Je gaat Frans leren. Dat is handig als je op vakantie naar Frankrijk gaat. Maar ook als je met Franstalige mensen wil praten die in Nederland zijn. Wist je trouwens dat Frans op veel meer plekken in de wereld gesproken wordt, zoals bijvoorbeeld in België, Canada en Marokko?
Na een half jaar Frans kun je jezelf voorstellen, kun je wat vertellen over je familie, over school en over wat je doet in je vrije tijd.
Op school leer je bij Frans lezen, spreken en luisteren. Schrijven doe je natuurlijk ook, maar vooral om de opdrachten te maken. Je zult dan meteen ontdekken dat wat je in het Frans hoort anders is dan wat je opschrijft. En: wat je leest, is niet wat je zegt... Spannend, vind je niet?
Om te leren lezen, spreken en luisteren heb je woordjes en zinnen nodig, en ook grammatica, oftewel de regels van de taal. Dat vind je allemaal in je boek. In de lessen Frans maken we gebruik van het boek Grandes Lignes. Meer informatie over het gebruiken van de boeken en de opbouw van de methode vind je hier.
Thuis leer je de woorden, zinnen en grammatica die in de les aan bod zijn gekomen. Dat doe je niet één keer, maar je herhaalt ook je leerwerk. Dus leer je bijvoorbeeld nieuwe woordjes, dan herhaal je die van de vorige keer.
Als je de woorden, zinnen en grammatica goed leert en herhaalt, zal je merken dat je in de les lekker mee kunt komen en dat je nieuwe dingen sneller oppikt.
Je kunt leren uit je boek, maar je kunt ook leren met Slim stampen. Slim stampen staat in Grandes Lignes online en is er voor woorden, zinnen en grammatica. Je kunt ermee leren en je kunt jezelf ermee overhoren.
Je hebt maar twee uur Frans per week. Gebruik daarom de daltonuren als je iets niet begrijpt en meer uitleg nodig hebt.
Vergeet niet te leren of een woord mannelijk of vrouwelijk is.
Laat je overhoren op je uitspraak als je een mondelinge overhoring hebt.
Laat leerwerk niet liggen, anders stapelt het zich snel op.
Probeer ezelsbruggetjes te bedenken voor grammatica.