Dag 05
Brummen – Loenen 12,5 kilometer
Dinsdag, 22 april 2008
(91,5 - 291)
Waardering 7 ; Trekvogel 0
We hadden prima geslapen, maar we waren wel een beetje stijf. En ik had een blaar op mijn grote teen. Gelukkig had Rob zijn blaarpleisters bij zich, zodat ik tijdens de komende 12 kilometer nergens last van had.
We ontbeten in de grote keuken van mevrouw Boesveld en hadden ook de gelegenheid nog een sneetje te smeren voor onderweg. Het was vandaag echt voorjaar. De truien verdwenen in de rugzak en de mouwen werden opgestroopt.
Om half tien waren we onderweg. We passeerden de spoorlijn en volgden een paar honderd meter de boomomzoomde autoweg. Daarna sloegen we een weg schuin rechts in, de oprijlaan naar het kasteel, waarin nu een conferentieoord gevestigd is. We werden om het kasteel geleid door een nogal open strook bos; daarna volgde een golfterrein. Op een gegeven moment moesten we rechtsaf, door een akker en daarna volgden we de Hallse weg, een geasfalteerd fietspad door een zonnige streek.
Na een stuk kerkenpad wandelden we het laatste stuk voor Hall door de open velden.
Hall is een ellendig gat. De mooie kerk dateert uit de 12e eeuw; helaas konden we er niet in, omdat er die ochtend een begrafenis zou plaatsvinden. En het plaatselijke café was ook al dicht!
We vervolgden onze weg naar Eibergen langs de autoweg. Links passeerden we een Nivonhuis; daarna staken we achtereenvolgens het Apeldoorns kanaal en een autoweg over. We kwamen in de villawijk van Eibergen terecht en na een pleintje lag recht voor ons de molen van Eibergen (een bovenkruier) annex café, dat wel open was en waar druk ge-biljart werd.
We dronken koffie en keken naar de verrichtingen van de bejaarde Eibergenaren op het biljard.
Ons pad voerde langs het kasteel van Eibergen, ook al een conferentieoord. Daarna ging het door de buitenwijken, over een toeristische spoorlijn en langs een gekraakte boerderij, de doodskopvlag in top!
Het asfalt maakte plaats voor grind en we begonnen aan de laatste kilometer naar Loenen.
Het stukje Brummen – Loenen stelt tevree.
We lopen langs kasteel en golfbanen.
Het pad door ’t bos is werkelijk oké
En door het veld: je ziet hier strakke lanen.
De kerk in Hall staat daar om te vermanen:
(Het stukje Brummen - Loenen stelt tevree)
“Leef niet om veel te drinken en te kanen,
Je haalt daar echt de hemelpoort niet mee!”
We komen in een dorp aan met zijn twee.
We horen vogels tjilpen en wat hanen.
Het stukje Brummen – Loenen stelt tevree:
Een mooi café met koffie en bierkranen.
In’t buitenland kun je je makk’lijk wanen.
De weg geeft ons veel vreugd en weinig wee.
Eert nu ons pad met slingers, bonte vanen:
Het stukje Brummen – Loenen stelt tevree!
Ons pad eindigde in een parkje. We passeerden de Nederlands Hervormde kerk, zagen het Trekvogelpad naar rechts verwijnen (volgend jaar) en volgden de autoweg. Bij een mevrouw die in haar voortuin aan het werk was informeerden we, waar de bushalte was.
Bij de hoek gekomen zagen we de bus aankomen. Rob sprong er zowat voor, maar de chauffeur stopte!
Het bleek een praatgrage chauffeur, die alles wilde weten over onze wandeltocht. Inmiddels legden wij de vijftien kilometer naar Apeldoorn comfortabel af.
Op het station dronken we bij LaPlace een kopje soep en een broodje. Precies op tijd verscheen onze trein, die ons naar de wereld zou terugbrengen
Vijf dagen zijn voorbij,
Voeten nog altijd heel.
Sokken zijn vuil,
Alles moet in de was.
Wij gaan naar Apeldoorn,
Streekbusbestijgende.
Nu naar de Randstad terug
sporen wij ras!