Maak een kubus

Lees hieronder voor meer informatie over onze ‘Maak een Kubus’ uitdaging en klik hier voor de uitdaging zelf.

Welke informatie kan je hier vinden?

Over gemiddeld en anders communiceren

Over de kinderen // Elk kind is anders

Over samen spelen

Over het speelveld

Over gemiddeld en anders communiceren 

De kubuswens ontstond tijdens het Groen Samen Spelen project. In dat project spelen kinderen van de GRIPklas samen met kinderen van bassisschool De PIT.


 De kinderen van De PIT communiceren zoals de meeste mensen dat gewend zijn: ze gebruiken gesproken taal en ze kunnen hun lijf en gezicht bewegen zoals ze dat willen. 


De kinderen van de GRIPklas communiceren anders, door hun communicatief meervoudige beperking (CMB). Ze gebruiken bijvoorbeeld een pictogrammenboek of een spraakcomputer. Meer over CMB lees je hier.


Het gaat er niet om dat je deze kinderen moet leren praten, maar dat je zelf moet leren om te luisteren naar wat ze al zeggen.” 

Wat is ondersteunde communicatie (OC)

Ondersteunde communicatie is de inzet van alternatieve communicatievormen en communicatiemiddelen voor mensen die niet of moeilijk spreken.


Die vormen kunnen heel simpel zijn, zoals het gebruiken van een schoen als ‘verwijzer’ om aan te geven dat je naar buiten gaat. Maar ze kunnen ook heel geavanceerd worden, zoals een spraakcomputer met oogbesturing. En alles daar tussenin. 


Het gaat erom dat een groep mensen elkaar begrijpen door een symbool te delen, waarvan iedereen in die groep weet waar deze voor staat. En natuurlijk wil je dat die groep mensen die elkaar begrijpen zo groot mogelijk is!


Als je geen gesproken taal hebt, wat zou je dan gebruiken om elkaar te begrijpen? Tijdens onze samenspeelmomenten hebben we praatlknoppen gebruikt; gekleurde yogamatten waar je op kan zitten (een groene mat voor voor ja; een rode mat voor nee; een blauwe mat voor ik weet het niet); pictogrammenkaarten; een speeltuinbord…

Waar kan ik meer te weten komen over OC

Kijk maar eens rond bij deze links

Over de kinderen // Elk kind is anders

De GRIPklas kinderen lijken allemaal op elkaar in de zin dat voor hen het gesproken woord niet vanzelf spreekt. Maar daarnaast zijn ze verschillend, net zoals iedereen.


Wel zijn er dingen waar we meer op letten dan bij ‘gemiddelde’ kinderen. Pas op! Gemiddeld betekent hier vooral dat je in een wereld leeft die op jou is ingericht. Wat zouden onze GRIPklas kinderen aan die wereld willen veranderen?

Meer structuur en herhaling

Structuur en herhaling geven voorspelbaarheid. Voorspelbaarheid geeft vertrouwen. Vertrouwen geeft veiligheid. Vanuit veiligheid kan je leren.

Minder of juist meer prikkels

Als je brein anders werkt, verwerk je soms ook prikkels op een andere manier. Prikkels zijn de input die je zintuigen naar je hersenen doorgeven. Ieders hersenen verwerken de informatie van die prikkels op een unieke manier.    


Prikkels komen van zien, horen, ruiken, voelen en proeven -de vertrouwde zintuigen. Maar daarbij hoort ook iets dat 'proprioceptie' heet, letterlijk de waarneming van je eigen lichaam -dit is waarom een knuffel of zware deken zo fijn kan voelen. En ook je evenwichtsorgaan is een zintuig: daarom is schommelen en draaien soms zo leuk.


Voor de GRIPklas kinderen is dat soms even zoeken: van sommige prikkels is heel veel fijn, van andere is een klein beetje al genoeg. Soms zorgen prikkels dat je veel te opgewonden of juist heel suf wordt. Maar als je goed mikt, kan je er enorm veel lol mee hebben.


Hier is een goed vertrekpunt om meer over prikkelverwerking te leren.

Over samen spelen

Samen spelen is het allerbelangrijkste

“Als ik met mijn dochter een speelterrein oploop, dan lopen andere mensen weg.” 


Samen spelen is de belangrijkste gelukservaring voor de kinderen van de GRIPklas.


 “Zij zitten op een eilandje.”


Veel kleine speelmomenten zijn van meer waarde dan af en toe één groot speelmoment. Met elkaar spelen vraagt ook gewenning. 


“Samen spelen betekent: rust en zelfvertrouwen aanmaken. Zelfstandiger worden. "Dat is wat het brengt.”  

Iedereen heeft iets te winnen bij contact 

“hoe meer je de onderlinge verschillen uitdiept hoe gelijkwaardiger je wordt”  

“De gemiddelde mens heeft lang niet altijd de ervaring van het buitengesloten worden." 


"Het maakt deze kinderen soms ook autonomer.” 

 

“Als het contact er eenmaal is ervaren mensen de meerwaarde ervan. Je komt dichter tot jezelf: moet dingen in de ogen kijken. Als je je openstelt voor deze kinderen dan verander je ook zelf."  


“Kinderen die met onze kinderen hebben gespeeld, kunnen daarna ook weer meer zichzelf zijn. Wij willen ruimte creëren waarbinnen dat kan gebeuren.” 


“De kinderen vinden elkaar wel, met de juiste voorzetjes. Misschien zijn zij wel de ingang voor ons….’”  

Begin met samen iets ervaren

Hoe vind je een gezamenlijke werkelijkheid als je geen woorden hebt? Een gezamenlijke ervaring helpt en biedt aanknopingspunten. 

De energie van verzet 

“verzet is ook een element van emancipatie.”


“Het gros van de kinderen is er behoorlijk allergisch voor als een ander van alles voor ze bepaalt”   


“Als ze iets niet leuk vinden hoor je het echt wel. Of ze doen het gewoon niet.” 


De energie en taal van verzet lijkt belangrijk voor de kinderen van de GRIPklas. Er wordt de hele tijd van alles voor ze besloten. Dat roept verzet op. Want ze weten heel goed wat zij wel en niet willen. Autonomie is een grote waarde.  


“Kunnen we het activisme, verzet, de uniciteit groter maken zodat de GRIPkinderen daar ook een rolmodel in kunnen zijn?” 


“Kunnen we stoppen met alles zo ‘middle-of-the-road mogelijk maken?”  


A heeft knoppen die een geluidsbestand afspelen als je erop drukt. Eén van de knoppen zegt: “Dat vind ik niet leuk.”De moeder van A zegt: “die knop maakte ik in een fase dat A ging bijten en slaan en regelmatig woest werd, gewoon omdat ze geen manier had om aan te geven wat ze niet wilde… ‘Dat vind ik niet leuk’ kunnen zeggen heeft zoveel boosheid voorkomen. Ze viel andere kinderen aan, omdat ze niet kon zeggen dat ze iets niet wilde."

Het recht op risico 

“Kunnen we uitdagen in plaats van geruststellen?” 


Hoe groot is het recht op risico - vallen, bezeren - versus de plicht om goed te zorgen voor?


“Als je nergens op inzet kan er ook niets gebeuren.”

Begeleiding is nodig, begeleiding is een barrière

Je helper is ook je barrière. Hoe kom je er voorbij? En hoe kan een begeleider niet geruststellen maar uitdagen? 

Over het speelveld

Een speelveld is een fysieke of ingebeelde ruimte waarin je samen speelt. In deze ruimte probeer je je ook voor te stellen hoe de ander deze ruimte ervaart. 


Om je daarbij te helpen kan je allerlei hulpmiddelen verzinnen voor de ‘gemiddelde’ mens, om diens ervaring wat minder ‘gemiddeld’ te maken. 


Denk aan bijvoorbeeld iets dat het moeilijker maakt om te lopen of om je handen te gebruiken. Maar je kan ook samen afspreken om niet te spreken, om een noise-cancelling koptelefoon te gebruiken of juist één met veel herrie erin. De mogelijkheden om de wereld wat minder gemiddeld te ervaren zijn eindeloos! Kijk bijvoorbeeld eens naar wat de presentator ervaart in dit filmpje.