Het vak economie is misschien wel het meest actuele vak. Elke dag verschijnen er veel berichten over de economie in het nieuws. Dat maakt het vak erg leuk en je kunt het direct toepassen in je eigen leven.
In de eerste periode leren we over consumeren, een moeilijke term voor het kopen en gebruiken van producten. Iedereen doet dat op een andere manier. Dat hangt van verschillende dingen af, zoals je inkomen of de behoeften die je hebt.
We gaan het in de tweede periode hebben over werk en inkomen. Hoe kun je meer gaan verdienen en wat gebeurt er als je niet (meer) kunt werken? Hele belangrijke informatie om een prettig leven te kunnen leiden.
In de derde periode van het jaar ga je meer leren over keuzes die je (als gezin) gaat maken: ga je sparen of moet je geld lenen voor uitgaven? Je leert hoe je een eigen huis kunt kopen met een hypotheek en hoe je om kunt gaan met risico’s van schade van bijvoorbeeld een brand in je huis. Je verzekert je.
Rekenvaardigheden
Bij het vak economie rekenen we veel.
Je leert algemene rekenregels zoals positieve/negatieve getallen. Vaak zijn dit grote getallen, zoals miljoenen of zelfs miljarden.
Bij economie rekenen we veel met procenten. Dit ken je al deels van de basisschool.
Je leert om gegevens uit bronnen te halen, zoals een grafiek en/of tabel.
Boek
We werken met het boek ‘Integraal in Balans’. In het 2e leerjaar krijg je 1 uur per week economie en behandelen we 3 hoofdstukken. In leerjaar 3 heb je 2 uur per week economie en behandelen we 4 hoofdstukken.
Luisteren
Het leerproces start in de klas. Dat start met aandachtig luisteren. Dat klinkt makkelijk. Alleen met je beste vriend of vriendin naast je kan het best gezellig worden. Dan kan het lastig zijn om je aandacht erbij te houden. Denk dus goed na over de plek waar je gaat zitten in de klas, vooral bij vakken die je moeilijk vindt.
Aantekeningen maken
Met luisteren alleen kom je er vaak niet; dat noemen we passief leren. Het is verstandig om veel aantekeningen te maken. Zo blijf je bij de les en zet je je hersenen actief aan het werk. Dan moeten je hersenen luisteren, lezen, informatie verwerken om de aantekeningen goed te maken én je hand aan het werk zetten. Je leerproces gaat hierdoor een stuk effectiever. Het is ook handig dat je je aantekeningen na kunt lezen en goed weet waar de les over ging.
Opdrachten maken
Je zult merken dat je bij het daltononderwijs veel zelfstandig aan de slag moet en in groepjes moet gaan werken. Het helpt als je snel met de opdrachten aan de slag gaat; je oefent namelijk met de nieuwe lesstof en neemt het makkelijker op.
Huiswerk
Hopelijk krijg je je huiswerk in de klas al af. Lukt dat niet? Schrijf je dan in voor een daltonuur bij die vakdocent. Dan kun je je weektaak verder afmaken en direct vragen stellen. Maak je het liever thuis? Super! Probeer dan wel afleiding zoveel mogelijk te vermijden: leg je telefoon beneden neer zodat je niet bij elk geluidje even kijkt of er iets leuks binnen komt.
Vragen stellen
Dan komt misschien voor veel leerlingen het moeilijkste gedeelte: het stellen van vragen. Vinden mijn klasgenoten het stom als ik een vraag stel? Nee juist niet! Misschien hebben klasgenoten dezelfde vraag maar stellen ze die niet. Je doet ze waarschijnlijk een plezier. Jij begrijpt de lesstof in ieder geval een stuk beter.
Het leren voor een toets start al direct met de behandeling van de stof tijdens lessen. Hierboven hebben we dat gedeelte van het leerproces uitgelegd. Dan zit je op je kamer met je boeken. En nu?
Thuis maak je je weektaak. Dit is een goede oefening om de stof beter te leren begrijpen. Het helpt om een samenvatting te maken van de theorie. Sommen leer je door herhalingsopgaven en een proeftoets te maken. Vind je bepaalde opgaven lastig? Maak dan die opdrachten van de weektaak opnieuw.
Maak een samenvatting, dan zet je je hersenen actief aan het werk.
Besteed extra tijd aan onderwerpen die je moeilijk vindt. Maak meer opgaven van deze lesstof.
Leer in blokken van 30/45 minuten. Beloon jezelf als het goed is gegaan.
Schrijf je meerdere keren in voor een daltonuur, wacht niet tot het laatste moment.
Schrijf vragen die je hebt direct op, dan vergeet je ze niet.