3]


Bronnen


* 1814, 29-6: doopextract ontleend aan de huwelijksbijlage uit Wageningen: Canton de Vaud, Extrait des registres de Baptême de la paroisse de la Ville de Lausanne: Du 29e juin 1814 Jeanne Louise, fille de George David Samuel Antoine Byrde, de Chateaux d'Oex, et de Jeanne Cathérine née Boveij, sa femme, née le 26 Maij 1814 à été baptisée dans le Temple de St Laurent le Mercredi 29e Juin Suivant. Parrain Abraham Louis Voruz, Marraine Jeanne Sara Byrde, née Voruz, tante de l'enfant.

* 1842, 2-12: Wageningen Huwelijksakte [0207-2675, acte 19]: Pieter Plantenga, 27, Geboorteplaats: Oudwoude, zn.v. Johannes Plantenga en Wijtske Pieters Broersma; Jeanne Louise Bijrde, 28, Geboorteplaats: Lausanne Zwitserland, dr.v. George David Samuel Antonie Bijrde en Jeanne Catherine Boveij

* 1844, 19-1: Gelders Archief [Memorie van successie nr 174]: aangifte successiebelasting Jeanne Louisa Byrde, overleden Wageningen 20-10-1843. De liqueurstoker Pieter Plantenga zegt dat volgens de wet haar universele erfgenaam haar enig kind Jenny Louise Plantenga is, maar er is een testament opgemaakt voor notaris De Kruijff te Wageningen op 30-11-1843, waarin Plantenga als universeel erfgenaam wordt aangewezen.

* 1845, 7-11: Archief Vlaardingerambacht [BSHuwelijk 1845 acte 2]: Op 7 november verscheen Pieter Plantenga, wijnkoper, 36, geboren te Oudwoude den 23-2-1815, wonende te Wageningen, weduwnaar van Jeanne Louise bijrde, mede gewoond hebbende te Wageningen, en aldaar overleden, meerderj zoon van Johannes Plantenga, ontvanger, en van Wijtske Pieters Broersma, zonder beroep, beide wonende te Wolvinga, en Jacoba Antoinette Camphuis, zonder beroep, 29, geboren te Wageningen 18-9-1816, wonende binnen deze gemeente, dochter van Hermanus Izakus Camphuuis en van Gerritje van Veen, beide almede gewoond hebbende te Wageningen en aldaar overleden.

* 1847, 22-1: Gelders Archief [BS geboorte Wageningen 1847, acte 9]: Pieter Plantenga, 31 likeurstoker te Wageningen verklaart dat zijn huisvrouw Jacoba Antoinette Camphuis, 30, op 21 januari in het huis A aan de Hoogstraat is bevallen van een meisje dat hij Wijtske noemt.

1848, 7-9: Gelders Archief [BS geboorte Wageningen 1848, acte 92]: Pieter Plantenga, 32 likeurstoker te Wageningen verklaart dat zijn huisvrouw Jacoba Antoinette Camphuis, 31, op 6 september in het huis A aan de Hoogstraat is bevallen van een meisje dat hij Gerardina Petronella noemt. Ovv Anthonie van Rijn, 33, commissionair en Johannes Magdalenus Hondius, 28, apotheker.

* 1850, 19-7: Gelders Archief [BS geboorte Wageningen 1850, acte 69]: Pieter Plantenga, 35 likeurstoker te Wageningen verklaart dat zijn huisvrouw Jacoba Antoinette Camphuis, 33, op 18 juli in het huis A aan de Hoogstraat is bevallen van een meisje dat hij Maria Elisabeth noemt. O.v.v. Johannes Magdalenus Hondius, 30, apotheker en Dirk van Manen, 50, stadsbode.

* 1852, 19-5: Gelders Archief [BS geboorte Wageningen 1852, acte 60]: Pieter Plantenga, 37 likeurstoker te Wageningen verklaart dat zijn huisvrouw Jacoba Antoinette Camphuis, 35, op 17 mei in het huis A aan de Hoogstraat is bevallen van een jongen die hij Johannes Gerrit Cornelis noemt. O.v.v. Abraham Hendrikus van Stalbroek, 45, lid van de gemeenteraad en Johannes Magdalenus Hondius, 32, apotheker.

* 1854, 13-3: Gelders Archief [BS geboorte Wageningen 1854, acte 39]: Pieter Plantenga, 39 likeurstoker te Wageningen verklaart dat zijn huisvrouw Jacoba Antoinette Camphuis, 37, op 12 maart in het huis A aan de Hoogstraat is bevallen van een jongen die hij Herman Izaak Geurt noemt. O.v.v. Geurt Camphuis, 42, apotheker en Johannes Magdalenus Hondius, 34, apotheker.

* 1857, 11-9: Gelders Archief [BS geboorte Wageningen 1857, acte 137]: Pieter Plantenga, 42 likeurstoker te Wageningen verklaart dat zijn huisvrouw Jacoba Antoinette Camphuis, 40, op 9 september in het huis A aan de Vijzelstraat is bevallen van een meisje dat hij Jacoba Petronella noemt. O.v.v. Geurt Camphuis, 45, apotheker en Johannes Magdalenus Hondius, 38, apotheker.

* 1859, 30-8: Gelders Archief [BS geboorte Wageningen 1859, acte 135]: Pieter Plantenga, 44 likeurstoker te Wageningen verklaart dat zijn huisvrouw Jacoba Antoinette Camphuis, 42, op 28 augustus in het huis A aan de Vijzelstraat is bevallen van een meisje dat hij Jetske Waltje Jacoba Clasina noemt. O.v.v. Henri Jacobus Haas, gemeentesecretaris, en Hendrik Schuil, klerk ter secretarie.

* 1860, 13-4: Wiewaswie [BSOverlijden Wageningen invnr 2634, acte 52]

* 1892, 29-4: Gelders Archief [BS Overlijden Wageningen 1892, acte 61]: Op 29 april verscheen Herman Izaak Geurt Plantenga, zoon van de overledene, 38, likeurstoker, en Nicolaas Plantenga, zoon van de overledene, 31, derde luitenant der Genie, verklaren dat op 28 april Pieter Plantenga, lid van de gemeenteraad, geboren te Veenklooster, wonende Wageningen, gehuwd met Jacoba Antoinette Camphuis, zonder beroep, te Wageningen, weduwnaar van Jenni Louise Bijrde, in leven zonder beroep, gewoond hebbend en overleden te Wageningen, zoon van wijlen de echtelieden Johennes Plantenga, in leven rijksontvanger, en Wijtske Pieters Broersma, in leven zonder beroep, beide gewoond hebbend en overleden te Wolvega - in de ouderdom van 77 jaar en twee maanden, geboren in het jaar 1815, overleden in het huis Kapelstraat 500 te Wageningen.

* 1900, 1-10: Het Nieuws van den Dag: Heden overleed, in den ouderdom van vier en tachtig jaar, onze innig geliefde Moeder, Behuwd- en Grootmoeder, JACOBA ANTOINETTE CAMPHUIS, Weduwe van den Heer Pieter Plantenga. Uit aller naam, J.G.C. PLANTENGA. Wageningen, 28 Sept. 1900.

* 1929, 11-4: Het Utrechts Archief [BS Overlijden acte 727]: op 11-4 is overleden Anna Elisabeth Plantenga, 73 jaar, geboren Wageningen, wonende Tolsteegsingel Utrecht, gehuwd met Hendrik Gerardus Wilhelmus Plantenga, dochter van Pieter Plantenga en Jacoba Camphuis, beide overleden.


kind 2: Gerardina Petronella Plantenga

http://members.home.nl/w.quant/Parenteel%20van%20Cornelis%20Quant.HTM

Herman Alexander de Baas, zoon van Alexander Johannes de Baas (VIII-AO) en Johanna Maria Hengelberg, predikant, is geboren op maandag 23 mei 1836 te Leiden, is overleden op donderdag 30 december 1875 te Wageningen. Herman werd 39 jaar, 7 maanden en 7 dagen.

Herman trouwt op donderdag 14 april 1870 te Wageningen op 33-jarige leeftijd met de hoogstens 21-jarige Gerardina Petronella Plantinga, dochter van Pieter Plantinga en Jacoba Antoinetta Camphuis. Gerardina is geboren 1848 of 1849, is overleden op zaterdag 16 maart 1872 te Hierden. Gerardina werd hoogstens 23 jaar, 2 maanden en 14 dagen.

Van Herman en Gerardina is een kind bekend:

1 Jakoba Antoinette de Baas is geboren op maandag 6 maart 1871 te Hardewijk, is overleden op zondag 1 augustus 1926 te Hilversum. Jakoba werd 55 jaar, 4 maanden en 26 dagen. Jakoba trouwt op maandag 16 augustus 1897 te Wageningen op 26-jarige leeftijd met de 25-jarige Pieter van der Wielen, zoon van IJbe van der Wielen en Wijtske Plantinga. Pieter, apotheker, is geboren op zondag 7 april 1872 te Hilversum, is overleden op vrijdag 10 januari 1947 aldaar. Pieter werd 74 jaar, 9 maanden en 3 dagen. Pieter was Hoogleraar aan de universiteit van Amsterdam, Ridder in de orde van de Nederlandsche Leeuw en Ridder in de Kroonorde van België. Pieter was later gehuwd (2) met Catharina Arnoldina Huber.<137,138> (137) Pieter trouwt op donderdag 11 augustus 1927 te Zeist met Catharina. (138) Catharina Arnoldina Huber, dochter van Pieter Abraham Huber en Anna Jacoba Alberta Goudschaal. Catharina, wonende te Hilversum, is geboren op vrijdag 14 februari 1890 te Den Helder, is overleden op dinsdag 11 juli 1967 te Hilversum. Catharina werd 77 jaar, 4 maanden en 27 dagen. )

Van Pieter en Jakoba zijn drie kinderen bekend:

1 Dr. W. van der Wielen. W was gehuwd met Maria Hazeloop.

2 Jakoba Antoinette van der Wielen is geboren 1897 of 1898, is overleden op dinsdag 7 september 1915 te Amsterdam. Jakoba werd hoogstens 17 jaar, 8 maanden en 7 dagen.

3 IJbe van der Wielen, arts, is geboren 1899 of 1900, is overleden op zondag 18 september 1938 te Arnhem. IJbe werd hoogstens 38 jaar, 8 maanden en 18 dagen. IJbe was gehuwd met Bertha Brevée.


Discussie / openstaande vragen