Bekijk ook onze verkorte handleiding nanoVNA
De nanoVNA heeft een aantal eigenschappen die we kunnen gebruiken voor het afregelen van antennes. Niet alle VNA’s kunnen dit, dus bekijk even je eigenschappen.
De DUT poort meet zowel forward als reflected power en fase, de DET poort kan je aanzien als een “ontvanger” voor het meten van de signaalsterkte (field strength meter) op de frequentie bepaald door het signaal wat op de DUT gemaakt wordt.
Het is dus een soort scanner-ontvanger, die samen van frequentie veranderd met de "zender" (DUT).
Deze combinatie maakt van de nanoVNA een ideaal toestel voor het meten en inregelen van de EH antenne en vergelijkende metingen (veldsterkte) met andere antennes.
Op de S11 (DUT) poort sluiten we de antenne aan die we gaan afregelen, op de S21 poort(DET) sluiten we een meetantenne aan om de veldsterkte te meten.
Een VNA meet binnen een bepaalde frequentie span en dient eveneens hierop “geijkt” te worden door gebruikt te maken van een aantal meetstandaarden (Short, Open, Load, Isolated, Through).
Door het beperkt aantal meetpunten bij de nanoVNA is het opnieuw ijken noodzakelijk bij het instellen van een bepaalde bandbreedte. Deze kan je opslaan in het intern geheugen (0 tot 5 of meer bij sommige firmware versies)
Met een VNA kan je “op afstand” meten, door de ijking uit te voeren op het einde van de aangesloten coax (reference plane). Dit principe gebruiken we om de meting “virtueel” uit te voeren op de aansluiting van de antenne, door de coax en choke als geheel te zien en de ijking uit te voeren op het einde van deze transmissielijn combinatie.
Echter dit verhindert niet dat het stuk coax invloed zal hebben op de totale impedantie en het gedrag van de aangesloten load (antenne). Het geeft je enkel een waarde gemeten op een punt waar je in werkelijkheid nooit zou kunnen meten.
https://www.rtl-sdr.com/measuring-the-radiation-pattern-of-a-yagi-antenna-with-a-nanovna/